Functionele incontinentie: Toilet niet kunnen bereiken
Meestal is incontinentie het gevolg van een probleem met de blaas. Bij functionele urine-incontinentie ligt de oorzaak in het niet tijdig kunnen bereiken van het toilet of de badkamer, of in het niet herkennen van de plasdrang. Vooral ouderen worden getroffen door dit type incontinentie, dat vaak het gevolg is van een onderliggende aandoening of omgevingsfactoren. Het is noodzakelijk om de onderliggende ziekte te behandelen, omgevingsfactoren aan te passen en hulpmiddelen te gebruiken om functionele incontinentie te verhelpen. Vaak zijn langdurige inspanningen nodig, maar patiënten kunnen meestal het ongewild urineverlies verminderen.
Epidemiologie
Functionele urine-incontinentie komt veel voor bij ouderen en personen met verminderde mobiliteit of cognitieve stoornissen. De prevalentie is hoger in instellingen voor langdurige zorg en onder ouderen die wonen in hun eigen huis, vooral wanneer bijkomende aandoeningen aanwezig zijn. Volgens recente studies lijdt ongeveer 15-30% van de ouderen aan enige vorm van urine-incontinentie, waarbij functionele incontinentie een significante bijdrage levert aan deze cijfers.
Oorzaken
Functionele incontinentie vloeit voort uit een aandoening of een mobiliteitsprobleem waarbij de patiënt de badkamer niet op tijd bereikt of de badkamer niet herkent. Algemene oorzaken voor functionele incontinentie zijn op te delen in aandoeningen en omgevingsfactoren.
Aandoeningen
Volgende fysieke en mentale aandoeningen leiden sneller tot functionele incontinentie:
Omgevingsfactoren
Functionele incontinentie komt ook voor door een aantal omgevingsfactoren zoals:
- Een bijwerking van medicijnen zoals sterk verdovende medicijnen (sedativa)
- Een gebrek aan motorische vaardigheden waardoor het uitdoen van de kledij niet mogelijk is
- Een te lage toiletstoel
- Een toiletruimte die niet is aangepast voor personen met een handicap of rolstoelgebruikers
- Obstakels op de weg naar de badkamer
- Te weinig verlichting om de badkamer te vinden
Risicofactoren
De risicofactoren voor functionele incontinentie omvatten zowel fysieke als omgevingsfactoren. Ouderen zijn meer vatbaar door veroudering van het lichaam en door een grotere kans op cognitieve achteruitgang. Andere risicofactoren zijn mobiliteitsproblemen, cognitieve stoornissen, en de aanwezigheid van omgevingsbelemmeringen zoals ontoegankelijke toiletten of slechte verlichting.
Symptomen
Bij dit type
urine-incontinentie is de patiënt met dementie zich niet eens bewust dat hij plots ongewild urine verloren heeft. In andere gevallen beseft hij dit meestal wel. Soms komen hierbij nog andere klachten voor omdat functionele incontinentie mogelijk een teken is van een ander onderliggend probleem zoals een neurologische ziekte.
Alarmsymptomen
Alarmsymptomen van functionele incontinentie kunnen onder andere omvatten:
- Plotselinge, ernstige incontinentie die de dagelijkse activiteiten belemmert
- Veranderingen in cognitieve status of mentale helderheid
- Onverklaarbare toename van urineverlies of verslechtering van bestaande symptomen
- Aandrang tot plassen die niet kan worden beheerst ondanks pogingen om het toilet op tijd te bereiken
- Ernstige gedragsveranderingen zoals weigering om naar de badkamer te gaan
Diagnose en onderzoeken
De arts bevraagt de patiënt (of diens begeleider) en bekijkt dan aan de hand van de informatie of nog bijkomende onderzoeken nodig zijn. Mogelijk is namelijk sprake van een ander type incontinentie of een bijkomende incontinentievorm. Zo ervaren patiënten met de ziekte van Parkinson en multiple sclerose soms ook aandrangsincontinentie door zenuwschade waardoor het moeilijk is om de blaas te controleren.
Behandeling
De behandeling van functionele incontinentie richt zich op het aanpakken van de onderliggende oorzaak en het verbeteren van de omgevingsfactoren.
Zelfzorg
De patiënt (en diens omgeving) is (zijn) in staat om met enkele praktische tips de functionele incontinentie beter onder controle te krijgen. Het is voor patiënten die dit nog begrijpen, belangrijk om op onbekende plaatsen op voorhand te weten waar het toilet is, zodat bij een mogelijke plasaandrang (
urinaire urgentie), de patiënt snel het toilet kan bereiken.
