Hyperlactatie: Te veel melkstroom bij borstvoeding van baby
Hyperlactatie is een symptoom waarbij het lichaam van de moeder veel meer moedermelk produceert dan de baby nodig heeft. Hierdoor stroomt de melk snel en krachtig naar buiten. Sommige baby’s krijgen hierdoor te veel voormelk binnen met darmklachten tot gevolg, terwijl andere baby’s geen borstvoeding meer willen en hierdoor te weinig voedingsstoffen binnenkrijgen. Een lactatiedeskundige geeft de moeder adviezen inzake de voeding en de houding van de baby. Af en toe is medicatie inzetbaar.
Epidemiologie van hyperlactatie
Hyperlactatie komt relatief vaak voor bij vrouwen die borstvoeding geven, vooral in de eerste weken na de bevalling. Het komt vaker voor bij vrouwen met een actieve borstvoedingservaring, wat kan leiden tot een overproductie van melk. Er zijn geen exacte statistieken over de prevalentie, maar het is een erkend probleem dat lactatiekundige zorg vereist.
Oorzaken van hyperlactatie
Het overmatig geven van moedermelk komt tot stand bij moeders met veel melkproducerende klieren (alveoli) in de borsten. Het gemiddelde aantal is 100.000 tot 300.000 per borst. Moeders die een erg actieve
borstvoeding hebben, bezitten een hoger aantal melkklieren.
Risicofactoren van overmatige hoeveelheid melk
Aantal melkklieren
Vrouwen met een groter aantal melkklieren in de borsten, vaak meer dan het gemiddelde aantal van 100.000 tot 300.000 per borst, hebben een verhoogd risico op hyperlactatie.
Hormonale onevenwichtigheden
Bepaalde
hormonale onevenwichtigheden kunnen de melkproductie stimuleren, wat kan bijdragen aan hyperlactatie.
Hypofysetumoren
Hypofysetumoren kunnen de melkproductie beïnvloeden en leiden tot een verhoogde melkproductie.
Genetische aanleg
Sommige vrouwen kunnen genetische predisposities hebben die hen vatbaarder maken voor hyperlactatie.
Symptomen bij of na het geven van borstvoeding
Moeder
De borsten van de moeder voelen erg vol aan. Soms ontwikkelt de vrouw verstopte melkkanalen en
mastitis (
ontsteking van het borstweefsel). Ook moeders voelen zich snel overvol of ‘volgezogen’. Bij het zogen van de
baby doen de borsten vaak
pijn (
borstpijn). De vrouw lekt waarschijnlijk melk tussen voedingen, en dan vooral in de borst waarmee ze de baby niet voedt. Deze symptomen beginnen in de eerste week tot ongeveer twee à drie weken na de geboorte. Bij sommige vrouwen reguleert de melkvoorraad zichzelf na ongeveer drie maanden na de geboorte, maar bij andere vrouwen houden de symptomen langer aan.
Baby
De baby reageert mogelijk helemaal niet op de overmatige borstvoeding. Te krachtige of te snelle borstvoeding is echter voor de baby erg vervelend; hij of zij trekt zich dan terug of moet
kokhalzen na het eerste straaltje melk. Sommige baby's zuigen vijf à tien minuten en proberen vervolgens de tepel vast te zetten, waardoor de moeder last krijgt van
pijnlijke tepels. De ene baby wil soms ook vaak gevoed worden, terwijl andere baby’s de borst weigeren. Verder verslikken baby’s zich vaker tijdens het eten en spugen ze ook meer na het eten. Het is eveneens mogelijk dat de baby zich al vol voelt en stopt met de borstvoeding voordat hij eet van de romigere achtermelk (met een hoger vetpercentage) die dieper in de borst zit. Hierdoor heeft de baby mogelijk te veel lactose in de darm, wat koliekachtig gedrag veroorzaakt: overmatige
winderigheid, veel zware natte luiers en een massieve ontlasting, die soms groen (
groene ontlasting) en schuimig (
schuimige ontlasting) is. De baby heeft verder een heel lage of een zeer hoge
gewichtstoename.
Diagnose en onderzoeken van hyperlactatie
Klinische evaluatie
De diagnose van hyperlactatie begint met een grondige klinische evaluatie van de symptomen. Dit omvat het vaststellen van de hoeveelheid melkproductie, de frequentie van borstvoeding, en de symptomen die de moeder en baby ervaren.
