Convulsies (stuipen): symptomen, oorzaken en behandeling

Convulsies (stuipen): symptomen, oorzaken en behandeling Convulsies of stuipen zijn onwillekeurige spiertrekkingen, waarbij contractie (samentrekking) en ontspanning elkaar ritmisch afwisselen. Dit kan leiden tot verkramping en schokken door je gehele lichaam. De hersenen bevatten miljarden neuronen (zenuwcellen) die elektrische impulsen creëren en ontvangen. Elektrische impulsen laten neuronen met elkaar communiceren. Tijdens een aanval is er abnormale en overmatige elektrische activiteit in de hersenen. Dit kan veranderingen in bewustzijn, gedrag en/of convulsies veroorzaken. Deze activiteit duurt meestal maar een paar seconden tot minuten. Epilepsie verwijst naar een aandoening waarbij je het risico loopt op terugkerende epileptische aanvallen. Niet iedereen die een aanval heeft gehad, heeft epilepsie. Niet-epileptische aanvallen of convulsies kunnen worden veroorzaakt door andere aandoeningen zoals een lage bloedsuikerspiegel, flauwvallen of een angstaanval. Een arts kan een convulsie van een niet-epileptische aanval onderscheiden.

Convulsies (stuipen): als je lichaam ineens z’n eigen plan trekt

Het verhaal van Eva

Daar zat Eva, genietend van een zonnige middag in het park met haar vriendin Laura. Maar ineens sloeg de sfeer om. Eva gleed van het bankje, haar lichaam begon wild te schokken, haar armen en benen bewogen alsof ze een eigen wil hadden, en haar ogen rolden weg. Laura was compleet overdonderd. Wat was dit?! Gelukkig sprong een oplettende voorbijganger direct in actie. Later bleek dat Eva een epileptische aanval had doorgemaakt – een vorm van convulsies die je nooit zomaar kunt negeren.

Wat zijn convulsies?

Convulsies, beter bekend als stuipen, zijn die momenten waarop je spieren het stuur overnemen en ongecontroleerd beginnen te samentrekken. Dit gebeurt door een tijdelijke storing in de elektrische activiteit van de hersenen. Soms is het heftig en duidelijk zichtbaar, met grote spierschokken door het hele lichaam. Maar het kan ook subtiel zijn, zoals een korte verstijving of een paar seconden waarin iemand “weg” lijkt te zijn. Hoe het er ook uitziet, het grijpt je meteen aan – vooral als je niet weet wat er speelt.

Wie kan ermee te maken krijgen?

Iedereen, echt iedereen, kan ooit een convulsie ervaren. Misschien ken je het fenomeen van kinderen met koortsstuipen, die optreden bij een hoge temperatuur. Maar ook volwassenen kunnen ermee te maken krijgen, door bijvoorbeeld epilepsie, een hersenletsel, medicatie of zelfs extreme stress. En het hoeft niet altijd een chronische aandoening te zijn: zelfs een gezond persoon kan door bepaalde omstandigheden een eenmalige aanval krijgen. Kortom, het is een onverwachte gast die bij niemand aanklopt voordat hij binnenvalt.

Epidemiologie: een blik op cijfers, verschillen en verrassingen

Convulsies klinken misschien als iets wat zeldzaam is, maar dat is niet zo. Laten we eens induiken in hoe vaak ze voorkomen, bij wie, en wat factoren zoals geslacht, leeftijd, en zelfs het klimaat ermee te maken hebben. We nemen Nederland, België, de overzeese gebiedsdelen, en de wereld onder de loep. Verwacht geen droge opsomming, want hier en daar komt een anekdote of inzicht om de hoek kijken.

Wie krijgt ermee te maken: mannen, vrouwen, kinderen, volwassenen?
Wist je dat convulsies bij kinderen vaker voorkomen dan je misschien denkt? Bijna 5% van de kinderen heeft voor hun zesde verjaardag een koortsstuip meegemaakt. Dit komt vaak voor tijdens een hoge koorts, bijvoorbeeld bij een virale infectie. Een klassiek voorbeeld: kleine Sam van twee jaar oud kreeg tijdens een griepepidemie in Nederland een stuip. Zijn ouders dachten direct aan iets ernstigs, maar de huisarts stelde hen gerust. Koortsstuipen zijn namelijk meestal onschuldig.

Bij volwassenen zijn epileptische aanvallen de grootste boosdoener. Dit treft wereldwijd zo’n 1% van de bevolking, waarbij mannen iets vaker dan vrouwen getroffen worden. In België en Nederland zien we een licht verschil: hier hebben meer mannen dan vrouwen te maken met epilepsie, waarschijnlijk door een hogere kans op hoofdtrauma’s of hersenschade, bijvoorbeeld na een ongeluk.

Kinderen versus volwassenen: het verschil in oorzaken
Bij kinderen hebben we het vaak over koortsstuipen en genetische oorzaken. Een interessant weetje: als een ouder een geschiedenis heeft van convulsies, is de kans dat het kind dit ook ervaart ongeveer 10-15%. Dit genetische stukje van de puzzel speelt wereldwijd een rol, maar lijkt sterker aanwezig in gebieden waar huwelijken binnen de familie gebruikelijker zijn, zoals in bepaalde delen van Azië en Afrika.

Bij volwassenen spelen andere factoren mee. Denk aan hersenbeschadiging door een beroerte, alcoholmisbruik, of zelfs een tumor. In Nederland en België ligt het aantal mensen met epilepsie op ongeveer 1 op de 150 mensen. Het is opvallend dat in tropische gebieden, zoals de overzeese gebiedsdelen van Nederland (bijvoorbeeld Aruba of Curaçao), infecties zoals neurocysticercose – een parasitaire aandoening – vaker aan de basis liggen van convulsies.

Klimaat en seizoensinvloeden
Geloof het of niet, maar klimaat kan invloed hebben op convulsies. In tropische gebieden, waar het vochtig en warm is, zijn infectieziekten een belangrijke trigger. Denk aan malaria of dengue, die de kans op hersenontstekingen verhogen. In Nederland en België zie je juist meer convulsies in de wintermaanden. Waarom? Omdat infecties zoals griep en longontsteking vaker voorkomen en koorts een grote trigger is, vooral bij kinderen.

