Syndroom van Stickler: Bindweefselaandoening
Het syndroom van Stickler is een erfelijke bindweefselaandoening die ontstaat door een verandering in het erfelijk materiaal. Het syndroom kenmerkt zich door een opvallende gelaatsuitdrukking, oogafwijkingen, gehoorverlies en gewrichtsproblemen. Het syndroom bestaat in diverse types. Een genetisch onderzoek is nodig om de diagnose van het Stickler-syndroom te bevestigen. De behandeling van de ongeneesbare ziekte is ondersteunend en symptomatisch bedoeld. De ziekte werd voor het eerst in de medische literatuur beschreven door de Amerikaanse arts Gunnar Stickler in 1960.
Synoniemen syndroom van Stickler
Het syndroom van Stickler is bekend onder verschillende synoniemen:
- erfelijke arthro-oftalmokompensatory-dystrofie
- erfelijke arthro-oftalmopathie
- erfelijke arthro-ophthalmopathie
- Stickler-dysplasie
- Stickler-syndroom
Bindweefselaandoening
Bindweefsel bevat collagene, elastische en reticulaire vezels. De collagene vezels komen het meeste voor: zij zijn wit van kleur en rekken niet mee (trekvast). De elastische vezels zijn opgebouwd uit complexe eiwitten en zij rekken wel tot ruim twee keer hun oorspronkelijke lengte (niet trekvast). Collagene vezels zijn opgebouwd uit eiwitten, wat de bouwstenen zijn van ons lichaam. Bij het Stickler-syndroom werkt dit collageen niet goed of is er minder collageen aanwezig. Het bindweefsel ontwikkelt zich hierdoor niet goed, wat resulteert in onderstaande symptomen.
Epidemiologie Stickler-syndroom
Ongeveer 1 op de 7.500 tot 10.000 pasgeborenen heeft het Stickler-syndroom. Nederland telt naar schatting 1.700 patiënten die lijden aan het Stickler-syndroom. Het syndroom presenteert zich bij evenveel mannen als vrouwen.
Types
Afhankelijk van de genetische wijziging zijn de volgende types mogelijk:
- Stickler-syndroom, COL2A1 (75% van de gevallen van Stickler)
- Stickler-syndroom, COL11A1
- Stickler-syndroom, COL11A2 (niet-oculair)
- Stickler-syndroom, COL9A1 (recessieve variant)
Oorzaken en erfelijkheid bindweefselziekte
Mutaties (veranderingen) in de genen COL11A1, COL11A2 en COL2A1 veroorzaken het Stickler-syndroom. Deze genen zijn betrokken bij de productie van type II en type XI collageen. Collagenen zijn complexe moleculen die de structuur en sterkte van bindweefsel voorzien (het weefsel dat de gewrichten en de organen van het lichaam ondersteunt). Mutaties in elk van deze genen verstoren de productie, verwerking of samenstelling van type II of type XI collageen. Defecte collageenmoleculen of verlaagde collageenlevels beïnvloeden de ontwikkeling van botten en andere bindweefsels, wat leidt tot de meest kenmerkende symptomen van het Stickler-syndroom. Andere, vooralsnog onbekende, genen kunnen ook het Stickler-syndroom veroorzaken, aangezien niet alle patiënten met de aandoening mutaties in één van de drie geïdentificeerde genen hebben.
Symptomen aan gezicht, gewrichten en spieren, ogen en oren
Het Stickler-syndroom kent een scala van symptomen die niet iedereen heeft; dit varieert afhankelijk van de vorm en de ernst van de aandoening.
Gezicht
Een typisch kenmerk van het Stickler-syndroom is een afgevlakte gelaatsuitdrukking. Deze verschijning is het gevolg van achtergebleven botten in het midden van het
gezicht, zoals de wangen en de neusbrug. Andere problemen zijn een kleine kaak, een naar achter gezakte
tong (tong die te groot is voor de ruimte gevormd door de kleine onderkaak), een hazenlip en een gespleten gehemelte (
schisis). Dit kan leiden tot voedings-, slik- en
ademhalingsproblemen.
Gewrichten, spieren en skelet
De meeste patiënten met het Stickler-syndroom hebben
skeletafwijkingen die de gewrichten aantasten. De gewrichten van de getroffen kinderen en jongvolwassenen zijn vaak los en zeer flexibel (
hypermobiliteit), hoewel de gewrichten minder flexibel worden met de leeftijd.
Artritis (gewrichtsontsteking) ontstaat vaak op jonge leeftijd en veroorzaakt
gewrichtspijn of
spierstijfheid. Problemen met de botten van de wervelkolom, zoals
scoliose (zijdelingse kromming van de wervelkolom) of
kyfose (achterwaartse kromming van de wervelkolom) en afgeplatte wervels (platyspondylie) behoren eveneens tot de mogelijkheden. Deze rugafwijkingen kunnen leiden tot
pijn.
