Cataract (staar): Types van vertroebeling van ooglens
Cataract (staar) is een oogaandoening waarbij een vertroebeling van de lens in het oog optreedt als gevolg van eiwitophoping in het lichaam. De oogziekte leidt tot een verminderd gezichtsvermogen en onbehandeld zelfs tot een verlies van gezichtsvermogen. Er zijn drie primaire typen cataract, afhankelijk van de laag waarin de ooglensvertroebeling optreedt: nucleair (in de lenskern), corticaal (in de buitenste schillaag van de ooglens) en posterieur subcapsulair (achterzijde van de lens). Veelal ontstaat cataract door de veroudering, al spelen ook diverse andere risicofactoren een rol, zoals overmatig alcoholgebruik en een slechte voeding. Naast een wazig gezichtsvermogen komen ook problemen met het lezen en het nachtzicht tot stand bij de oogziekte. Een staaroperatie behandelt de progressieve oogaandoening.

Overmatig alcoholgebruik vormt een risicofactor voor staar /
Bron: Jarmoluk, PixabayOorzaken van vertroebelde lens in oog
De lens in het oog lijkt veel op een cameralens en richt het licht op het netvlies voor het krijgen van een helder beeld. Hiermee is ook mogelijk om goed van dichtbij of veraf te zien. De lens is meestal gemaakt van water en eiwit. Het eiwit is op een precieze manier gerangschikt zodat de lens vrij blijft en licht doorlaat. Naarmate mensen verouderen, klontert een deel van het eiwit samen en wordt een klein deel van de lens troebel waardoor cataract ontstaat. Na verloop van tijd breidt de cataract uit en vervaagt meer en meer van de ooglens, waardoor het voor de patiënt lastiger is om te kunnen zien.
Anno oktober 2020 is het onbekend waarom de lens van het oog verandert naarmate mensen verouderen en waarom staar zich dus vormt.
Risicofactoren
Enkele risicofactoren veroorzaken mogelijk cataract naast de
veroudering van het oog:
Types van staar
Nucleaire cataract
Nucleaire cataract (nucleaire sclerotische cataract) komt het vaakst voor en is meestal een teken van ouderdomsstaar (
leeftijdsgebonden cataract). Geleidelijk verhardt (sclerose) de centrale zone van de lens (lenskern) en krijgt deze een groen-bruine kleur. Na verloop van tijd breiden deze verharding en lensverkleuring zich uit naar de andere lagen van de lens. Naarmate dit type cataract vordert, verbetert het gezichtsvermogen van het oog en het dichtbij zien (voor het lezen of andere vormen van dichtbij werk) tijdelijk. Dit symptoom is echter niet permanent. Nucleaire cataract vordert langzaam en vaak duurt het meerdere jaren alvorens het zicht aangetast wordt.
Corticale cataract
Corticale cataract vormt zich in de cortex (buitenste schillaag van de lens, de buitenrand van de ooglens) waarbij de lens een grijze, bewolkte kleur krijgt. Veranderingen in het watergehalte van de lensvezels creëren kloven, of spleten, die lijken op de spaken van een wiel dat van de buitenrand van de lens naar het midden wijst. Geleidelijk breidt de vertroebeling uit van de buitenkant van de lens naar het midden. Uiteindelijk ontstaan problemen met het gezichtsvermogen zoals wazig zien, schittering zien, minder contrast en geen dieptezicht meer. Patiënten met diabetes mellitus (suikerziekte) lopen een verhoogd risico op het ontwikkelen van corticale cataract.
Posterieure subcapsulaire cataract
De patiënt heeft eerst een klein ondoorzichtig of troebel gebied aan de achterkant (posterieur) van de lens. Dit type cataract staat bekend als ‘subcapsulair’ omdat het zich onder de lenscapsule vormt, een klein zakje of membraan dat de lens omgeeft en op zijn plaats houdt. Subcapsulaire staar tast het leesvermogen aan en creëert halo-effecten en schittering rond lichten. Patiënten die
corticosteroïden (krachtige ontstekingsremmers die het immuunsysteem onderdrukken) gebruiken of lijden aan diabetes mellitus (
suikerziekte), extreme
bijziendheid en/of
retinitis pigmentosa (verlies van kegeltjes en staafjes in het oog), ontwikkelen dit type cataract. Subcapsulaire cataract ontwikkelen zich vaak snel waarbij de symptomen reeds binnen enkele maanden merkbaar zijn.
Symptomen
Staar gaat gepaard met tal van symptomen zoals:
- dubbelzien (meestal meerdere schaduwbeelden zien met één of beide ogen)
- een nieuwe bril nodig hebben omdat de patiënt tijdelijk beter ziet (bij nucleaire cataract); dit effect verdwijnt want de vertroebeling is progressief
- een verminderd gezichtsvermogen
- een verminderd kleurzicht (dit valt vooral op wanneer één oog reeds behandeld is voor cataract)
- een verminderd nachtzicht (de ooglens vertroebelt waardoor minder licht in het oog terecht kan en de patiënt ook minder contrast ziet)
- een wazig gezichtsvermogen (verminderde gezichtsscherpte, troebel gezichtsvermogen voor zowel veraf als dichtbij)
- problemen met verblinding / strooilicht
Diagnose en onderzoeken
Patiënten met cataract krijgen een grondig
oogonderzoek bij de oogarts, die het gezichtsvermogen en de
gezichtsscherpte test en de oogdruk meet (
tonometrie). Verder onderzoekt de oogarts het oog microscopisch (
funduscopie) om zeker te zijn dat de patiënt lijdt aan cataract en niet aan een andere
oogziekte.

Een ooggezonde voeding consumeren is belangrijk /
Bron: Jill111, PixabayBehandeling van cataract
De patiënt krijgt een cataractoperatie om de troebele lens te verwijderen en te vervangen door een kunstlens.
Preventie van vertroebeling van ooglens
Via enkele tips is het mogelijk om
cataract te voorkomen:
Lees verder