Osteochondritis dissecans: Gewrichtsaandoening met pijn
Osteochondritis dissecans is een verworven aandoening waarbij losse bot- en kraakbeenfragmenten aan het uiteinde van een gewricht afbreken. Dit gebeurt wanneer de bloedtoevoer naar het bot wordt verminderd. Meestal is de knie aangetast maar ook andere gewrichten zijn mogelijk getroffen. De aandoening komt het vaakst tot stand bij patiënten die repetitieve handelingen uitvoeren die veel kniebewegingen met zich meebrengen, zoals springen. Enkele symptomen van osteochondritis dissecans zijn pijn, zwakte, stijfheid en zwelling. Rust, een goede ondersteuning van het aangetaste gewricht, fysiotherapie en chirurgie zijn mogelijke behandelingen van de gewrichtsaandoening. De Duitse chirurg Franz Konig beschreef deze ziekte tot slot voor het eerst in de medische literatuur in 1888.
Epidemiologie
Osteochondritis dissecans is een gewrichtsaandoening waarbij een deel van het kraakbeen en onderliggend bot in een gewricht afsterft door verminderde bloedtoevoer. Deze aandoening komt vaak voor bij jonge atleten en kan leiden tot gewrichtspijn en bewegingsbeperkingen. De prevalentie varieert, maar het wordt vaker gediagnosticeerd bij adolescenten en jongvolwassenen.
Oorzaken: Afbreken van bot en kraakbeen van gewricht
Osteochondritis dissecans is een aandoening die ontstaat door een gebrek aan bloedtoevoer naar het einde van de botten (subchondralr bot), waardoor het bot van vitale voedingsstoffen onvoldoende voedingsstoffen krijgt. Bij osteochondritis dissecans breken kleine stukjes bot en kraakbeen af van het gewricht. Als gevolg van de verminderde bloedstroom begint het bot te degenereren (avasculaire necrose) waardoor dunne lagen bot en het omliggende kraakbeen loskomen en afbreken van de rest van het bot.
Risicofactoren van gewrichtsaandoening
Herhaalde verwondingen
De exacte oorzaak van de aandoening is onbekend (oktober 2020), maar een aantal risicofactoren verhogen de kans op het ontwikkelen van de gewrichtsaandoening. Osteochondritis dissecans komt meestal tot stand bij een herhaald microtrauma. Dit zijn kleine, zich herhalende episodes van kleine onherkenbare verwondingen die het einde van het bot beschadigen. Dit gebeurt meestal als gevolg van overmatig gebruik, bijvoorbeeld in sporten met veel springen of snelle richtingsveranderingen.
Genetische factoren
Er is een genetische link in ongeveer 10% van de patiënten met osteochondritis.
Symptomen: Meestal pijn aan knie
Locatie
Osteochondritis dissecans gebeurt het vaakst aan de knie, goed voor 75% van alle gevallen. 80% van de knieletsels treden op op de mediale zijde van de knie (binnenkant), omdat dit meer gewicht vereist dan de buitenkant. De volgende meest voorkomende locaties voor osteochondritis zijn de enkel en elleboog, en zeer af en toe ontwikkelt de ziekte zich in de schouder, hand, pols of heup. De aandoening komt in 20-30% van de gevallen aan beide kanten voor. Soms is meer dan één gewricht op hetzelfde moment getroffen.
Tekenen
Beperkt bewegingsbereik
Het volledig buigen van het gewricht en/of het rechttrekken van het gewricht is niet goed mogelijk, vooral bij de aanwezigheid van een los fragment. Rond het gewricht ontstaat mogelijk een zwelling (
gezwollen gewricht). Het
been voelt tevens zwak aan.
Pijn
Als het fragment blijft zitten, zal het vaak vanzelf genezen en weinig of geen symptomen veroorzaken. Het fragment raakt echter mogelijk los en beweegt dan in het gewricht. Dit veroorzaakt
pijn (
kniepijn,
enkelpijn,
elleboogpijn,
schouderpijn,
handpijn,
polspijn of
heuppijn). De pijn komt vooral tot stand door het
traplopen, sporten en alle draaibewegingen. Meestal ontwikkelt de pijn zich geleidelijk. De
gewrichtspijn is bij de meeste patiënten vaag. Soms beschrijven patiënten de pijn als scherp en dit is dan vooral het geval wanneer het losse fragment vast komt te zitten. Naast de pijn treedt ook stijfheid op, bijvoorbeeld
elleboogstijfheid.
Vastzittend gewricht
Het gewricht raakt soms geblokkeerd (op slot) wanneer het losse fragment vastzit. Door het bewegen van het been is het mogelijk om het fragment te verplaatsen en dan pas kan de patiënt de knie strekken.
