Thoracotomie: Chirurgische insnijding van de borstkas
Een thoracotomie is een medische term die verwijst naar een chirurgische insnijding van de borstkas (thorax), hetgeen de arts uitvoert om snel toegang te krijgen tot de organen in de borst. Vaak is deze operatie nodig om longkanker te behandelen, al zijn ook andere indicaties gekend. Verder bestaan diverse chirurgische technieken voor het openen van de borstholte. De tijdsduur van een chirurgische insnijding van de borstholte bedraagt gemiddeld twee tot vijf uur. De chirurgische procedure gaat verder mogelijk gepaard met enkele bijwerkingen en complicaties. De vooruitzichten zijn tot slot afhankelijk van de reden van de thoracotomie.
Epidemiologie
Thoracotomie is een ingreep die relatief zelden wordt uitgevoerd in vergelijking met andere chirurgische procedures. De frequentie van thoracotomie varieert afhankelijk van de medische aandoening die wordt behandeld en het type ziekenhuis of klinische instelling. Longkanker, hartchirurgie en trauma zijn de belangrijkste aandoeningen waarvoor thoracotomie kan worden toegepast. De incidentie van longkanker is wereldwijd een van de belangrijkste oorzaken van thoracotomie. Volgens gegevens van het Wereldgezondheidsorganisatie (WHO), zijn er jaarlijks miljoenen gevallen van longkanker, wat bijdraagt aan een aanzienlijk aantal thoracotomieën. In landen met een hoge prevalentie van roken, zoals sommige Europese landen en de Verenigde Staten, komt thoracotomie vaker voor als gevolg van longkanker.
Doel van thoracotomie
De chirurgische ingreep is inzetbaar om (in noodsituaties) snel toegang te krijgen tot de organen in de
borstkas: de longen, de slokdarm, het hart en het
middenrif. Dankzij de chirurgische opening van de borst bereikt de arts ook een deel van de aorta, de grootste slagader van het lichaam.
Deze operatietechniek zet de arts vaak in om de volgende problemen te diagnosticeren of te behandelen:
- longkanker: Door de borstkas te openen is het mogelijk om de longen te opereren, wat nodig is als onderdeel van de behandeling van longkanker.
- reanimatie: In een noodsituatie voert de arts een thoracotomie uit om de patiënt te reanimeren (bloedingen van het hart of de borstkasbloedvaten controleren, druk op het hart uitvoeren om bloed rond te pompen, druk op het hart ontlasten door opgehoopte vloeistof).
- verwijdering van een (deel van de) rib: De operatietechniek gebeurt bij een botfractuur waarbij het orgaan doorboord is of wanneer botkanker aanwezig is
Oorzaken
Thoracotomie kan worden uitgevoerd om verschillende medische aandoeningen te behandelen of te diagnosticeren. De belangrijkste oorzaken voor het uitvoeren van een thoracotomie zijn onder andere:
- Longkanker: Een van de meest voorkomende oorzaken van thoracotomie is longkanker. Bij longkanker kan een thoracotomie nodig zijn voor het verwijderen van tumoren of het uitvoeren van verdere diagnostische procedures.
- Trauma: In gevallen van ernstig borsttrauma, zoals bij een ongeluk of een steekwond, kan een thoracotomie nodig zijn om beschadigde organen te beoordelen en te behandelen.
- Hartproblemen: Soms kan een thoracotomie worden uitgevoerd om toegang te krijgen tot het hart voor operaties zoals klepvervanging of bypass-chirurgie.
- Botkanker: Bij botkanker die zich uitstrekt naar de ribben of andere structuren in de borstkas kan een thoracotomie noodzakelijk zijn voor het verwijderen van tumoren of het uitvoeren van reconstructieve chirurgie.
