Chromhidrosis: Aandoening met gekleurd zweet
Chromhidrosis (chromhidrose) is een zeldzame aandoening waarbij een patiënt gekleurd zweet produceert. Dit zweet kan verschillende kleuren hebben zoals geel, groen, blauw, bruin of zwart. Deze aandoening ontstaat doordat de zweetklieren te veel lipofuscine, een pigment dat in menselijke cellen voorkomt, produceren of omdat het lipofuscine chemisch anders is dan normaal. Gekleurd zweet komt voor in de oksels, op het gezicht en rond de tepels. De behandeling bestaat meestal uit het sluiten van de zweetklieren door middel van crèmes of botoxinjecties.
Epidemiologie van chromhidrosis
Chromhidrosis is een zeldzame aandoening. Incidentie- of prevalentiegegevens zijn echter niet beschikbaar in de geraadpleegde bronnen (oktober 2020). Apocriene chromhidrosis komt vaker voor bij mensen met een donkere huidskleur dan bij mensen met een lichte huidskleur. Gezichtschromhidrosis daarentegen komt uitsluitend voor bij mensen met een lichte huidskleur. Er is geen geslachtsvoorkeur voor chromhidrosis, en de aandoening presenteert zich meestal na de puberteit, wanneer de apocriene klieren actief worden. Er zijn echter zeldzame gevallen bij
zuigelingen gemeld.
Voorkomen van chromhidrosis
Chromhidrosis is een zeldzame aandoening die wereldwijd voorkomt, maar de exacte prevalentie is niet goed gedocumenteerd vanwege de geringe frequentie en het gebrek aan uitgebreid onderzoek. De aandoening komt voornamelijk voor bij patiënten met een genetische of familiaire aanleg en wordt vaker gerapporteerd in bepaalde geografische regio’s waar specifieke omgevingsfactoren aanwezig zijn die de aandoening kunnen uitlokken.
Leeftijd en geslacht
Hoewel chromhidrosis in alle leeftijdsgroepen kan voorkomen, wordt de aandoening het meest gediagnosticeerd bij volwassenen, met een lichte voorkeur voor vrouwen. Dit kan mogelijk te maken hebben met hormonale factoren of verschillen in meldingsgedrag.
Geografische en omgevingsinvloeden
Geografische verschillen in de incidentie van chromhidrosis zijn gerapporteerd, waarbij warme en vochtige klimaten een rol lijken te spelen. Omgevingsfactoren, zoals blootstelling aan specifieke chemicaliën of toxines, kunnen ook bijdragen aan het ontstaan van de aandoening.
Genetische componenten
Hoewel chromhidrosis niet strikt als een erfelijke aandoening wordt beschouwd, zijn er aanwijzingen dat genetische predispositie een rol kan spelen. Familiegeschiedenis van vergelijkbare huid- of zweetklieraandoeningen wordt vaak gerapporteerd bij patiënten met chromhidrosis.
Mechanisme
Rol van zweetklieren
Chromhidrosis wordt veroorzaakt door een afwijking in de apocriene zweetklieren, die zich voornamelijk in de oksels, tepels en genitale regio bevinden. Deze klieren produceren normaal gesproken kleurloos zweet, maar bij chromhidrosis ontstaat een ophoping van lipofuscinepigmenten die de afscheiding een gekleurde tint geven.
Chemische samenstelling van pigmenten
De pigmenten die verantwoordelijk zijn voor de gekleurde zweetafscheiding zijn meestal lipofuscinen. Deze pigmenten worden geproduceerd door oxidatieve processen in de apocriene klieren. Verhoogde concentraties of veranderingen in de chemische structuur van lipofuscinen kunnen de intensiteit van de kleur beïnvloeden.
Uitlokkende factoren
Bepaalde triggers, zoals warmte, stress of fysieke activiteit, kunnen de productie van gekleurd zweet stimuleren. Daarnaast kunnen specifieke voedingsmiddelen, medicijnen of blootstelling aan toxines een rol spelen in de manifestatie van chromhidrosis.