Observatie van symptomen bij de moeder
De moeder kan last hebben van symptomen zoals een vol gevoel in de borsten, pijn, verstopte melkkanalen, en
mastitis. Het is belangrijk om deze symptomen te documenteren voor een juiste diagnose.
Observatie van symptomen bij de baby
De baby kan symptomen vertonen zoals overmatige winderigheid,
groene ontlasting, en weigering van de borst. Het observeren en documenteren van deze symptomen kan helpen bij de diagnose van hyperlactatie.
Beoordeling door een lactatiedeskundige
Een
lactatiedeskundige kan aanvullende evaluaties uitvoeren en aanbevelingen doen over hoe de melkproductie kan worden beheerd. Dit kan het observeren van de voedtechniek en het aanpassen van de houding van de baby omvatten.
Behandeling van te veel melkproductie door moeder
Houding van baby
Door de baby in een andere positie te leggen, is het soms makkelijker voor de baby om om te leren gaan met de melkstroom. Deze andere houdingen en verzorgingstechnieken leert een lactatiedeskundige aan aan de moeder.
Koelte aanbrengen
Koele washandjes op de borst aanbrengen is een nuttig advies om de borstpijn te verminderen alsook om de melkstroom af te laten nemen.
Voeding van baby
Een vrouw die borstvoeding geeft en lijdt aan hyperlactatie, werkt samen met een lactatiekundige om het melkaanbod te verminderen. Vlak voor elke voeding moet de vrouw bijvoorbeeld al voldoende melk uit de borst drukken of pompen om te stroom te vertragen. Sommige vrouwen doen deze melk in een fles voor later gebruik. Het is wel belangrijk om niet te veel melk uit de borst te halen want het lichaam gaat juist nog meer melk produceren wanneer de borsten te veel gestimuleerd worden. De baby eten geven wanneer hij nog niet te veel
honger heeft of wanneer hij voor het eerst ontwaakt, is een goed advies omdat de baby dan minder hard gaat zuigen. Zachtjes zuigen stimuleert de borsten minder en vermindert de melkstroom. Borstvoeding van slechts één borst gedurende een periode van enkele uren of een paar voedingen is een andere gebruikelijke behandelingsmethode.
Professionele medische behandeling
Bij sommige vrouwen werkt geen enkel advies. Af en toe is dan medicatie inzetbaar om de overproductie van melk te verminderen.
Prognose van overmatige melkstroom
Bij vrouwen met hyperlactatie produceert het lichaam voldoende voedsel om de baby te laten groeien.
Overgewicht
Baby's waarvan de moeders te veel melk produceren, krijgen soms meer voormelk dan de moedermelk, wat kan resulteren in darmklachten en ook overgewicht.
Ondergewicht
Andere baby's krijgen niet genoeg melk omdat ze de melkstroom niet aankunnen, wat kan resulteren in
ondergewicht.
Volgen van de ontwikkeling
Het is belangrijk om deze situatie goed op te volgen zodat de baby voldoende voedingsstoffen binnenkrijgt en zowel overgewicht als ondergewicht wordt voorkomen.
Complicaties van hyperlactatie
Darmklachten bij de baby
Bij een te grote melkproductie kan de baby te veel voormelk binnenkrijgen, wat leidt tot darmklachten zoals
winderigheid,
groene ontlasting, en een
schuimige ontlasting.
Overgewicht bij de baby
Wanneer de baby meer voormelk krijgt dan nodig is, kan dit leiden tot overgewicht door een overmatige calorie-inname.
Ondergewicht bij de baby
Als de baby de melkstroom niet kan bijbenen, kan dit resulteren in onvoldoende voeding en
ondergewicht.
Borstaandoeningen bij de moeder
De moeder kan last krijgen van verstopte melkkanalen en
mastitis door de overmatige melkproductie en pijn in de borsten.
Preventie van hyperlactatie
Juiste voedingstechnieken
Het toepassen van juiste voedingstechnieken en houdingen kan helpen bij het reguleren van de melkstroom en het voorkomen van overmatige melkproductie.
Regelmatig melk afkolven
Regelmatig afkolven van melk kan helpen om de melkproductie onder controle te houden en overproductie te voorkomen.
Samenwerking met een lactatiedeskundige
Het inschakelen van een lactatiedeskundige kan advies en begeleiding bieden om hyperlactatie te voorkomen en te behandelen.
Monitoring van de baby’s gewicht en gezondheid
Het regelmatig monitoren van de gewichtstoename en gezondheid van de baby kan helpen om problemen vroegtijdig op te sporen en aan te pakken.
Lees verder