Status epilepticus: Aanhoudende epileptische aanvallen
Epilepsie is een aandoening waarbij een patiënt epileptische aanvallen krijgt als gevolg van abnormale elektrische ontladingen in de hersenen. De meeste epileptische aanvallen duren minder dan twee minuten. Soms houden deze echter aan, of komt er direct een aanval na een andere aanval, waardoor de patiënt niet de kans heeft om te herstellen. De patiënt lijdt dan aan status epilepticus. Status epilepticus is een medisch noodgeval wanneer de aanvallen vijf minuten of langer aanhouden, of wanneer binnen de vijf minuten meer dan één aanval is opgetreden. Een directe toediening van medicijnen is nodig om de aanvallen te doen stoppen, en daarnaast behandelt de arts indien mogelijk ook het onderliggend probleem dat geleid heeft tot de epileptische aanvallen.
Epidemiologie
Circa 15% van de patiënten met
epilepsie ervaart ooit in het leven een status epilepticus-episode. De meeste patiënten met status epilepticus zijn kinderen jonger dan vijftien jaar met epileptische aanvallen veroorzaakt door hoge
koorts, en veertigplussers (veroorzaakt door een beroerte). Langdurige aanvallen zijn echter ongebruikelijk en komen vaker voor bij patiënten die aanzienlijke hersenschade hebben.
Oorzaken
Elektrolytenstoornissen
Bloedverlies,
uitdroging,
ondervoeding,
een overdosis drugs en medicijnen veroorzaken mogelijk
elektrolytenstoornissen die allen soms leiden tot epileptische aanvallen. Wanneer deze elektrolytenafwijkingen niet snel gecorrigeerd worden, leidt dit tot status epilepticus.
Encefalitis
Encefalitis duidt op een infectie van de
hersenen. Af en toe leidt dit tot een ernstige, langdurige status epilepticus.
Epilepsiesyndromen
Patiënten met ernstige
convulsies, zoals het Rasmussen-syndroom, het
Rett-syndroom, het
Lennox Gastaut-syndroom en het syndroom van Dravet, zijn meer vatbaar voor status-epilepticus. De afleveringen komen vaker wanneer de epilepsie slecht onder controle is, zoals bij een ziekte, bij een infectie of bij het overslaan van dosissen van medicijnen.
Hersenschade
De hersenschors (cortex) is het hersengebied dat meestal epileptische aanvallen veroorzaakt. Patiënten die uitgebreide schade hebben opgelopen aan de hersenschors, hebben een grotere kans op status epilepticus dan patiënten met slechts beperkte hersenschade. Hypoxie (lage zuurstof) voorafgaand aan de geboorte,
hersenverlamming,
hoofdtrauma en ernstig bloedverlies leiden mogelijk tot aanzienlijke hersenbeschadiging die de kans op status epilepticus verhogen, zelfs jaren nadat de aandoening is verholpen.
Hersentumor
Hersentumoren en hersenkanker veroorzaken soms epileptische aanvallen en status epilepticus, vooral als de tumoren groot zijn of als er verschillende tumoren zijn.
Overdosis of onttrekking van drugs of alcohol
Alcohol en
drugs zoals cocaïne, methamfetamine en heroïne veroorzaken korte epileptische aanvallen of status epilepticus. De onttrekking van drugs of
de onttrekking van alcohol na intens gebruik of langdurig gebruik is eveneens een risicofactor voor de aanhoudende epileptische aanvallen.
Andere aandoeningen
Andere risicofactoren die leiden tot status epilepticus zijn onder andere:
Soorten
Er zijn twee hoofdvormen van status epilepticus, met name
convulsieve status epilepticus en
niet-convulsieve status epilepticus.
Convulsieve status epilepticus
Convulsieve status epilepticus bestaat uit tonisch-clonische epileptische aanvallen. Deze komen vaker voor en zijn gevaarlijker. Ze staan ook bekend als ‘grand mal’. Status epilepticus met convulsies leidt sneller tot langdurige schade. De convulsies bestaan mogelijk uit schokkende bewegingen, grommende geluiden,
kwijlen en
snelle oogbewegingen.
Tonische fase
In de tonische fase (die meestal minder dan één minuut duurt), verstijft het lichaam en verliest de patiënt het bewustzijn. De ogen rollen terug in het hoofd, er treden spiersamentrekkingen (spiercontracties) op, de rug buigt, en de patiënt heeft
ademhalingsproblemen.
Clonische fase
Naarmate de clonische fase begint, treden krampachtige en schokkerige bewegingen op. De nek en ledematen buigen en ontspannen snel maar dit vertraagt wel binnen een paar minuten.
Postictale fase
Als de clonische fase voorbij is, blijft de patiënt mogelijk nog een paar minuten
bewusteloos. Dit is de postictale fase. Omdat er twee fasen zijn die plaatsvinden vóór de postictale fase, is het voor de patiënt moeilijk om te vertellen wat er gebeurt tijdens één van deze epileptische aanvallen.
Niet-convulsieve status epilepticus
Bij een niet-convulsieve status epilepticus-episode verliest de patiënt het bewustzijn niet, maar verkeert hij in een ‘epileptische schemeringstoestand’. De schokkerige of krampachtige bewegingen komen niet altijd voor, dus een getuige vindt het niet altijd eenvoudig om te weten wat er precies gebeurt. Patiënten met dit type status epilepticus lijken te dagdromen of zijn verward. Het praten lukt niet altijd en de patiënt gedraagt zich mogelijk op een irrationele manier. Een niet-convulsieve epileptische aanval ontwikkelt zich soms wel tot een convulsieve episode.
