Wondgenezing, genezing van een wond
Een wond ontstaat door schade van buitenaf. Er is sprake van letsel aan de huid. De meeste wonden bloeden. Vaak is dit helderrood van kleur. Alleen bij aderlijke en slagaderlijke bloedingen is het bloed donkerrood van kleur. Een goede wondverzorging is van belang. Daarnaast zijn er nog andere factoren die de wondgenezing kunnen vertragen of versnellen. De wond geneest volgens een vast patroon. Allereerst zal de wond een korst gaan vormen. Daarna begint het opvullen van de wond.
Wat is een wond?
Een wond is letsel van de huid, dat ontstaan is door schade van buitenaf. Er zijn verschillende type wonden waaronder
schaafwonden, snijwonden, brandwonden, bijtwonden en schotwonden. Een wond kan verschillende oorzaken hebben:
- Verbranding of bevriezing
- Straling of elektriciteit
- Bijten of krabben
- Steken of snijden
- Schaven
- Chemische vloeistof
- Infectie met een bacterie, virus, schimmel of parasiet
De buitenkant van de huid wordt de opperhuid genoemd, dit is het eerste gedeelte dat beschadigd raakt. Vaak gaat een wond dieper, naar de daaronder liggende weke delen. De binnenkant van de huid wordt de lederhuid genoemd. Onder de lederhuid bevindt zich het onderhuids bindweefsel. Onder het bindweefsel bevinden zich de spieren, pezen en botten. Soms gaat een wond zo diep dat de onderliggende spier zichtbaar is.
Een wond gaat bloeden
Wanneer de huid beschadigd raakt zal deze gaan bloeden. Een oppervlakkige wond bloedt amper, een diep wond bloedt soms ernstig. In de meeste gevallen zal de wond niet levensbedreigend bloeden. De haarvaten zijn gescheurd waardoor er een lichte bloeding optreedt. Het bloed is helderrood van kleur. In ernstige gevallen kan er een aderlijke of slagaderlijke bloeding optreden. Er stroomt donkerrood bloed uit de wond. Door druk uit te oefenen op de wond, gedurende tien minuten, kan het bloeden gestelpt worden. Wanneer druk op de wond niet mogelijk is, moet er gebruik worden gemaakt van de drukpunten. Hierbij wordt de slagader tussen wond en hart dichtgedrukt.
De wonden waar we het vaakst mee te maken krijgen zijn klein en bestaan uit schaafwonden, bijtwonden, steekwonden, snijwonden of brandwonden. Vaak ontstaan deze wonden in en rondom het huis of op het werk. Vaak is een
pleister of
verband voldoende om de wond te behandelen.
Wondgenezing
De wond zal veelal gaan bloeden. Hierdoor wordt de wond gereinigd. Het bloed zal na enige tijd gaan stollen. Hierdoor wordt de wondholte opgevuld met bloedstolsels en weefselvocht. Er verschijnt een beschermende korst over de wond heen. Deze korst zorgt ervoor dat er geen vuil en indringers de wond binnenkomen. Bacteriën die zich in de wond bevinden worden door het lichaam opgeruimd. Hierdoor kan de wond warm aanvoelen en rood kleuren. Soms ontstaat er zelfs wat koorts. De wondgenezing kan vertraagd worden door dit proces. Zogenaamde 'vreetcellen' ruimen de dode bacteriën en virussen op.
In de wondholte groeien bloedvaatjes en jonge bindweefselcellen. Dit wordt granulatieweefsel genoemd. Granulatieweefsel is vochtig, korrelig en ziet er helder rood van kleur uit. Het granulatieweefsel vult de wondholte tot aan de kiemlaag. Wanneer dit niveau bereikt is, zullen de epitheelcellen aan de wondrand zich gaan vermenigvuldigen. Ze bedekken al gauw het granulatieweefsel. De wond sluit zich. Het granulatieweefsel wordt vervolgens armer aan bloedvaten en rijker aan bindweefselvezels. Hierdoor wordt het litteken steviger.
Misvormde littekens
Soms is de wond zo groot dat de opperhuid niet volledig kan sluiten. Het gevolg is een misvormend litteken. Dit kan voorkomen worden door grote wonden te hechten: de wondranden worden met hechtdraad tegen elkaar aan gesloten. Er zal dan geen tot een licht litteken overblijven. Groot littekenweefsel wordt ook wel
wild vlees genoemd. Het is soms erg ontsierend. In ernstige gevallen zal er een huidtransplantatie moeten worden toegepast. Hierbij wordt de ontsierde huid vervangen door een gaaf stukje huid, vaak elders uit het lichaam weggenomen.
Vertraging
Wondgenezing kan vertraging oplopen. Dit komt onder andere door de aanwezigheid van bijvoorbeeld bacteriën die eerst moeten worden opgeruimd. Een slechte voeding vertraagt ook het genezingsproces. Voor een snelle wondgenezing is vitamine A en C, mineralen, eiwitten, enzymen, hormonen en zuurstof. De zuurstofvoorziening rondom en van de wond is van groot belang. Een slecht werkend hart of niet optimaal functionerende longen vertraagd de genezing van de wond. Rokers krijgen vaker te maken met een trage wondgenezing. Onderliggende ziektes zijn ook factoren, zoals stofwisselingsziektes of diabetes. Infecties zijn van invloed, zoals
gasgangreen of
wondroos. Nachtrust herstelt het lichaam: wie onvoldoende slaapt zal langzamer genezen. Ook stress is van invloed. Daarnaast is een goede wondverzorging van belang.