Pathofysiologie
De exacte pathofysiologie van chromhidrosis is complex en omvat zowel genetische als omgevingsfactoren. Naast de rol van lipofuscinen wordt verondersteld dat oxidatieve stress en metabole processen bijdragen aan de afwijkingen in de zweetklierfunctie.
Oorzaken: Vorming van te veel lipofuscine door zweetklier
De menselijke huid bevat twee soorten zweetklieren: eccriene en apocriene klieren.
Apocriene chromhidrosis
Apocriene klieren scheiden een dik, melkachtig zweet af dat, wanneer het door bacteriën wordt afgebroken, de hoofdoorzaak is van lichaamsgeur. Chromhidrosis is meestal van apocriene oorsprong. Apocriene klieren bevinden zich in de genitale gebieden, oksels (
oksels), areolaire (tepelhof) regio en de gezichtshuid. Chromhidrosis treft echter alleen het
gezicht, de oksels en de donkere cirkel rond de tepels. Een verhoogde concentratie van het lipofuscinepigment veroorzaakt het gekleurde zweet. Dit pigment wordt geproduceerd in de apocriene klier.
Eccriene chromhidrosis
Eccriene klieren bevinden zich over het hele lichaam en scheiden een heldere, geurloze vloeistof af die helpt bij het reguleren van de lichaamstemperatuur. Eccriene chromhidrosis is zeldzaam en kan optreden bij inname van bepaalde kleurstoffen of
medicijnen.
Pseudochromhidrosis
Pseudochromhidrosis wordt veroorzaakt door externe factoren waarbij een chemische stof op het huidoppervlak reageert met eccriene secreties zoals externe kleurstoffen, verven of chromogene (kleurbevattende) bacteriën.
Risicofactoren
Genetische aanleg
Chromhidrosis kan erfelijk zijn. Personen met een familiegeschiedenis van de aandoening hebben een verhoogd risico om het zelf te ontwikkelen. De genetische aanleg kan bijdragen aan een verhoogde activiteit van de zweetklieren of een abnormale samenstelling van het zweet.
Geslacht
Hoewel chromhidrosis zowel mannen als vrouwen kan treffen, komen sommige vormen, zoals eccriene chromhidrosis, vaker voor bij mannen. Dit kan te maken hebben met verschillen in zweetklieractiviteit of huidstructuur tussen de geslachten.
Leeftijd
Chromhidrosis kan op elke leeftijd voorkomen, maar het komt vaak voor bij volwassenen. Dit kan te maken hebben met de veranderende huid- en zweetklierfunctie naarmate mensen ouder worden.
Hormonale veranderingen
Hormonale veranderingen, zoals die tijdens de puberteit, zwangerschap of menopauze, kunnen de functie van de zweetklieren beïnvloeden en bijdragen aan de ontwikkeling van chromhidrosis. Veranderingen in hormoonspiegels kunnen de samenstelling van het zweet beïnvloeden en de kleurverandering veroorzaken.
Voeding en medicijnen
Dieet en medicijnen kunnen ook bijdragen aan chromhidrosis. Het consumeren van bepaalde voedingsmiddelen, zoals kruiden en specerijen, kan de samenstelling van het zweet veranderen. Bovendien kunnen sommige medicijnen bijwerkingen hebben die de zweetklieren beïnvloeden, wat kan bijdragen aan de ontwikkeling van chromhidrosis.
Infecties en huidproblemen
Bepaalde huidinfecties en aandoeningen kunnen de werking van de zweetklieren verstoren en bijdragen aan chromhidrosis. Het aanwezig zijn van bacteriële of schimmelinfecties kan de kleur van het zweet veranderen en leiden tot de symptomen van chromhidrosis.
Stress en emotionele factoren
Stress en emotionele factoren kunnen de zweetproductie verhogen en de chemische samenstelling van het zweet veranderen. Dit kan bijdragen aan de symptomen van chromhidrosis, vooral als stress leidt tot overmatige transpiratie of veranderingen in de huidgezondheid.
