Afibrinogenemie: Bloedstollingsaandoening met bloedingen
Afibrinogenemie is een zeldzame bloedstollingsziekte waarbij problemen optreden bij de vorming van fibrinogeen, waardoor dit eiwit in het plasma ontbreekt of nauwelijks aanwezig is. Dit leidt tot verschillende soorten bloedingen bij de patiënt. Een medische behandeling met bloedproducten en bloedtransfusies is noodzakelijk om de ziekte te behandelen. Zonder gepaste behandeling kunnen potentieel levensbedreigende complicaties ontstaan. De prognose varieert, en in sommige gevallen kan een bloeding fataal zijn. Deze aandoening is erfelijk en kan daarom niet worden voorkomen.
Epidemiologie van afibrinogenemie
De bloedziekte afibrinogenemie komt voor bij ongeveer één op de één miljoen mensen. Vrouwen worden vaker getroffen dan mannen. De aandoening werd voor het eerst beschreven in de medische literatuur in 1920. In 2015 rapporteerden wetenschappers dat sindsdien ongeveer 250 patiënten in de medische literatuur zijn opgenomen. Verdere relevante epidemiologische gegevens zijn niet beschikbaar in de geraadpleegde literatuur.
Oorzaken van afibrinogenemie
Genetische mutatie
Afibrinogenemie wordt veroorzaakt door een mutatie (wijziging) in de genen alfa (FGA), bèta (FGB) of gamma (FGG). Deze mutatie verstoort de functie van het eiwit fibrinogeen (coagulatiefactor I), dat essentieel is voor de bloedstolling. Normaal gesproken helpt fibrinogeen bij het stoppen van bloedverlies door beschadigde bloedvaten af te sluiten. Bij afibrinogenemie ontbreekt dit eiwit of functioneert het niet goed, wat resulteert in overmatige bloedingen.
Overerving
Afibrinogenemie volgt een autosomaal recessief overervingspatroon, wat betekent dat de patiënt twee abnormale genen moet hebben geërfd om symptomen te ontwikkelen.
Soorten bloedingsaandoeningen
Afibrinogenemie bestaat in drie types: afibrinogenemie, hypofibrinogenemie en dysfibrinogenemie.
Afibrinogenemie
Bij afibrinogenemie, waarbij de patiënt geen fibrinogeen heeft, ontstaan de volgende bloedingsgerelateerde klachten:
- bloedingen in de hersenen / schedel (intracraniële bloedingen zijn echter zeldzaam)
- bloedingen in de ruimte tussen de gewrichten (hemartrose)
- bloedingen in de ruimte tussen de spieren (hematoom)
- bloedingen in de slijmvliezen (zoals bloedend tandvlees)
- bloedingen uit de navelstreng net na de geboorte
- ernstige bloedingen na de bevalling
- miskraam
- zwelling in de gewrichten
- menorragie (hevig bloedverlies tijdens de menstruatieperiode)
- neusbloedingen die niet gemakkelijk ophouden (epistaxis)
- snel blauwe plekken
- zware bloedingen na een verwonding of een operatie
Hypofibrinogenemie
Patiënten met hypofibrinogenemie, waarbij het abnormale gen van slechts één ouder is overgeërfd, ervaren minder vaak bloedingen, en de bloedingen zijn doorgaans minder ernstig.
Dysfibrinogenemie
Bij dysfibrinogenemie werkt het fibrinogeen minder goed. Vaak is de patiënt asymptomatisch en heeft hij geen klachten van de bloedstollingsaandoening.
Symptomen van afibrinogenemie: Diverse bloedingen
De symptomen van afibrinogenemie komen meestal direct na de geboorte tot uiting, vooral tijdens de kindertijd. Bloedingen kunnen optreden na een trauma of spontaan zonder duidelijke oorzaak.
Een bloedonderzoek bevestigt de diagnose /
Bron: Frolicsomepl, Pixabay
Diagnose en onderzoeken
Diagnostisch onderzoek
Een diagnose van afibrinogenemie kan niet worden gesteld met alleen een klinisch onderzoek. Een uitgebreid
bloedonderzoek is noodzakelijk om de diagnose te bevestigen.
Differentiële diagnose
De belangrijkste aandoeningen die op afibrinogenemie lijken, zijn onder andere:
- aangeboren stollingsfactordeficiënties (factoren II, V, VII, X, XI, VIII, IX en XIII)
- congenitale of verworven trombofilie (antitrombinedeficiëntie, proteïne C of S deficiëntie, factor V Leiden mutatie, lupus anticoagulans)
- consumptieve coagulopathie
- verworven fibrinogeendeficiëntie (consumptieve coagulopathie, leverfalen)
Behandeling van tekort of ontbreken van fibrinogeen
Bij een bloeding of ter voorbereiding op een operatie is behandeling essentieel om complicaties te voorkomen. Behandelopties zijn onder andere:
- cryoprecipitaat (een bloedproduct met geconcentreerd fibrinogeen en andere stollingsfactoren)
- fibrinogeen (RiaSTAP)
- plasma (het vloeibare deel van het bloed met stollingsfactoren)
Patiënten met afibrinogenemie hebben ook een vaccin tegen
virale hepatitis B nodig, omdat
bloedtransfusies het risico op een
ontsteking van de lever verhogen.
Prognose van afibrinogenemie
Patiënten met afibrinogenemie hebben vaak te maken met ernstige bloedingen, die mild tot levensbedreigend kunnen zijn. Bloedingen in de hersenen zijn vaak fataal en vormen de belangrijkste doodsoorzaak bij deze aandoening. Postoperatieve bloedingen dragen ook bij aan een verhoogd risico op vroegtijdig overlijden.
Complicaties van afibrinogenemie
Mogelijke complicaties van de aandoening zijn:
Preventie van afibrinogenemie
Afibrinogenemie is een erfelijke aandoening en kan niet worden voorkomen.