Nederland versus de overzeese gebiedsdelen: opvallende verschillen
Laten we even naar de overzeese gebiedsdelen kijken. Op plekken zoals Curaçao en Aruba zie je meer gevallen van convulsies door infectieziekten en voedingstekorten. Neurocysticercose, veroorzaakt door een lintworm, is daar een bekend probleem. In Nederland gaat het vaker om epileptische aanvallen bij ouderen, vaak als gevolg van een beroerte. Het verschil zit 'm in de leefomgeving en gezondheidszorg: in Nederland heb je toegang tot preventieve zorg, terwijl dat in de overzeese gebieden minder vanzelfsprekend is.

Verschillen tussen België en Nederland
Hoewel België en Nederland qua gezondheidszorg op elkaar lijken, zijn er subtiele verschillen. In België wordt vaker epilepsie bij volwassenen gediagnosticeerd. Dit kan komen door een andere benadering van de zorg, waarbij sneller aanvullende tests, zoals een EEG, worden gedaan. Ook alcoholgerelateerde convulsies komen in België iets meer voor, mogelijk door een hogere alcoholconsumptie.

Wereldwijd: de impact van genetica en voeding
In landen met veel genetische diversiteit, zoals de VS, is de rol van erfelijkheid minder eenduidig dan in geïsoleerde gemeenschappen. Maar wat écht opvalt, is het effect van voeding. In regio’s met ernstige ondervoeding, zoals delen van Sub-Sahara Afrika, zie je meer gevallen van convulsies door tekorten aan essentiële vitamines en mineralen, zoals magnesium.

Een ander wereldwijd probleem is zuurstofgebrek bij de geboorte, een belangrijke oorzaak van epilepsie in ontwikkelingslanden. Stel je voor: een baby in een afgelegen dorp krijgt tijdens de bevalling niet genoeg zuurstof. Dit kan later in het leven leiden tot aanvallen, een probleem dat in Europa door betere geboortebegeleiding veel minder voorkomt.

Tot slot: wat kun je hieruit meenemen?
Of je nu in Nederland woont, op Aruba, of aan de andere kant van de wereld: convulsies komen overal voor, maar de oorzaken verschillen enorm. Genetica, leeftijd, en leefomstandigheden spelen allemaal een rol. Het is belangrijk om te weten dat een convulsie niet altijd iets ernstigs hoeft te betekenen, maar het kan wél een signaal zijn van een onderliggend probleem. Zoals ze zeggen: "Beter een keer te vaak laten checken dan te laat in actie komen." Dus als je ooit zoiets ziet gebeuren – zoals bij Eva in het park – weet dan dat je met een beetje kennis veel kunt doen.

Soorten convulsies

Convulsies of stuipen zijn aanvallen van spiercontracties. De tonisch-clonische aanval is de meest bekende aanval. Tonisch betekent 'verstijving of verkramping' en clonisch verwijst naar 'samentrekking van spieren'. Bij een dergelijke aanval kun je eerst verstijven en daarna schokkende spierbewegingen hebben; tijdens het spiertrekken, kan je in de tong bijten, waardoor bloedverlies of schuimvorming aan de mond ontstaat. Andere soorten aanvallen zijn meestal minder dramatisch. Onwillekeurige spiertrekkingen kunnen geïsoleerd voorkomen op één arm of op een deel van het gezicht. Het kan zijn dat je plotseling niet meer kunt reageren en een paar seconden aan het staren bent, soms met kauwbewegingen of smakken van de lippen.

Je kunt zowel gedeeltelijke als gegeneraliseerde aanvallen tegelijk ervaren, of de ene kan aan de andere voorafgaan. De symptomen kunnen variëren van enkele seconden tot 15 minuten per aanval.

Niet-epileptische aanvallen

Niet-epileptische aanvallen zijn het gevolg van een verwonding, zoals een klap tegen het hoofd of een ziekte. Wanneer je voor de aandoening wordt behandeld, verdwijnen de aanvallen.

Gedeeltelijke aanvallen

Deze aanvallen kunnen optreden als je epilepsie hebt, wat een aandoening is die herhaalde aanvallen veroorzaakt. Dit type aanvallen treedt op aan slechts één kant van de hersenen. Als gevolg hiervan wordt één kant van het lichaam beïnvloedt tijdens een aanval.

Gegeneraliseerde aanvallen

Deze aanvallen komen aan beide zijden van de hersenen voor en beïnvloeden beide zijden van het lichaam. Gegeneraliseerde aanvallen bestaan uit tonisch-clonische aanvallen, die kunnen optreden als je epilepsie hebt. Petit mal aanvallen, ook absences genoemd, zijn een ander type van gegeneraliseerde aanvallen. Deze aanvallen hebben weinig fysieke symptomen, maar kunnen inhouden dat je gedurende enkele seconden in de ruimte staart.

Symptomen

Convulsies kunnen gepaard gaan met andere symptomen:
  • een plotseling gevoel van angst of angstgevoelens
  • maagklachten
  • duizeligheid
  • een verandering in het zien, zoals wazig zien
  • een schokkerige beweging van de armen en benen waardoor je dingen kunt laten vallen
  • een gevoelloos gevoel
  • hoofdpijn

Symptomen die erop duiden dat een aanval plaatsvindt, zijn onder meer:

Aura

Convulsies kunnen ook bepaalde sensaties veroorzaken die alleen jij voelt. Je kunt bijvoorbeeld last krijgen van maagklachten, angst of een onaangename geur opmerken die er in werkelijkheid niet is. Dergelijke subjectieve gevoelens wordt gewoonlijk een aura genoemd. Een aura is het geheel van verschijnselen die het begin van een convulsie vormen. Je ervaart meestal dezelfde symptomen bij elke aanval.

