Hepatopulmonaal syndroom: Longcomplicatie door leverziekte
Het hepatopulmonaal syndroom is een longcomplicatie die optreedt bij een leverziekte. Bij de aandoening treedt een verwijding van de bloedvaten in de longen op, waardoor de longen niet meer goed zuurstof kunnen leveren aan het lichaam. De ziekte kenmerkt zich door onder andere kortademigheid, blauwe vingers en lage zuurstofwaarden in het bloed van de slagaders. De enige bekende remedie voor deze aandoening is een levertransplantatie. De vooruitzichten zijn bij getransplanteerde patiënten vrij goed al ontstaan soms wel ernstige complicaties.
Epidemiologie van hepatopulmonaal syndroom
Bij ongeveer 5-32% van de patiënten met littekens in de lever (
cirrose) treedt het hepatopulmonaal syndroom op. Enkel patiënten met een
leveraandoening krijgen te maken met deze zeldzame longcomplicatie. HPS komt voor bij kinderen en volwassenen, zowel bij mannen als bij vrouwen, en dit ook bij mensen van alle etnische achtergronden.
Oorzaken: Verwijding van bloedvaten in longen
Het hepatopulmonaal syndroom (HPS) is een zeldzame longcomplicatie van een leverziekte, meestal levercirrose. Wanneer de lever niet goed functioneert, verwijden de bloedvaten (vasodilatatie) in de longen. Als dit ernstig is, verliezen de longen hun vermogen om effectief zuurstof naar het lichaam over te brengen. Dit staat dan bekend als het hepatopulmonaal syndroom. De oorzaak van de
longaandoening blijft onduidelijk anno oktober 2020 en het is onbekend waarom bij sommige patiënten met een leverziekte deze verwijding van de bloedvaten in de longen zich ontwikkelt, terwijl dat bij anderen niet het geval is.
Risicofactoren
Risicofactoren voor hepatopulmonaal syndroom zijn onder andere gevorderde levercirrose, chronische hepatitis, en andere ernstige leveraandoeningen. Patiënten met een lange geschiedenis van alcoholmisbruik of chronische virale hepatitis hebben een verhoogd risico op het ontwikkelen van dit syndroom.
Symptomen: Kortademigheid en blauwzucht
Ademhalingsproblemen
Patiënten met deze aandoening hebben kenmerken van cirrose met
spider naevi (verwijde rode vaatjes op huid). In het beginstadium van de longaandoening ervaren de meeste patiënten geen
ademhalingsproblemen. In een later stadium van de aandoening kampen patiënten echter met progressieve
kortademigheid in rust of bij inspanning. Een meer specifieke klacht is platypneu, wat de
medische term is voor kortademigheid in rechtopstaande positie. Bij patiënten met het hepatopulmonaal syndroom verbetert dit symptoom tijdens het liggen.
Andere tekenen
Andere klinische verschijnselen van het hepatopulmonaal syndroom zijn onder meer:
- clubbing van vingers (trommelstokvingers) of tenen
- cyanose (abnormaal blauwachtige verkleuring van de huid of slijmvliezen door weefsels nabij het huidoppervlak met een lage zuurstofsaturatie = hypoxemie)
- spidernaevi (kleine, verwijde bloedvaten die zich in groepjes zeer dicht bij het huidoppervlak bevinden)
Alarmsymptomen
Alarmsymptomen van hepatopulmonaal syndroom omvatten kortademigheid, vermoeidheid, en een verhoogde gevoeligheid voor zuurstoftekort. Patiënten kunnen ook symptomen van leverziekte ervaren zoals geelzucht en buikpijn, wat kan duiden op een verergering van de onderliggende leveraandoening.
