Hartstilstand: Plotseling stoppen van de hartfunctie
Een hartstilstand treedt op wanneer het hart plotseling stopt met kloppen. Hierbij is de bloedtoevoer naar de hersenen en de rest van het lichaam gestopt. Dit is meestal het gevolg van een elektrische storing in de pompfunctie van het hart. Een hartstilstand is een medische noodsituatie. Indien de patiënt geen behandeling krijgt binnen enkele minuten, kan dit fataal zijn. Reanimatie en een behandeling met een defibrillator zijn nodig. Roken, een hoog cholesterolgehalte in het bloed, zwaarlijvigheid, ongecontroleerde diabetes, een inactieve levensstijl en overmatig alcoholgebruik zijn grote risicofactoren voor de ontwikkeling van een hartstilstand. Het aanpassen van de levensstijl zorgt voor een gezond hart, wat nodig is om een hartstilstand te voorkomen.
Synoniemen hartstilstand
Een hartstilstand is ook bekend onder andere benamingen, zoals:
- circulatiestilstand
- plotse dood
- sudden death
Terminologie hartstilstand versus hartaanval
Een
hartaanval is niet hetzelfde als een hartstilstand. Een hartaanval treedt op wanneer een verstopte slagader de bloedstroom naar het hart blokkeert. Een hartaanval veroorzaakt schade aan het hart, maar leidt niet noodzakelijkerwijs tot de dood. Soms kan een hartaanval echter wel leiden tot een hartstilstand.
Epidemiologie aandoening
De incidentie van een hartstilstand bedraagt jaarlijks ongeveer 50-65 per 100.000 inwoners. De hoogste incidentie komt voor in het noorden van Europa. In meer dan 75% van de gevallen is een man getroffen. Patiënten van middelbare leeftijd zijn het vaakst aangetast door een hartstilstand.
Oorzaken plotse dood
Een hartstilstand is het gevolg van een probleem met het elektrische systeem van het hart, zoals bij een hartblok of
ventrikelfibrillatie (hartritmestoornis: trillen van de onderste hartkamers).
Hartblok
Een hartblok vindt plaats wanneer het elektrische signaal vertraagd of gestopt is tijdens het verplaatsen door het hart.
Ventrikelfibrillatie (VF)
Wanneer VF optreedt, trillen de onderste hartkamers in plaats van regelmatig te kloppen. Het hart is niet in staat om bloed rond te pompen, hetgeen resulteert in een hartstilstand. Dit kan zonder duidelijke oorzaak optreden of als gevolg van een andere aandoening.
Risicofactoren
Aangeboren afwijkingen
Aangeboren afwijkingen kunnen soms de oorzaak zijn van een hartstilstand. Hiertoe behoren bijvoorbeeld het lang QT-syndroom en varianten,
het Brugada-syndroom, het WPW-syndroom en varianten.
Abnormaal kalium- en magnesiumgehalte
Deze mineralen zijn nodig voor de werking van het elektrische systeem van het hart. Abnormaal hoge of lage niveaus kunnen leiden tot een hartstilstand.
Coronaire hartziekten
Een
coronaire hartziekte (aandoening van de kransslagaders) tast de slagaders aan waardoor ze verstopt raken. Hierdoor kan het bloed niet goed stromen. Na verloop van tijd ontstaat hierdoor druk op de hartspieren en het elektrische systeem van het hart.
Een hartaanval
Een voorafgaande hartaanval kan littekenweefsel achterlaten, wat een risicofactor is voor ventrikelfibrillatie en bijgevolg een hartstilstand.
Ernstige fysieke spanning (stress)
Een situatie die zware
stress veroorzaakt op het lichaam kan af en toe leiden tot een hartstilstand. Voorbeelden hiervan zijn trauma,
elektrische schokken of groot bloedverlies.
Hartproblemen
Hartproblemen, zoals een
aangeboren hartafwijking, hartklepproblemen, hartritmestoornissen en een vergroot hart (
cardiomegalie), kunnen ook leiden tot een hartstilstand.
Medicijnen
Sommige geneesmiddelen verhogen de kans op hartritmestoornissen, wat kan bijdragen aan een hartstilstand.
Recreatieve drugs
Het gebruik van bepaalde
drugs, zoals cocaïne of amfetaminen, verhoogt bovendien het risico op een hartstilstand.
Symptomen
De meeste patiënten met een hartstilstand hebben voor deze gebeurtenis geen symptomen. Af en toe ervaart een patiënt echter prodromale symptomen vóór de hartstilstand, zoals een versnelde hartslag (
tachycardie), een black-out,
duizeligheid,
flauwvallen,
zwakte,
hartkloppingen (palpitaties),
kortademigheid,
misselijkheid of
braken, en
pijn op de borst. Tijdens een hartstilstand heeft de patiënt geen ademhaling en geen pols, en verliest hij plots het bewustzijn. De patiënt valt hierdoor op de grond of zakt ineen. In sommige gevallen kunnen de symptomen ongeveer een uur vóór de hartstilstand merkbaar zijn.
Diagnose en onderzoeken
Een hartstilstand gebeurt zo snel dat onderzoeken doorgaans niet onmiddellijk worden uitgevoerd. Ze vinden plaats na de hartstilstand, als de patiënt dit heeft overleefd. De testen bestaan dan uit:
Bloedonderzoek
Een
bloedonderzoek is nodig om de aanwezigheid van enzymen te onthullen die mogelijk in verband worden gebracht met een hartaanval. Daarnaast worden niveaus van bepaalde mineralen, hormonen en chemische stoffen in het lichaam getest.
Cardiale MRI-scan
Een cardiale
MRI-scan is een beeldvormend onderzoek waarbij de arts gedetailleerde foto's van het hart en de bloedvaten krijgt.