Risicofactoren
De risicofactoren voor het ondergaan van een thoracotomie zijn vaak gerelateerd aan de onderliggende aandoeningen en de algehele gezondheid van de patiënt. Enkele belangrijke risicofactoren zijn:
- Roken: Roken is een belangrijke risicofactor voor longkanker en andere longaandoeningen, wat kan leiden tot de noodzaak van een thoracotomie.
- Chronische longziekten: Aandoeningen zoals chronische obstructieve longziekte (COPD) kunnen complicaties met zich meebrengen die de noodzaak van een thoracotomie verhogen.
- Traumatische verwondingen: Personen met een voorgeschiedenis van ernstig borsttrauma hebben een verhoogd risico om een thoracotomie nodig te hebben.
- Leeftijd: Oudere patiënten hebben vaak een verhoogd risico op complicaties na een thoracotomie, evenals een verhoogde kans op andere aandoeningen die thoracotomie kunnen vereisen.
Procedure van chirurgische insnijding van borstkas
De arts brengt de patiënt onder algemene verdoving (
anesthesie) zodat de patiënt slaapt en geen
pijn voelt tijdens de operatie. Het is ook mogelijk dat de patiënt een
ruggenprik krijgt waardoor pijnmedicatie rechtstreeks in de wervelkolom terechtkomt. Dit is nuttig voor operaties waarbij de arts verwacht dat de patiënt na de operatie veel pijn zal ervaren. De arts maakt vervolgens eerst een incisie (chirurgische insnijding) in de borst. De plaats van deze incisie varieert en is afhankelijk van de reden voor de thoracotomie:
- "l-vormige" thoracotomie: Dit type thoracotomie voert de arts uit in een noodsituatie. De ingreep is mogelijk met minimale apparatuur.
- axillaire thoracotomie: Hierbij maakt de arts vanaf de zijkant, onder de arm van een patiënt, een incisie in de thorax.
- intercostale benadering: Intercostaal duidt op een incisie tussen de ribben. Hierdoor is het mogelijk om de hoeveelheid schade aan de spieren, de zenuwen en de botten te verminderen.
- mediane sternotomie: Bij deze operatietechniek maakt de arts vanaf de voorkant een incisie in de thorax via het borstbeen van de patiënt.
Tijdens de operatie plaatst de arts een buis door de luchtpijp om de geopereerde long te laten leeglopen. Een mechanisch apparaat houdt dan de andere long opgeblazen. Hierna volgt de longkankerbehandeling, de ribverwijdering of de reanimatie.
Longkanker procedures
De arts bekijkt de locatie en de ernst van de
kanker en stemt dan een geschikte behandeling voor longkanker af. Hiervoor bestaan diverse technieken.
- biopsie: Bij een biopsie neemt de arts een weefselmonster om een ziekte te diagnosticeren. Het openen van de borstkas geeft de dokter toegang tot elk van de thoracale organen. Zo is het eenvoudig om een weefselmonster van het gewenste orgaan te nemen.
- lobectomie: De arts verwijdert een door longkanker aangetaste kwab van de long.
- pneumonectomie: Als kanker zich door het hele orgaan heeft verspreid, is het mogelijk om de gehele long te verwijderen via een thoracotomie.
- resectie: De arts verwijdert bij een resectie een longtumor via een incisie.
- segmentectomie (wigresectie): De arts verwijdert bij een segmentectomie een klein wigvormig stuk long.
Na de operatie
De patiënt gaat eerst naar de uitslaapkamer (verkoeverkamer). Vervolgens gaat hij naar een ziekenhuisafdeling intensieve zorgen. Gewoonlijk gaat hij dan na één of meer dagen naar een gewone kamer. Hij is omgeven met diverse slangen en een monitor, en heeft een beademingsbuis in de keel zitten. Sufheid, koude, dorst en
kortademigheid zijn enkele bekende bijwerkingen die meteen na een operatie tot uiting komen. Door de
pijnstillers is het meestal wel mogelijk om goed te ademen, maar zijn ademhalingsoefeningen (gegeven door een fysiotherapeut) vereist. Ook bewegingsoefeningen zijn nodig voor het verkrijgen van sterkere spieren. Veelal verblijft de patiënt ongeveer één week in het ziekenhuis. Verder oefeningen thuis zijn ook aanbevolen om het herstel te bespoedigen.