Diagnose en onderzoeken
Diagnostisch onderzoek
De arts bekijkt de
medische geschiedenis van een patiënt. Op basis van de aanwezige symptomen (kortademigheid, vooral bij het rechtstaan) en een reeds aanwezige leverziekte, vermoedt de arts reeds dat de patiënt lijdt aan het hepatopulmonaal syndroom. Patiënten met klinisch significante symptomen krijgen een pulsoximetrie (
zuurstofmeting in het bloed). Als het syndroom vergevorderd is, meet de arts de arteriële bloedgassen. Een nuttige diagnostische test is een contrast-
echocardiografie (onderzoek van het hart door middel van geluidsgolven). Een
röntgenfoto van de
borstkas (
thoraxfoto) en een thoracale
CT-scan (CT-scan van de borstkas) onthullen vaak duidelijke informatie over het hepatopulmonal syndroom.
Differentiële diagnose
Portopulmonale hypertensie is een andere vaatcomplicatie van een leverziekte, die de arts vaak verwart met het HPS. Het hepatopulmonaal syndroom en portopulmonale hypertensie zijn echter verschillend. HPS kenmerkt zich door vasodilatatie (verwijding van bloedvaten) en hypoxemie (tekort aan zuurstof in het bloed). Portopulmonale hypertensie kenmerkt zich door een obstructie (verstopping) of vasoconstrictie (vernauwing) van de bloedvaten, hetgeen dan resulteert in
pulmonale arteriële hypertensie.
Behandeling van longcomplicatie
Aanvullende zuurstof is vaak vereist om de ernstige symptomen van het hepatopulmonaal syndroom onder controle te krijgen. Bij patiënten met mildere klachten is zuurstofondersteuning niet altijd nodig. Een patiënt met deze ziekte is gebaat met een
levertransplantatie. Dit is anno oktober 2020 de enige definitieve behandeling.
Prognose van longaandoening door leverziekte
De prognose voor hepatopulmonaal syndroom hangt sterk af van de ernst van de leverziekte en de effectiviteit van de behandeling. Bij tijdige interventie en adequate behandeling kan de voortgang van het syndroom worden vertraagd en kunnen symptomen worden beheerd. Echter, in gevorderde gevallen kan de prognose minder gunstig zijn en kan een levertransplantatie noodzakelijk zijn.
Complicaties
Mogelijke complicaties van een levertransplantatie bij patiënten met het HPS zijn onder andere:
- bloedstolsels
- een herhaling van HPS na een transplantatie
- een langzame wondgenezing als gevolg van hypoxemie
- ernstige hypoxemie na een transplantatie
- lekken van gal uit de verbindingen tussen galkanalen (anastomotische galweglekken)
- postoperatieve infecties
- progressieve pulmonale hypertensie
Preventie
Preventie van hepatopulmonaal syndroom omvat het beheren van risicofactoren voor leverziekte en het vroegtijdig behandelen van leveraandoeningen. Regelmatige medische controles en opvolging van patiënten met chronische leverziekte kunnen helpen bij het vroegtijdig opsporen en behandelen van mogelijke complicaties die kunnen leiden tot hepatopulmonaal syndroom.
Praktische tips voor het omgaan met het hepatopulmonaal syndroom
Ondersteuning bij ademhalingsproblemen
Heb je moeite met ademhalen door het hepatopulmonaal syndroom (HPS)? Probeer dan op je zij of half rechtop te slapen om de druk op je longen te verminderen. Doe dagelijks ademhalingsoefeningen om je longcapaciteit te verbeteren. Vraag je arts of fysiotherapeut om je oefeningen te leren die speciaal voor jouw situatie geschikt zijn. Vermijd plekken met rook of andere irriterende stoffen die je ademhaling kunnen bemoeilijken. Zorg dat je regelmatig frisse lucht krijgt, maar wees voorzichtig met extreme temperaturen. Houd ook een luchtbevochtiger in huis om droge lucht te vermijden.
Regelmatige medische opvolging
Ga regelmatig naar je controles bij je arts en zorg dat je bloedwaarden en zuurstofsaturatie goed worden bijgehouden. Overweeg om thuis een pulse-oximeter te gebruiken, zodat je je zuurstofniveaus zelf in de gaten kunt houden. Noteer veranderingen in je symptomen en bespreek deze met je arts, ook als je denkt dat het niet belangrijk is. Vraag je arts naar behandelingsopties, zoals zuurstoftherapie of een eventuele levertransplantatie, en zorg dat je goed geïnformeerd bent over de mogelijke voordelen en risico's.
