Shock – acuut en levensbedreigend
Tijdens een shock laat de bloedsomloop het afweten. Daardoor krijgen de systeemorganen onvoldoende zuurstof en hopen de afvalstoffen, zoals kooldioxide, zich op. Alle lichaamsfuncties staan op instorten, waarbij het ene orgaan na het andere uitvalt. Deze levensbedreigende, acute situatie vereist dat er onmiddellijk medisch wordt ingegrepen. Het herkennen van het beginstadium van shock is uitermate belangrijk om te voorkomen dat de aandoening ‘irreversibel’ wordt, waarbij herstel niet meer mogelijk is.
Inhoud
Reversibele en irreversibele shock
Shock wil zeggen dat de
bloedsomloop verstoord is. De vaatvulling of de bloedcirculatie is dan ontoereikend, waardoor de
lichaamscellen niet meer adequaat kunnen functioneren, onder andere door zuurstofgebrek. Vooral bij shock wordt duidelijk hoe
kwetsbaar de cellen zijn. Ze zijn immers volledig afhankelijk van zowel een effectieve
zuurstofvoorziening als van de aan- en afvoer van respectievelijk voedingsstoffen en afvalstoffen, zoals kooldioxide. Als de bloedcirculatie stokt, zijn de cellen meteen de dupe.
Bloedcirculatie
Vooral de hersenen, maar ook andere organen, kunnen niet lang zonder zuurstof. Als de bloedcirculatie op tijd herstelt, is er sprake van een ‘reversibele shock’. Als bijvoorbeeld de hersenen te lang verstoken blijven van zuurstof zullen de hersencellen afsterven. De shock is dan ‘irreversibel’. Er treedt
onherstelbare schade op die tot de
dood leidt.
Wat gebeurt er bij shock?
Iemand in shock zal onmiddellijk gereanimeerd (herstellen van de vitale functies) moeten worden. Anders gaat de reversibele shock over in een fatale, onherstelbare vorm, waarbij de functies van de
systeemorganen in het geding zijn. Dankzij allerlei compensatiemechanismen zullen deze organen tijdens een shock het langst in de luwte worden gehouden. Dat wil zeggen dat de bloedcirculatie er langer op peil blijft dan bijvoorbeeld in de
huid, de
spieren of in het
maag-darmstelsel. Het functionele behoud van deze organen is dan ook van doorslaggevend belang om ervoor te zorgen dat de shock niet irreversibel wordt, of dat die zo lang mogelijk wordt uitgesteld in afwachting van een tijdige behandeling. Deze vitale organen zijn:
Hart
Als de hartcellen te weinig zuurstof krijgen, en de pompfunctie van het
hart vermindert, zal de toch al instabiele bloedsomloop nog meer verslechteren.
Longen
De
longen waarborgen de opname van zuurstof en de afgifte van kooldioxide (koolzuur). Het is dus zaak dat naast het hart de longen zo lang mogelijk blijven werken. Het lichaam doet er kortom alles aan om te voorkomen dat de shock irreversibel wordt.
Hersenen
Zodra de hersencellen zijn aangedaan, vallen de zenuwverbindingen van en naar de organen uit.
Lever
Dit orgaan maakt vitale stoffen aan en heeft een zeer belangrijke, ontgiftende werking. Als tijdens een shock de
lever het begeeft, worden belangrijke grondstoffen voor het
celmetabolisme (stofwisseling) niet meer geleverd. In het lichaam zullen zich steeds meer afvalstoffen ophopen met metabole acidose (verzuring) als gevolg.
Nieren
Door het disfunctioneren van de
nieren zullen zure afvalproducten niet worden afgevoerd en raakt de vocht- en zouthuishouding (elektrolyten) in het ongerede met als gevolg uremie (niervergiftiging) en acidose (verzuring).
Verschijnselen (symptomen) van shock
Shock kan verschillende oorzaken hebben. De symptomen van een gecrashte bloedsomloop zijn daarentegen zeer karakteristiek en bij alle soorten
shock vrijwel hetzelfde, behalve wellicht bij de
septische shock. Deze verschijnselen zijn onder andere:
Bron: Clker Free Vector Images, Pixabay Bleekheid, koude huid
De bloedcirculatie is er minimaal, vandaar de bleke
huid. De bloedvaten in de huid zijn praktisch gesloten ten behoeve van de circulatie in de vitale organen, zoals het hart, de longen en de hersenen.
Transpireren
De
huid is klam, behalve bij een ‘warme shock’ (septische shock). Transpireren wordt veroorzaakt door verlamming van de zenuwbanen die naar de zweetklieren leiden. Het is een teken dat de shock een ernstige fase is ingegaan.
