De geneeskracht van kattendoorn
Een kerkelijke mythe verhaalt dat de duivel op aarde probeerde te slapen maar dat niets hem tot ligplaats kon dienen, behalve bestekelde planten. Daarom valt kattendoorn onder de zogenaamde duivelse planten en werd het vroeger duivelsch bedstroo genoemd. Het is geheel onterecht om kattendoorn onder de gevaarlijke planten te scharen. De bloemen zijn eetbaar, net zoals de jonge scheuten en de bladeren. Op de wortel kun je kauwen; het heeft een zoethoutachtige smaak. De bovengrondse delen van kattendoorn kunnen worden gebruikt om thee van te zetten terwijl van de wortel een moedertinctuur wordt gemaakt.
Let op! Dit artikel is geschreven vanuit de persoonlijke visie van de auteur en bevat mogelijk informatie die niet wetenschappelijk onderbouwd is en/of aansluit bij de algemene zienswijze.Botanische tekening kattendoorn uit 1896 /
Bron: Amédée Masclef, Wikimedia Commons (Publiek domein)Inhoud:
Naamgeving kattendoorn
Kattendoorn heet in het Latijn
Ononis Spinosa. Onis betekent ´ezel´; daar is ononis een vervoeging van. In het Grieks; deze naam is aan de plant gegeven omdat ezels graag snoepen van kattendoorn. De oud Griekse botanicus Theophrastus gaf de plant deze naam. Spinosa betekent ´stekelig´ en is een verwijzing naar de doorns in deze plant. Katten hebben een scherpe klauw en doorns bevat de plant in ieder geval; vandaar dat kattendoorn een adequate naam is. Het wordt eveneens ezelskruid, kraaidoorn (want kraaiepoten zijn scherp) en duivelsdoorn wordt genoemd. In
het Nederlands heeft de plant naast de reeds genoemde aanduidingen de volgende volksnamen: stalkruid, gedoornd stalkruid, schapendoorn, ossenbreker, prangwortel, woerthaak, berenoor, heidoorn, duivelsbedstro, stekeldoorn, disteldoorn, hekelkruid en hondsmelk. De naam stalkruid komt van het Oud-Nederlandse woord ´stallen´ dat ´urineren´ betekent. Als paarden van stalkruid eten gaan ze snel urineren; het is een vochtafdrijvend middel.
Geschiedenis van het gebruik van kattendoorn
Dioscorides, pionier van de geneeskunde en kruidenwetenschap, schreef als eerste op dat kattendoorn diuretische of vochtverdrijvende eigenschappen heeft. Het verdrijft nierstenen, volgens de geneesheer die geboren was in wat toentertijd
het oude Griekenland was. In de Europese volksgeneeskunde werd deze medicinale werking overgenomen. Huidig wetenschappelijk onderzoek heeft de waarnemingen van Dioscorides uit de eerste eeuw bevestigd.
De antieke Romeinen Galen, Plinus de oudere en Lonicerus bevestigden de diuretische werking. De geneeskracht tegen zweren wordt onderzocht en lijkt op het eerste gezicht te kunnen worden bevestigd maar definitieve uitspraken hierover zijn prematuur. Behalve de werking op nierstenen maakte men in de volksgeneeskunde van deze plant gebruik door het bij blaasstenen, blaasontsteking en prostaatvergroting in te zetten.
De werking van kattendoorn tegen huidschimmelinfecties is veelbelovend. Er is meer onderzoek nodig die de eerste onderzoeksresultaten ondersteunen eer men kan zeggen dat kattendoorn schimmelwerend is.
Werkzame stoffen kattendoorn
Voor de geneeskrachtige werking wordt met name de wortel in de herfst geoogst, in schijfjes gesneden en gedroogd. In mindere mate worden bladeren en bloemen gebruikt. In kattendoorn zitten werkzame etherische oliën zoals transanethol, carvone en menthol. De
flavonoïden spinonine, ononine, 6´´ malonaat, biochanine a 7 glucosidezitten er eveneens in. Verder bevat het triterpenoïde saponinen sterolen, looistoffen, citroenzuur en suiker.
Kattendoorn als urinedrijvend middel
In de
fytotherapie is de diuretische eigenschap van kattendoorn de meest aangewende gebruikstoepassing. Wel dient te worden aangetekend dat de diuretische werking verdwijnt als de plant langer dan drie dagen achtereen wordt ingenomen; daarom wordt geadviseerd om na de derde dag een paar dagen te wachten alvorens men het weer inneemt. Zowel saponinen, etherische oliën als flavonoïden kunnen aangewezen worden als veroorzakers van de vochtafdrijvende kenmerken van dit vrolijk rozerood bloeiende geneesplantje. Het is niet alleen urinedrijvend maar ook urinezuurdrijvend, bloedzuiverend en een antilithicum, wat een medische term is voor niersteenvoorkomend middel. Om deze medicinale redenen wordt kattendoorn ingezet bij de volgende indicaties die te maken hebben met de diuretische werking:
- Oedemen of waterzucht door nieraandoeningen, spataderen, hartzwakte en hoge bloeddruk,
- Niergruis, nierstenen, blaasstenen,
- Jeukende huidaandoeningen zoals eczeem,
- Bloedzuivering, voorjaarskuren, asthenie of vermoeidheid,
- Adjuvans bij obesitas,
- Adjuvans bij artritis, artrose.
Overige medicinale werkingen kattendoorn
Hier volgen enkele secundaire geneestoepassingen uit de fytotherapie:
- Leverzwelling en geelzucht omdat het galdrijvend werkt en daarmee de leverwerking ondersteunt,
- Preventie van galstenen omdat het galdrijvend is,
- Keelpijn door te gorgelen omdat het een natuurlijk ontsmettingsmiddel is; het gaat bacteriën tegen en bestrijdt hoogstwaarschijnlijk schimmels, en de looistoffen werken astringerend of samentrekkend,
- Eczeem, door een aftreksel op de huid te doen omdat kattendoorn astringerende en ontsmettende eigenschappen bezit.
In de homeopathie wordt stalkruid aangewend bij nier- en blaasaandoeningen, nierstenen, reumatische problemen, jicht, huidziekten zoals psoriasis en eczeem en hartzwakte.
Consulteer de fytotherapeut
Wie kattendoorn als geneeskrachtig middel wil gebruiken wordt aangeraden een consult te nemen bij een fytotherapeut. Kattendoornextracten en medicijnen in de vorm van moedertincturen, poeders, nebulisaat, vloeibaar extract en capsules dienen alleen op voorschrift van bevoegden ingenomen te worden. Een huisarts of fytotherapeut kan je daarover inlichten, net als over de eventuele bijwerkingen en interacties met andere medicijnen of kruiden. Alle in dit artikel genoemde medicinale werkingen van dit geneeskruid zijn gebaseerd op wetenschappelijk onderzoek en komen uit het
Groot Handboek Geneeskrachtige Planten van Geert Verhelst, een standaardwerk op het gebied van genezende planten. Het boek wordt gebruikt in de fytotherapie.
Lees verder