Triggers of uitlokkende factoren

Bij een minderheid van de mensen worden de aanvallen uitgelokt door bepaalde factoren, zoals sterke emoties, intense lichaamsbeweging, luide muziek of knipperende lichten. Wanneer deze triggers in het spel zijn, gaan ze meestal onmiddellijk vooraf aan de aanval. Hoewel ze moeilijker te koppelen zijn aan een aanval, kunnen bepaalde andere factoren ook de kans op een convulsie vergroten. Koorts, menstruatie, gebrek aan slaap en stress kunnen bijvoorbeeld bij sommige mensen het risico op aanvallen vergroten.

Na een aanval (postictale fase)

Na een aanval kom je weer tot rust en deze periode wordt ook wel de 'postictale fase' genoemd. Gedurende deze periode ben je misschien verward en moe en kun je last krijgen van een bonzende hoofdpijn krijgen. Deze periode duurt meestal enkele minuten, hoewel deze fase ook uren of zelfs dagen kan duren.

Bij sommige mensen gaat de postictale fase gepaard met bepaalde symptomen. Je kunt bijvoorbeeld lichte tot ernstige zwakte in een hand, arm of been ervaren. Andere mensen hebben moeite met spreken of ervaren tijdelijk (gedeeltelijk) gezichtsverlies of andere sensorische verschijnselen. Dit kunnen belangrijke aanwijzingen zijn over het type aanval en het deel van de hersenen dat werd beïnvloed tijdens de aanval.

De mysterieuze wereld van convulsies: wat gebeurt er in je brein?

Convulsies – dat klinkt alsof je hersenen ineens compleet in de war raken. En eerlijk? Dat is precies wat er gebeurt. Het is alsof je hersenen even kortsluiting maken, en dat kan allerlei vormen aannemen: van kleine schokjes tot heftige spiersamentrekkingen over je hele lichaam. Maar wat ligt hier nou écht aan ten grondslag? Laten we eens inzoomen op de ingewikkelde, maar fascinerende processen die hierachter zitten.

De hersenen: een druk verkeersnetwerk
Zie je hersenen als een soort megadrukke snelweg vol elektrische signalen. Onder normale omstandigheden worden die signalen netjes geregeld door een verkeersleiding – oftewel, de zenuwcellen (neuronen). Maar bij een convulsie? Dan knalt er ineens een ongeluk in dat netwerk. Signalen schieten alle kanten op, stoppen niet meer op tijd, en er ontstaat chaos.

Wat dit zo uniek maakt, is dat deze chaos niet zomaar willekeurig is. Het begint vaak op één plek in de hersenen – een soort "epicentrum" van de aanval. Dit wordt het focale punt genoemd. Van daaruit verspreiden de ontregelde signalen zich als een lopend vuurtje door het brein. Als het hele brein meedoet, heb je een gegeneraliseerde aanval. Is het beperkt tot een klein gebied, dan blijft het een focale aanval.

Excitatie versus inhibitie: de eeuwige strijd
In je hersenen draait alles om balans. Aan de ene kant heb je excitatie – neuronen die andere neuronen activeren, zeg maar het gaspedaal. Aan de andere kant heb je inhibitie, die het gaspedaal juist wat indrukt en zorgt voor rust. Bij een convulsie is die balans zoek. Het gaspedaal blijft hangen, terwijl de rem helemaal niet meer lijkt te werken.

Bijvoorbeeld: de neurotransmitter glutamaat speelt een grote rol in excitatie, terwijl GABA juist remmend werkt. Als er te veel glutamaat of te weinig GABA is, schieten die signalen letterlijk uit de bocht. Dit kan door allerlei dingen komen, zoals een genetisch defect, een hersenbeschadiging, of zelfs iets eenvoudigs als een tekort aan bepaalde voedingsstoffen.

Triggers: wat zorgt voor die kortsluiting?
Er is vaak niet één oorzaak. Stel je voor: Jan, een gezonde dertiger, krijgt ineens een convulsie na een avondje doorhalen met weinig slaap en te veel alcohol. In dit geval is slaapgebrek de trigger. Maar bij iemand anders kan het juist een onderliggend probleem zijn, zoals een tumor, infectie of een genetische aanleg.

Andere bekende triggers zijn:

Koorts / Bron: Stock-Asso/Shutterstock.comKoorts / Bron: Stock-Asso/Shutterstock.com
  • Koorts: Vooral bij kinderen (zoals bij Sam met zijn koortsstuip).
  • Medicatie of drugs: Sommige stoffen veranderen hoe de hersenen signalen verwerken.
  • Hormonale schommelingen: Denk aan epileptische aanvallen bij vrouwen rondom hun menstruatie.
  • Lichtflitsen: Bekend van mensen met lichtgevoelige epilepsie.

Een kijkje in de neuronen: wat gebeurt er op cel-niveau?
Op microscopisch niveau is het net een sciencefictionfilm. In een neuron bewegen ionen (zoals natrium, kalium, calcium) constant in en uit de cel. Dit is wat het elektrische signaal aanstuurt. Bij een convulsie gaat dit proces helemaal mis. Ionkanalen (de "deuren" van de cel) kunnen defect raken, waardoor de elektrische lading niet meer klopt. Dit leidt tot overactiviteit – alsof iemand het volume van je radio ineens maximaal zet en je het niet meer kunt uitzetten.

Bovendien spelen bepaalde genen hierin een rol. Sommige mensen hebben genetische mutaties in ionkanalen, waardoor ze gevoeliger zijn voor convulsies. Deze erfelijke vormen van epilepsie worden vaak al op jonge leeftijd zichtbaar.

Waarom stopt een convulsie weer?
Dat is het wonderlijke: hoe heftig een convulsie ook is, het lichaam heeft een ingebouwd noodsysteem om de boel te resetten. Nadat de neuronen overactief zijn geweest, worden ze tijdelijk uitgeschakeld – alsof ze zichzelf beschermen tegen oververhitting. Deze "refractieperiode" zorgt ervoor dat de aanval stopt. Maar dit kost energie. Vandaar dat veel mensen zich na een aanval compleet uitgeput voelen.

