Parkinsonisme: Ziekte van Parkinson en bijkomende symptomen
Parkinsonisme is een aandoening waarbij de symptomen en hersenafwijkingen vaak vergelijkbaar zijn met die van de ziekte van Parkinson, maar die ook gepaard kunnen gaan met bijkomende neurologische symptomen die voortkomen uit andere oorzaken. Terwijl de ziekte van Parkinson een neurologische aandoening is die voornamelijk de bewegingen aantast, kunnen de symptomen van parkinsonisme ernstiger zijn en sneller voortschrijden dan bij de ziekte van Parkinson. De behandeling richt zich zowel op het verlichten van de symptomen van parkinsonisme als op de behandeling van de onderliggende oorzaak.
Synoniemen
Parkinsonisme wordt ook wel aangeduid met de termen 'ziekte van Parkinson plus' of 'atypisch parkinsonisme'.
Epidemiologie
Parkinsonisme verwijst naar een groep neurologische aandoeningen die gekarakteriseerd worden door symptomen zoals tremoren, stijfheid, bradykinesie (langzame bewegingen) en posturale instabiliteit. De meest voorkomende vorm van parkinsonisme is de ziekte van Parkinson, maar er zijn ook andere vormen, zoals progressieve supranucleaire verlamming en cortico-basale degeneratie. De prevalentie van Parkinsonisme neemt toe met de leeftijd, en het wordt beschouwd als een van de meest voorkomende neurodegeneratieve aandoeningen bij ouderen.
Prevalentie en incidentie
Parkinsonisme komt wereldwijd voor bij ongeveer 1% van de bevolking ouder dan 60 jaar, met een grotere prevalentie bij mensen boven de 70 jaar. De incidentie varieert afhankelijk van de regio, maar is gemiddeld 10-20 gevallen per 100.000 personen per jaar. In landen met een ouder wordende bevolking, zoals Japan en sommige Europese landen, is de prevalentie van Parkinsonisme bijzonder hoog. De ziekte komt vaker voor bij mannen dan bij vrouwen, met een verhouding van ongeveer 1,5:1.
Leeftijd en geslacht
Parkinsonisme is zeldzaam bij jonge mensen, maar de prevalentie neemt dramatisch toe bij ouderen. De meeste gevallen beginnen zich voor te doen bij mensen tussen de 60 en 80 jaar. Mannelijke patiënten hebben over het algemeen een hoger risico dan vrouwelijke patiënten, hoewel de reden hiervoor nog niet volledig begrepen wordt. Er wordt verondersteld dat hormonale factoren, genetische verschillen, en omgevingsfactoren bijdragen aan deze ongelijkheid.
Geografische variatie
Er is enige variatie in de prevalentie van Parkinsonisme op basis van geografische locatie. Zo is de prevalentie van de ziekte in westerse landen zoals de Verenigde Staten en Europa relatief hoog, mogelijk door de oudere bevolking en verbeterde diagnostiek. In Aziatische landen zoals China en India is de prevalentie lager, maar het aantal gevallen stijgt naarmate de levensverwachting toeneemt.
Mechanisme
Parkinsonisme ontstaat door degeneratie van dopaminerge neuronen in de substantia nigra van de hersenen, wat leidt tot een tekort aan dopamine in de basale ganglia. Dopamine is essentieel voor de coördinatie van bewegingen, en een tekort leidt tot de motorische symptomen die kenmerkend zijn voor de ziekte van Parkinson en andere vormen van parkinsonisme.
Dopamine-tekort in de basale ganglia
De basale ganglia zijn een groep van hersenstructuren die betrokken zijn bij de controle van bewegingen. Dopamine speelt een cruciale rol bij het reguleren van de activiteit in deze structuren. Bij Parkinsonisme is er een afname van dopamineproducerende neuronen in de substantia nigra, wat leidt tot verstoringen in de communicatie tussen de basale ganglia en de rest van de hersenen. Dit veroorzaakt motorische symptomen zoals tremor, stijfheid en bewegingsarmoede.