Hulpmiddelen voor patiënten met artritis zijn eveneens beschikbaar. Daarnaast moet de patiënt (of diens omgeving) ook zorgen voor nog andere betere omgevingsfactoren zoals een betere verlichting, gemakkelijker te dragen kledij (bijvoorbeeld een broek met een reksysteem in plaats van een knop), een aangepaste badkamer of hulpmiddelen die helpen bij patiënten met motorische problemen. Sommige patiënten verkiezen het meenemen van een begeleider om tijdig het toilet te bereiken en te kunnen urineren. Een aantal andere hulpmiddelen zijn een bedpan en wegwerpluiers.
Professionele medische zorg
De arts behandelt het onderliggende probleem van functionele incontinentie. Hij behandelt met andere woorden ziekten of een depressie met medicatie, of schrijft een bril voor bij
oogproblemen. Voor sommige patiënten zijn bekkenbodemspieroefeningen nuttig. Deze verstevigen namelijk de urinesluitspier (sfincter) waardoor de bekkenspieren versterken en lekkende urine minder snel tot stand komt. Ook
blaastraining is aanbevolen bij veel patiënten. Hierbij leert de patiënt om de blaas onder controle te krijgen. Dit doet de patiënt bijvoorbeeld door te leren om op vaste tijden te gaan plassen waaraan hij zich ook zo goed mogelijk moet houden. Na een tijdje raakt de blaas dan gewend aan de lediging van urine op specifieke tijden, waardoor het willekeurig verliezen van urine minder snel voorkomt. Sommige urologen adviseren om twee keer te gaan plassen met enkele minuten tussen de volgende urinelozing, zodat ook dan minder snel urineverlies optreedt.
Prognose
Hoewel een aantal behandelingsmethoden motivatie en inspanning vereisen, maken ze voor veel patiënten met functionele incontinentie het verschil tussen een ongewild urineverlies en droog blijven.
Complicaties
Mogelijke complicaties van functionele incontinentie kunnen zijn:
- Chronische irritatie van de huid door constante blootstelling aan urine
- Urineweginfecties door onregelmatig plassen
- Verlies van zelfvertrouwen en sociaal isolement door angst voor incontinentie
- Verhoogd risico op vallen door urgente pogingen om het toilet te bereiken
- Belemmering van de kwaliteit van leven door voortdurende angst voor urineverlies
Preventie
Preventie van functionele incontinentie richt zich op het verminderen van de risicofactoren en het verbeteren van de omgevingsomstandigheden, zoals:
- Vroegtijdige identificatie van risicofactoren zoals mobiliteitsproblemen en cognitieve stoornissen
- Aanpassing van de woning en de badkamer voor betere toegankelijkheid en veiligheid
- Regelmatig medisch toezicht en evaluatie van de voortgang van patiënten met bekende risicofactoren
- Ondersteuning bij het aanpassen van medicatie die invloed heeft op de blaasfunctie
- Opleiding van zorgverleners en familieleden over het herkennen en aanpakken van functionele incontinentie
Praktische tips voor het leven / omgaan met functionele incontinentie
Aanpassingen in de leefomgeving
Functionele incontinentie, waarbij de patiënt het toilet niet op tijd kan bereiken, kan vaak worden beheerd door het aanpassen van de omgeving. Zorg voor een toegankelijke toiletruimte, gebruik hulpmiddelen zoals een toiletstoel en beperk obstakels in huis.
Ondersteuning bij mobiliteit en planning
Fysiotherapie kan helpen om de mobiliteit te verbeteren. Het ontwikkelen van een geplande toiletroutine en het gebruik van incontinentiemateriaal kan ongemak en ongelukjes verminderen.
Medische begeleiding en zorgstrategie
Bij ouderen of patiënten met neurologische aandoeningen is het belangrijk om medische begeleiding te zoeken om onderliggende problemen zoals mobiliteitsbeperkingen of cognitieve stoornissen aan te pakken. Ergotherapie kan helpen bij het verbeteren van functionele vaardigheden.