Factoren buiten het brein: wat speelt nog meer mee?
Het is niet alleen je hersenen die bepalen of je een convulsie krijgt. Wat dacht je van je stofwisseling? Lage bloedsuiker (hypoglykemie), een tekort aan natrium, of uitdroging kunnen allemaal bijdragen. En dan heb je nog externe invloeden zoals alcohol, drugs, of medicijnen die de balans in je hersenen verstoren.

Bijvoorbeeld: in tropische gebieden zoals Curaçao en Aruba zie je vaker convulsies door infecties en uitdroging, terwijl in Nederland beroertes en chronische ziekten vaker de oorzaak zijn.

Een complex maar fascinerend proces
De pathofysiologie van convulsies is een ingewikkeld verhaal, maar één ding is zeker: het draait allemaal om balans. Of het nu gaat om een fout in de ionkanalen, een disbalans tussen glutamaat en GABA, of een externe trigger, je hersenen hebben een kwetsbare maar briljante manier van functioneren. Convulsies laten zien hoe snel dat evenwicht kan omslaan – en hoe indrukwekkend het is dat het lichaam meestal zelf weer de regie pakt.

Oorzaken van stuipen of convulsies

Convulsies kunnen worden veroorzaakt door onder meer de volgende factoren:

Niet alle convulsies worden veroorzaakt door epilepsie. Er worden drie categorieën van oorzaken van convulsies onderscheiden:

Epileptische aanvallen

Mensen met epilepsie hebben een type hersenstoornis die af en toe episodes van abnormale elektrische activiteit veroorzaakt. Dit kan worden veroorzaakt door elk type hersenletsel, zoals trauma, beroerte, hersenontsteking of een hersentumor. Bij sommige personen is epilepsie een erfelijke aandoening. In veel gevallen is de oorzaak van epileptische aanvallen niet duidelijk.

Een geprovoceerde aanval door alcoholonttrekking / Bron: Marian Weyo/Shutterstock.comEen geprovoceerde aanval door alcoholonttrekking / Bron: Marian Weyo/Shutterstock.com

Geprovoceerde aanvallen

Een vergelijkbaar type abnormale elektrische activiteit in de hersenen kan worden veroorzaakt door bepaalde geneesmiddelen, alcoholonttrekking en andere onevenwichtigheden, zoals een lage bloedsuikerspiegel. Aanvallen die worden veroorzaakt door dergelijke problemen worden geprovoceerde aanvallen genoemd en ze treden meestal niet meer op zodra het onderliggende probleem is verholpen. Van mensen met geprovoceerde aanvallen wordt niet gezegd dat ze epilepsie hebben.

Niet-epileptische aanvallen

Niet-epileptische aanvallen lijken op toevallen, maar worden niet veroorzaakt door abnormale hersenactiviteit. Deze aanvallen kunnen te wijten zijn aan flauwvallen, een spieraandoening of een psychische aandoening.

Risicofactoren voor convulsies: wat maakt je kwetsbaar?

Sommige mensen lijken gevoeliger te zijn voor convulsies dan anderen. Dat kan komen door lichamelijke, genetische of externe factoren. Hier is een overzicht van de meest voorkomende risicofactoren en wat je eraan kunt doen.

RisicofactorBehandeling
Genetische aanlegBij erfelijke epilepsie kunnen medicijnen (anti-epileptica) helpen om aanvallen te voorkomen. Genetische counseling kan nuttig zijn voor families met een hoge prevalentie.
Hersenbeschadiging door traumaAcute zorg na een trauma en revalidatie. Bij blijvende schade worden vaak anti-epileptica voorgeschreven.
Koorts (bij kinderen)Koortsstuipen worden behandeld door de koorts te verlagen met paracetamol en koelen. Soms is verdere medische controle nodig.
Infecties van het centrale zenuwstelselAntibiotica of antivirale middelen voor de infectie, en ondersteunende zorg om aanvallen te beheersen.
Alcoholmisbruik of -ontwenningAlcoholontwenning wordt begeleid in een klinische setting. Anti-epileptica kunnen nodig zijn om aanvallen te voorkomen.
Medicijnen en drugsStoppen met de veroorzakende stof, en soms tijdelijke anti-epileptische medicatie. Bij drugsgebruik kan een afkickprogramma nodig zijn.
Hormonale schommelingen (bij vrouwen)Hormonale behandelingen of aanpassing van anti-epileptica kunnen helpen bij vrouwen met catameniale epilepsie.
SlaapgebrekVerbetering van slaapgewoonten en, indien nodig, medicatie om een gezonde slaapcyclus te herstellen.
Elektrolyten- en stofwisselingsstoornissenAanvulling van tekorten, zoals natrium of calcium, en behandeling van de onderliggende oorzaak.
Tumoren of hersenafwijkingenChirurgie, chemotherapie of radiotherapie voor de tumor. Anti-epileptica worden vaak gebruikt voor symptomatische controle.
Zuurstofgebrek bij de geboorteLangetermijnzorg en revalidatie, met ondersteuning via medicatie en fysiotherapie indien nodig.

Risicogroepen: wie loopt een grotere kans?

Niet iedereen heeft dezelfde kans op convulsies. Sommige groepen hebben een groter risico, gebaseerd op leeftijd, gezondheid en leefomstandigheden. Dit zijn de belangrijkste risicogroepen en hoe je ze kunt ondersteunen.