Synucleïne en eiwitophopingen
In veel gevallen van Parkinsonisme, zoals bij de ziekte van Parkinson, spelen eiwitophopingen van het eiwit α-synucleïne een rol in de degeneratie van neuronen. Deze ophopingen vormen zogenaamde Lewy-lichaampjes, die schadelijk zijn voor de hersencellen en bijdragen aan het ziekteproces. Het proces van eiwitophoping kan ook voorkomen in andere vormen van parkinsonisme, zoals progressieve supranucleaire verlamming en cortico-basale degeneratie.
Andere neurotransmitters betrokken bij Parkinsonisme
Naast dopamine spelen ook andere neurotransmitters een rol in het ontstaan van Parkinsonisme. Er wordt bijvoorbeeld gedacht dat een verstoorde activiteit van serotonine, noradrenaline en glutamaat bijdraagt aan de klinische symptomen van de aandoening. De complexiteit van deze mechanismen maakt het moeilijk om effectieve behandelingen te ontwikkelen die gericht zijn op het volledig herstellen van de neuronale functie.
Oorzaken van Parkinsonisme
Parkinsonisme is een neurodegeneratieve aandoening die verschillende oorzaken kan hebben, variërend van genetische factoren tot omgevingsinvloeden. De ziekte van Parkinson is de meest voorkomende vorm, maar er zijn ook andere aandoeningen die tot parkinsonisme kunnen leiden, zoals progressieve supranucleaire verlamming en cortico-basale degeneratie. Het begrijpen van de oorzaken is essentieel voor het ontwikkelen van effectievere behandelingen en voor het identificeren van risicogroepen.
Genetische oorzaken
Hoewel de meeste gevallen van Parkinsonisme niet erfelijk zijn, zijn er bepaalde genetische mutaties die het risico kunnen verhogen. Zo zijn mutaties in het LRRK2-gen, SNCA-gen en PARK7-gen geassocieerd met een verhoogd risico op het ontwikkelen van de ziekte van Parkinson. Er zijn ook erfelijke vormen van parkinsonisme die vaker voorkomen in bepaalde families, hoewel deze vormen zeldzaam zijn. Genetisch onderzoek kan nuttig zijn voor het identificeren van deze risicogenen, vooral in gevallen van jonge-onset parkinsonisme.
Omgevingsfactoren
Blootstelling aan bepaalde omgevingsfactoren speelt ook een rol bij de ontwikkeling van Parkinsonisme. Het gebruik van pesticiden en herbiciden wordt geassocieerd met een verhoogd risico op het ontwikkelen van de ziekte, evenals langdurige blootstelling aan zware metalen zoals mangaan. Ook werken in de landbouw of industrie met dergelijke stoffen kan het risico verhogen. Aangetoond is dat mensen die wonen in gebieden met een hogere blootstelling aan luchtvervuiling, zoals in industriële regio’s, ook een verhoogd risico lopen op het ontwikkelen van Parkinsonisme.
Levensstijl en voeding
Er wordt steeds meer onderzoek gedaan naar de rol van levensstijl en voedingspatroon in het ontstaan van Parkinsonisme. Een evenwichtig voedingspatroon dat rijk is aan antioxidanten, zoals groenten en fruit, zou mogelijk beschermende effecten kunnen hebben tegen neurodegeneratie. Bovendien wordt gedacht dat het vermijden van een overmatig gebruik van alcohol en tabak kan helpen om het risico te verlagen. Aan de andere kant is er bewijs dat een dieet dat rijk is aan verzadigde vetten en laag in vezels het risico kan verhogen, maar verder onderzoek is nodig om de exacte relatie tussen voeding en Parkinsonisme beter te begrijpen.
Traumatische hersenbeschadiging
Traumatische hersenbeschadiging, zoals die veroorzaakt door een hoofdletsel, kan bijdragen aan het ontstaan van Parkinsonisme. Patiënten die een geschiedenis hebben van traumatische hersenletsel, zoals bij een sportblessure of een ongeluk, lopen een verhoogd risico op het ontwikkelen van Parkinsonisme op latere leeftijd. Er wordt verondersteld dat herhaalde schokken of hersenschudding het risico op hersenschade verhogen, wat kan leiden tot de degeneratie van dopaminerge neuronen.
