Oleander: gezondheidsvoordelen, toepassingen en giftigheid
De oleander is een groenblijvende, overvloedig bloeiende struik. Oleander kan een hoogte bereiken van 2 tot 6 meter en wordt, indien met rust gelaten, zeer breed. De leerachtige bladeren zien er lancetvormig uit en zijn tot ongeveer 15 cm lang. De bloemen van de wilde vormen zijn roze of wit gekleurd. De bloemen zijn tussen 3 en 5 cm breed. De oleander komt van oorsprong uit het Middellandse Zeegebied, Zuid-Portugal en van Iran tot in Oost-Azië, waar hij vaak langs beken en rivieren groeit. Vooral in de midzomer kan de indruk ontstaan dat het groeit in stofdroge grond. Schijn bedriegt echter, want ze hebben veel water nodig. Het kan zijn dat de bovenste aardlaag daadwerkelijk is uitgedroogd, maar vooral als deze overvloedig bloeit, kun je er zeker van zijn dat deze ergens water (bijvoorbeeld grondwater) uit zijn wortelsysteem haalt. De oleander is een decoratieve maar zeer giftige struik of boom. Het bevat hartglycosiden, die ook therapeutisch worden gebruikt.
Wat is de oleander?
De nerium oleander (kortweg 'oleander') behoort tot de de maagdenpalmfamilie (Apocynaceae). Hoewel de oleander erg giftig is, wordt het in de natuurgeneeskunde en homeopathie gebruikt als een medicijn voor
hartziekten. De bladeren van de oleander bevatten een groot aantal giftige verbindingen, waaronder oleandrine en neroside. Deze glycosiden werken in op het hart.
Voorkomen
De oleander is inheems in het Middellandse Zeegebied en verder richting het oosten. De oleander komt in het wild vooral voor in het zuiden van Spanje en in Marokko. Het groeit ook in China en India, evenals in het Midden-Oosten. In Nederland is de oleander ook erg populair als een potplant op het terras of balkon. De oleander geeft de voorkeur aan warme weer voor zijn groei. Ofschoon het een mediterrane plant is, moet je hem bij warm weer in de zomermaanden juni, juli, augustus regelmatig zeer veel water geven.
Groei en bloei
De oleander is een groenblijvende plant, waarvan de stengel na verloop van tijd houtachtig wordt. De plant wordt maximaal zes meter lang. De bladeren van de oleander hebben een leerachtige consistentie en ze zijn toegespitst en aan de basis in de steel versmallend. Ze kunnen een lengte van maximaal 15 centimeter bereiken. In het midden van het blad is een nerf die erg uitgesproken is. De bladeren groeien meestal in groepen van drie tot vier stuks, die zijn opgesteld rond de stengel. De bloeitijd van de oleander is van juni tot september. De bloemen groeien in eindstandige, veelbloemige schermen. De bloemen zijn uitgerust met vijf bladeren, waarvan de kleur wit, geel, roze of rood zijn. In het verdere verloop komen zaden uit de bloemen. Deze kunnen tot 20 cm lang worden en zien eruit als lange smalle 'boontjes' waar de zaden in zitten.
Giftige delen (giftigheid)
Hartglycosiden
De hele plant is giftig. Dieren die van de plant eten kunnen binnen een aantal uren tot dagen overlijden. Houd de plant daarom ver uit de buurt van kleine kinderen en huisdieren (die aan de plant kunnen eten). De belangrijkste actieve bestanddelen zijn verbindingen die inwerken op het
hart en de bloedsomloop, zogenaamde glycosiden of hartglycosiden. Dit zijn glycosiden die invloed hebben op de beweging en het ritme van het hart.
Mogelijke symptomen
Typische klachten zijn
gevoelloosheid van de tong en keel,
braken,
misselijkheid,
krampen, onregelmatige hartslag, ademhalingsverlamming,
shock, vertraagde pols, vergrote pupillen,
kortademigheid en
blauwe lippen en
handen. De dood kan twee tot drie uur na inname van het oleandergif optreden. Omdat alle delen van de plant bitter smaken, worden echter zelden grotere hoeveelheden gif gegeten.
Toepassingen en effect
De oleander, waarvan er meer dan 160 variëteiten zijn, wordt voornamelijk gebruikt als sierplant. In Europa wordt het sinds de 19e eeuw als tuinplant gebruikt. Ondanks zijn giftigheid werd de plant in eerdere eeuwen als medicinale plant gebruikt. De werkzame stoffen van de oleander bestaan uit tannines, flavonoïden, hars en glycosiden. Deze glycosiden omvatten ook het toxische oleandrine. Het is een hartglycoside die een vergelijkbaar effect op het menselijke cardiovasculaire systeem heeft als vingerhoedskruid. Het is van invloed op de hartslag en de contractiekracht van het hart. In de vorm van medicatie kan de oleander daarom worden gebruikt als een effectief middel tegen hartfalen.
Vanwege zijn dodelijke toxiciteit wordt de oleander alleen in afgewerkte producten gebruikt. Het is echter volledig ongeschikt voor kruidenthee. Het middel moet worden genomen onder toezicht van een arts. De oleander wordt altijd gebruikt als een standaardpreparaat of als een homeopathisch middel. In de homeopathie wordt de plant gebruikt om hartproblemen te behandelen. Homeopathisch gebruik van oleander moet ook onder medisch toezicht gebeuren.
Gezondheidsvoordelen
De oleander werd al in de vroege Arabische geneeskunde gebruikt om slangenbeten te behandelen. De oude indianen gebruikten gele oleanders tegen
aambeien en
huidziekten zoals
schurft. In de Europese (natuur)geneeskunde werd de oleander soms ook gebruikt als een middel tegen hartklachten. Anno 2024 wordt het gebruik van de plant echter als verouderd beschouwd, omdat er effectievere bereidingen beschikbaar zijn. Alleen in de homeopathie wordt de oleander gebruikt om
hartritmestoornissen en spijsverteringsproblemen te behandelen.
Volgende de Engelstalige website WebMD is er anno 2024 onvoldoende bewijs voor de werkzaamheid van oleander bij:
Al met al zijn er vooralsnog geen bewezen effectieve gezondheidstoepassingen van oleander.
Lees verder