GroepReden voor risico
Kinderen (0-6 jaar)Koortsstuipen komen vooral voor bij jonge kinderen, omdat hun hersenen nog in ontwikkeling zijn en gevoeliger reageren op koorts.
Ouderen (65+)Een verhoogd risico door beroertes, hersentumoren en degeneratieve ziekten zoals Alzheimer.
Vrouwen in de vruchtbare leeftijdHormonale schommelingen rondom menstruatie, zwangerschap of menopauze kunnen epileptische aanvallen uitlokken.
Mensen met een voorgeschiedenis van hoofdletselHersenbeschadiging door trauma verhoogt de kans op littekenweefsel in de hersenen, wat kan leiden tot epileptische activiteiten.
Mensen met neurologische aandoeningenAandoeningen zoals multiple sclerose en herseninfecties vergroten het risico op convulsies.
Bewoners van tropische gebiedenEen hogere blootstelling aan infectieziekten zoals malaria en neurocysticercose, die convulsies kunnen veroorzaken.
Personen met genetische aanlegFamiliegeschiedenis van epilepsie of andere neurologische aandoeningen kan het risico aanzienlijk verhogen.
Alcohol- en drugsgebruikersAcute intoxicatie of ontwenningsverschijnselen kunnen het zenuwstelsel overbelasten en aanvallen uitlokken.
Mensen met slaapstoornissenSlaaptekort of aandoeningen zoals slaapapneu kunnen de hersenen gevoeliger maken voor overprikkeling.

Onderzoek en diagnose

Vraaggesprek en lichamelijk onderzoek

Als je nog nooit eerder convulsies of stuipen hebt gehad, dan zal de arts een uitgebreid vraaggesprek met je voeren, je medische voorgeschiedenis in ogenschouw nemen en lichamelijk onderzoek doen. De arts zal tot in detail willen weten of je tijdens de aanval het bewustzijn verloor, wezenloos staarde of schokte en onwillekeurige spiertrekkingen vertoonde. Hoe meer informatie je arts heeft over je aanval, hoe beter hij of zij in staat zal zijn om de juiste diagnose te stellen.

CT-scan / Bron: Anekoho/Shutterstock.comCT-scan / Bron: Anekoho/Shutterstock.com

Vervolgonderzoek

Afhankelijk van de omstandigheden van de aanval, je leeftijd en je individuele situatie, kan vervolgonderzoek nodig zijn in de vorm van:
  • Bloedonderzoek kan worden uitgevoerd om te controleren op problemen zoals een lage of hoge bloedsuikerspiegel die mogelijk de aanval heeft veroorzaakt, en om te controleren op markers in het bloed die kunnen wijzen op het type aanval dat je had.
  • Een lumbaalpunctie (een ruggenprik) kan worden uitgevoerd na een aanval om te controleren op tekenen van infectie.
  • Een EEG kan worden uitgevoerd om abnormale elektrische activiteit in de hersenen te detecteren.
  • Beeldvormend onderzoek van de hersenen zoals MRI- of CT-scans, kunnen worden uitgevoerd om te controleren op tumoren, beroertes of andere structurele problemen in de hersenen.

Behandeling van convulsies

Convulsies zijn niet alleen beangstigend, ze hebben vaak ook een behoorlijke impact op je dagelijks leven. Gelukkig zijn er verschillende behandelmogelijkheden, afhankelijk van de oorzaak, frequentie en ernst van de aanvallen. Het belangrijkste is om samen met je arts te zoeken naar wat voor jou werkt. En ja, dat kan een beetje puzzelen zijn, maar het loont om door te zetten. Laten we eens kijken naar de behandelingen die mogelijk zijn.

Anti-epileptische medicatie: het eerste redmiddel

Als je epilepsie hebt of als convulsies het gevolg zijn van een beroerte, tumor of ander blijvend hersenletsel, zal de arts waarschijnlijk starten met anti-epileptische medicatie. Er zijn verschillende soorten medicijnen, zoals carbamazepine, valproaat of lamotrigine. Elk heeft zijn eigen voor- en nadelen.

De uitdaging? Het vinden van precies die medicatie die goed bij je past, zonder dat je te veel last hebt van bijwerkingen. Dit proces kan tijd kosten, omdat de arts rekening moet houden met allerlei factoren:

  • Je algemene gezondheid: Heb je bijvoorbeeld al andere aandoeningen die de keuze beïnvloeden?
  • De frequentie en het type convulsies: Niet elke medicatie werkt voor elke vorm van aanvallen.
  • Je leeftijd: Bij kinderen en ouderen is de keuze vaak anders dan bij jongvolwassenen.
  • Andere medicijnen die je gebruikt: Interacties kunnen een groot probleem zijn. De arts moet ervoor zorgen dat je medicaties elkaar niet tegenwerken.

Soms is één medicijn niet voldoende en wordt er een combinatie van medicijnen voorgeschreven. Maar let op: meer medicatie betekent niet altijd minder aanvallen. Het kan ook extra bijwerkingen opleveren, zoals vermoeidheid, misselijkheid of concentratieproblemen. Daarom is het belangrijk om open te communiceren met je arts over hoe je je voelt.

Wat als medicatie niet werkt?

Helaas komt het voor dat anti-epileptische medicatie niet (voldoende) helpt. Maar geen paniek: er zijn andere opties die je kunt overwegen.

Operatie / Bron: Istock.com/kzenonOperatie / Bron: Istock.com/kzenon
Chirurgie
Bij sommige mensen met epilepsie kan een operatie uitkomst bieden, vooral als er een duidelijke plek in de hersenen is waar de aanvallen beginnen. Denk aan het verwijderen van een tumor of het behandelen van littekenweefsel. Het klinkt misschien heftig, maar voor bepaalde patiënten kan dit een wereld van verschil maken.

Nervus Vagus Stimulatie (VNS)
Een soort pacemaker voor je hersenen. Er wordt een apparaatje geïmplanteerd dat een zenuw in je hals stimuleert, waardoor de kans op aanvallen afneemt. Dit is vooral handig als medicatie niet voldoende werkt en een operatie geen optie is.

Diepe hersenstimulatie (DBS)
Dit is een relatief nieuwe techniek waarbij elektrodes in specifieke delen van de hersenen worden geplaatst. Deze elektrodes sturen elektrische pulsen om overmatige activiteit te onderdrukken.

Ketogeen dieet:
Vooral bij kinderen met moeilijk behandelbare epilepsie is dit dieet effectief gebleken. Het ketogeen dieet is een zeer vetrijk, koolhydraatarm dieet dat de hersenactiviteit kan stabiliseren. Maar wees voorbereid: het volgen van dit dieet is pittig en vereist begeleiding van een diëtist.

