Urethrakanker: Kanker aan plasbuis met plasproblemen en pijn
De plasbuis (urinebuis) is in medische termen gekend als de ‘urethra’. Door de urethra stroomt de urine vanuit de blaas. In zeldzame gevallen ontwikkelt een patiënt kanker in de urethra. Een patiënt met urethrakanker ervaart doorgaans bloedingen, pijn of plasproblemen. Net zoals vele vormen van kanker, biedt een vroege opsporing van urethrakanker de beste kans op genezing. Zodra de kanker is ontdekt, is chirurgie geïndiceerd, eventueel in combinatie met radiotherapie en/of chemotherapie.
Wat is de urethra?
De urethra is een holle buis die urine uit de blaas laat stromen naar de buitenkant van het lichaam. Bij vrouwen is de urethra ongeveer 2,5 centimeter lang en bevindt de urethra zich net boven de vagina. Bij mannen is de urethra langer (8 centimeter) en gaat deze door de prostaatklier en de penis naar de buitenkant van het lichaam. Bij mannen draagt de urethra ook sperma.
Epidemiologie van kanker aan plasbuis
Urethrakanker is een zeldzame vorm van kanker die vaker voorkomt bij mannen dan bij vrouwen. De incidentie van urethrakanker bedraagt 4,3 per miljoen bij mannen en 1,5 per miljoen bij vrouwen. De incidentie neemt echter toe met de leeftijd. Primaire urethrakanker (kanker van de plasbuis die ook daar gestart is) komt twee keer vaker voor bij Afro-Amerikanen dan bij mensen met een blanke huidskleur. Urethrakanker komt voor bij adolescenten, volwassenen en ouderen. De meeste patiënten die de diagnose krijgen, zijn tussen de zeventig en tachtig jaar oud.
Oorzaken
Urethrakanker is een ziekte waarbij kwaadaardige cellen (kankercellen) zich in de weefsels van de urethra vormen. De cellen groeien abnormaal en ongecontroleerd in dit gebied. Waarom dit gebeurt, is niet bekend anno september 2024.
Risicofactoren van aandoening
Enkele risicofactoren zijn bekend voor urethrakanker:
Symptomen: Plasproblemen, bloedingen en pijn
In de vroege stadia van de kanker heeft de patiënt mogelijk geen symptomen. Andere symptomen verschijnen meestal sluipend en bestaan uit:
- een brok of gezwel in het perineum of de penis / een pijnloze knobbel of zwelling in de lies
- een purulente (etterige); stinkende of waterige afscheiding uit de urethra
- een zwelling
- hemospermie (bloed in het sperma)
- perineale (rond de anus) pijn, suprapubische pijn (pijn boven de schaamstreek) of urethrapijn
- pijn tijdens de geslachtsgemeenschap
- plasproblemen:
- een bloeding uit de urethra of bloed in de urine (hematurie)
- een zwakke of onderbroken urinestroom
- frequent urineren (pollakisurie), vooral ’s nachts (nycturie)
- incontinentie
- problemen met het starten van de urinestroom
- urineretentie (blaas niet volledig kunnen ledigen) door progressieve urethrale strictuur (plasbuisvernauwing)
- priapisme (zeer langdurige en vaak pijnlijke erectie van de penis)
- tenesmen (aanhoudende, pijnlijke stoelgangsdrang)
Diagnose en onderzoeken
Late diagnose
Het interval tussen het begin van de symptomen en de diagnose bedraagt mogelijk tot drie jaar. De patiënt krijgt namelijk vaak een verkeerde diagnose of anders zoekt hij geen medische hulp op. Vaak zijn dan reeds
kankeruitzaaiingen aanwezig in het lichaam.
