LASIK-oogchirurgie: Voor, tijdens en na de operatie
LASIK of "laser-assisted in situ keratomileusis" is de meest uitgevoerde laseroperatie voor de behandeling van myopie (bijziendheid), hypermetropie (verziendheid), presbyopie (ouderdomsverziendheid) en astigmatisme. Veel vooronderzoeken zijn vereist om te bepalen of een patiënt geschikt is voor de ingreep. De laserbehandeling zelf verloopt zeer snel en is pijnloos voor de patiënt. Meestal ziet hij na de ingreep weer helder, waardoor een bril of contactlenzen overbodig zijn.
Voor de behandeling
Oogarts: Uitleg verschaffen
De oogarts heeft een belangrijke taak bij de LASIK-behandeling. Hij informeert de patiënt over de risico’s, de voor- en nadelen, de alternatieven, de verwachtingen en de verantwoordelijkheden van en na de ingreep. Hierbij moet er steeds ruimte zijn voor vragen en extra uitleg. Het is belangrijk te weten of een patiënt wel een geschikte kandidaat is voor de LASIK-procedure. De patiënt moet een aantal oogonderzoeken ondergaan om zeker te weten of hij een potentiële kandidaat is voor de ingreep. Sommige patiënten zijn geen goede LASIK-kandidaat. Andere
refractiebehandelingen zijn dan beschikbaar, zoals PRK en LASEK ooglaseren en een implant ooglensoperatie. Dit bepaalt de oogarts in overleg met de patiënt na vele belangrijke vooronderzoeken.
Oogarts: Oogonderzoeken uitvoeren
De oogarts voert een grondig oogheelkundig onderzoek uit om de gezondheid van de ogen te bepalen. Hij of zij onderzoekt de vorm en de dikte van het hoornvlies, de pupilgrootte, refractieve fouten (
bijziendheid (myopie),
ouderdomsverziendheid (presbyopie),
verziendheid (hypermetropie) en
astigmatisme) alsook bekijkt hij eventuele andere oogaandoeningen. Hij test tevens de vochtigheid van de ogen zodat de patiënt weet of hij risico loopt op
droge ogen na een LASIK-behandeling. Een
corneatopografie is vereist om de kromming van het voorste oppervlak van het oog te meten en een "kaart" van het hoornvlies te creëren. De oogarts bekijkt tot slot de algemene gezondheid en het medicatiegebruik van de patiënt om te bepalen of hij een geschikte kandidaat is. Een LASIK-ingreep lukt het beste bij patiënten die lichte tot matig bijziend of verziend zijn en/of aan astigmatisme lijden. Het hoornvlies moet daarnaast voldoende dik zijn.
De patiënt moet, afhankelijk van het type lenzen, circa twee tot vier weken voor de oogonderzoeken en ingreep stoppen met het dragen van
contactlenzen voor de LASIK-behandeling. Op die manier herstelt de natuurlijke vorm van het hoornvlies. Mogelijk geven de onderzoeksresultaten foute informatie en verloopt het herstel van de operatie moeilijker wanneer de patiënt zijn contactlenzen niet tijdig uitdoet. Uiteraard bespreekt hij dit met de oogarts voor de onderzoeken en de ingreep.
Het gebruik van (oog)cosmetica voor de behandeling is uit den boze /
Bron: Manuel Marín, Wikimedia Commons (CC BY-2.0)
Dag van de behandeling
De patiënt mag geen crèmes, lotions,
make-up / (oog)cosmetica of parfum dragen voor de ingreep. Vlak voor de operatie krijgt de patiënt weer een aantal oogmetingen. De patiënt krijgt een
plaatselijke verdoving via oogdruppels toegediend. Soms krijgt hij ook rustgevende
medicatie voor de behandeling. De chirurg plaatst het oog onder de laser. Een ooglidspreider houdt de oogleden open tijdens de ingreep.
Excimer laser
Tijdens de ingreep gebruikt de oogarts een excimer laser. Deze zeer gespecialiseerde laser maakt gebruik van een koele ultraviolette lichtstraal om microscopische hoeveelheden weefsel van het hoornvlies te verwijderen. Hierdoor verandert het hoornvliesprofiel zodat het nauwkeuriger gericht licht op het netvlies terechtkomt en de patiënt een beter gezichtsvermogen krijgt. Bij bijziende patiënten maakt de laser het hoornvlies platter; bij verziende patiënten is een bollere cornea gewenst. Excimer lasers corrigeren eveneens astigmatisme doordat ze een onregelmatig hoornvlies gladstrijken tot een meer normale vorm. Het is een misvatting dat de behandeling van astigmatisme niet mogelijk is via LASIK. De computertechnologie berekent volledig automatisch het juiste profiel voor het hoornvlies. Dit zorgt voor een veiligere ingreep met minder risico op complicaties. Het hoornvlies is bovendien stabieler dan via een handmatig gemaakte flap. De flapjes zijn daarnaast dunner, de flapdikte is beter voorspelbaar met de laser, de patiënt geneest sneller, en tot slot is er voor de patiënt minder druk in het oog bij het uitsnijden van het flapje, wat voor hem comfortabeler is.