Risicogroepen
Mensen met een familiegeschiedenis van chromhidrosis
Patiënten met een genetische aanleg lopen een groter risico op het ontwikkelen van chromhidrosis. Een familiegeschiedenis van vergelijkbare huid- of zweetklieraandoeningen is vaak aanwezig.
Patiënten in warme en vochtige klimaten
Chromhidrosis wordt vaker gezien bij mensen die in warme en vochtige klimaten wonen, waar de activiteit van zweetklieren verhoogd is. Dit vergroot de kans op het ontstaan van gekleurd zweet.
Hormonale risicogroepen
Personen die hormonale veranderingen ondergaan, zoals adolescenten, zwangere vrouwen en ouderen in de menopauze, vormen een risicogroep vanwege de gevoeligheid van apocriene klieren voor hormonen.
Mensen met specifieke beroepen
Beroepsgroepen die worden blootgesteld aan chemicaliën of toxines, zoals in de verfindustrie of chemische productie, lopen een hoger risico op chromhidrosis door de mogelijke effecten op zweetklieren.
Symptomen: Gekleurde zweetafscheiding
Patiënten met chromhidrosis scheiden geurloos geel, groen, blauw, bruin of zwart zweet af. Vaak melden patiënten een verkleuring van hun kleding, zoals een gekleurd hemd door okselzweet of een verkleurde beha. Minder vaak verschijnen vlekken op het gezicht of het tepelhof. Wanneer het zweet opdroogt, blijven glinsterende, diep gekleurde vlekken achter. Een aura van warmte of een stekelig gevoel, veroorzaakt door emotionele of fysieke stimuli, kan optreden vlak voordat het gekleurde zweet verschijnt.
Alarmsymptomen
Plotselinge veranderingen in zweetkleur
Een plotselinge verandering in de kleur van zweet, vooral als dit gepaard gaat met andere symptomen zoals jeuk of pijn, kan wijzen op een onderliggende aandoening en moet medisch worden onderzocht.
Aanhoudende huidirritatie
Langdurige irritatie, roodheid of zwelling in gebieden met gekleurde zweetafscheiding kan een alarmsymptoom zijn dat verdere diagnostiek vereist.
Systemische symptomen
Wanneer chromhidrosis gepaard gaat met koorts, gewichtsverlies of andere systemische klachten, kan dit wijzen op een ernstiger onderliggende oorzaak, zoals een infectie of toxische blootstelling.
Progressieve verergering
Een toename in frequentie, intensiteit of spreiding van gekleurd zweet naar andere delen van het lichaam kan een teken zijn van een progressieve aandoening die medische opvolging vereist.
Diagnose en onderzoeken
De diagnose van chromhidrosis wordt gesteld door het observeren van de zweetplekken en het afnemen van een gedetailleerde anamnese om exogene oorzaken uit te sluiten. Een specifiek diagnostisch onderzoek voor het bevestigen van de aandoening is niet beschikbaar anno oktober 2020.
Behandeling van gekleurd zweet
Er bestaat geen volledig bevredigende behandeling voor apocriene chromhidrosis anno oktober 2020.
Klieren ledigen
Patiënten kunnen de klieren handmatig of via medicatie ledigen om een symptoomvrije periode van ongeveer 48-72 uur te bereiken, totdat de klieren het pigment weer aanvullen.
Botoxinjecties
Botoxinjecties geven gemengde resultaten. Ze zijn vooral nuttig voor het verminderen van eccrien zweet bij patiënten met hyperhidrosis (
overmatig zweten), maar kunnen ook effectief zijn voor het verminderen van gekleurd zweet in het gezicht en onder de oksels.
Capsaïcinecrème
Sommige patiënten hebben baat bij een behandeling met capsaïcinecrème. Capsaïcine, een kristallijn alkaloïde in rode pepers, wordt vaak gebruikt voor tijdelijke verlichting van
pijn door
reumatoïde artritis (
ontsteking van gewrichten en organen),
artrose (reumatische aandoening van het gewrichtskraakbeen) en neuralgieën (
zenuwpijnen). De symptomen keren terug wanneer de behandeling wordt gestopt.