Leeftijd en erfelijke factoren
Leeftijd is een van de belangrijkste risicofactoren voor het ontwikkelen van Parkinsonisme. Naarmate men ouder wordt, neemt de kans op het ontwikkelen van de ziekte toe. Dit heeft deels te maken met de natuurlijke veroudering van het zenuwstelsel, waarbij de capaciteit van de hersenen om cellen te repareren afneemt. Bovendien zijn er gevallen van Parkinsonisme die door genetische aanleg worden veroorzaakt, hoewel dit slechts in een klein percentage van de gevallen het geval is. Genetisch onderzoek kan een rol spelen in het identificeren van erfelijke risicofactoren.
Virale infecties
Er is groeiend bewijs dat virale infecties ook bijdragen aan de ontwikkeling van Parkinsonisme. Sommige virussen, zoals het influenzavirus en andere virale aandoeningen, kunnen het centrale zenuwstelsel aantasten en neurodegeneratie veroorzaken. De rol van infecties bij het ontstaan van Parkinsonisme wordt nog steeds onderzocht, maar het lijkt mogelijk dat ontstekingsprocessen in de hersenen, veroorzaakt door virale infecties, bijdragen aan de afbraak van neuronen.
Dopamine-tekort
Het mechanisme van Parkinsonisme is nauw verbonden met het tekort aan dopamine in de hersenen, wat de typische motorische symptomen zoals tremoren, stijfheid en langzame bewegingen veroorzaakt. Het gebrek aan dopamine wordt vaak veroorzaakt door degeneratie van dopaminerge neuronen in de substantia nigra, een hersengebied dat verantwoordelijk is voor de productie van dopamine. Dit tekort kan het gevolg zijn van zowel genetische als omgevingsfactoren, evenals van veroudering en andere medische aandoeningen.
Risicofactoren van neurodegeneratieve aandoeningen
Parkinsonisme kan voortkomen uit de
ziekte van Parkinson zelf of uit andere onderliggende aandoeningen. Er zijn verschillende risicofactoren die bijdragen aan de ontwikkeling van parkinsonisme:
Ziekte van Parkinson
De ziekte van Parkinson beïnvloedt de hersengebieden die verantwoordelijk zijn voor de productie van dopamine. Dopamine is een neurotransmitter die essentieel is voor het reguleren van gecontroleerde bewegingen in het lichaam. Bij de ziekte van Parkinson sterven de cellen die dopamine produceren af, wat leidt tot de karakteristieke symptomen.
Aandoeningen
Corticobasale Degeneratie
Corticobasale degeneratie kan
dementie en bewegingsproblemen veroorzaken, vaak aan één kant van het lichaam. Patiënten kunnen moeite hebben met het maken van gecontroleerde spierbewegingen.
Hersenschade
Herhaalde hoofdtrauma’s (
hersentrauma), blootstelling aan toxines (gifstoffen), of andere hersenletsel kunnen ook leiden tot parkinsonisme.
Lewy-Body-Dementie
Lewy-body-dementie veroorzaakt niet alleen
visuele hallucinaties, maar ook veranderingen in de algehele alertheid en cognitie. Deze vorm van dementie komt na de
ziekte van Alzheimer het vaakst voor.
Multisysteematrofie
Multisysteematrofie betreft aandoeningen die de
coördinatie en het autonome zenuwstelsel aantasten. Symptomen zoals
fecale incontinentie en
urine-incontinentie kunnen ook optreden.
Progressieve supranucleaire verlamming
Patiënten met
progressieve supranucleaire verlamming vertonen naast de symptomen van Parkinson ook dementie, frequente
valincidenten en problemen met oogbewegingen.
Drugs
Bepaalde stimulerende middelen, zoals amfetaminen en cocaïne, zijn ook in verband gebracht met parkinsonisme. Na het stoppen met deze
drugs verdwijnen de symptomen meestal, hoewel dit niet altijd het geval is.
Bepaalde medicijnen kunnen leiden tot parkinsonisme /
Bron: Stevepb, PixabayMedicatie
Parkinsonisme kan soms veroorzaakt worden door het gebruik van specifieke medicijnen, wat wordt aangeduid als medicatie-geïnduceerd parkinsonisme. Voorbeelden van geneesmiddelen die deze aandoening kunnen veroorzaken zijn aripiprazol (Abilify), haloperidol (Haldol) en metoclopramide (Reglan). Het aanpassen van de dosering of het stoppen van deze medicijnen kan soms de symptomen verlichten, maar dit dient altijd onder begeleiding van een arts te gebeuren.