Prognose en herstel van opening van borstholte
De vooruitzichten voor een patiënt die een thoracotomie heeft ondergaan, zijn afhankelijk van de oorzaak van de ingreep. De vooruitzichten voor longkanker zijn bijvoorbeeld afhankelijk van het stadium van de ziekte. De thoracotomiewonde geneest normaal gezien binnen de twee maanden na de ingreep. De pijn neemt in deze periode geleidelijk af. Na circa zes tot acht weken na de operatie mag de patiënt weer tillen en andere zware activiteiten uitvoeren, maar in de beginperiode mag er zeker geen spanning komen op het operatiegebied. Af en toe ontstaat zenuwschade tijdens de operatie, wat kan leiden tot blijvende pijn en wordt gekend als het ‘thoracotomiepijnsyndroom’. Als een patiënt na de operatie pijn of bijwerkingen ervaart, moet hij zo snel mogelijk met de arts spreken.
Alarmsymptomen
Na een thoracotomie moeten patiënten letten op bepaalde alarmsymptomen die kunnen wijzen op complicaties. Deze symptomen kunnen omvatten:
- Ernstige pijn op de borst: Hoewel enige pijn te verwachten is na de operatie, moet ernstige of toenemende pijn op de borst onmiddellijk worden gemeld aan een arts.
- Kortademigheid of ademhalingsproblemen: Dit kan wijzen op een pneumothorax of andere complicaties die onmiddellijke medische aandacht vereisen.
- Koorts of koude rillingen: Deze symptomen kunnen duiden op een infectie en moeten snel worden behandeld.
- Abnormale zwelling of bloeding: Dit kan een teken zijn van een bloeding of een ander probleem en moet onmiddellijk worden gecontroleerd.
Complicaties van chirurgische opening van borst
Bloedingen
Tijdens de operatie is er steeds een risico op een bloeding of overmatig bloeden. De longen hebben namelijk veel bloedvaten die de arts mogelijk beschadigt tijdens de procedure. Ook nabloedingen en
bloeduitstortingen komen voor.
Bloedstolsel
Het risico op het ontwikkelen van een
bloedstolsel is tijdens een thoracotomie ook aanwezig. De
diep veneuze trombose start veelal in het been, wat leidt tot pijn en een
zwelling aan het been. Dit stolsel kan zich verplaatsen naar de longen, wat kan resulteren in een
longembolie. Hierbij ontstaat een plotselinge verstopping van een belangrijke slagader in de long.
Hartproblemen
Een aantal patiënten kampte voor de operatie reeds met een
hartaandoening. Na een chirurgische opening van de borstholte kan de hartziekte mogelijk verergeren.
Infectie
Na de operatie kan er soms wat vloeistof uit de incisie komen. Een schone en droge wond is noodzakelijk om het risico op een
wondinfectie te verminderen. Goede wondverzorging is derhalve van vitaal belang.
Ingeklapte long
Na de operatie haalt de arts een buis uit de borstkas. Deze handeling verhoogt de kans op een
pneumothorax (ingeklapte long). Hierbij komt lucht tussen de long en de borstwand, waardoor de patiënt scherpe pijn ervaart. Om het risico op een klaplong te verkleinen, verwijdert de arts de slang net nadat de patiënt heeft ingeademd of uitgeademd. Indien de patiënt een klaplong ervaart, is een langere ziekenhuisopname vereist.
Longontsteking
Wanneer de patiënt een thoracotomie heeft ondergaan, kan hij mogelijk te maken krijgen met een
longontsteking na de operatie. Diep ademhalen en hoestoefeningen kunnen dit risico verminderen. Pijnstilling is essentieel na een operatie, omdat het diep ademhalen en
hoesten vergemakkelijkt. Ademen en hoesten zonder pijn versnelt het herstel en vermindert de kans op een longontsteking. Na een operatie krijgt de patiënt soms fysiotherapie en ademhalingsoefeningen om het ademhalen te vergemakkelijken.