Ingevallen gezicht
Dat komt doordat het
vocht wordt onttrokken aan de huid. Vocht dat de bloedbaan ingaat om het vaatvolume op peil te houden.
Snelle hartslag (weke pols of draadpols) en lage bloeddruk
Door een snellere
hartfrequentie wordt er relatief meer
bloed door het vaatstelsel gepompt. Dat houdt de bloedcirculatie nog enigszins op peil. Bij een cardiogene (cardiale) shock is de pompfunctie gering, waardoor het hart als compensatie sneller gaat kloppen. Dat geldt ook voor andere vormen van shock, bijvoorbeeld als er door veel bloedverlies te weinig veneus bloed terug naar het hart wordt gepompt. De
bloeddruk – vooral de bovendruk (systole) – is dan laag en de
pols voelt week aan. Bij een bloeding zal er te weinig bloedvolume zijn om het vaatstelsel te vullen. Een te lage bloeddruk is altijd een teken dat de shock irreversibel wordt.
Snelle ademhaling
Door een snellere
ademhaling probeert het lichaam het zuurstoftekort op te heffen. Het is eveneens een compensatiemechanisme.
Geen of weinig urineproductie
De nieren trachten zoveel mogelijk vocht in de bloedbaan te houden om de bloeddruk te stabiliseren, onder andere door meer hormonen (o.a. renine) aan te maken. Naarmate de bloeddruk verder daalt, kunnen de nieren echter minder effectief filtreren. Er ontstaat dan oligurie (minder dan 25 ml urine per uur). Uiteindelijk valt de
urineproductie praktisch stil (anurie, minder dan 10 ml per uur) en vergiftigt het lichaam zichzelf (uremie en acidose).
Helder bewustzijn
Het bewustzijn blijft vaak tot de eindfase van de shock opmerkelijk goed, wat op zich curieus is. Men kan zelfs een normaal gesprek voeren met de persoon in kwestie, hoewel hem ontgaat wat er om hem heen gebeurt. Zelfs als het in klinische omstandigheden hectisch wordt, zoals het snel inbrengen van een infuus, of artsen en verpleegkundigen die anderszins druk doende zijn om hem in leven te houden.
Oorzaken van shock
Er zijn vier factoren die de bloedcirculatie in stand houden. Bij shock schiet een van die aspecten tekort, bijvoorbeeld door een ernstige
bloeding waardoor de vaatvulling in het gedrang komt. En bij een cardiogene ofwel cardiale shock laat de pompfunctie van het hart te wensen over, zoals bij
decompensatio cordis (hartfalen) en
boezemfibrilleren. Ook de omvang en effectiviteit van het vaatstelsel spelen een rol. Afgeleid van deze vier factoren zijn er vier oorzaken van shock:
- Gebrekkige pompfunctie van het hart, zoals bij een cardiogene (cardiale) shock.
- Onvoldoende vaatvulling, zoals bij een ernstige bloeding.
- Vaatverwijding terwijl het bloedvolume hetzelfde blijft. Daardoor lijkt het of er ‘te weinig’ bloed door de vaten stroomt, zoals bij een anafylactische shock. Men noemt dit ook wel 'warme shock', die meestal toxisch-infectieus van aard is.
- Bloedophoping in een bepaald vaatgebied. Daardoor blijft er te weinig bloed over om de rest van de bloedbaan adequaat te vullen. Dat heet verdeelsleutelshock, zoals soms optreedt bij een peritonitis (buikvliesontsteking) en bij bacteriële infecties, waarbij zich veel bloed verzamelt in het vaatstelsel van het maag-darmkanaal.
Onmiddellijk medische hulp inroepen
Het spreekt vanzelf dat de oorzaak van de shock zo snel mogelijk gevonden moet worden. Alleen dan is een adequate
behandeling mogelijk. De arts moet erachter zien te komen wat aan de basis ligt van de shock, deze ineenstorting van de bloedcirculatie. Het kan een
longembolie zijn, maar ook een acuut
hartinfarct. Bij een ernstige infectie kan er sprake zijn van een vaatverwijdingsshock, met als gevolg een sepsis (septische shock).
Symptomen onderkennen
Belangrijk is het besef dat shock een acute,
levensbedreigende situatie is. Eigenlijk zou iedere leek zich de bovengenoemde symptomen ervan in zijn
geheugen moeten prenten. Iemand die in shock is, mag zich dan gelukkig prijzen als er iemand in de buurt is die de ernst ervan inziet en meteen medische hulp inroept.
Lees verder