Tijdens de behandeling
De behandeling kent een tijdsduur van gemiddeld vijf à tien minuten per oog. De oogchirurg maakt een flapje dat zowel met een mechanische microkeratoom als met een laser keratoom mogelijk is. Bij een mechanische microkeratoom plaatst hij eerst een zuigring op het hoornvlies wat bij de patiënt wat druk veroorzaakt. Het snijapparaatje is rond de zuigring bevestigd. Wanneer de arts de laser keratoom inzet, plakt hij het hoornvlies af met een soort plastic folie. Hij stelt de excimer laser in en vraagt de patiënt om naar een lichtstraal te kijken. Dit is geen laserstraal maar een straal die helpt bij het volgen van de oogbewegingen van de patiënt; de patiënt moet hierop proberen te focussen. Wanneer het oog in de juiste positie staat, start de chirurg de laser. De laser maakt vervolgens in een twintigtal seconden een dunne, ronde "flap" in het hoornvlies door wat hoornvliesweefsel te verwijderen. De patiënt hoort hierbij een krakend/klikkend geluid en ziet meestal wazig (
wazig gezichtsvermogen). Dit alles is volledig pijnloos, al voelt de patiënt soms wel wat druk. Nadat de laser het hoornvlies een andere vorm heeft gegeven, legt de chirurg de flap weer terug op zijn plaats.
Na de behandeling
Na de ingreep zijn geen verbanden of hechtingen vereist. De patiënt voelt na de ingreep tijdelijk een branderig of jeukend gevoel, of hij heeft het gevoel dat er iets in zijn oog zit. Een begeleider brengt hem daarom best naar huis. Soms ziet de patiënt wazig of onscherp na de ingreep, maar dit verbetert zich normaliter de dag nadien. Ook lichtgevoeligheid (in
medische termen gekend als "
fotofobie") komt voor. Het gezichtsvermogen van de patiënt herstelt zich meestal binnen enkele dagen tot sporadisch enkele weken of maanden. De patiënt mag de volgende dag gaan werken, maar meestal adviseert de oogarts om eerst enkele dagen te rusten. Ook zware inspanningen zijn minstens een week na de behandeling nog te vermijden, daar deze anders interfereren met het herstelproces. De patiënt neemt
oogdruppels en volgt hiervoor correctie
oogdruppelrichtlijnen, en draagt een beschermende bril gedurende de eerste 24 uur na de operatie.
Postoperatieve nacontrole
De patiënt gaat meestal één dag na de operatie terug naar de oogarts voor een controlebezoek. Zo weet de patiënt zeker of hij weer mag autorijden zonder bril of contactlenzen.
In de ogen wrijven is uit den boze in de herstelperiode. Daarna komt hij nog eens op controle na één week en na twee à drie maanden, afhankelijk van het gekozen ziekenhuis.
Complicaties LASIK-operatie
Normaalgezien is LASIK een zeer veilige procedure. In sporadische gevallen treedt een
ooginfectie, nachtverblinding (
nachtblindheid) of
halo's op die het meest merkbaar zijn bij het autorijden ’s avonds of ’s nachts. Wanneer de symptomen na de behandeling langer blijven aanhouden, moet de patiënt onmiddellijk terug naar de oogarts voor verder onderzoek.
Resultaten LASIK-oogchirurgie
Ooglaseren biedt tal van voordelen en verbetert drastisch de kwaliteit van leven van een patiënt. De meeste patiënten krijgen een gezichtsvermogen van 20/20 of zelfs beter na de operatie, maar de LASIK-resultaten variëren. Sommige patiënten bereiken enkel een zicht van 20/40 of zelfs minder. Soms zijn een bril of contactlenzen nog steeds nodig, of soms is een tweede ooglasercorrectie nodig. Ook lijden sommige patiënten aan het droge ogen-syndroom. Dit valt te behandelen met
kunsttranen, zalven, oogdruppels of een
oogimplantaat. Hoornvliesectasie (uitpuilend en vervormd hoornvlies), een
hoornvliesaandoening, komt soms ook tot stand na een LASIK-operatie. Het gezichtsvermogen varieert ten slotte wel eens bij patiënten. Hoewel LASIK-chirurgie een hoog slagingspercentage heeft, is het belangrijk dat de patiënt alle facetten van de behandeling met de chirurg bespreekt voordat de operatie doorgaat.
Lees verder