Trombose – een sluipmoordenaar
Longembolie, hartinfarct, trombosebeen en CVA (herseninfarct, beroerte). Het zijn enkele van de meest bekende aandoeningen als gevolg van bloedstollingsproblemen. Bij een slagaderlijke trombose moet meestal meteen worden ingegrepen. Chirurgisch of door middel van trombolyse met medicijnen die de trombus in korte tijd oplossen. Er zijn tal van factoren die een trombose kunnen veroorzaken. Bij hersentrombose krijgt een gedeelte van de hersenen geen of te weinig zuurstof omdat een bloedvat verstopt is. Men spreekt dan van een beroerte of CVA (cerebraal vasculair accident), waaronder ook de hersenbloeding. In ruim 80 procent van de gevallen betreft het echter een trombose of embolie.
Inhoud
Symptomen van een longembolie
Naargelang de omvang van de longembolie is een groter of kleiner gedeelte van de
longen verstoken van zuurstof. Bij een grote
embolie zijn de verschijnselen uiteraard heftiger. En als de embolus dermate groot is dat de bloedcirculatie in de longen in het gedrang komt, is de
dood niet zelden het gevolg. Zoals bij een zogeheten ruiterembolie, waarbij een groot stolsel de twee hoofdtakken van de
arteria pulmonalis (longslagader) gedeeltelijk of volledig afsluit. De symptomen van een middelgrote longembolie zijn:
- Stekende pijn in de borst.
- Hoesten en opgeven van bloederig slijm.
- Soms blauwzucht (cyanose) als het lichaam zuurstoftekort krijgt doordat de longen minder zuurstof kunnen opnemen.
Bloedsomloop /
Bron: Clker Free Vector Images, Pixabay Stolsel
Een longembolie treedt soms op tijdens inspanning. Het betreft dan vaak een zogeheten ‘slapende
trombose’. Op het toilet (persen) of tijdens een rondje joggen komt het wandstandige en gedeeltelijk blokkerende stolsel los en veroorzaakt een al dan niet
dodelijke embolie. In de volksmond wordt dan vaak van een
hartstilstand gesproken, vooral als het sporters betreft die plotseling dood neervallen.
Trombosebeen
Een trombosebeen kenmerkt zich door een rode en glanzend-gespannen huid. Het betreft vaak het linkerbeen. Niet iedereen met onderstaande symptomen heeft een trombose. Wel is het zaak om er altijd alert op te zijn, omdat een losgeraakte trombus in het been een
longembolie kan veroorzaken, bijvoorbeeld na een operatie.
Symptomen
De verschijnselen van een trombosebeen zijn:
Bloedsomloop
Verder is het van belang te weten dat de klachten/symptomen na enkele dagen kunnen verminderen, wat niet wil zeggen dat de volledig blokkerende ofwel
obturerende trombus dan plotsklaps verdwenen is. Het stolsel, al dan niet wandstandig of obturerend, kan gaan schrompelen waardoor de
bloedsomloop in het been verbetert. Maar er kan ook sprake van zijn dat de trombus langzaam oplost. Ongeacht de ontwikkeling van het trombosebeen is het zaak altijd contact op te nemen met de huisarts, simpelweg omdat de
risico’s zo groot zijn.
Bron: Kazejin, Pixabay Hartinfarct en boezemfibrilleren
Natuurlijk is het levensgevaarlijk als er zich een trombus vormt in de
kransslagaderen. Vooral bij arteriosclerose is die complicatie berucht. Een
hartinfarct ontstaat immers vaak als de kransslagaderen vóórdat de trombose optreedt al beschadigd waren door verkalking of vernauwing door bijvoorbeeld een te hoog
cholesterolgehalte in het
bloed. Deze vernauwing veroorzaakt zuurstoftekort in de hartspier (
myocard), wat zich doorgaans uit in hartkramp ofwel
pijn op de borst (angina pectoris).
Stolselvorming
De
bloedplaatjes (trombocyten) neigen er immers toe zich te hechten aan een sclerotische ader of slagader. Vaak schrijft de cardioloog aspirine (laag-risicopatiënten) voor om tromboseproblemen in het hart te voorkomen, en bij hoog-risicopatiënten in veel gevallen
edoxaban (Lixiana).
Boezemfibrilleren (atriumfibrilleren) is berucht vanwege het gevaar van stolselvorming door een stagnerende
bloedcirculatie in de atria, met name in het hartoor (
auriculae atriorum), een aanhangsel in beide hartboezems.
Antistolling (anticoagulantia)
Met bloedverdunners wordt het trombo-embolische proces in de vaten tegengegaan. Het fysiologisch
stollingsmechanisme wordt daarmee dermate goed gestuurd dat de risico’s sterk verminderen.
Aspirine,
edoxaban (Lixiana), sintromitis en marcoumar zijn in dat opzicht enkele middelen die veel worden voorgeschreven. Het is belangrijk dat trombose – ook een mogelijk trombosebeen – niet te licht wordt opgevat of zelfs veronachtzaamd. De gevolgen kunnen immers groot zijn. Trombose wordt niet voor niets een sluipmoordenaar genoemd.
Lees verder