Misvattingen rond functionele incontinentie
Functionele incontinentie is een aandoening die vaak verkeerd begrepen wordt. Er zijn verschillende misvattingen over de oorzaken, behandeling en de ernst van deze aandoening. Het is belangrijk om deze misvattingen te begrijpen en te corrigeren om een beter begrip te krijgen van wat functionele incontinentie werkelijk inhoudt en hoe het effectief kan worden beheerd.
Functionele incontinentie is dezelfde als urine-incontinentie
Een veelvoorkomende misvatting is dat functionele incontinentie hetzelfde is als gewone urine-incontinentie. In werkelijkheid is functionele incontinentie een type incontinentie dat optreedt als gevolg van fysieke of mentale beperkingen die iemand verhinderen om op tijd naar de wc te gaan. Dit kan bijvoorbeeld veroorzaakt worden door
mentale gezondheidstoornissen, beperkingen door
okselproblemen of mobiliteitsproblemen, zoals bij patiënten met een
skeletprobleem of spierzwakte. Het is dus niet een directe oorzaak van een probleem met de blaas of urinewegen zelf.
Functionele incontinentie is te wijten aan een te zwakke blaas
Een andere misvatting is dat functionele incontinentie altijd het gevolg is van een zwakke blaas. Dit is niet juist. Functionele incontinentie komt voort uit het onvermogen van de patiënt om op tijd naar het toilet te gaan vanwege fysieke of cognitieve beperkingen, zoals een verminderd vermogen om zich te verplaatsen of
hersenenproblemen. De blaas zelf kan gezond zijn, maar de moeilijkheid om toegang te krijgen tot de toiletten of het vermogen om het signaal te herkennen, zorgt voor ongecontroleerd urineverlies.
Functionele incontinentie is onvermijdelijk bij ouderen
Er wordt vaak gedacht dat functionele incontinentie een onvermijdelijk onderdeel is van het ouder worden. Hoewel het klopt dat functionele incontinentie vaker voorkomt bij ouderen, betekent dit niet dat het onvermijdelijk is. Veel ouderen kunnen functionele incontinentie voorkomen of behandelen door middel van
gezonde voeding, het versterken van hun spieren en het aanpassen van hun dagelijkse omgeving om het toiletgebruik makkelijker te maken.
Functionele incontinentie kan niet behandeld worden
Een andere misvatting is dat functionele incontinentie niet behandeld kan worden. In werkelijkheid zijn er verschillende behandelingen beschikbaar, afhankelijk van de onderliggende oorzaak. In sommige gevallen kan fysiotherapie helpen om de spieren te versterken, terwijl in andere gevallen aanpassingen in de woonomgeving nodig kunnen zijn om de patiënt in staat te stellen gemakkelijker naar het toilet te gaan. Soms kunnen medicijnen zoals
medicatie ook nuttig zijn, afhankelijk van de oorzaak van de aandoening.
Functionele incontinentie is altijd gerelateerd aan psychische aandoeningen
Sommige mensen denken dat functionele incontinentie altijd gerelateerd is aan psychische aandoeningen, zoals dementie of andere cognitieve stoornissen. Hoewel psychische aandoeningen inderdaad een rol kunnen spelen, kunnen functionele incontinentie ook veroorzaakt worden door lichamelijke aandoeningen, zoals verminderde mobiliteit door
spierenproblemen, of beperkingen door andere lichamelijke aandoeningen zoals een
beharing of gewrichtsproblemen.
Functionele incontinentie is alleen een probleem voor mensen met een handicap
Er wordt vaak gedacht dat functionele incontinentie alleen een probleem is voor mensen met een lichamelijke handicap. Dit is echter niet het geval. Functionele incontinentie kan optreden bij mensen die tijdelijk beperkte mobiliteit hebben, zoals bij patiënten die herstellen van een operatie of die last hebben van tijdelijke aandoeningen. Dit betekent dat ook mensen zonder permanente handicaps getroffen kunnen worden door functionele incontinentie.
Functionele incontinentie kan altijd worden opgelost met medicijnen
Hoewel medicijnen zoals
medicatie een belangrijke rol kunnen spelen in de behandeling van bepaalde vormen van incontinentie, is het niet altijd de beste oplossing voor functionele incontinentie. Deze vorm van incontinentie vereist vaak een meer holistische benadering, waarbij aanpassingen in de omgeving, mobiliteitshulpmiddelen en fysiotherapie een grotere rol kunnen spelen. Het is belangrijk om naar de specifieke situatie van de patiënt te kijken om de juiste behandelingsoptie te bepalen.
Lees verder