Asherman-syndroom: Verklevingen in de baarmoeder
Bij het Asherman-syndroom ontstaan verklevingen door littekenweefsel in de baarmoeder als gevolg van een uteriene curettage. Dit is een operatieve ingreep waarbij de gynaecoloog de baarmoederholte uitkrabt. Ook een andere operatie aan de baarmoeder of een infectie veroorzaakt deze zeldzame ziekte. De patiënte ervaart hierbij pijn in de baarmoeder, een afwezige of verminderde menstruatie, onvruchtbaarheid en/of herhaalde miskramen. Een hysteroscopie (inwendig kijkonderzoek van de baarmoeder) bevestigt meestal de diagnose en is tevens inzetbaar voor de behandeling van de ziekte, waarbij de arts het littekenweefsel verwijdert. De vooruitzichten zijn goed wanneer deze operatie effectief is. De aandoening werd voor het eerst in de medische literatuur beschreven door de Engelse gynaecoloog Joseph Asherman in 1948.
Synoniemen Asherman-syndroom
Het Asherman-syndroom is eveneens gekend onder deze synoniemen:
- Baarmoedersynechiae
- Baarmoederverklevingen
- Intra-uteriene verklevingen
Epidemiologie ziekte
Ongeveer 1% van de patiënten die een curettage ondergaan, ontwikkelen het Asherman-syndroom. De hoogste frequentie van deze aandoening is gemeld in Israël, Griekenland en Zuid-Amerika en in verschillende Europese landen.
Oorzaken: Operatie of infectie
Operatie
Meestal treft deze zeldzame aandoening vrouwen die reeds chirurgie aan de
baarmoeder gehad hebben, met name een curettage. Hierbij schraapt de arts zachtjes de bekleding van de baarmoeder weg met een lepelachtig instrument (een curette). Deze curettage is vaak nodig na een miskraam om de embryo te verwijderen, of om de placenta na de geboorte of beëindiging van de zwangerschap te verwijderen. Het syndroom van Asherman verschijnt af en toe tevens na een
keizersnede of een
myomectomie (operatie om vleesbomen te verwijderen). Een baarmoeder vergroot namelijk door de aanwezigheid van
vleesbomen (goedaardige gezwellen in de baarmoeder) waardoor de bloedvaten uitrekken. De bloedvaten zijn vervolgens gevoeliger voor verstoppingen wanneer de arts de vleesbomen verwijdert. Dit is het gevolg van de vernauwing van de bloedvaten (
vasoconstrictie) na de operatie. Hierdoor ontvangen deze weefsels te weinig zuurstof en voedingsstoffen waardoor ze sterven, en in de plaats daarvan littekenvorming en verklevingen ontstaan op het baarmoederslijmvlies.
Infectie
Af en toe leidt een ernstige bekkeninfectie eveneens tot het Asherman-syndroom. De intra-uteriene
verklevingen vormen zich eveneens na een infectie met
tuberculose (bacteriële infectie, voornamelijk met longproblemen) of
schistosomiasis (parasitaire infectieziekte veroorzaakt door wormen). Deze infecties zijn relatief zeldzaam in westerse landen. Baarmoedercomplicaties komen bij deze infecties nog minder vaak voor.
Risicofactoren
De patiënte loopt meer risico op het krijgen van het Asherman-syndroom wanneer ze een miskraam heeft gehad of een zwangerschap beëindigd heeft tussen 12 en 20 weken. Ook een herhaalde operatie aan de baarmoeder is een risicofactor.
Symptomen
De symptomen, de omvang van de verklevingen en het effect op de baarmoederholte variëren sterk. De patiënte ontwikkelt een
onregelmatige menstruatie, zoals zeer lichte maandstonden (hypomenorree) of
afwezige maandstonden (amenorroe). Dit gebeurt wanneer littekenweefsel het normale endometrium (baarmoederslijmvlies) vervangt, dus tijdens de menstruatie wordt minder baarmoederslijmvlies afgeworpen. Littekenweefsel blokkeert mogelijk eveneens de uitstroom van het
menstruatiebloed, wat dan ook gepaard gaat met (buik)pijn,
krampen en ongemak. Sommige vrouwen ervaren een bruine
vaginale afscheiding. Daarnaast gaan de verklevingen gepaard met herhaalde miskramen en
onvruchtbaarheid. Vrouwen ervaren wel niet altijd alle symptomen, want sommige vrouwen hebben bijvoorbeeld wel een normale menstruatie. Andere vrouwen hebben geen of slechts milde symptomen.
Diagnose en onderzoeken
Lichamelijk en diagnostisch onderzoek
De patiënte krijgt een gynaecologisch onderzoek. Meestal zijn hierbij geen problemen zichtbaar. Daarom voert de arts nog verdere onderzoeken uit zoals:
- Een bloedonderzoekom tuberculose of schistosomiasis te detecteren
- Een hysteroscopie: De arts bekijkt de baarmoederholte met behulp van een endoscoop. Dit onderzoek is de gouden standaard bij de identificatie van het Asherman-syndroom.
- Een hysterosonografie: De gynaecoloog bekijkt de binnenkant van de baarmoeder nadat hij hier een katheter met zout water heeft ingebracht.
- Een transvaginale echografie: De arts bekijkt door middel van hoogfrequente geluidsgolven de voortplantingsorganen van een vrouw. Hij meet met behulp van dit onderzoek de dikte van het baarmoederslijmvlies.
Differentiële diagnose
Symptomen van volgende aandoeningen lijken op deze van het Asherman-syndroom; deze zijn daarom bruikbaar als differentiële diagnose:
Behandeling: Hysteroscopie (chirurgie) om littekenweefsel te verwijderen
De behandeling bestaat chirurgie om de verklevingen of het littekenweefsel weg te snijden. Dit gebeurt meestal tijdens een hysteroscopie, waarbij de chirurg kleine instrumenten en een camera in de baarmoeder (uterus) via de baarmoederhals (cervix) plaatst. Nadat de chirurg het littekenweefsel verwijderd heeft, moet de baarmoederholte open blijven tijdens het genezingsproces, omdat de verklevingen anders snel terugkeren. Hiervoor plaatst hij een kleine ballon in de baarmoeder die hier enkele dagen blijft zitten. Soms neemt de patiënte ook
oestrogeen tijdens het herstelproces van het baarmoederslijmvlies.
Antibiotica zijn voorhanden wanneer de patiënte een infectie ontwikkelt.
Prognose na chirurgie is goed
Het Asherman-syndroom valt te genezen met een operatie. Soms zijn hiervoor wel meerdere operaties nodig. Vrouwen die onvruchtbaar zijn vanwege het Asherman-syndroom zijn na de behandeling weer in staat om een
baby te krijgen. Een succesvolle zwangerschap is wel afhankelijk van de ernst van het Asherman-syndroom en de moeilijkheidsfactor van de behandeling.
Complicaties van verklevingen in baarmoeder
Complicaties van hysteroscopische chirurgie zijn zeldzaam. Bloedingen, een perforatie (doorboring) van de baarmoeder (baarmoederperforatie) en een bekkeninfectie zijn mogelijke complicaties. Soms is de patiënte na de behandeling nog steeds onvruchtbaar.
Lees verder