Epilepsie: wanneer een operatie nodig is
Epilepsie is een aandoening in de hersenen, waarbij er kortsluiting ontstaat in de elektrische geleiding in het hersenweefsel. Er bestaan verschillende vormen van epilepsie. Meestal wordt er bij een aanval gedacht dat iemand op de grond valt en gaat stuiptrekken. In sommige gevallen is iemand te behandelen door middel van een operatie. In dat geval moet er een duidelijke haard aanwezig zijn waar de aanvallen ontstaan. Wie komt er in aanmerking voor een operatie en wat houdt het in?
Wat epilepsie inhoudt
Iemand die aan epilepsie lijdt heeft last van een storing in de elektrische geleiding in de hersenen. Een typisch beeld is dat iemand komt te vallen en begint te schokken. Er bestaan ook andere vormen van epilepsie. In sommige gevallen valt het de buitenwereld nauwelijks op. Iemand kan dan even afwezig zijn. Epilepsie kan ontstaan in een deel van de hersenen, maar het kan ook overal in de hersenen ontstaan. In veel gevallen kunnen aanvallen behandeld worden met medicijnen. Er zijn mensen die daardoor vrij zijn van aanvallen of veel minder vaak een aanval krijgen.
Een operatie
Soms kan epilepsie worden behandeld met een operatie. Niet iedereen komt ervoor in aanmerking. Er moet een duidelijke haard aanwezig zijn in de hersenen waar de epileptische aanval ontstaat. Deze wordt dan operatief verwijderd of stilgelegd. Het is een ingrijpende operaties waar risico’s aan verbonden zijn. Jaarlijks worden er in Nederland ongeveer honderd mensen geopereerd aan epilepsie. Na de operatie zal snel duidelijk zijn wat het resultaat is.
Wie komt er in aanmerking?
Alleen in bepaalde gevallen kan er geopereerd worden, bijvoorbeeld wanneer iemand de aanvallen niet onder controle kan krijgen door middel van medicijnen. Wanneer iemand veel last heeft van de aanvallen, kan er in overleg met de arts worden besloten om te opereren. Verder moet iemand één tot twee haarden hebben waaruit de aanvallen ontstaan. Wanneer de aanvallen ontstaan uit meer dan twee haarden, dan is een operatie niet mogelijk. Meestal ontstaat de epilepsie dan in het gehele hersengebied. Een neuroloog bepaalt of je in aanmerking komt voor een operatie. Hij kan je eventueel doorverwijzen naar een epilepsiecentrum of naar een academisch centrum.
Het resultaat
Soms wordt de haard (gedeeltelijk) verwijderd. Het kan ook zijn dat de haard wel blijft zitten, maar wordt uitgeschakeld. Het belangrijkste is dat een operatie niet mag leiden tot uitval van belangrijke functies zoals verlies van spraak, blijvende verlamming, blindheid of ernstig geheugenverlies. Als hier een kans op is, gaat de operatie niet door. Over het algemeen zal een operatie ervoor zorgen dat de aanvallen verminderen of minder ernstig worden. Soms verdwijnen ze helemaal.
De fasen van de operatie
Als uit vooronderzoek blijkt dat je in aanmerking komt voor een operatie, wordt het traject gestart. Dit wordt opgedeeld in een aantal fasen:
Fase 1
In de eerste fase wordt niet-invasief onderzoek gedaan. Dit zijn onderzoeken waarbij er geen ingrepen plaatsvinden, maar onderzoeken zoals een EEG, neuropsychologisch onderzoek en MRI-scan. Deze periode kan geruime tijd in beslag nemen.
Fase 2
In deze fase wordt er invasief onderzoek gedaan, zoals een WADA-test (onderzoek hersenen via injectie halsslagader) of een diepte EEG (electroden onder de schedel aanbrengen). Hieraan zijn enkele risico’s verbonden.
Fase 3
In deze fase wordt de operatie uitgevoerd.
Fase 4
Na de operatie wordt de patiënt opnieuw onderzocht. Er wordt gekeken of alles goed is gegaan en of de operatie effect heeft gehad. Je blijft nog een tijdje onder controle staan van je behandelend arts.
Net na de operatie
Als gevolg van de operatie kan er hersenweefsel opzwellen. Dit kan tot allerlei problemen leiden, zoals tijdelijk (een paar dagen) krachtsverlies in één lichaamshelft of spraakproblemen. Op het moment dat de zwelling afneemt, zullen de klachten verdwijnen. Er is een kans van één procent op een ernstige hersenbeschadiging na de operatie.
Succesvolle operatie
Er is een kans dat er nog enkele aanvallen volgen, maar de kans is groot dat je aanvalsvrij bent. Als er na twee weken nog aanvallen hebt, dan is de operatie niet (volledig) gelukt. Wanneer je aanvalsvrij bent of minder last hebt van aanvallen, kan het leven er ineens heel anders uit gaan zien. Mogelijk kun je weer autorijden, hobby’s uitoefenen of werken.
Lees verder