Stenting: Toepassingen en procedure van plaatsing stent
Een stent is een meestal gaasachtig buisje dat een arts in een ader of kanaal plaatst zodat dit open blijft en de stroom van lichaamsvloeistoffen in het gebied hersteld kan worden. Door stenting (het plaatsen van een stent) verminderen verstoppingen en is het mogelijk om nauwe of verzwakte bloedvaten te behandelen. Meestal zet de arts dit in voor het voorkomen van coronaire hartziekten. Ook plaatsen artsen stents soms in andere lichaamsdelen. De procedure verloopt zo goed als pijnloos voor de patiënt. Meestal is hij na ongeveer één week weer volledig in staat om de activiteiten te hervatten. Soms treden echter wel complicaties op door de stentingprocedure.
Toepassingen van stents
Coronaire hartziekte

Pijn op de borst is een teken van een kransslagaderaandoening /
Bron: Pexels, Pixabay Indicatie
Eén van de meest voorkomende toepassingen voor een stent is het openen van een bloedvat dat geblokkeerd is door een plaque. Plaque is een opeenhoping van
cholesterol, vet en andere stoffen die in het bloed aanwezig zijn. Wanneer deze plaque zich verzamelt in de bloedbaan, kleeft het aan de bloedvatwanden. Na verloop van tijd vernauwt deze opeenhoping de slagaders, waardoor de hoeveelheid vers bloed geremd wordt en het lichaam niet kan bereiken. Een opeenhoping van plaque in de slagaders is een oorzaak van
coronaire hartziekten (kranasslagaderaandoeningen). Na verloop van tijd bemerken patiënten met
vernauwde bloedvaten waarschuwingssymptomen, zoals
pijn op de borst en
kortademigheid. Als patiënten met de aandoening geen behandeling krijgen, lopen ze mogelijk een hoger risico op complicaties, zoals een
hartaanval of een
beroerte. Als de slagader opnieuw dreigt in te storten of opnieuw geblokkeerd raakt, is een stent aanbevolen zodat de slagader open blijft.
Procedure
Artsen voeren dan een percutane coronaire interventie (angioplastiek) met stent uit. Tijdens de percutane coronaire interventie plaatsen artsen een
katheter in de ader. De katheter heeft aan een uiteinde een kleine ballon met een stent eromheen. Wanneer de katheter het punt van de verstopping bereikt, blaast de arts de ballon op. Bij het opblazen van de ballon, zet de stent uit en dan blijft de slagader geopend. De arts verwijdert dan de katheter en laat de stent op zijn plaats om de ader open te houden. Een arts beslist de plaatsing van een stent op basis van een paar factoren, zoals de grootte van de slagader en de locatie van de blokkade.
Risico's
Percutane coronaire interventie brengt een klein risico op complicaties met zich mee, zoals:
Andere toepassingen
Stenting gebeurt ook bij:
- bloedvaten in de hersenen of aorta omdat patiënten het risico lopen op een aneurysma (uitstulping van een deel van een slagader)
- bronchiën (luchtpijpvertakkingen) in de longen omdat deze dreigen in te storten
- galwegen, die gal tussen de organen en de dunne darm vervoeren
- ureters, die urine van de nieren naar de blaas brengen
Voor de stentprocedure
Een arts geeft informatie inzake de voorbereiding van de stentprocedure (nuchter zijn, starten of stoppen met het nemen van medicijnen, …). De patiënt moet voorts melden aan welke medische aandoeningen en allergieën hij lijdt, omdat dan soms andere voorbereidingen nodig zijn vanuit de patiënt en/of de arts.
Tijdens de operatie
Een stentprocedure kent een duurtijd van ongeveer één uur. Algemene
anesthesie is niet vereist. De patiënt blijft tijdens het hele proces wakker, zodat hij alle instructies van de artsen kan horen. De arts geeft wel kalmerende medicatie aan de patiënt. Hij verdooft eveneens het gebied waar hij de katheter gaat plaatsen (
lokale verdoving). De meeste patiënten voelen de katheter niet door de slagader lopen. Ze voelen echter een beetje
pijn als de ballon uitzet en de stent op zijn plaats wordt geduwd. Na het plaatsen van de stent laten de artsen de ballon leeglopen en verwijderen ze de katheter. Ze verbinden het gebied waar de katheter de huid binnendrong en zetten druk op het verband om bloedingen te helpen voorkomen.
Na de stentingprocedure
De meeste patiënten moeten ten minste één nacht in het ziekenhuis blijven na de stentingprocedure. Tijdens het verblijf in het ziekenhuis controleert een verpleegkundige regelmatig de hartslag en bloeddruk van de patiënt. Ook het wisselen van verbanden en het schoonmaken van een wonde gebeurt door de verpleegkundige. De dag na de operatie mag de patiënt naar huis als er geen complicaties zijn opgetreden. Op de katheterplaats ontstaat soms wel een
kneuzing die ongeveer één week aanhoudt.
