Verlamming (paralyse): Soorten, oorzaken en symptomen

- Wat is verlamming?
- Epidemiologie
- Mechanisme
- Oorzaken van verlamming
- Risicofactoren
- Risicogroepen
- Soorten verlamming
- Duurtijd
- Ernst
- Locatie
- Spierspanning
- Symptomen
- Alarmsymptomen
- Diagnose en onderzoeken
- Behandelingen
- Prognose van verlamming
- Complicaties bij verlamde patiënten
- Preventie en ondersteuning
- Praktische tips voor het omgaan met verlamming
- Zorg voor een aangepaste leefomgeving
- Blijf fysiek actief binnen je mogelijkheden
- Zorg goed voor je huid
- Eet een evenwichtig voedingspatroon
- Neem je medicatie zoals voorgeschreven
- Vraag hulp bij psychische uitdagingen
- Maak gebruik van technologische hulpmiddelen
- Zorg voor een goede hygiëne
- Wees voorbereid op noodgevallen
- Misvattingen rond verlamming (paralyse)
- Verlamming is altijd volledig en permanent
- Een beroerte is de enige oorzaak van verlamming
- Beeldvormende onderzoeken zijn niet nodig bij verlamming
- Geneesmiddelen kunnen verlamming volledig genezen
- Verlamde patiënten voelen geen pijn of sensaties
- Verlamming treft alleen de ledematen
- Iedereen met een verlamming is volledig afhankelijk van zorg
Wat is verlamming?
Verlamming is het verlies van vrijwillige spierfunctie in één of meer lichaamsdelen door schade aan het zenuwstelsel.Het zenuwstelsel bestaat uit twee hoofdonderdelen:
- Het centrale zenuwstelsel, dat de hersenen en het ruggenmerg omvat.
- Het perifere zenuwstelsel, dat de zenuwen buiten het centrale zenuwstelsel bevat.
De zenuwcellen (neuronen) in het perifere zenuwstelsel vervullen verschillende belangrijke functies. Motorische neuronen reguleren spierbewegingen, terwijl sensorische neuronen informatie zoals druk, pijn en temperatuur naar het centrale zenuwstelsel sturen. Verlamming treedt op wanneer deze zenuwsignalen worden onderbroken door schade aan de zenuwen, het ruggenmerg of de hersenen.
Epidemiologie
Prevalentie en incidentie wereldwijdDe prevalentie van verlamming varieert sterk wereldwijd en wordt beïnvloed door factoren zoals trauma, infecties, genetische aandoeningen, en levensstijl. In ontwikkelde landen wordt verlamming vaak veroorzaakt door neurodegeneratieve ziekten en beroertes, terwijl in ontwikkelingslanden infecties zoals polio een belangrijke oorzaak zijn. Ongeveer 1% van de wereldbevolking ervaart op enig moment in het leven een vorm van verlamming, wat wijst op de wereldwijde impact van deze aandoening.
Geografische variaties en culturele factoren
Geografische variaties beïnvloeden de prevalentie van verlamming. In sommige gebieden waar toegang tot medische zorg beperkt is, kunnen mensen eerder risico lopen op verlamming als gevolg van onbehandelde verwondingen of infecties. Culturele factoren, zoals het verschil in blootstelling aan risicovolle beroepen of leefomgevingen, spelen ook een rol in de epidemiologie van verlamming.
Mechanisme
Neurologische basis van verlammingVerlamming ontstaat door een onderbreking van signalen tussen de hersenen en de spieren, vaak door schade aan de zenuwcellen in het ruggenmerg of de hersenen. Dit mechanisme kan veroorzaakt worden door verschillende aandoeningen, waaronder beroertes, ruggenmergletsels en ziekten zoals multiple sclerose. De beschadigde zenuwcellen kunnen geen signalen meer doorgeven, waardoor spierbewegingen onmogelijk worden.
Rol van neurotransmitters en zenuwsignalering
Neurotransmitters spelen een essentiële rol in de zenuwsignalering die nodig is voor spierbeweging. Bij verlamming wordt dit proces verstoord, bijvoorbeeld door een tekort aan neurotransmitters, beschadiging van receptoren of vernietiging van zenuwcellen. De mate van verlamming hangt af van de ernst en locatie van de zenuwbeschadiging.
