Zeven misverstanden over gezond eten ontkracht
Wanneer eet je gezond? En wanneer ben je verkeerd bezig? Op het gebied van gezond eten doen nogal wat mythes de ronde. In dit artikel worden enkele veel voorkomende misverstanden rondom gezond eten ontkracht.
Misverstand 1: Groente uit de diepvries, pot of blik bevat veel minder voedingsstoffen dan verse groente
Veel mensen denken dat verse groente veel voedzamer is dan groente uit blik, of diepvriesgroente. Maar diepvriesgroenten en blikgroenten hebben nauwelijks minder vitaminen dan verse groenten. Deze groenten bleken zelfs hogere gehaltes aan pro-vitamine A en vitamine C te hebben. Dit blijkt uit vergelijkend warenonderzoek van de Consumentenbond, dat is gedaan in 2010. Blikgroenten en diepvriesgroenten worden vaak binnen enkele uren na de oogst verwerkt. Bij verse groenten duurt dat veel langer. Vaak liggen verse groenten dagen of weken in de supermarkt, vóór ze in de pan belanden. Al die tijd kunnen er vitaminen verloren gaan. Wel zit er vaak veel zout in blikgroenten en diepvriesgroenten. Alle diepvriesproducten en blikgroenten die de Consumentenbond testte, zaten boven de aanbevolen hoeveelheid zout!
Misverstand 2: Donkerbruin brood is altijd gezonder dan lichter gekleurd brood
Veel mensen weten dat bruinbrood gezonder is dan witbrood. Bruinbrood bevat namelijk meer vezels dan witbrood. Vezels zorgen ervoor dat je darmen beter werken. Dit zorgt voor een betere stoelgang, en dat zorgt weer voor een kleiner risico op darmkanker. Ook bevat bruinbrood meer ijzer. Maar dat betekent niet dat het allerdonkerste brood ook automatisch het meest gezond is. Vaak worden broden extra bijgekleurd met gebrand mout, om ze 'gezonder' te doen lijken. Van alle broden, is volkorenbrood nog het meest gezond, gezonder dan bruin én wit.
Misverstand 3: Van aspartaam krijg je kanker
Veel mensen vermijden de kunstmatige zoetstof aspartaam, omdat deze stof kanker zou veroorzaken. Op internet doen er allerlei verhalen over aspartaam de ronde. De meeste studies tonen echter aan dat aspartaam veilig is. Bron van alle verwarring zijn twee studies uit 2005 en 2007 van het Italiaanse Ramazzini-instituut. Dit onderzoek vond meer tumoren bij ratten die aspartaam toegediend kregen. Volgens de Europese Voedselautoriteit EFSA was dit onderzoek echter niet goed opgezet. De Italiaanse onderzoekers weigeren hun resultaten vrij te geven. In 2012 heeft de EFSA opnieuw alle onderzoeken naar aspartaam bekeken, en opnieuw beoordeeld dat aspartaam veilig is. Producten met aspartaam erin kunnen dus met een gerust hart gebuikt worden.
Misverstand 4: Na acht uur 's avonds kun je beter niet eten
Als je wil afvallen, hoor je vaak dat het beter is om na acht uur in de avond niets meer te eten. Alles wat je na acht uur eet, wordt namelijk omgezet in vet. Dit is echter een fabeltje. Het maakt niet echt uit op welke tijdstippen je eet. Voedsel wordt alleen omgezet in vet als je meer calorieën inneemt dan je verbrandt. Eigenlijk is het best logisch dat je in de avond honger krijgt. Als je om 5 uur gegeten hebt, is het 10 uur 's avonds al weer 5 uur geleden sinds de laatste maaltijd. Als je dan een licht verteerbaar hapje eet kan dus heus geen kwaad. Ook kun je er voor kiezen om vroeger naar bed te gaan, zodat je er voor zorgt dat je al in bed ligt vóórdat je honger krijgt.
Misverstand 5: Als je veel vruchtensap drinkt, ben je gezond bezig!
Vruchtensappen hebben een gezond imago. Het is immers gemaakt van fruit, en fruit staat bekend als bron van vitamine C. Frisdranken hebben een veel slechter imago. Zij staan bekend als 'suikerbommen'. Maar die 'gezonde' vruchtensappen bevatten net zoveel calorieën als frisdrank! Zowel cola als vruchtensap bevatten gemiddeld ongeveer 105 kcal (per glas van 250 ml). Ook een 'ongezond' biertje bevat ongeveer zoveel calorieën. Druivensap bevat zelfs veel meer calorieën (160 kcal per glas). Tomatensap bevat dan weer minder calorieën (43 kcal per glas). Als je dan toch vitamine C wilt innemen, kun je dus beter een stuk fruit pakken.
Misverstand 6: E-nummers zijn ongezond en onnatuurlijk
De verpakking van het gemiddelde supermarktproduct staat er vol mee: E-nummers. Al die E-nummers doen op zijn minst kunstmatig aan. Maar E-nummers zijn niet synoniem met 'onnatuurlijk' en 'ongezond'. Een E-nummer betekent simpelweg dat de stof door de EU is goedgekeurd. Alle E-nummers zijn getest op schadelijke bijwerkingen. Een stof krijgt pas een E-nummer als uit wetenschappelijk onderzoek blijkt dat de stof veilig is. Wel kunnen sommige E-nummers (zoals sulfiet) bij sommigen allergische reacties veroorzaken. De angst dat je zonder het te merken teveel van deze stoffen binnenkrijgt, is niet terecht. Van al deze stoffen is een 'veilige' maximumhoeveelheid bepaald. Producten in de supermarkt mogen niet meer dan die hoeveelheid bevatten. Je hoeft dus niet bang te zijn dat je ongemerkt opeens een veel te hoge dosis van een stof binnen krijgt, mits je een beetje 'normaal' eetpatroon hebt.
Misverstand 7: Vet is slecht voor je
Vet heeft een slechte naam. Veel mensen eten te veel vet voedsel. Maar dat betekent niet dat vet per definitie ongezond is! Ons lichaam heeft een bepaalde hoeveelheid vetten nodig. Vet is een bron van vitamine A, D en E. Ook krijgen we stoffen als linolzuur en alfalinoleenzuur binnen door het vet in ons eten. Ons lichaam kan deze vetzuren niet zelf maken, maar heeft deze stoffen wel nodig. In sommige vetten zitten ook omega-3 vetzuren. Deze verlagen de kans op hart-en vaatziekten. Omega-3 vetzuren komen vooral voor in vette vis. Een ander vetzuur, arachidonzuur, helpt bij de aanleg van hersenweefsel. Niet alle vetten zijn echter gezond. Verzadigde vetten en transvetten verhogen het risico op hart-en vaatziekten. Daarnaast leveren zowel gezonde als ongezonde vetten veel energie. Wie niet aan wil komen, doet er dus goed aan er niet te veel van te eten.
Lees verder