Alarmsymptomen
Alarmsymptomen van Osteochondritis dissecans omvatten gewrichtspijn, zwelling, en beperkte bewegingsvrijheid in het aangetaste gewricht. Pijn kan verergeren bij activiteit en verbeteren bij rust. Het is belangrijk om medische hulp te zoeken bij deze symptomen, vooral als ze aanhouden of verergeren.
Diagnose en onderzoeken
Lichamelijk onderzoek
Osteochondritis dissecans diagnosticeert de arts door middel van het opnemen van een grondige
medische geschiedenis, een lichamelijk onderzoek en een diagnostisch onderzoek. Het lichamelijk onderzoek onthult een
vochtophoping in het gewricht (
knie-effusie wanneer de knie getroffen is), gewrichtspijn en krakende geluiden (
gewrichtsgeluiden) die tot stand komen bij het bewegen van het getroffen gewricht.
Diagnostisch onderzoek
Een
röntgenfoto van de knie (toont afwijkingen in het bot), een
CT-scan (toont zowel kraakbeen als bot en geeft de exacte locatie van eventuele losse fragmenten aan) en een
MRI-scan (toont meer gedetailleerde afbeeldingen zien van de grootte, kwaliteit en stabiliteit van de fragmenten). Met deze
beeldvormende onderzoeken weet de arts of een operatie nodig is of dat de aandoening wellicht op natuurlijke wijze geneest.
Behandeling van aandoening aan het kraakbeen
De behandeling is afhankelijk van de ernst, locatie en symptomen van osteochondritis dissecans. De arts wil de pijn en zwelling verlichten, het gewrichtsoppervlak herstellen en de kans op toekomstige problemen (zoals bijvoorbeeld
artrose) verminderen.
Niet-chirurgische behandeling
De patiënt vermijdt activiteiten die het gewricht belasten. Hij sport zes à twaalf weken niet om het bot te laten genezen. Krukken zijn mogelijk vereist. Verder draagt de patiënt een kniesteun (kniebrace) om de knie te ondersteunen en de druk die op het gewricht wordt geplaatst, te verminderen. Een professionele kniebrace is nodig om het juiste ondersteuningsniveau te bieden, zodat de patiënt zeker geneest. Dankzij een fysiotherapeut is het mogelijk om het kniegewricht te versterken zonder de ziekte te verergeren. Kinderen en jongvolwassenen reageren het best op deze behandelingen, omdat hun botten en kraakbeen veel beter regenereren. De meeste volwassenen met osteochondritis dissecans hebben een operatie nodig.
Chirurgie
Als een conservatieve behandeling heeft gefaald of als de ziekte is geëvolueerd naar een ernstiger stadium, is meestal een operatie vereist. Meestal voert de arts een
artroscopie (kijkoperatie) uit. Na de operatie ervaart de patiënt pijn en zwelling, wat te behandelen is met ijs en
pijnstillers. Het is erg belangrijk om na een operatie revalidatietraining/fysiotherapie te volgen zodat de patiënt geleidelijk leert om de knie weer opnieuw te gebruiken. In het begin mag hij de knie namelijk maar beperkt gebruiken. De fysiotherapeut oefent met de patiënt versterkende en rekoefeningen uit om de stabiliteit en flexibiliteit van de knie te verbeteren. Een kniebrace is bijzonder nuttig na een operatie om de knie te beschermen zodat de genezing beter verloopt. De meeste patiënten zijn binnen drie à zes maanden na de operatie hersteld.
Prognose
De prognose voor Osteochondritis dissecans hangt af van de ernst van de aandoening en de effectiviteit van de behandeling. Vroegtijdige diagnose en behandeling kunnen leiden tot een goede uitkomst met herstel van de gewrichtsfunctie. Bij onbehandelde of ernstige gevallen kan er echter blijvende schade of beperkte gewrichtsfunctie optreden.
Complicaties van osteochondritis dissecans
Complicaties van Osteochondritis dissecans kunnen onder meer bestaan uit blijvende gewrichtspijn, beperkte bewegingsvrijheid, en vroegtijdige artritis. Het risico op complicaties kan worden verminderd door tijdige behandeling en het volgen van het advies van zorgverleners.
Preventie
Preventie van Osteochondritis dissecans omvat het vermijden van overmatige belasting van de gewrichten en het nemen van voorzorgsmaatregelen om blessures te voorkomen, vooral bij jonge atleten. Goede trainingspraktijken en het gebruik van beschermende uitrusting kunnen helpen om het risico op gewrichtsblessures en daarmee geassocieerde aandoeningen te verminderen.
Lees verder