Ohtahara-syndroom: Epileptische aanvallen bij baby’s
Het Ohtahara-syndroom (infantiele epileptische encefalopathie) is een uiterst zeldzame progressieve hersenaandoening waarbij een patiënt epileptische aanvallen ervaart die reeds vroeg in het leven tot stand komen. Naast de hardnekkige aanvallen komen nog andere symptomen tot uiting zoals een ernstige mentale handicap. De behandeling verloopt ondersteunend, al is af en toe wel een operatie mogelijk. Over het algemeen zijn de vooruitzichten slecht omdat de meeste patiënten al voor tweejarige leeftijd komen te overlijden. Overlevende patiënten hebben meestal ernstige beperkingen. De aandoening is tot slot vernoemd naar de Japanse neuroloog Shunsuke Ohtahara (1930-2013), die de ziekte voor het eerst in de medische literatuur beschreef in 1976.
Epidemiologie van hersenaandoening
De incidentie van het Ohtahara-syndroom bedraagt naar schatting 1/100.000 geboorten in Japan en 1 / 50.000 geboorten in het Verenigd Koninklijk. Sinds het beschrijven van de aandoening zijn anno januari 2020 circa honderd patiënten gemeld, maar mogelijk zijn meer patiënten bekend. Sommige
baby’s die met deze aandoening ter wereld komen en vroeg overlijden, krijgen niet altijd de diagnose van het Ohtahara-syndroom. Jongens zijn veel vaker dan meisjes getroffen door de hersenaandoening.
Oorzaken: Schade in hersenen
Er is anno januari 2020 geen bekende oorzaak van het Ohtahara-syndroom.
Hersenafwijking
In de meeste gevallen is er sprake van ernstige
hersenatrofie (krimpen van hersenweefsel) van beide hersenhelften.
Genetische mutaties (veranderingen)
Enkele genen zijn verder in verband gebracht met het Ohtahara-syndroom. Mogelijk resulteert de ziekte uit mutaties (wijzigingen) in bepaalde genen zoals onder andere:
- ARHGEF9
- ARX
- BRAT1
- CDKL5
- KCNQ2
- PCDH19
- PLCB1
- PNKP
- SCN2A
- SCN8A
- SLC25A22
- SPTAN1
- ST3GAL3
- STXBP1
- TBC1D24
Mogelijk zijn ook nog meerdere mutaties in genen betrokken bij de totstandkoming van de hersenziekte.
Metabole oorzaken leiden soms ook tot de aandoening, zoals onder andere:
- carnitinepalmitoyltransferasedeficiëntie
- mitochondriale aandoeningen
- niet-ketotische hyperglyinemie
- pyridoxine / pyridoxal-5-fosfaataandoeningen
Symptomen
Epileptische aanvallen
Het Ohtahara-syndroom veroorzaakt reeds in de eerste drie levensmaanden
epileptische aanvallen wanneer een baby slaapt of wakker is. Meestal verschijnen de aanvallen zelfs al in de eerste tien dagen. De epileptische aanvallen doen zich meestal voor als tonische aanvallen (een gegeneraliseerde aanval waarbij de ledematen plotseling stijf worden). Andere soorten aanvallen die optreden, zijn onder andere partiële aanvallen, clusters van infantiele spasmen en sporadisch ook myoclonische aanvallen.
Andere tekenen
Naast epileptische aanvallen vertonen kinderen met het Ohtahara-syndroom ernstige mentale en fysieke beperkingen. Hoewel de geboortegeschiedenis en de hoofdgrootte van baby's normaal is, komen sommige baby’s met
microcefalie (te klein hoofd) ter wereld. Bij bepaalde genetische varianten komen extra tekenen tot stand, zoals dyskinetische bewegingen en een atypisch uiterlijk van het
Rett-syndroom zoals bijvoorbeeld
ataxie (coördinatieproblemen), diplegie,
dystonie (bewegingsstoornis), hemiplegie, spierstijfheid,
tetraplegie (
verlamming van vier ledematen en romp), tonische aanvallen,
spasmen en
verwijde pupillen.
Diagnose en onderzoeken
Baby's vertonen meestal ernstige ontwikkelingsproblemen. Een abnormaal
neurologisch onderzoek levert afwijkende resultaten op, zelfs voordat de aanvallen beginnen. De diagnose van het Ohtahara-syndroom is gebaseerd op de klinische presentatie en op een de resultaten van een
elektro-encefalografie (hersenfilmpje) Hierop zijn typische patronen op basis van het tijdstip van de aanvang te zien.
Behandeling van Ohtahara-syndroom
De arts zet anticonvulsiva (
medicijnen tegen aanvallen) en
glucocorticoïde steroïden in om de aanvallen onder controle te krijgen, maar hun effectiviteit is beperkt. De meeste therapieën zijn ondersteunend en richten zich op het aanpakken van de symptomen en het verbeteren van het dagelijks leven. Wanneer focale hersenletsels aanwezig zijn, voert de arts soms een operatie (neurochirurgie) uit. Verder verminderen de abnormale spierspanning en de
maag- of
longproblemen mogelijk door het volgen van een ketogeen dieet.
Prognose van aandoening met epileptische aanvallen
De motorische en cognitieve problemen verergeren naarmate de aanvallen toenemen. Veel kinderen komen voor het derde levensjaar te overlijden als gevolg van het Ohtahara-syndroom. Gezinsleden van zuigelingen met het Ohtahara-syndroom krijgen overleg met een palliatief zorgteam omdat de symptomen verergeren of anders ernstige tekenen tot stand kunnen komen.
De helft van de getroffen patiënten sterft voor tweejarige leeftijd. Patiënten komen vaak te overlijden als gevolg van een overbelasting door de epileptische activiteit, een
longontsteking of andere complicaties door motorische handicaps. Overlevende patiënten hebben fysieke en cognitieve beperkingen waardoor ze afhankelijk zijn van hun verzorger voor ondersteuning. Ze kampen daarnaast met overmatige
vermoeidheid, voedingsproblemen, borstinfecties en een vertraagde ontwikkeling. Veel overlevende patiënten met het Ohtahara-syndroom evolueren uiteindelijk naar andere epileptische stoornissen, zoals het West-syndroom en het
Lennox-Gastaut syndroom. De vooruitzichten op een herstel van het Ohtahara-syndroom na neurochirurgie zijn soms wel gunstig, waarbij patiënten zelfs een ‘inhaalslag’ ervaren in hun ontwikkeling.
Lees verder