Een uitgebreid bloedonderzoek is nodig /
Bron: Frolicsomepl, Pixabay
Kanker opsporen
De arts gebruikt diverse onderzoeken om urethrakanker te detecteren nadat hij een lichamelijk onderzoek uitgevoerd heeft en de medische geschiedenis van de patiënt heeft doorlopen:
- een biopsie (verwijdering van cel- of weefselmonsters uit de urethra, blaas en soms de prostaatklier, wat de arts microscopisch laat onderzoeken op tekenen van kanker)
- een digitaal rectaal onderzoek
- een gynaecologisch onderzoek
- een uitgebreid bloedonderzoek
- een ureteroscopie (inwendig kijkonderzoek van de ureter en het nierbekken)
- een urinealyse (een test om de kleur van urine en de inhoud ervan te controleren)
- een urinecytologie (een laboratoriumtest waarbij een laborant een urinemonster onder een microscoop controleert op de aanwezigheid van abnormale cellen)
Kankerstadium bepalen
Nadat urethrakanker is gediagnosticeerd, voert de arts meerdere onderzoeken uit om eventuele uitzaaiingen (metastasen) van de kankercellen op te sporen. Hiermee is het bovendien mogelijk om de locatie de urethrakanker vast te leggen wat nodig is voor het toepassen van de juiste behandeling. Urethrakanker zaait mogelijk snel uit naar weefsels rond de urethra en daarom stellen artsen pas vaak de diagnose wanneer reeds sprake is van lymfekliermetastasen (uitzaaiingen van de kanker in de
lymfeklieren). Volgende onderzoeken zijn inzetbaar om het kankerstadium te bepalen:
Locatie van kanker
Distale urethrakanker
Bij distale urethrakanker heeft de kanker zich niet diep in het weefsel verspreid. Bij vrouwen is het deel van de urethra aangetast dat zich het dichtst bij de buitenkant van het lichaam bevindt. Bij mannen is het deel van de urethra getroffen dat in de penis zit.
Proximale urethrakanker
Proximale urethrakanker tast het deel van de urethra aan dat niet tot de distale urethra behoort. Bij mannen en vrouwen is proximale urethra meestal diep in het weefsel aanwezig.
Terugkerende urethrakanker
Terugkerende urethrakanker duidt op
kanker die is teruggekeerd nadat deze behandeld is. De kanker komt dan terug in de urethra zelf of in andere lichaamsdelen.
Behandeling
Er zijn verschillende soorten behandelingen voor patiënten met urethrakanker: chirurgie,
radiotherapie en/of
chemotherapie en actieve bewaking. Controle- en opvolgonderzoeken zijn vaak nodig. De voorkeursbehandeling is chirurgie.
Prognose
De prognose en behandelingsopties van kanker aan de plasbuis zijn afhankelijk van:
- de stadia van de ziekte (hoe ver de kanker zich verspreid heeft in en buiten de urethra)
- de graad van de kanker (hoe snel de kanker waarschijnlijk zal groeien en zich verspreiden)
- de algemene gezondheidstoestand van de patiënt
- de effectiviteit van de behandeling
Overleving
De overlevingspercentages verschillen per patiënt, afhankelijk van het kankerstadium, de graad van de kanker en andere factoren. De vijfjaarsoverleving bij patiënten met urethrakanker ligt tussen de 50 en 70 procent, afhankelijk van het stadium waarin de kanker wordt gedetecteerd en behandeld.
Complicaties
Mogelijke complicaties zijn onder andere:
- urineretentie (onvermogen om de blaas volledig te legen)
- incontinentie (onvermogen om de controle over de urinestroom te behouden)
- pijn bij urineren
- dysfunctie van de geslachtsorganen
- kankerrecidief (terugkeer van kanker na behandeling)
Preventie
Er zijn geen specifieke preventiemethoden voor urethrakanker. Het risico kan mogelijk verminderd worden door het vermijden van bekende risicofactoren, zoals het vermijden van blootstelling aan kankerverwekkende stoffen, behandeling van seksueel overdraagbare aandoeningen, en het onderhouden van een gezonde levensstijl.
Lees verder