Behandeling van secundaire convulsies

Niet alle convulsies zijn epileptisch van aard. Als convulsies worden veroorzaakt door een andere aandoening – zoals een infectie, koorts of een acute stofwisselingsstoornis – richt de behandeling zich op de oorzaak.

  • Koortsstuipen: Hier is het belangrijk om de koorts snel te verlagen met paracetamol of ibuprofen en te zorgen dat het kind voldoende afkoelt.
  • Alcohol- of drugsontwenning: Convulsies tijdens ontwenning kunnen levensbedreigend zijn. In een klinische setting worden vaak benzodiazepines gebruikt om de aanvallen te stoppen en de patiënt te stabiliseren.
  • Stofwisselingsstoornissen: Bij een tekort aan elektrolyten, zoals natrium of calcium, kan aanvulling via infuus nodig zijn.

Levensstijl en ondersteuning: jouw rol in de behandeling

Naast medische behandelingen kun je zelf ook bijdragen aan het verminderen van convulsies. Kleine veranderingen in je dagelijkse routine kunnen al een groot verschil maken:

  • Slaap voldoende: Slaapgebrek is een bekende trigger voor aanvallen. Zorg voor een vast slaapritme.
  • Stressmanagement: Leer omgaan met stress via mindfulness of andere ontspanningstechnieken.
  • Voeding: Hoewel geen specifiek dieet voor iedereen werkt, kan een gezonde en gevarieerde voeding je algehele gezondheid verbeteren.
  • Medicatie trouw innemen: Het klinkt simpel, maar vergeetachtige momenten kunnen een aanval uitlokken. Stel een alarm in of gebruik een medicijndoos.

Ook een steunend netwerk van vrienden, familie en zorgverleners is cruciaal. Zij kunnen je helpen bij het omgaan met de impact van convulsies op je leven.

Tot slot

Behandeling van convulsies is geen one-size-fits-all verhaal. Het kan even duren voordat je de juiste aanpak hebt gevonden, maar geef niet op. Met de juiste combinatie van medische zorg, aanpassingen in je leefstijl en een dosis geduld kun je je leven weer in eigen handen nemen. Jij staat aan het stuur – en met de juiste ondersteuning kun je een lange weg afleggen.

Praktische tips voor het omgaan met convulsies

Blijf kalm en zorg voor een veilige omgeving

Stel je voor: je zit in een café met je collega Tim, die plotseling van zijn stoel valt en begint te schokken. Schrik! Het liefst wil je meteen iets doen, maar het allerbelangrijkste is dat je even diep ademhaalt. Paniek helpt niemand, en rust zorgt ervoor dat je beter kunt handelen.

Kijk om je heen: wat ligt er in de buurt? Een glas, een telefoon op de grond, misschien een tas met scherpe ritsen? Zorg dat je deze spullen weghaalt, zodat Tim zich niet kan verwonden. Als er een tafel dichtbij staat, schuif die dan iets opzij. Dit kleine beetje vooruitdenken kan een groot verschil maken.

Leg de persoon op zijn zij

Het klinkt simpel, maar het kan lastig zijn in het moment. Bij Tim was het even zoeken: hoe draai je iemand voorzichtig zonder iets te forceren? Probeer hem op zijn zij te leggen, zodat zijn luchtwegen vrij blijven. Zo voorkom je dat hij zich verslikt in speeksel of braaksel. En ja, het ziet er misschien onhandig uit als je het probeert, maar het gaat erom dat je het doet. Perfectie is echt niet nodig.

Ondersteun het hoofd

Dit is een van die kleine gebaren die een groot verschil maken. Kijk of je iets zachts kunt gebruiken – een opgerolde jas, een sjaal, desnoods je eigen hand. Bij Tim pakte iemand zijn rugzak en schoof die voorzichtig onder zijn hoofd. Het gaat erom dat hij niet tegen de harde vloer of een stoelpoot aanstoot.

Laat veiligheid voorop staan

Dit alles draait om één ding: voorkomen dat er extra schade ontstaat. Tim had de pech dat hij vlak bij een hoek van een tafel lag, maar doordat iemand de tafel opzij schoof en zijn hoofd ondersteunde, kwam hij er zonder kleerscheuren vanaf. Het zijn dit soort praktische dingen die een aanval minder beangstigend maken, zowel voor de persoon zelf als voor jou als omstander.

En onthoud: het hoeft niet perfect. Wat telt, is dat je erbij blijft, oplet en zoveel mogelijk veiligheid creëert. Iedereen kan het. Jij ook.

Maak strakke kleding rondom de nek los

Stel je dit voor: iemand heeft een aanval en lijkt moeite te hebben met ademhalen. Het kan zijn dat een strakke sjaal, stropdas of knellende kraag de luchtwegen beknelt. Geen paniek, gewoon praktisch blijven. Buig voorzichtig naar de persoon toe en kijk wat je kunt losmaken. Bij een blouse kun je bijvoorbeeld de bovenste knopen losmaken. Heeft de persoon een coltrui aan? Trek de kraag iets naar beneden om ruimte te creëren. Het lijkt misschien een detail, maar zo’n kleine handeling kan enorm helpen om de ademhaling te vergemakkelijken.

  • Een anekdote: tijdens een schoolbijeenkomst kreeg een student, Anna, een aanval terwijl ze een dikke sjaal droeg. Een oplettende leraar maakte haar sjaal voorzichtig los en merkte meteen dat Anna’s ademhaling rustiger werd. Het zijn die kleine dingen die een groot verschil maken.

Probeer nooit iets in de mond te stoppen

Een veelvoorkomende mythe is dat je iets in iemands mond moet stoppen om te voorkomen dat ze op hun tong bijten of "stikken". Niet doen! Het is gevaarlijk en kan juist meer schade veroorzaken. Als je iets in iemands mond stopt, kun je hun tanden beschadigen of, erger nog, zorgen dat ze zich verslikken.