Oorzaken van verlamming
Een gezond zenuwstelsel stuurt informatie heen en weer tussen de hersenen en de rest van het lichaam. Signalen van de hersenen reizen via het ruggenmerg naar de perifere zenuwen door het hele lichaam. De perifere zenuwen regelen tal van functies, zoals:- Automatische functies, zoals ademhaling en spijsvertering.
- Sensorische functies, zoals pijn-, temperatuur- en drukdetectie.
- Vrijwillige spierbewegingen, zoals lopen en kauwen.

- Ataxie van Friedreich (neurodegeneratieve aandoening)
- Auto-immuunziekten, zoals het Guillain-Barré-syndroom, multiple sclerose en lupus
- Bepaalde medicijnen en drugsmisbruik
- Botulisme (infectieziekte met spierzwakte en verlamming)
- De ziekte van Lyme (bacteriële infectie door een tekenbeet)
- De ziekte van Parkinson (neurologische aandoening met bevingen)
- Een beroerte of TIA (miniberoerte)
- Een hoofdwonde
- Een ruggengraatletsel
- Erfelijke aandoeningen, zoals spinale spieratrofie en hypo- of hyperkaliëmische partiële verlamming
- Gifstoffen / vergiftiging, bijvoorbeeld door een slangenbeet
- Hersentumoren of ruggenmergtumoren
- Hersenverlamming: Bij deze vorm is de verlamming vaak stijf of spastisch, met strakke en schokkerige spieren. De meeste patiënten met hersenverlamming lijden aan een spastische verlamming.
- Het cauda equina-syndroom
- Het Lambert-Eaton-myasthenisch syndroom
- Infecties zoals meningitis (hersenvliesontsteking met hoofdpijn en een stijve nek), encefalitis (ontsteking van de hersenen) en polio
- Motorneuronziekten (progressieve verzwakking van de spieren), zoals ALS en primaire laterale sclerose
- Myasthenia gravis (symptomen aan gezicht, ledematen en ogen)
- Perifere neuropathie (schade aan zenuwen met pijn en zwakte)
- Spierdystrofie
- Spina bifida (open rug), of onvolledige ontwikkeling van de hersenen, het ruggenmerg of de ruggengraat
- Tekenverlamming: Sommige soorten teken produceren neurotoxinen die spierzwakte en acute verlamming van de voeten veroorzaken. De neurotoxines verspreiden zich geleidelijk door het lichaam. De meeste patiënten herstellen volledig nadat de teek is verwijderd. Onbehandeld kan tekenverlamming uiteindelijk leiden tot ademhalingsfalen.
Risicofactoren
Trauma en verwondingenTrauma, zoals bij auto-ongelukken, sportblessures, of vallen, is een van de belangrijkste risicofactoren voor verlamming. Dergelijke verwondingen kunnen leiden tot schade aan het ruggenmerg of hersenen, wat resulteert in een verlies van motorische functie.
Infecties en auto-immuunziekten
Bepaalde infecties, zoals polio en sommige vormen van meningitis, kunnen ook verlamming veroorzaken door het zenuwstelsel aan te vallen. Auto-immuunziekten zoals multiple sclerose verhogen het risico door het eigen immuunsysteem de zenuwcellen aan te laten vallen, wat leidt tot verlamming.
Risicogroepen
Mensen met genetische aanlegPersonen met een familiegeschiedenis van neurologische aandoeningen, zoals amyotrofe laterale sclerose (ALS), lopen een verhoogd risico op verlamming. Genetische mutaties die het zenuwstelsel aantasten, kunnen het risico verder verhogen.
Personen met chronische gezondheidsproblemen
Chronische aandoeningen zoals diabetes of hypertensie kunnen ook de kans op verlamming vergroten, met name als deze leiden tot beroertes of neuropathieën. Ouderen vormen hier een risicogroep omdat zij vatbaarder zijn voor deze gezondheidsproblemen.
