Prostaatonderzoek: onderzoek van de prostaat bij een man
Bij plasklachten kan prostaatonderzoek worden uitgevoerd om te bekijken of er sprake is van een vergrote prostaat. Een vergrote prostaat is een toename in de omvang van de prostaat. Het wordt niet veroorzaakt door kanker. De medische term voor een vergrote prostaat is goedaardige prostaatvergroting of benigne prostaathyperplasie (BPH). Hyperplasie betekent een toename van het aantal cellen, waardoor de prostaat in omvang toeneemt. Een vergrote prostaat komt veel vaak voor bij mannen boven de 50 jaar. Niet alle mannen met een vergrote prostaat krijgen last van (plas)klachten. Maar als de prostaat groeit, kan het op de buitenkant van de urethra drukken, waardoor de urinebuis versmalt. Dit kan de urinestroom vertragen of soms zelfs helemaal blokkeren wanneer je probeert te plassen. Het kan ook leiden tot incontinentieproblemen.
Vergrote prostaat
Ongeveer 1 op de 3 mannen boven de leeftijd van 50 jaar heeft
plasklachten. De meest voorkomende oorzaak van deze symptomen is een
vergrote prostaat. Er kunnen verschillende tests worden uitgevoerd om te zien of er sprake is van een vergrote prostaat. Sommige van die onderzoeken kunnen worden gedaan door de huisarts, andere worden verricht door de uroloog of een andere specialist in het ziekenhuis.
Lang niet alle hieronder beschreven onderzoeken zullen nodig zijn. Vraag je huisarts om uit te leggen welke testen je nodig zal hebben, waar ze plaats vinden en waarom ze nodig zijn.
Prostaatonderzoek door de huisarts
Vraaggesprek (anamnese)
Je huisarts zal allerlei vragen stellen over je symptomen: welke klachten je hebt, hoe lang je er al last van hebt, of de klachten in de loop van de tijd zijn verergerd en hoe ze van invloed zijn op je leven. Voordat je je huisarts bezoekt, kan het handig zijn om alvast na te denken over de klachten die je ervaart en hoe vaak je er de afgelopen maand last van hebt gehad. Dit kan je helpen om je klachten te verduidelijken bij de huisarts. Je kunt ook een dagboekje bijhouden van hoeveel je drinkt en hoe vaak je moet plassen, ook 's nachts!
De huisarts zal vragen stellen over je klachten /
Bron: Istock.com/monkeybusinessimagesDe huisarts zal ook nagaan of je symptomen kunnen worden veroorzaakt door een ander gezondheidsprobleem, zoals
diabetes, en hij zal controleren welke medicijnen je gebruikt, zoals
bloeddrukmedicijnen, anti-depressiva (medicijnen die kunnen helpen bij een
depressie) of kruidengeneesmiddelen. Dit kan ook van invloed zijn op de klachten.
De huisarts zal ook checken of je symptomen mogelijkerwijs verband houden met je
levensstijl, bijvoorbeeld dat je vaak grote hoeveelheden vloeistof drinkt, zoals alcohol of cafeïnehoudende dranken.
Blaasdagboek
Je huisarts kan aan je vragen om een blaasdagboek, ook urinedagboek genoemd, bij te houden gedurende een paar dagen. Hierin noteer je hoeveel je drinkt, wat voor soort drankjes je drinkt, wanneer en hoeveel je moet plassen. Er kan ook worden gevraagd om bij te houden of en wanneer er
druppelincontinentie optreedt. Dit laatste betekent druppeltjes plas verliezen. Een dagboek kan helpen om je arts inzicht te geven in de aard en de ernst van de problemen.
Urineonderzoek
Je huisarts kan het zinvol vinden om je
urine te laten nakijken op de aanwezigheid van
bloed of een infectie, wat de klachten zou kunnen veroorzaken.