Symptomen status epilepticus
Subtiele tekenen
De symptomen van status epilepticus zijn in sommige situaties gemakkelijk herkenbaar, maar dat is niet altijd het geval. Soms is status epilepticus subtiel. Er zijn namelijk veel soorten aanvallen, en sommige zijn krampachtig (convulsief), gekenmerkt door trillen of schokken van het lichaam, terwijl sommige niet-krampachtig (niet-convulsief) zijn en
bewustzijnsverlies veroorzaken zonder dat het lichaam gaat schudden. Jonge
baby's of kinderen met ontwikkelingsstoornissen ervaren epileptische aanvallen met een verlies van spierspanning (
hypotonie), die mogelijk onopgemerkt blijft. Patiënten die extreem ziek zijn en die al een lage mate van alertheid hebben, krijgen soms ook te maken met atypische toevallen.
Zichtbare tekenen
Status epilepticus gaat gepaard met volgende mogelijke tekenen:
- aanhoudend schudden of schokken van het lichaam; deze tekenen houden langer dan vijf minuten aan
- een gebrek aan alertheid hetgeen langer dan vijf minuten duurt
- een verminderde spierspanning die langer dan vijf minuten aanhoudt
- een volledig gebrek aan fysieke activiteit dat langer dan vijf minuten duurt
- herhaalde bewegingen van het gezicht, herhaalde geluiden of gebaren, meestal in combinatie met een gebrek aan bewustzijn
- op de grond vallen en niet reageren
- zwakte aan één kant van het lichaam, met betrekking tot het gezicht, de arm of het been
Diagnose en onderzoeken
Soms is een ruggenprik nodig om de oorzaak van status epilepticus te onderzoeken. /
Bron: Brainhell, Wikimedia Commons (CC BY-SA-3.0)
Neurologisch onderzoek
Een arts zal een neurologisch onderzoek uitvoeren om na te gaan of er neurologische problemen zijn zoals een verlaagd bewustzijn of andere symptomen. Als de oorzaak onbekend is, kan de arts aanvullende onderzoeken uitvoeren. De arts kan een elektro-encefalogram (EEG) uitvoeren om de hersengolven van een patiënt te onderzoeken. Dit kan informatie geven over de elektrische activiteit van de hersenen en helpt bij het identificeren van epileptische activiteit.
Bloedonderzoek
Bloedonderzoek kan helpen bij het identificeren van andere mogelijke oorzaken van status epilepticus. Dit kan met name helpen bij het identificeren van elektrolytenstoornissen of infecties. Er kunnen ook bloedmonsters worden genomen om te controleren op mogelijke stoffen of medicijnen die tot status epilepticus hebben geleid.
Beeldvormend onderzoek
Beeldvormende onderzoeken, zoals een CT-scan of MRI-scan van de hersenen, worden soms uitgevoerd om te controleren op tumoren, hersenbeschadiging of andere abnormale structuren in de hersenen die mogelijk een rol spelen bij status epilepticus.
Ruggenprik
Een ruggenprik (lumbaal punctie) kan ook nodig zijn om te controleren op infecties zoals meningitis of encefalitis. Dit kan helpen bij het uitsluiten van infectieuze oorzaken van de aandoening.
Behandeling
Status epilepticus is een medisch noodgeval. Snelle medische hulp is nodig om het leven van een patiënt te redden. De behandeling richt zich op het beëindigen van de aanvallen en het identificeren en behandelen van de onderliggende oorzaak.
Medicijnen
Patiënten met status epilepticus krijgen vaak antiepileptische medicijnen toegediend. Dit kan via een intraveneuze (IV) infuus worden gegeven. Het type medicijn en de dosering zijn afhankelijk van de ernst van de aanvallen en de onderliggende oorzaak. Veelgebruikte medicijnen zijn:
- lorazepam (Ativan)
- diazepam (Valium)
- fosphenytoïne (Cerebyx)
- levetiracetam (Keppra)
Soms kunnen andere medicijnen worden gebruikt als eerste behandelingsoptie, zoals phenobarbital.
Ondersteunende zorg
Naast medicatie kan ondersteunende zorg noodzakelijk zijn om de patiënt te stabiliseren. Dit kan het beheer van de luchtwegen, het handhaven van een goede zuurstoftoevoer en het zorgen voor een veilige omgeving voor de patiënt omvatten.
Behandeling van onderliggende oorzaken
Het behandelen van de onderliggende oorzaak van status epilepticus is ook cruciaal. Dit kan het corrigeren van elektrolytenstoornissen, het behandelen van infecties of het stabiliseren van andere medische aandoeningen inhouden.
Prognose
De prognose voor patiënten met status epilepticus hangt af van de oorzaak, de ernst van de aanvallen en de snelheid van behandeling. Hoe sneller de behandeling begint, hoe beter de uitkomst voor de patiënt. In sommige gevallen kan status epilepticus leiden tot langdurige neurologische schade of andere complicaties. Vroege behandeling kan het risico op deze complicaties verminderen.
Complicaties
Status epilepticus kan verschillende complicaties met zich meebrengen, waaronder:
- permanente hersenschade
- blijvende neurologische stoornissen
- ademhalingsproblemen
- hartproblemen
- de mogelijkheid van een longontsteking
Preventie
Preventie van status epilepticus richt zich voornamelijk op het beheersen van epilepsie en het minimaliseren van risicofactoren. Dit kan het volgende inhouden:
- regelmatige medicatie-inname zoals voorgeschreven door een arts
- tijdige behandeling van epileptische aanvallen
- het vermijden van triggers zoals stress, vermoeidheid of drugs en alcohol
- het opvolgen van medische adviezen en het beheren van bestaande medische aandoeningen zoals diabetes en infecties
Het regelmatig volgen van medische controles en het naleven van voorgeschreven behandelingen kunnen helpen bij het voorkomen van status epilepticus en het behouden van een goede gezondheid.
Lees verder