Verdoving
Tijdens een thoracotomie is de patiënt onder algemene verdoving. Dit brengt mogelijke bijwerkingen en risico’s met zich mee, zoals:
- Bloeddrukproblemen: Veranderingen in bloeddruk kunnen optreden door de effecten van anesthesie, wat kan leiden tot hypotensie (lage bloeddruk) of hypertensie (hoge bloeddruk).
- Braken: Na de operatie kan braken optreden als gevolg van de anesthesie, wat kan bijdragen aan ongemak en complicaties.
- Allergische reacties: Sommige patiënten kunnen allergische reacties ontwikkelen op anesthesiemiddelen, variërend van milde huiduitslag tot ernstige anafylaxie.
- Hoofdpijn: Hoofdpijn kan optreden als een bijwerking van anesthesie of als gevolg van andere factoren zoals uitputting of spanning.
- Misselijkheid: Misselijkheid is een veel voorkomende bijwerking van algemene anesthesie en kan de patiënt ongemakkelijk maken tijdens het herstel.
- Verlies van bewustzijn: Hoewel tijdelijk, kan er een kortstondig verlies van bewustzijn optreden als gevolg van anesthesie, wat zorgvuldige monitoring vereist.
- Vertraagde hersteltijd: Sommige patiënten ervaren een vertraagd herstel van de verdoving, wat kan leiden tot een langere hersteltijd na de operatie.
- Veranderingen in ademhaling: Anesthesie kan invloed hebben op de ademhalingspatronen, wat kan resulteren in tijdelijke ademhalingsproblemen die moeten worden gecontroleerd tijdens en na de operatie.
Verlamming
In uiterst zeldzame gevallen ervaren patiënten een
dwarslaesie (ruggenmergletsel) na een thoracotomie, wat kan leiden tot
verlamming.
Andere complicaties
Jeuk, pijn of een doof gevoel zijn andere typische symptomen die een patiënt in het geopereerde wondgebied ervaart. Deze klachten houden gewoonlijk enkele weken na de operatie aan.
Alarmsymptomen
Na een thoracotomie moeten patiënten letten op bepaalde alarmsymptomen die kunnen wijzen op complicaties. Deze symptomen kunnen omvatten:
- Ernstige pijn op de borst: Hoewel enige pijn te verwachten is na de operatie, moet ernstige of toenemende pijn op de borst onmiddellijk worden gemeld aan een arts.
- Kortademigheid of ademhalingsproblemen: Dit kan wijzen op een pneumothorax of andere complicaties die onmiddellijke medische aandacht vereisen.
- Koorts of koude rillingen: Deze symptomen kunnen duiden op een infectie en moeten snel worden behandeld.
- Abnormale zwelling of bloeding: Dit kan een teken zijn van een bloeding of een ander probleem en moet onmiddellijk worden gecontroleerd.
Preventie
Om het risico op complicaties na een thoracotomie te minimaliseren, kunnen de volgende preventieve maatregelen worden genomen:
- Stoppen met roken: Voor patiënten die roken, is stoppen met roken een cruciale stap om het risico op longcomplicaties te verminderen.
- Vroegtijdige mobilisatie: Het bevorderen van vroege mobilisatie en ademhalingsoefeningen kan helpen om complicaties zoals longontsteking en pneumothorax te voorkomen.
- Regelmatige controles: Na de operatie moeten patiënten regelmatig gecontroleerd worden om eventuele vroege tekenen van complicaties te identificeren en te behandelen.
- Adequate wondverzorging: Zorgvuldige wondverzorging en het volgen van medische instructies zijn belangrijk om infecties en andere problemen te voorkomen.
Lees verder