Herstel van de plaatsing van een stent
Door een succesvolle stentoperatie verminderen de symptomen, zoals pijn op de borst en kortademigheid. Veel patiënten hervatten de dagelijkse activiteiten binnen één week. Tijdens herstel moet de patiënt antibloedplaatjesgeneesmiddelen nemen die voorkomen dat zich bloedstolsels vormen in de buurt van de stent. De patiënt moet dagelijks voor onbepaalde tijd
aspirine, een antibloedplaatjesgeneesmiddel innemen nadat een stent is ingebracht. Ook andere medicatie is soms aanbevolen om bloedstolsels te voorkomen. Verder krijgt de patiënt speciale herstelinstructies, zoals het vermijden van inspannend werk of lichaamsbeweging terwijl het lichaam geneest.

Ook na de stenting is het belangrijk om een gezonde voeding te consumeren /
Bron: Jill111, PixabayLangdurig gebruik
De meeste stents blijven permanent in de ader zodat deze open blijft en een instorting en mogelijk levensbedreigende complicaties voorkomen wordt. Sommige stents zijn tijdelijk. Artsen gebruiken soms stents die gecoat zijn met bepaalde medicijnen die helpen om de plaque af te breken of voorkomen dat deze plaque zich ophoopt in het gebied. Deze stents lossen na verloop van tijd op. Hoewel een stent mogelijk symptomen verlicht, zoals pijn op de borst, is het geen remedie voor andere onderliggende problemen, zoals atherosclerose (
slagaderverkalking) en coronaire hartziekten. Zelfs met een stent moet een patiënt met deze aandoeningen mogelijk stappen ondernemen om verdere complicaties te voorkomen. Een gezonde levensstijl is nodig na het inbrengen van een stent zodat plaque zich niet opbouwt in het lichaam:
Deze aanbevelingen bevatten vaak:
- alle medicatie op de juiste manier innemen die de arts heeft voorgeschreven
- een gezond gewicht behouden
- een gezonde voeding consumeren
- regelmatige lichaamsbeweging uitvoeren
- stoppen met roken en het gebruik van tabak
- stress verminderen
Stents zijn vaak slechts een deel van de behandeling. Artsen schrijven mogelijk ook medicijnen voor voor eventuele onderliggende aandoeningen. Als een patiënt bijwerkingen door medicatie ervaart, praat hij hierover best met een arts. Hij schrijft mogelijk alternatieve medicijnen aan of wijzigt de dosis om de bijwerkingen te verlichten. De patiënt mag echter niet zomaar stoppen met het nemen van medicijnen zonder eerst een arts te raadplegen.
Prognose van stenting
Artsen plaatsen vaak stents om de bloedvaten te verwijden en om complicaties door coronaire hartziekten en andere aandoeningen te voorkomen. Hoewel een stent verlichting biedt, is dit slechts een onderdeel van een behandelingsprogramma. Ook met een geplaatste stent zijn ernstige complicaties mogelijk.
Risico’s van plaatsing van buisje om kanaal of ader open te houden
Mensen die risico lopen op complicaties zijn vooral ouderen, patiënten met hartfalen tijdens de procedure, patiënten met uitgebreide hartaandoeningen en meerdere blokkades in de bloedvaten en patiënten met een
chronische nierziekte.
Afstoting
In zeldzame gevallen stoot het lichaam de stent af, of ervaren patiënten een allergische reactie op het materiaal in de stent. Patiënten met een metaalallergie moeten dit steeds melden aan de arts zodat de arts kan praten over alternatieven.
Bloedstolsel
Een stent veroorzaakt mogelijk een bloedstolling, wat het risico op een hartaanval of beroerte verhoogt. Ongeveer 1 tot 2 procent van de patiënten met gestente bloedvaten ontwikkelt een bloedstolsel op de plaats van de stent en dan vooral in de eerste paar maanden na de stenting. De arts schrijft meestal éém of meer medicijnen voor om stolling te voorkomen. Antistollingsmedicatie kan zijn eigen risico's met zich meebrengen en kan irriterende bijwerkingen veroorzaken, zoals
huiduitslag.
Restenose
Af en toe treedt restenose op; er groeit dan te veel weefsel rond de stent. Dit veroorzaakt dan opnieuw een blokkade. Artsen bevelen dan vormen van radiotherapie aan of plaatsen een stent met medicijncoating om de groei van het weefsel te vertragen.