Echocardiografie
Een
echocardiografie toont schade aan het hart en spoort andere hartproblemen op, zoals hartspieraandoeningen of hartklepproblemen.
Elektrocardiografie
Een
elektrocardiografie (ECG) meet de elektrische activiteit van het hart en is nodig om te bepalen of het hart schade heeft opgelopen door een coronaire hartziekte of door een hartaanval.
Elektrofysiologische studie
Een elektrofysiologische test is nuttig om de geleiding in het hart te evalueren.
Intracardiaal elektrofysiologisch onderzoek
Een intracardiaal elektrofysiologisch onderzoek onthult de werking van de elektrische signalen van het hart. Dit onderzoek wordt door de arts gebruikt om afwijkingen in de hartslag of het hartritme te identificeren.
Hartkatheterisatie
Dankzij een
hartkatheterisatie krijgt de arts informatie over de bloedvaten die misschien vernauwd of geblokkeerd zijn (
vasoconstrictie).
Nucleaire ventriculografie
Een nucleaire ventriculografie controleert de pompfunctie van het hart.
Andere onderzoeken
Soms zijn ook andere onderzoeken nodig, maar dit bepaalt de arts op basis van de gezondheid en de voorgeschiedenis van de patiënt en de resultaten van de andere onderzoeken.
Behandeling via reanimatie en defibrillatie
Een hartstilstand is een medische noodsituatie, dus een spoedbehandeling is vereist via reanimatie en defibrillatie.
Reanimatie
De eerste stap bestaat uit het reanimeren van de patiënt met een hartstilstand. Hierdoor krijgt zuurstof weer de kans om in het lichaam te stromen totdat de spoedeisende hulp arriveert. Een snelle start van reanimatie is cruciaal om de overlevingskansen van de patiënt te verhogen.
Defibrillatie
Defibrillatie gebeurt met behulp van een medisch apparaat dat een elektrische schok aan het hart geeft. Door de schok gaat het hart weer normaal kloppen. In openbare ruimtes zijn vaak kleine, draagbare defibrillatoren beschikbaar voor noodgevallen. Meestal zijn personeelsleden van deze locaties opgeleid om dit toestel te gebruiken. Deze behandeling werkt het beste wanneer de patiënt zo snel mogelijk defibrillatie ontvangt. Bij een uitblijven van zuurstoftransport gedurende meer dan enkele minuten treedt namelijk onomkeerbare hersenbeschadiging op.
Ziekenhuisopname
Na een hartstilstand krijgt de patiënt behandeling in het ziekenhuis die bestaat uit geneesmiddelen, behandelingen of een operatie. Bij sommige patiënten plaatst de arts een implanteerbare cardioverter-defibrillator onder de huid in de buurt van de borst. Dit kleine apparaatje bewaakt de hartslag en geeft een elektrische schok aan het hart als het een
abnormaal hartritme detecteert.
Prognose is niet zo goed
De meeste patiënten overleven een hartstilstand niet. Patiënten die een hartstilstand hebben gehad, lopen bovendien een hoger risico op het krijgen van een andere hartstilstand.
Complicaties van plotseling stoppen van hartfunctie
Een hartstilstand kan soms leiden tot blijvende gezondheidsproblemen, zoals:
Preventie van een hartstilstand
Preventie van een hartstilstand richt zich op het verminderen van risicofactoren en het bevorderen van een gezonde levensstijl. Enkele belangrijke preventieve maatregelen zijn:
Leefstijlveranderingen
- Gezonde voeding: Eet een evenwichtig voedingspatroon met veel groenten, fruit, volle granen en magere eiwitten. Beperk de inname van verzadigde vetten, zout en suiker om hart- en vaatziekten te voorkomen.
- Regelmatige lichaamsbeweging: Streef naar ten minste 150 minuten matige intensiteit of 75 minuten hoge intensiteit fysieke activiteit per week, zoals wandelen, fietsen of zwemmen.
- Gewichtbeheer: Handhaaf een gezond lichaamsgewicht om overbelasting van het hart en andere gezondheidsproblemen te voorkomen.
Gezondheidsmanagement
- Controle van cholesterol- en bloeddrukniveaus: Houd cholesterol- en bloeddrukniveaus binnen de aanbevolen waarden door middel van dieet, lichaamsbeweging en indien nodig medicatie.
- Diabetesbeheer: Beheer diabetes effectief door regelmatig de bloedsuikerspiegel te controleren en een gezonde levensstijl te volgen.
- Stoppen met roken: Roken verhoogt het risico op hart- en vaatziekten. Stoppen met roken vermindert dit risico aanzienlijk.
- Beperking van alcoholgebruik: Drink alcohol met mate. Overmatig alcoholgebruik kan bijdragen aan een verhoogd risico op hartproblemen.
Medische controles
- Regelmatige gezondheidscontroles: Onderga regelmatig medische controles om eventuele hartproblemen vroegtijdig op te sporen en te behandelen.
- Hartgezondheidsmonitoring: Bij risicopatiënten of personen met een familiegeschiedenis van hartziekten kunnen periodieke onderzoeken, zoals ECG's en echocardiografie, nuttig zijn om de hartgezondheid te monitoren.
Preventieve behandelingen
- Medicatie: Neem voorgeschreven medicatie zoals statines of bloeddrukverlagende middelen zoals voorgeschreven door uw arts om het risico op hart- en vaatziekten te verlagen.
- Implanteerbare apparaten: Voor personen met een hoog risico op hartstilstand kunnen artsen een implanteerbare cardioverter-defibrillator (ICD) overwegen om het hart te monitoren en indien nodig elektrische schokken toe te dienen.
Lees verder