Soorten verlamming
Verlamming kan op verschillende manieren worden geclassificeerd op basis van de duur, ernst, locatie en spierspanning.Duurtijd
TijdelijkSommige aandoeningen, zoals slaapverlamming, een beroerte, Bell’s parese (plotselinge aangezichtsverlamming door zenuwschade) en Todd’s verlamming, veroorzaken tijdelijke verlamming. In deze gevallen kan de spierfunctie gedeeltelijk of volledig herstellen. Andere aandoeningen die tijdelijke verlamming veroorzaken zijn hyperkaliëmische of hypokalische periodieke verlamming. Deze aandoening wordt veroorzaakt door mutaties in de CACNA1S- of SCN4A-genen, die instructies geven voor de productie van eiwitten die natrium- en calciumionen in en uit spiercellen transporteren. Verstoringen in de ionenstroom veroorzaken periodieke spierzwakte en verlamming.
Permanent
Ernstige hoofd- of nekletsels en neuromusculaire aandoeningen kunnen leiden tot permanente verlamming.
Ernst
Bij gedeeltelijke verlamming (parese) is er aanzienlijke spierzwakte en verminderde bewegingen, maar de patiënt behoudt enige controle over de aangetaste spieren. Bij volledige verlamming kan de patiënt het getroffen lichaamsdeel niet verplaatsen.Locatie
Lokale verlamming treft een klein lichaamsdeel, zoals het gezicht, de handen, de voeten of de stembanden. Gegeneraliseerde verlamming daarentegen beïnvloedt een groter gebied, zoals meerdere lichaamsdelen.Enkele veelvoorkomende vormen van verlamming zijn:
- Diplegie: Hetzelfde gebied aan beide zijden van het lichaam is getroffen, zoals beide armen, beide benen of beide zijden van het gezicht.
- Hemiparaplegie: Eén van de ledematen is verlamd.
- Hemiparese/hemiparesis: Onvolkomen verlamming van één zijde van het lichaam.
- Hemiplegie: Eén arm en één been aan dezelfde kant van het lichaam zijn aangetast.
- Locked-in-syndroom: Volledige controle over alle spieren is verloren; enkel de spieren die de oogbewegingen sturen, zijn nog intact (de meest zeldzame en ernstigste vorm).
- Monoplegie: Verlamming van één van de ledematen, zoals één arm of één been.
- Paraparese/paraparesis: Dubbelzijdige onvolkomen verlamming.
- Paraplegie (verlamming van het onderlichaam): Beide benen en soms de heupen en organen in de onderbuik zijn verlamd.
- Quadriplegie (tetraplegie): Zowel de armen als de benen, en soms de spieren in de romp en/of de functies van inwendige organen zijn aangetast.
- Triplegie: Verlamming van beide benen en één arm.
Spierspanning
Bij acute flaccid myelitis zijn de lagere motorneuronen, die de beweging van de skeletspieren stimuleren, aangetast. Na verloop van tijd kunnen de spieren krimpen of verslechteren. Deze aandoening is een veel voorkomende complicatie van polio.Andere aandoeningen die invloed hebben op de spierspanning zijn onder andere ontsteking van het ruggenmerg (myelitis) en het Guillain-Barré-syndroom, een zeldzame auto-immuunziekte waarbij het immuunsysteem het perifere zenuwstelsel aanvalt.
Spastische verlamming veroorzaakt spierstijfheid / spasticiteit, onvrijwillige spasmen en spierzwakte. Deze vorm van verlamming kan het gevolg zijn van ruggenmergletsel, amyotrofe laterale sclerose (ALS), een beroerte of erfelijke spastische dwarslaesie.
Symptomen
De symptomen van verlamming variëren afhankelijk van het type en de oorzaak van de verlamming. Meestal verliest de patiënt de spierfunctie in één of meer lichaamsdelen. Andere symptomen kunnen zijn:- Gevoelloosheid of pijn in de aangetaste spieren.
- Onvrijwillige spierspasmen of spiertrekkingen.
- Spieratrofie (spierverlies: bij slappe verlamming verslappen de spieren en krimpen ze).
- Spierstijfheid.
- Spierzwakte.
Alarmsymptomen
Plotseling verlies van spiercontroleEen plotseling verlies van spiercontrole of kracht, vooral aan één kant van het lichaam, kan wijzen op een beroerte of andere ernstige neurologische aandoening. Dit alarmsymptoom vereist onmiddellijke medische aandacht om verdere complicaties te voorkomen.
