BPPD: aanval van draaierigheid, duizeligheid bij beweging
Door het draaien van het hoofd of opstaan komt vloeistof in het evenwichtsorgaan in beweging. Het registreert dat we iets doen, waarbij signalen naar de hersenen worden verstuurd. Door toedoen van oorgruis kan benigne paroxismale positieduizeligheid (BPPD) worden veroorzaakt, waardoor draaiaanvallen ontstaan. Het kan daarbij kortstondig zijn of middellang aanhouden. Wat houdt BPPD in, waardoor wordt het veroorzaakt en waarom moet men tijdelijk rustig bewegen?
Benigne paroxismale positieduizeligheid
De wereld draait om me heen
Het kan zomaar voorvallen! U bent gewoon met uw dagelijkse werkzaamheden bezig en vanuit het niets begint de wereld om u heen te tollen. Het kan ook lijken alsof u om alles heen draait. De omstandigheid is gerelateerd aan horizontale of verticale bewegingen, waarbij vloeistof in het evenwichtsorgaan begint te stromen. Doordat er een afwijking van toepassing is, zal die vloeistof sneller of langduriger dan normaal blijven rondgaan. Daardoor krijgen de
hersenen onjuiste informatie aangeleverd. Het resulteert in overstimulering van de haartjes in de endolymfe en perilymfe buisjes, waardoor afwijkende informatie naar het brein wordt verstuurd. De hersenen vertalen het naar een beweging, terwijl het lichaam niets meer doet.
Klachten
Vaak gaat het om aanvallen van draaierigheid, waarbij het op ieder moment van de dag kan voorvallen. Het gaat om een ernstige duizeligheid, waardoor alles begint te tollen. Een dergelijke aanval zal echter niet lang duren en bij niet bewegen snel afnemen. Denk aan een duizeligheid van tientallen seconden tot minuten. Duizeligheid kan gepaard gaan met
misselijkheid of zelfs overgeven. Omdat er een lerend effect in de hersenen optreedt, zal met het verstrijken van de tijd de ernst van de aanval afnemen. Oftewel de draaierigheid kan in een maand tijd aanzienlijk verminderen.
Achterliggende oorzaak
Indien de persoon plotselinge hoofdbewegingen doet of het lichaam plotsklaps in een andere stand komt, zal het voorkomen. Vloeistoffen in het evenwichtsorgaan komen te snel in beweging en worden te traag afgeremd. Het gaat vermoedelijk om kleine kristallisaties in het oor, welke in de evenwichtsbuisjes zijn terechtgekomen. Deze verstoren tijdelijk de omloop van de vloeistoffen, waarnaast kleine beschadigingen aan de buishaartjes kunnen ontstaan. Het resulteert overmatige stimulering van de haartjes, waardoor duizeligheid wordt veroorzaakt. Komt dit op jonge leeftijd voor dan is het vaak ten gevolge van een hoofdwond. Bij ouderen is het gerelateerd aan een verminderde werking van het evenwichtsorgaan.
Duizeligheidsvarianten
Een drietal varianten wordt onderscheiden afhankelijk van in welke evenwichtsorgaan buisjes het voordoet. Meest voorkomende betreft het achterste buisje. Gaan liggen, gaan staan, bukken en knikkende hoofdbewegingen leiden daarbij tot ernstige duizeligheid. Deze omstandigheid duurt niet lang, waarbij de persoon vaak moet overgeven. In vier van de vijf gevallen betreft het deze variant. Komt het voort uit het horizontale buisje (bijna alle andere gevallen) zal het problemen geven als men ligt. Hoofdbewegingen geven dan duizeligheidsklachten, waarbij het relatief lang kan aanhouden. In een zeer beperkt aantal gevallen gaat het om het voorste buisje, waarbij de klachten kort duren en de overlast ook beperkt is.
Verschil met ménière
Een aan het evenwichtsorgaan gerelateerde duizeligheidsaandoening betreft
ménière. Tussen de endolymfe en perilymfe buisjes voor horizontale en verticale bewegingsregistratie zit het membraan van Reissner. Het kan voorkomen dat er een lekkage zit tussen deze twee systemen, waardoor vocht van het ene systeem in het andere komt. Oftewel het kan ernstige duizeligheid veroorzaken, doordat bij horizontale beweging ook verticaal beweging wordt geregistreerd. Dit werk visa versa. Deze aandoening is permanent en dient met Betahistine en/ of Bromazepam onder controle te worden gehouden. Daarnaast kan men overwegen om antibiotica in de buisjes te laten spuiten. De werking van de haartjes wordt daarmee geneutraliseerd.
Gedrag aanpassen
In de eerste weken tot maand dient men het
gedrag aan te passen. Overlast kan worden geminimaliseerd, indien snelle bewegingen niet worden gemaakt. Wees bewust met hoofdbewegingen en laat het hoofd liever vertraagd draaien en knikken. Zorg ervoor dat het hoofd iets hoger ten opzichte van het lichaam tijdens de slaap ligt. Sta voorzichtig op uit bed en blijf even zitten. Het systeem in het evenwichtsorgaan kan acclimatiseren, voordat u verder opstaat. Medicatie tegen duizeligheid heeft hierbij vaak een averechts effect. Neem dat dus niet in en wees voorzichtig met bewegingen. De aandoening zal geleidelijk aan verdwijnen, zodat u er geen last meer van heeft. Bij ernstige overlast kan worden overwogen om specifieke hoofdbewegingen (Epley en Semont Maneuvers voor Vertigo) door een gespecialiseerd arts uit te laten voeren. Daarbij wordt het gruis in de buisjes naar neutrale oorgebieden geleid. Laat u daartoe door de specialist informeren. Vaak heeft men na twee behandelingen geen klachten meer.
Lees verder