Risicogroepen
Hoewel de ziekte van Parkinson en andere vormen van parkinsonisme voornamelijk voorkomen bij ouderen, zijn er bepaalde risicofactoren die de kans op het ontwikkelen van deze aandoeningen kunnen verhogen. Er wordt onderzoek gedaan naar genetische en omgevingsfactoren die bijdragen aan het ontstaan van Parkinsonisme.
Leeftijd
De meest significante risicofactor voor het ontwikkelen van Parkinsonisme is leeftijd. Het risico op het ontwikkelen van Parkinsonisme neemt toe met de leeftijd, vooral na de leeftijd van 60 jaar. De meerderheid van de gevallen wordt gediagnosticeerd bij mensen tussen de 60 en 80 jaar, met een toenemend aantal gevallen naarmate de bevolking veroudert.
Geslacht
Mannen hebben een hogere kans om Parkinsonisme te ontwikkelen dan vrouwen. De redenen voor dit verschil zijn nog niet volledig begrepen, maar het kan te maken hebben met genetische, hormonale of omgevingsfactoren die mannen meer kwetsbaar maken voor de aandoening.
Genetische aanleg
Hoewel Parkinsonisme in de meeste gevallen niet erfelijk is, kunnen bepaalde genetische mutaties het risico verhogen. In zeldzame gevallen kan parkinsonisme het gevolg zijn van erfelijke aandoeningen, zoals de ziekte van Parkinson in families met specifieke genetische mutaties. Recent onderzoek richt zich op het identificeren van risicogenen die kunnen bijdragen aan het ontstaan van de aandoening.
Omgevingsfactoren
Er zijn aanwijzingen dat blootstelling aan bepaalde toxines, zoals pesticiden en herbiciden, het risico op Parkinsonisme kan verhogen. Ook blootstelling aan zware metalen, zoals mangaan en lood, wordt soms geassocieerd met een verhoogd risico. Werk in landbouw of andere sectoren met blootstelling aan dergelijke stoffen kan de kans op het ontwikkelen van Parkinsonisme vergroten.
Neurologische symptomen
Ziekte van Parkinson
De ziekte van Parkinson veroorzaakt aanzienlijke bewegingsproblemen en ontwikkelt zich meestal bij personen tussen de vijftig en tachtig jaar oud. Progressieve symptomen van Parkinson zijn onder meer:
- Loopproblemen (voornamelijk in de latere stadia van de ziekte)
- Moeite met het tonen van gezichtsuitdrukkingen
- Spierstijfheid
- Vertraagde bewegingen (bradykinesie)
- Schuifelen van de voeten
- Veranderingen in de spraak
- Traagheid
- Tremor (bevingen), vooral van één hand (handbevingen)
Parkinsonisme
Patiënten met parkinsonisme vertonen enkele, maar niet alle symptomen van de ziekte van Parkinson, vaak vergezeld van een bijkomende neurologische aandoening. Veel patiënten met parkinsonisme hebben bijvoorbeeld geen handtremor, een veelvoorkomend symptoom van Parkinson. De symptomen van parkinsonisme zijn doorgaans ernstiger en de progressie verloopt sneller dan bij de ziekte van Parkinson alleen.
Bijkomende symptomen
Andere symptomen die geassocieerd worden met parkinsonisme zijn onder andere:
- Dementie
- Snelle ontwikkeling en voortgang van symptomen
- Problemen met het autonome zenuwstelsel, zoals moeite met gecontroleerde bewegingen of spasmen
- Vroege problemen met balans
Elke onderliggende oorzaak van parkinsonisme, zoals Lewy-body-dementie (problemen met denken, slaap en stemming), kan ook een unieke reeks symptomen vertonen.
Alarmsymptomen
Alarmsymptomen van Parkinsonisme zijn indicaties van ernstige complicaties of verergering van de aandoening, en het tijdig herkennen van deze symptomen kan helpen bij het optimaliseren van de behandeling en het voorkomen van langdurige invaliditeit. Deze symptomen kunnen variëren van motorische stoornissen tot psychologische veranderingen.
Plotselinge verergering van motorische symptomen
Een plotselinge verergering van motorische symptomen zoals tremoren, stijfheid of bewegingsarmoede kan duiden op een acute episode van Parkinsonisme. Dit kan wijzen op een verslechtering van de ziekte of een probleem met de medicatie, zoals onvoldoende effect van dopaminerge behandelingen.