Gevoelloosheid of tintelingen in de ledematen
Gevoelloosheid of tintelingen, vooral als deze gepaard gaan met spierzwakte, kunnen een indicatie zijn van zenuwschade. Dit alarmsymptoom komt vaak voor bij aandoeningen zoals multiple sclerose of bij verwondingen aan het ruggenmerg.
Diagnose en onderzoeken
Neurologisch onderzoekEen uitgebreid neurologisch onderzoek wordt uitgevoerd om de oorzaak en locatie van de verlamming te identificeren. Dit omvat het testen van spierkracht, reflexen, en gevoeligheid, waarmee artsen de mate en aard van de verlamming kunnen vaststellen.
Beeldvormende technieken
Beeldvormende onderzoeken, zoals MRI of CT-scans, zijn essentieel voor het visualiseren van schade aan het zenuwstelsel, met name het ruggenmerg en de hersenen. Deze technieken helpen bij het diagnosticeren van structurele afwijkingen of letsels die verlamming veroorzaken.

Behandelingen
Anno 2024 bestaat er nog geen definitieve remedie tegen verlamming. Revalidatietherapie speelt echter een cruciale rol. Hoewel het geen volledige genezing biedt, helpt het om de symptomen te verlichten en het risico op complicaties te verminderen. Er zijn verschillende behandelingsopties beschikbaar om de levenskwaliteit te verbeteren:- Chirurgische ingrepen, zoals amputaties indien nodig.
- Zenuwtransplantaties.
- Emotionele en sociale ondersteuning.
- Ergotherapie.
- Fysiotherapie.
- Medicijnen om symptomen zoals pijn, stijfheid en spierspasmen te verlichten.
- Mobiliteitshulpmiddelen, zoals braces, rollators en rolstoelen.
Prognose van verlamming
De prognose hangt af van de oorzaak en het type verlamming. Sommige patiënten herstellen gedeeltelijk of volledig. Tijdelijke verlamming, zoals veroorzaakt door Bell’s parese of een beroerte, kan vaak spontaan verdwijnen zonder medische behandeling. Bij chronische aandoeningen zoals een dwarslaesie of neurodegeneratieve ziekten kan er mogelijk enige mate van spiercontrole terugkeren, hoewel volledig herstel zeldzaam is.Complicaties bij verlamde patiënten
Verlamming kan leiden tot diverse complicaties, zoals:- Bloedstolsels in de benen.
- Gedrags- en stemmingswisselingen.
- Huidletsels en decubitus (doorligwonden).
- Problemen met de ademhaling.
- Problemen met de bloedsomloop.
- Problemen met de darm- en blaascontrole, zoals fecale incontinentie en urine-incontinentie.
- Problemen met de hartslag.
- Problemen met de orgaanfunctie.
- Problemen met seksuele reacties.
- Problemen met het spraak- of slikvermogen.
- Veranderingen in de normale functie van organen, klieren en andere weefsels.
- Veranderingen in spieren, gewrichten en botten.
Preventie en ondersteuning
Preventie van verlamming is vaak moeilijk, maar het vroegtijdig herkennen van risicofactoren en het nemen van maatregelen kan de kans op het ontwikkelen van bepaalde soorten verlamming verminderen. Regelmatige medische controles en het volgen van een gezond levensstijl kunnen helpen bij het minimaliseren van risico’s.Ondersteuning voor verlamde patiënten omvat vaak:
- Psychologische ondersteuning om emotionele en mentale gezondheid te bevorderen.
- Revalidatieprogramma’s gericht op het verbeteren van fysieke en functionele mogelijkheden.
- Aanpassingen in de woonomgeving om de zelfstandigheid te bevorderen.
Praktische tips voor het omgaan met verlamming
Verlamming, ook wel paralyse genoemd, is het verlies van spierkracht in een of meerdere delen van het lichaam. Het kan een gevolg zijn van verschillende oorzaken, zoals neurologische aandoeningen, trauma of infecties. Het omgaan met verlamming vereist aanpassingen in het dagelijks leven, zowel voor de patiënt als voor de omgeving. Hieronder vind je uitgebreide praktische tips.Zorg voor een aangepaste leefomgeving
Een veilige en toegankelijke leefomgeving is essentieel. Overweeg aanpassingen zoals drempelhulpen, rolstoelvriendelijke deuren en een aangepaste badkamer. Deze veranderingen kunnen je mobiliteit verbeteren en het risico op ongelukken verkleinen.Gebruik hulpmiddelen zoals een rolstoel, looprek of speciale stoelen om je zelfstandigheid te vergroten. Overleg met een ergotherapeut om te bepalen welke aanpassingen en hulpmiddelen voor jouw situatie geschikt zijn.