Misvattingen rond hepatopulmonaal syndroom
Het hepatopulmonaal syndroom (HPS) is een aandoening die de longen en de lever betreft, en het is vaak onterecht verkeerd begrepen. Veel mensen zijn zich niet bewust van de complexe relatie tussen de lever en de longen bij deze aandoening.
Hepatopulmonaal syndroom komt alleen voor bij mensen met cirrose
Een veelvoorkomende misvatting is dat het hepatopulmonaal syndroom alleen voorkomt bij mensen met levercirrose. Hoewel cirrose inderdaad een belangrijke risicofactor is voor het ontwikkelen van HPS, kan het ook optreden bij mensen zonder levercirrose, maar met andere leverziekten, zoals chronische hepatitis of leverfalen. Het komt voor wanneer de lever niet goed functioneert, wat kan leiden tot veranderingen in de longvaten.
Hepatopulmonaal syndroom heeft altijd duidelijke ademhalingsproblemen
Sommige mensen denken dat hepatopulmonaal syndroom altijd gepaard gaat met ernstige ademhalingsproblemen. Hoewel ademhalingsproblemen een belangrijk symptoom kunnen zijn, is de ernst en het type symptomen afhankelijk van de mate van schade aan de longen en de lever. Andere symptomen, zoals vermoeidheid en een blauwachtige huidskleur (cyanose), kunnen in de vroege stadia veel subtieler zijn.
Hepatopulmonaal syndroom kan gemakkelijk worden gediagnosticeerd met standaard tests
Het hepatopulmonaal syndroom kan moeilijk te diagnosticeren zijn omdat de symptomen vaak vaag zijn en andere aandoeningen kunnen nabootsen. Het kan niet altijd worden ontdekt met standaard
beeldvormende onderzoeken of bloedonderzoeken. Vaak zijn geavanceerdere diagnostische technieken, zoals een echocardiogram of een longscan, nodig om de diagnose te bevestigen.
Behandeling van hepatopulmonaal syndroom is altijd invasief
Er is een misverstand dat de behandeling van het hepatopulmonaal syndroom altijd invasief en complex is. Hoewel sommige gevallen een levertransplantatie kunnen vereisen, zijn er ook minder ingrijpende behandelingen beschikbaar. In sommige gevallen kunnen medicamenteuze behandelingen en zuurstoftherapie helpen om de symptomen te verlichten zonder dat er een operatie nodig is.
Mensen met hepatopulmonaal syndroom hebben altijd een slechte prognose
Het wordt vaak gedacht dat hepatopulmonaal syndroom altijd een slechte prognose heeft, maar de uitkomst hangt sterk af van de onderliggende leverziekte en de algehele gezondheid van de patiënt. Bij sommige mensen kan de aandoening relatief mild zijn en kunnen de symptomen goed beheerd worden met behandeling. In andere gevallen kan een levertransplantatie de enige optie zijn om het syndroom te behandelen.
Hepatopulmonaal syndroom kan volledig worden voorkomen met een gezonde levensstijl
Hoewel het handhaven van een gezonde levensstijl, zoals het vermijden van overmatig
alcoholgebruik en het volgen van een evenwichtig
voedingspatroon, het risico op leverziekten kan verminderen, is het niet altijd mogelijk om het hepatopulmonaal syndroom volledig te voorkomen. Genetische factoren en andere medische aandoeningen spelen ook een rol bij de ontwikkeling van de ziekte.
Hepatopulmonaal syndroom treft alleen oudere mensen
Hoewel het hepatopulmonaal syndroom vaker voorkomt bij oudere volwassenen, kan het ook jongere mensen treffen, vooral degenen met chronische leverziekten zoals hepatitis of
leverfalen. Het is belangrijk om te begrijpen dat HPS iedereen kan treffen, ongeacht leeftijd, vooral als er onderliggende leverziekten aanwezig zijn.
Lees verder