Psychologische veranderingen en cognitieve achteruitgang
Cognitieve veranderingen, zoals geheugenverlies, verwarring en gedragsveranderingen, kunnen wijzen op de progressie van Parkinsonisme naar de fase van dementie. Dit kan gepaard gaan met depressie, angst of psychose, wat belangrijke alarmsymptomen zijn die extra medische interventie vereisen.
Problemen met autonome functies
Parkinsonisme kan ook de autonome functies van het lichaam aantasten, wat kan leiden tot symptomen zoals ernstige orthostatische hypotensie (verlaging van de bloeddruk bij opstaan), zweten, speekselvloed of problemen met de spijsvertering. Deze symptomen kunnen het dagelijks functioneren ernstig beïnvloeden en vereisen onmiddellijke medische evaluatie.
Diagnose en onderzoeken
Er bestaat op dit moment geen specifiek diagnostisch onderzoek voor parkinsonisme (oktober 2020). De arts zal beginnen met het verzamelen van de gezondheidsgeschiedenis van de patiënt en het beoordelen van de symptomen. Informatie over medicatiegebruik wordt verzameld, omdat dit ook kan bijdragen aan de symptomen. Een
bloedonderzoek kan nodig zijn om eventuele onderliggende oorzaken op te sporen, zoals een
schildklieraandoening of
leverprobleem, die symptomen kunnen veroorzaken die lijken op parkinsonisme. Beeldvormende
onderzoeken kunnen worden uitgevoerd om andere oorzaken, zoals een
hersentumor, uit te sluiten. Soms wordt een DaT-SPECT-test gebruikt, waarbij radioactieve markers worden ingezet om de beweging van dopamine in de hersenen te volgen. Deze test helpt de arts te bepalen welke hersengebieden dopamine ontvangen of niet. Het kan enige tijd duren voordat een definitieve diagnose van parkinsonisme kan worden gesteld.
Behandeling
Levodopa, een medicijn dat vaak wordt gebruikt om de ziekte van Parkinson te behandelen, verhoogt de hoeveelheid beschikbare dopamine in de hersenen. Bij patiënten met parkinsonisme kan dit medicijn echter minder effectief zijn, omdat er mogelijk beschadigde of vernietigde hersencellen zijn die niet reageren op dopamine. De behandeling is daardoor vaak complex en afhankelijk van de specifieke 'plus'-aandoening van de patiënt. Bijvoorbeeld, bij corticobasale degeneratie met gerelateerde spierspasmen kunnen
antidepressiva en botulinumtoxine A (
botox)-injecties worden ingezet. De behandeling richt zich meestal op het verlichten van symptomen en het behoud van zelfstandigheid.
Fysiotherapie en
ergotherapie zijn vaak nuttig voor het behoud van spierkracht en het verbeteren van de balans.
Prognose
De vooruitzichten voor parkinsonisme variëren afhankelijk van het type parkinsonisme en de snelheid van progressie. Het overlevingspercentage bij meervoudige systeematrofie is ongeveer zes jaar na de klinische diagnose. Voor andere vormen van parkinsonisme kan de levensverwachting variëren. Over het algemeen is het begin en de progressie van parkinsonisme veel sneller dan bij de ziekte van Parkinson alleen.
Complicaties
Parkinsonisme kan leiden tot verschillende complicaties die de kwaliteit van leven aanzienlijk kunnen beïnvloeden. Deze complicaties kunnen variëren afhankelijk van de onderliggende oorzaak van het parkinsonisme en de ernst van de symptomen. Hieronder worden enkele veelvoorkomende complicaties beschreven:
Bewegingsproblemen
Parkinsonisme kan ernstige bewegingsproblemen veroorzaken, die verder gaan dan de typische symptomen van de ziekte van Parkinson. Deze problemen kunnen omvatten:
- Tremor: Oncontroleerbare trillingen of bevingen van de handen, benen of andere ledematen.
- Spierstijfheid: Verhoogde spierspanning die leidt tot een vermindering van de bewegingsvrijheid.
- Bradykinesie: Vertraagde bewegingen die de snelheid en coördinatie van de bewegingen beïnvloeden.