PSA-test /
Bron: Istock.com/jarun011Bloedonderzoek
Urine- en
bloedonderzoek kan uitwijzen hoe goed de
nieren (nog) werken. Er kan ook getest worden op prostaat specifiek antigeen (PSA), een eiwit dat wordt geproduceerd door cellen in de prostaat. Een vergrote prostaat kan de hoeveelheid PSA in je bloed laten stijgen. Leeftijd, een
urineweginfectie, een
prostaatontsteking en
prostaatkanker kan ook de PSA-waarde laten stijgen. Om die reden is altijd aanvullend onderzoek nodig na vaststelling van een
verhoogde PSA-waarde.
Digitaal rectaal onderzoek /
Bron: Blamb/ShutterstockLichamelijk onderzoek
De huisarts kan je buik (maagstreek) en je lid onderzoeken. Hij kan ook de
prostaat bevoelen door de wand van de endeldarm (rectum). Dit heet een digitaal rectaal onderzoek (DRE). Tijdens een DRE, zal de arts je vragen om op je zij te gaan liggen op de behandeltafel, met je knieën omhoog naar je borst. De arts brengt een gehandschoende vinger (met wat gel) in het rectum en voelt door de rectale wand aan de prostaat. Hij let daarbij op afwijkingen in grootte, vorm en consistentie van de prostaat.
Prostaatonderzoek in het ziekenhuis
Als de huisarts je verwijst naar een specialist in het ziekenhuis, kan aldaar een deel van de tests die de huisarts had uitgevoerd, opnieuw worden gedaan. Er kunnen ook aanvullende onderzoeken worden uitgevoerd.
IPSS vragenlijst
De uroloog kan vragen of je een IPSS-vragenlijst wilt invullen. IPSS ('International Prostate Symptom Score) is een symptoom-scorelijst met acht vragen over plasklachten. Dit helpt de arts om meer inzicht te krijgen in je klachten bij (vermeende) prostaatklachten.
Een vergrote prostaat kan de urinestroom blokkeren /
Bron: Ellepigrafica/ShutterstockFlowmetrie (urinestraalmeting)
Er wordt aan je gevraagd om te urineren in een machine die de snelheid van je urinestroom meet. Mannen met een vergrote prostaat hebben meestal een langzamere stroom dan mannen zonder prostaatklachten.
Transrectale echografie
Transrectale echografie is een onderzoek waarbij een buisje (echoprobe) in de anus wordt ingebracht en via de endeldarm wordt de grootte, de aard en de vorm van de prostaat bepaald. Tijdens het onderzoek kunnen desgewenst enkele kleine stukjes weefsel worden weggenomen uit (vermeende) afwijkende gebieden. Deze weefsels worden later onder de microscoop onderzocht.
Overige onderzoeken
Afhankelijk van de testresultaten, kunnen andere onderzoeken worden uitgevoerd om erachter te komen wat de oorzaak is van je klachten.
Urodynamisch onderzoek (UDO)
Dit toont aan hoe goed je blaas werkt. De spierkracht van de blaas wordt gemeten tijdens:
- het vullen van de blaas; en
- het uitplassen.
Er wordt berekend in welke mate een vergrote prostaat voor vernauwing van het urinekanaal zorgt.
Cystoscopie /
Bron: Alexilusmedical/ShutterstockCystoscopie (blaasspiegelen)
Dit inwendige onderzoek wordt verricht om de doorgankelijkheid van de plasbuis vast te stellen. Ook kan onderzocht worden of er een blokkade is of abnormaal c.q. afwijkend weefsel in de plasbuis of de blaas. Daarnaast wordt de grootte van de prostaatkwabben beoordeeld. De arts brengt middels wat (verdovend) glijmiddel een dun, buigzaam buisje door de plasbuis naar binnen. Het instrument ('cystoscoop' genoemd) heeft een kijker en verlichting. Zodoende kan de specialist via de plasbuis, de prostaat en de blaas kan bekijken.
PAD-test
Een PAD-test kan beoordelen in hoeverre er sprake is van ongewild urineverlies bij inspanning, sporten, hoesten, niezen en/of persen. Je krijgt een verband ('pad') om en bij het doen van allerlei oefeningen wordt bekeken hoeveel urineverlies er optreedt bij een bepaalde vulling van de blaas; de blaas is dus niet leeg, anders valt er niets te beoordelen.
Lees verder