Lymfangioleiomyomatosis: Aandoening met kortademigheid
Het lymfestelsel bestaat uit een netwerk van bloedvaten die lymfevocht en immuuncellen door het hele lichaam transporteren. Lymfevloeistof helpt immuuncellen, eiwitten en andere stoffen uit te wisselen tussen het bloed en de weefsels. Lymfangioleiomyomatosis (LAM) een aandoening waarbij spiercellen die de luchtwegen en bloedvaten van de longen vormen zich abnormaal beginnen te vermenigvuldigen. Deze spiercellen verspreiden zich in delen van de long waar ze niet thuishoren. De zeldzame progressieve ziekte tast vooral vrouwen aan. Toenemende kortademigheid is één de belangrijkste symptomen van deze longaandoening. Medicatie, zuurstoftherapie en een longtransplantatie zijn mogelijke behandelingen voor deze ziekte. De aandoening is tot slot progressief waardoor patiënten met lymfangioleimyomatosis na verloop van tijd komen te overlijden.
Epidemiologie: Vooral bij vrouwen
Lymfangioleiomyomatosis komt bijna uitsluitend voor bij vrouwen. Het is anno oktober 2020 niet helemaal duidelijk waarom lymfangioleiomyomatosis voornamelijk bij vrouwen optreedt. Mogelijk is het vrouwelijke geslachtshormoon
oestrogeen betrokken is bij de ontwikkeling van de aandoening. Meestal ontstaan de tekenen in het tweede of derde decennium. Wereldwijd zijn er wellicht tussen de 30.000 en 50.000 patiënten met de ziekte.
Oorzaken: Abnormale groei van gladde spiercellen
Genetische veranderingen
Mutaties (wijzigingen) in het TSC1-gen of het TSC2-gen, veroorzaken lymfangioleiomyomatosis. De TSC1- en TSC2-genen coderen voor de productie van respectievelijk de eiwitten hamartine en tuberine. Deze twee eiwitten zijn nodig voor de regulatie van de celgroei en -grootte van gladde spiercellen. De eiwitten fungeren als tumoronderdrukkers, die voorkomen dat cellen te snel groeien en zich op een ongecontroleerde manier gaan delen. Wanneer beide kopieën van het TSC1-gen in een bepaalde cel gewijzigd zijn, produceert de cel geen functioneel hamartine. Cellen met twee gewijzigde kopieën van het TSC2-gen kunnen geen functionele tuberine produceren. Door het verlies van deze eiwitten gaat de cel groeien en zich ongecontroleerd delen, hetgeen resulteert in tumoren en cysten geassocieerd met lymfangioleiomyomatosis.
Overervingspatroon
Sporadische lymfangioleiomyomatosis is niet erfelijk; het is wellicht het gevolg van een willekeurige mutatie in het TSC1- of TSC2-gen dat heel vroeg in de ontwikkeling optreedt. Hierdoor hebben sommige lichaamscellen een normale versie van het gen, terwijl andere de gemuteerde versie hebben. Deze situatie staat in
medische termen bekend als mosaïcisme. Wanneer een mutatie optreedt in de andere kopie van het TSC1- of TSC2-gen in bepaalde cellen gedurende de levensduur van een vrouw (een somatische mutatie), ontwikkelt ze lymfangioleiomyomatosis. Deze vrouwen hebben meestal geen geschiedenis van deze aandoening in hun familie.
Risicofactoren
De belangrijkste risicofactor voor lymfangioleiomyomatosis is het vrouwelijke geslacht, vooral in de reproductieve leeftijd. Het komt vaak voor bij vrouwen met tubereuze sclerose, een genetische aandoening die verschillende organen aantast.
Symptomen: Kortademigheid
Bij vrouwen met lymfangioleiomyomatosis ontwikkelen zich cysten in de lymfevaten van de borst en de buik. Deze cysten staan bekend als lymfangioleiomyomen. Vrouwen ontwikkelen eveneens tumoren (angiomyolipomen) die bestaan uit lymfangioleiomyomatosis-cellen, vetcellen en bloedvaten. De klinische presentatie is variabel; sommige patiënten hebben geen symptomen, terwijl anderen er veel hebben. De symptomen van LAM verergeren vaak tijdens de zwangerschap.