Prognose van chromhidrosis
Langetermijnperspectief
Chromhidrosis is een goedaardige aandoening met een over het algemeen goede prognose. Bij de meeste patiënten is de aandoening niet levensbedreigend en beperkt deze zich tot cosmetische of psychosociale gevolgen.
Invloed op de kwaliteit van leven
Hoewel chromhidrosis medisch gezien ongevaarlijk is, kan het een aanzienlijke impact hebben op het zelfbeeld en de kwaliteit van leven van patiënten. Psychologische ondersteuning kan nuttig zijn.
Behandelrespons
Met passende behandeling, zoals lokale therapie of medicatie, kunnen de symptomen van chromhidrosis vaak effectief worden beheerst. De prognose hangt echter af van de onderliggende oorzaak en de naleving van de behandelingsaanbevelingen.
Recidiefkans
In sommige gevallen kan chromhidrosis terugkeren, vooral als de onderliggende triggers niet worden aangepakt. Regelmatige controle en preventieve maatregelen kunnen helpen om recidieven te minimaliseren.
Complicaties
Chromhidrosis is een aandoening waarbij de zweetklieren een abnormale kleur van zweet produceren, meestal als gevolg van een verhoogde afscheiding van pigmenten. Hoewel chromhidrosis zeldzaam is, kan het leiden tot diverse complicaties:
Sociale en psychologische complicaties
- Sociale stigma: Mensen met chromhidrosis kunnen last hebben van sociale schaamte en stigmatisering, vooral als de gekleurde zweetvlekken zichtbaar zijn op kleding of huid.
- Psychologische stress: De constante angst voor negatieve reacties en het ongemak van zichtbaar gekleurd zweet kan leiden tot verhoogde stress, angst en vermijdingsgedrag.
- Verminderde sociale interactie: Angst voor mogelijke verlegenheid kan ertoe leiden dat individuen minder sociaal actief zijn en sociale interacties vermijden.
Huidcomplicaties
- Huidirritatie: Gekleurd zweet kan huidirritatie veroorzaken, vooral als het in contact komt met bepaalde stoffen in kleding of huidverzorgingsproducten.
- Huidinfecties: Chronische irritatie en de aanwezigheid van pigmenten kunnen het risico op huidinfecties verhogen door het verstoren van de normale huidbarrière.
- Vlekken en verkleuringen: Langdurige blootstelling aan gekleurd zweet kan leiden tot blijvende vlekken of verkleuringen op de huid en kleding.
Medische complicaties
- Beperkte diagnose: Het kan moeilijk zijn om de onderliggende oorzaak van chromhidrosis te identificeren, vooral als de aandoening secundair is aan een andere medische toestand, wat complicaties bij het stellen van een diagnose kan veroorzaken.
- Behandelingsuitdagingen: Effectieve behandeling kan moeilijk zijn, vooral als de oorzaak niet goed begrepen is of als er geen duidelijke behandelingsopties zijn.
Preventie en leefstijlaanpassingen
Aanpak van uitlokkende factoren
Het vermijden van bekende triggers, zoals warmte, stress en bepaalde chemicaliën, kan helpen om de kans op chromhidrosis te verkleinen. Het aanpassen van de leefstijl kan hierbij een belangrijke rol spelen.
Regelmatige huidverzorging
Een goede huidverzorging, waaronder het gebruik van zachte reinigingsmiddelen en het vermijden van irriterende stoffen, kan de gezondheid van de zweetklieren ondersteunen en het risico op chromhidrosis verminderen.
Medische opvolging
Bij patiënten met een verhoogd risico op chromhidrosis, zoals mensen met een familiegeschiedenis of beroepsmatige blootstelling, kan regelmatige medische controle helpen om vroege symptomen te identificeren en aan te pakken.
Educatie en bewustwording
Het vergroten van de kennis over chromhidrosis bij patiënten en zorgverleners kan bijdragen aan een vroege diagnose en effectieve preventieve strategieën. Dit omvat ook advies over het vermijden van risicofactoren en het herkennen van vroege symptomen.
Lees verder