Ogen
Veel patiënten met het Stickler-syndroom lijden aan (ernstige)
bijziendheid (
myopie). In sommige gevallen heeft het glasvocht (heldere gel die de oogbol vult) een afwijkend uiterlijk. Een vertroebeling van de ooglens resulteert in staar (
cataract). Andere veelvoorkomende oogproblemen zijn een verhoogde druk in het oog (
glaucoom) en
netvliesloslating (ablatio retinae). Deze oogafwijkingen kunnen leiden tot verminderd gezichtsvermogen of blindheid in sommige gevallen.
Oren
Bij patiënten met het Stickler-syndroom varieert het
gehoorverlies in ernst. De gehoorafwijkingen kunnen progressief zijn, waardoor de patiënt geleidelijk aan gehoorverlies ervaart. Bovendien treden bij deze patiënten vaker
oorinfecties op.
Diagnose en onderzoeken
Lichamelijk onderzoek
De diagnose is moeilijk te stellen omdat veel patiënten de overduidelijke symptomen zoals een gespleten gehemelte, ernstige gehoorproblemen en gewrichtsproblemen net niet of slechts in een milde vorm hebben. De arts stelt de diagnose door een genetisch onderzoek, een lichamelijk onderzoek en het observeren van de symptomen. Bij een ongeboren kind kan de diagnose worden gesteld als de verandering in het erfelijk materiaal bekend is. De macula heeft een typisch uitzicht bij alle types van het syndroom. Daarom is een bezoek aan een gespecialiseerde oogarts noodzakelijk.
Differentiële diagnose
De differentiaaldiagnoses omvatten
het Knobloch-syndroom,
het Wagner-syndroom, meervoudige epifysaire dysplasie en metatropische dysplasie.
Behandeling
Diverse specialisten zijn betrokken bij de behandeling van dit syndroom: craniofaciale chirurgen, kaakchirurgen, oor/neus/keel-specialisten, oogartsen, audiologen en reumatologen. De behandeling is voornamelijk symptomatisch en ondersteunend, waarbij de artsen elke patiënt individueel beoordelen.
- Gezicht: Een patiënt kan een ingreep aan het gezicht ondergaan, bijvoorbeeld om een hazenlip te verhelpen.
- Ogen: Bij slechtziendheid heeft een patiënt baat bij leeshulpmiddelen zoals een handloep, een bril, contactlenzen, en soms is een operatie vereist.
- Oren: Hoorapparaat
- Skelet: Fysiotherapie
Het syndroom van Stickler vertoont overeenkomsten met het
syndroom van Wagner, maar bij dat laatste zijn alleen oogafwijkingen betrokken. De patiëntenorganisatie van het Wagner-syndroom heeft
informatiepagina's rond het Stickler-syndroom online gezet. Deze pagina's zijn evidence-based en bieden nuttige informatie over de symptomen, de verschillen tussen Wagner en Stickler, genetica en netvliesloslating. Daarnaast is het mogelijk een nieuwspagina te volgen en een zelftest te doen, al is een bezoek aan een gespecialiseerde oogarts vereist voor een definitieve diagnose.
Prognose
De prognose voor patiënten met het Stickler-syndroom varieert sterk, afhankelijk van de ernst van de symptomen en de effectiviteit van de behandeling. Hoewel het syndroom een levenslange aandoening is, kan een vroegtijdige diagnose en een op maat gemaakte behandeling de kwaliteit van leven aanzienlijk verbeteren. Regelmatige medische controle en aangepaste behandelingsstrategieën zijn cruciaal voor het beheer van de symptomen.
Complicaties
Complicaties van het Stickler-syndroom kunnen ernstig zijn en omvatten visuele problemen zoals blindheid, gehoorverlies, en ernstige gewrichtsproblemen die de mobiliteit kunnen beïnvloeden. Patiënten kunnen ook risico lopen op aandoeningen zoals ernstige scoliose of kyfose, die behandeling door specialisten vereisen. Preventieve maatregelen en regelmatige follow-up zijn belangrijk om het risico op complicaties te minimaliseren.
Preventie
Omdat het Stickler-syndroom erfelijk is, kan genetisch advies nuttig zijn voor families met een geschiedenis van de aandoening. Vroege diagnose en regelmatige medische controles kunnen helpen bij het beheersen van de symptomen en het voorkomen van ernstige complicaties. Het is belangrijk om bij de eerste tekenen van de aandoening medische hulp te zoeken en een behandelplan te volgen dat is afgestemd op de individuele behoeften van de patiënt.