  • Een voorbeeld: Tom kreeg een aanval tijdens een concert. Een omstander wilde meteen een lepel in zijn mond duwen. Gelukkig greep een EHBO’er in en legde uit dat dit absoluut niet nodig was. De aanval ging vanzelf over, en Tom liep geen extra schade op.

Wat je wel kunt doen? Controleer of de mond vrij is nadat de aanval voorbij is. Als er braaksel of speeksel in de mond zit, kun je dat voorzichtig verwijderen om verstikking te voorkomen. Maar wacht tot het schokken is gestopt.

Noteer hoe lang de aanval duurt

Tijd is belangrijk. Een aanval die langer dan vijf minuten duurt, kan namelijk wijzen op een medische noodsituatie. Pak je telefoon of kijk op een klok om precies te weten hoe laat de aanval begint. Dit kan cruciale informatie zijn voor hulpverleners of artsen.

Tijdens een sportwedstrijd kreeg een jonge speler, Lars, een aanval. Zijn coach hield direct de tijd bij. Toen de ambulance arriveerde, kon hij precies doorgeven dat de aanval tweeënhalve minuut had geduurd. Dit hielp de artsen om sneller de juiste behandeling te kiezen.

  • Tip: als je niet meteen een klok of telefoon bij de hand hebt, probeer dan het moment van de aanval te onthouden en vergelijk het later met een tijdstip. Het hoeft niet op de seconde nauwkeurig te zijn; een goede schatting helpt al.

Blijf bij de persoon tot de aanval volledig voorbij is

Je aanwezigheid kan een wereld van verschil maken. Ook al kun je de aanval niet stoppen, je kunt de persoon wel geruststellen – zelfs als diegene je op dat moment niet bewust waarneemt. Blijf erbij, blijf rustig, en blijf alert.

Na de aanval kan de persoon verward, vermoeid of zelfs emotioneel zijn. Geef hen de tijd om weer bij te komen. Leg uit wat er is gebeurd en stel gerust. Zoals bij Sofie, die tijdens een familiediner een aanval kreeg. Haar broer bleef naast haar zitten en zorgde ervoor dat ze rustig wakker werd. Geen drama, geen paniek – gewoon er zijn.

En als je merkt dat er na vijf minuten geen verbetering is, bel dan direct 112. Maar blijf ook dan bij de persoon. Je aanwezigheid is niet alleen praktisch; het biedt ook troost en veiligheid.

Reageert de persoon niet na 5 minuten? Bel onmiddellijk 112

Vijf minuten lijkt kort, maar tijdens een aanval kan het voelen als een eeuwigheid. Als de persoon blijft schokken of niet bij bewustzijn komt na vijf minuten, is het tijd om in te grijpen. Bel direct 112. Vermeld wat je ziet: hoelang de aanval duurt, wat er precies gebeurt en of de persoon eerder aanvallen heeft gehad.

  • Een casus: tijdens een lunchpauze op het werk kreeg Ahmed een heftige aanval die maar niet leek te stoppen. Zijn collega belde 112 en gaf kalm door dat de aanval al zes minuten duurde. Dankzij die snelle actie kon de ambulance hem op tijd de hulp bieden die hij nodig had. Je hoeft het niet allemaal zelf op te lossen – de professionals nemen het over zodra ze er zijn.

Laat de persoon na de aanval rustig bijkomen

Na een aanval is iemand vaak volledig uitgeput. Het brein heeft hard gewerkt, en het lichaam voelt als een marathonloper na de finish. Verwacht dat de persoon verward is en soms niet meteen begrijpt wat er is gebeurd. Geef ruimte, maar blijf bij hen totdat ze weer helder zijn.

  • Een voorbeeld: Marloes kreeg tijdens een feestje een aanval. Na afloop wist ze niet waar ze was of wat er net was gebeurd. Haar vriendinnen hielpen haar op een stoel, gaven haar water en bleven rustig uitleggen wat er aan de hand was. Dit soort momenten vraagt om geduld en een beetje zachtheid.

  • Tip: vraag of de persoon iets nodig heeft, zoals water, een jas tegen de kou, of gewoon wat stilte. Dring vooral niet aan op een gesprek; dat kan altijd later.

Moedig familie of vrienden aan om eerstehulptraining te volgen

Eerste hulp bij convulsies is geen hogere wiskunde, maar het helpt enorm als mensen weten wat ze moeten doen. Een korte EHBO-cursus kan levens redden. Moedig de mensen rondom iemand met epilepsie aan om zo’n training te volgen. Hoe meer mensen voorbereid zijn, hoe beter.

  • Een voorbeeld: de ouders van Finn, een jongen met epilepsie, volgden samen met zijn leraren een cursus. Toen Finn op school een aanval kreeg, handelde iedereen rustig en effectief. Het verschil tussen paniek en kalmte zit vaak in kennis.

Een training leert je niet alleen hoe je kunt helpen, maar geeft ook vertrouwen. Want zeg nou zelf: hoe fijn is het om te weten dat je iets kunt doen in zo’n situatie?

Houd een medische ID of SOS-kaart bij de hand

Als iemand epilepsie heeft, kan een medische ID of SOS-kaart levensreddend zijn. Deze kaart bevat belangrijke informatie zoals het type epilepsie, medicatie en contactpersonen. Dit is vooral handig in openbare situaties of als de persoon alleen is.

  • Een voorbeeld: Sanne droeg altijd een SOS-armband met haar medische gegevens. Toen ze in een druk winkelcentrum een aanval kreeg, kon een omstander meteen zien wat er aan de hand was en haar contactpersoon bellen. Dat gaf haar familie rust en de artsen cruciale informatie.

  • Tip: vraag aan de persoon met epilepsie of ze zo’n kaart of armband hebben, en waar die te vinden is. Het is een kleine moeite die een groot verschil kan maken in een noodsituatie.

Prognose

Veel mensen hebben slechts eenmalig last van stuipen, bijvoorbeeld door een zonnesteek, en dan zijn de vooruitzichten uitstekend. Wanneer er sprake is van een onderliggende ziekte, dan is het van belang om deze te diagnosticeren en succesvol te behandelen zodat er in de toekomst geen convulsies meer optreden.