- Loopproblemen: Moeite met lopen, wat kan leiden tot een verhoogd risico op vallen.
Autonome dysfunctie
Parkinsonisme kan invloed hebben op het autonome zenuwstelsel, wat leidt tot een reeks symptomen zoals:
- Orthostatische Hypotensie: Plotselinge daling van de bloeddruk bij het opstaan, wat duizeligheid en flauwvallen kan veroorzaken.
- Urine-incontinentie: Onvrijwillig verlies van urine.
- Fecale Incontinentie: Onvrijwillig verlies van ontlasting.
- Problemen met Zweten: Overmatig zweten of een verminderde zweetproductie.
Cognitieve achteruitgang
Veel vormen van parkinsonisme, zoals Lewy-body-dementie en corticobasale degeneratie, kunnen leiden tot cognitieve problemen:
- Dementie: Achteruitgang van de cognitieve functies zoals geheugen, aandacht en probleemoplossend vermogen.
- Veranderingen in Gedrag: Veranderingen in stemming en gedrag, zoals depressie of apathie.
- Hallucinaties: Visuele of auditieve hallucinaties, vooral bij Lewy-body-dementie.
Spier- en gewrichtspijn
De stijfheid en spierspasmen die gepaard gaan met parkinsonisme kunnen leiden tot:
- Chronische Pijn: Langdurige spierpijn en ongemak.
- Beperkte Mobiliteit: Moeite met het uitvoeren van dagelijkse taken door pijn en beperkte beweeglijkheid.
- Gewrichtsproblemen: Ontwikkeling van gewrichtsproblemen door een onjuiste houding of overbelasting.
Slik- en spraakproblemen
Parkinsonisme kan de spieren die betrokken zijn bij spreken en slikken beïnvloeden:
- Dysartrie: Moeite met articuleren en duidelijk spreken.
- Dysfagie: Moeite met slikken, wat kan leiden tot aspiratie en longontsteking.
- Veranderde Spraak: Verandering in de stem, zoals een zachte of monotoon spraak.
Verhoogd risico op valincidenten
De motorische symptomen en balansproblemen kunnen het risico op vallen verhogen:
- Valincidenten: Frequente vallen als gevolg van slechte balans en coördinatie.
- Fracturen en Letsels: Mogelijkheid van botbreuken of andere letsels door valpartijen.
- Angst voor Vallen: Psychologische impact van het constante risico op vallen.
Sociale en psychologische Impact
De impact van parkinsonisme kan ook sociale en psychologische gevolgen hebben:
- Isolatie: Vermijden van sociale interacties door fysieke beperkingen of angst.
- Depressie: Emotionele belasting en psychologische stress als gevolg van de progressieve aard van de aandoening.
- Verminderde zelfzorg: Moeite met het uitvoeren van dagelijkse taken kan leiden tot verminderde zelfzorg.
Het beheer van deze complicaties vereist een multidisciplinaire benadering, waaronder medische behandeling, fysiotherapie, ergotherapie en psychologische ondersteuning.
Preventie van Parkinsonisme
Hoewel het niet altijd mogelijk is om parkinsonisme volledig te voorkomen, kunnen enkele strategieën helpen om het risico te verminderen en de gezondheid van de hersenen te ondersteunen:
- Bewustwording en educatie: Vergroot de kennis over parkinsonisme en gerelateerde aandoeningen om vroegtijdige herkenning en interventie te bevorderen.
- Gezonde Levensstijl: Handhaaf een gezonde levensstijl met regelmatige lichaamsbeweging, een evenwichtige voeding en voldoende slaap.
- Stressmanagement: Ontwikkel effectieve technieken voor stressverlichting zoals meditatie en mindfulness om de impact van stress op de mentale en fysieke gezondheid te verminderen.
- Regelmatige medische controle: Onderga regelmatige medische controles en screenings, vooral als er een verhoogd risico is door familiegeschiedenis of andere risicofactoren.
- Vermijd toxines: Beperk blootstelling aan schadelijke stoffen en gifstoffen die het risico op hersenschade kunnen verhogen.
Door deze maatregelen te volgen, kan de kans op het ontwikkelen van parkinsonisme mogelijk worden verkleind en kan de algemene gezondheid worden ondersteund.
Lees verder