Pijn op de borst is één van de tekenen van de aandoening /
Bron: Pexels, PixabayLongen
Getroffen vrouwen hebben ook een overmatige groei van abnormale gladde spiercellen (lymfangioleiomyomatosis-cellen) in de
longen, hetgeen resulteert in de vorming van
longcysten en de vernietiging van normaal longweefsel. Ze ervaren eveneens een ophoping van vocht in de holte rond de longen (chylothorax). De longafwijkingen veroorzaken
ademhalingsproblemen (
kortademigheid),
pijn op de borst en
hoesten, waardoor patiënten vaak bloed ophoesten. Veel vrouwen met deze aandoening hebben terugkerende episodes van een
klaplong (spontane pneumothorax). De longproblemen zijn progressief en veroorzaken zonder behandeling problemen met de activiteiten van het dagelijks leven.
Nieren of buik
Ongeveer de helft van de patiënten met LAM ontwikkelt angiomyolipomen, goedaardige tumoren die bestaan uit vet, bloedvaten en cellen die glad spierweefsel bevatten. Deze tumoren tasten de
nieren of de buik en aan en zijn vaak asymptomatisch. In sommige gevallen veroorzaken ze
flankpijn,
bloed in de urine (hematurie) of bloedingen in de buik (abdominale hemorragie).
Alarmsymptomen
Alarmsymptomen van lymfangioleiomyomatosis omvatten kortademigheid, hoesten, en pijn op de borst. Symptomen kunnen geleidelijk verergeren naarmate de ziekte vordert.
Een bloedonderzoek is nodig /
Bron: Frolicsomepl, PixabayDiagnose en onderzoeken
De aandoening wordt soms laat herkend omdat de symptomen vergelijkbaar zijn met andere longaandoeningen zoals
astma (chronische
ontsteking van luchtwegen in de longen). Een
CT-scan of een
longbiopsie detecteren de longcysten. Veel patiënten krijgen de diagnose nadat ze een klaplong hebben gehad. Een
longfunctietest en een
echografie zijn andere mogelijke onderzoeken die inzetbaar zijn voor het opsporen van de zeldzame longaandoening. Een serum VEGF-D-
bloedonderzoek is nuttig voor het stellen van de diagnose van lymfangioleiomyomatosis bij vrouwen met typische longcysten.
Behandeling van longziekte
Patiënten met ademhalingsproblemen hebben zuurstoftherapie nodig. Het
medicijn Sirolimus (rapamycin, rapamune) voorkomt voorts de achteruitgang van de longfunctie en verbetert het dagelijks functioneren bij patiënten met LAM. Bovendien zijn geïnhaleerde
bronchodilatoren (luchtwegverwijders) nuttig, waardoor de kortademigheid bij sommige patiënten vermindert.
Roken en
passief roken zijn voorts uit den boze. Patiënten met een abnormale longfunctie, patiënten die snel achteruitgaan en patiënten met chyleuze effusies zijn goede kandidaten voor de behandeling. Een
longtransplantatie is voorts een optie voor veel patiënten.
Prognose van lymfangioleiomyomatosis
De ziekte is langzaam tot snel progressief. Sommige patiënten blijven gedurende vele jaren stabiel, terwijl andere snel achteruitgaan. Veel LAM-patiënten ontwikkelen uiteindelijk kortademigheid bij de dagelijkse activiteiten. Bijna 90% van de patiënten leeft nog na tien jaar na de diagnose, maar na twintig jaar na de diagnose zijn de meeste patiënten met de diagnose van deze longaandoening overleden.
Complicaties van longaandoening
Hoewel lymfangioleiomyomatosis-cellen niet als
kanker worden beschouwd, verspreiden ze zich mogelijk wel tussen weefsels (metastaseren). Hierdoor kan de aandoening terugkeren, zelfs na een longtransplantatie.
Preventie
Preventie van lymfangioleiomyomatosis is moeilijk omdat de oorzaak vaak genetisch is. Vroege diagnose en behandeling kunnen echter helpen bij het beheren van de ziekte en het verbeteren van de levenskwaliteit.
Lees verder