Blijf fysiek actief binnen je mogelijkheden
Regelmatige beweging helpt om de bloedcirculatie te verbeteren en spierstijfheid te verminderen. Werk samen met een fysiotherapeut om een oefenprogramma te ontwikkelen dat is afgestemd op jouw behoeften.Bij gedeeltelijke verlamming kunnen oefeningen helpen om de functionaliteit van de aangedane spieren te behouden of te verbeteren. Zelfs passieve bewegingen, uitgevoerd door een zorgverlener, kunnen belangrijk zijn om spierspasmen te voorkomen.
Zorg goed voor je huid
Langdurig zitten of liggen kan drukplekken veroorzaken, wat kan leiden tot doorligwonden. Gebruik drukverlagende kussens of matrassen om dit risico te verminderen.Controleer je huid regelmatig op tekenen van roodheid, zwelling of wondjes. Houd de huid schoon en droog om infecties te voorkomen. Laat je door een zorgverlener adviseren over huidverzorging als je risico loopt op doorligwonden.
Eet een evenwichtig voedingspatroon
Een evenwichtig voedingspatroon is belangrijk om je algehele gezondheid te ondersteunen. Voeding rijk aan vezels kan helpen om obstipatie te voorkomen, wat een veelvoorkomend probleem is bij mensen met beperkte mobiliteit.Drink voldoende water om gehydrateerd te blijven. Als je problemen hebt met slikken, overleg dan met een diëtist over aangepaste maaltijden of texturen die makkelijker te consumeren zijn.
Neem je medicatie zoals voorgeschreven
Als je medicatie gebruikt voor pijn, spierspasmen of andere complicaties, zorg er dan voor dat je deze volgens de instructies inneemt. Stel reminders in of gebruik een medicatiedoosje om je dagelijkse schema bij te houden.Raadpleeg je arts voordat je stopt met medicatie of nieuwe supplementen toevoegt. Sommige medicijnen kunnen wisselwerkingen veroorzaken of je toestand beïnvloeden.
Vraag hulp bij psychische uitdagingen
Het omgaan met verlamming kan mentaal belastend zijn. Gevoelens van frustratie, verdriet of angst komen vaak voor. Aarzel niet om professionele hulp te zoeken, zoals therapie of een praatgroep voor mensen met vergelijkbare ervaringen.Bespreek je gevoelens met vrienden en familie. Open communicatie helpt hen om je beter te begrijpen en de nodige ondersteuning te bieden.
Maak gebruik van technologische hulpmiddelen
Technologische innovaties kunnen je leven aanzienlijk vergemakkelijken. Overweeg spraakgestuurde apparaten, aangepaste toetsenborden of een elektrische rolstoel om dagelijkse taken makkelijker te maken.Apps voor planning, herinneringen of gezondheidsmonitoring kunnen ook nuttig zijn om je dagelijkse routine te organiseren en je medische voortgang bij te houden.
Zorg voor een goede hygiëne
Beperk het risico op infecties door een goede persoonlijke hygiëne te handhaven. Dit is vooral belangrijk als je een katheter gebruikt of andere medische hulpmiddelen hebt.Overweeg hulp van een verzorger of verpleegkundige als sommige taken moeilijk zijn om zelfstandig uit te voeren. Dit kan helpen om complicaties te voorkomen en je welzijn te verbeteren.
Wees voorbereid op noodgevallen
Maak een noodplan voor situaties waarin je medische hulp nodig hebt. Houd de contactgegevens van je arts en het dichtstbijzijnde ziekenhuis bij de hand. Zorg dat je omgeving weet hoe ze snel hulp kunnen inschakelen als dat nodig is.Leer je familie of verzorgers hoe ze met noodsituaties moeten omgaan, zoals ademhalingsproblemen of plotselinge verslechtering van je toestand. Een goed voorbereid netwerk kan levensreddend zijn.