Preventie

Convulsies of stuipen kunnen leiden tot sociaal ongemakkelijke situaties, lichamelijk letsel, auto-ongelukken en gevaarlijke valpartijen. Voorkomen (voor zover mogelijk) is daarom beter dan genezen. Er zijn twee belangrijke benaderingen voor preventie van convulsies. De eerste is met medicatie en de tweede is door het vermijden van uitlokkende factoren.

Medicatie om convulsies of stuipen te voorkoment / Bron: Stevepb, PixabayMedicatie om convulsies of stuipen te voorkoment / Bron: Stevepb, Pixabay

Medicijnen

Het voorkomen van stuipen kan met medicijnen:
  • Anticonvulsiva zijn de meest effectieve manier voor een persoon met epilepsie om aanvallen te voorkomen. Er zijn veel anticonvulsieve medicijnen die aanvallen effectief beheersen. Als je epilepsie hebt, kan de arts bepalen welke (combinatie van) anticonvulsiva het meest geschikt is voor het onder controle brengen van convulsies.
  • Het nemen van anti-epileptica is ook een belangrijk onderdeel van de beheersing van aanvallen. Als je anticonvulsiva gebruikt om epileptische aanvallen te voorkomen, moet je ze innemen zoals voorgeschreven en ongeveer elke dag op ongeveer hetzelfde tijdstip.

Uitlokkende factoren vermijden

De tweede benadering in het voorkomen van convulsies is het voorkomen van triggers van aanvallen. Als je bent gediagnosticeerd met epilepsie, is het belangrijk om uitlokkende factoren te vermijden en een gezonde leefstijl te handhaven. Dit betekent voldoende slapen, geen alcohol drinken en extra oplettend zijn bij felle lichten of een andere trigger die je persoonlijk hebt opgemerkt.
© 2018 - 2025 Tartuffel, het auteursrecht van dit artikel ligt bij de infoteur. Zonder toestemming is vermenigvuldiging verboden. Deze informatie is van informatieve aard en geen vervanging voor professioneel medisch advies. Per 2021 gaat InfoNu verder als archief, artikelen worden nog maar beperkt geactualiseerd.
Gerelateerde artikelen
Convulsies (stuipen): Oncontroleerbare bewegingenConvulsies (stuipen): Oncontroleerbare bewegingenTijdens convulsies vertoont een patiënt oncontroleerbare, snelle en ritmische trillingen, waarbij de spieren herhaaldeli…
Neonatale herpes: Herpesinfectie bij pasgeboren babyNeonatale herpes: Herpesinfectie bij pasgeboren babyNeonatale herpes is een herpesinfectie bij een pasgeboren baby. Deze aandoening is het gevolg van het herpes simplex-vir…
Het verraderlijke syndroom van Adams-StokesHet verraderlijke syndroom van Adams-StokesHet syndroom van Adams-Stokes kenmerkt zich door een plotseling en veelal kortdurend bewustzijnsverlies, waarbij de pols…
Alcoholische ketoacidose: Opbouw van ketonen in bloedAlcoholische ketoacidose: Opbouw van ketonen in bloedAlcoholische ketoacidose is een ernstige aandoening waarbij zich een ophoping van ketonen in het bloed voordoet. Ketonen…

Urticariële vasculitis: Ontsteking bloedvaten en netelroosUrticariële vasculitis: Ontsteking bloedvaten en netelroosUrticariële vasculitis is een zeldzame aandoening waarbij ontsteking van de bloedvaten optreedt, gecombineerd met huidle…
Gezichtsvermogen: Schade aan ogen door slechte gewoontenGezichtsvermogen: Schade aan ogen door slechte gewoontenHet gezichtsvermogen verslechtert doorgaans bij veroudering. Veel veertigplussers dragen dan ook een bril of contactlenz…
Bronnen en referenties
  • Inleidingsfoto: Geralt, Pixabay
  • https://en.wikipedia.org/wiki/Epileptic_seizure
  • https://www.epilepsy.com/learn/about-epilepsy-basics/what-seizure
  • https://www.healthline.com/symptom/seizures
  • https://www.webmd.com/epilepsy/types-of-seizures-their-symptoms
  • https://www.nursingcenter.com/journalarticle?Article_ID=789169&Journal_ID=54016&Issue_ID=789113
  • https://www.uptodate.com/contents/seizures-in-adults-beyond-the-basics
  • https://nl.wikipedia.org/wiki/Convulsie
  • https://www.mayoclinic.org/diseases-conditions/seizure/diagnosis-treatment/drc-20365730
  • Martin Sulman. Mens & Gezondheid. https://mens-en-gezondheid.nl/ (ingezien op 14-1-2025)
  • Verywellhealth. Causes and Prevention of Seizures. https://www.verywellhealth.com/causes-and-prevention-of-seizures-4150177 (ingezien op 16-11-2018)
  • Afbeelding bron 1: Stock-Asso/Shutterstock.com
  • Afbeelding bron 2: Marian Weyo/Shutterstock.com
  • Afbeelding bron 3: Anekoho/Shutterstock.com
  • Afbeelding bron 4: Istock.com/kzenon
  • Afbeelding bron 5: Stevepb, Pixabay
Tartuffel (2.971 artikelen)
Laatste update: 14-01-2025
Rubriek: Mens en Gezondheid
Subrubriek: Aandoeningen
Bronnen en referenties: 16
Per 2021 gaat InfoNu verder als archief. Het grote aanbod van artikelen blijft beschikbaar maar er worden geen nieuwe artikelen meer gepubliceerd en nog maar beperkt geactualiseerd, daardoor kunnen artikelen op bepaalde punten verouderd zijn. Reacties plaatsen bij artikelen is niet meer mogelijk.
Medische informatie…
Deze informatie is van informatieve aard en geen vervanging voor professioneel medisch advies. Raadpleeg bij medische problemen en/of vragen altijd een arts.