Infantiele systemische hyalinose: Multisystemische ziekte
Infantiele systemische hyalinose is een ernstige multisystemische aandoening die vele lichaamsdelen aantast, zoals de huid, de gewrichten, de botten en de inwendige organen. De aandoening presenteert zich reeds kort na de geboorte met onder andere groeistoornissen, pijnlijke en verminderde bewegingen van de ledematen met progressieve gewrichtscontracturen, knobbeltjes in de huid en diverse lichaamsweefsels, diarree en andere afwijkingen. De behandeling verloopt ondersteunend, daar voor de ziekte geen remedie voorhanden is. De meeste patiënten komen voorts reeds te overlijden op jonge leeftijd. Infantiele systemische hyalinose werd voor het eerst in detail beschreven door Landing in 1986.
Epidemiologie van multisystemische aandoening
De prevalentie van infantiele systemische hyalinose is onbekend anno oktober 2020, maar de ziekte is wel erg zeldzaam.
Oorzaken van infantiele systemische hyalinose
Genetische verandering
Bij hyalinose gebeurt een abnormale ophoping van een heldere (hyaliene) stof in lichaamsweefsels. Dit resulteert uit mutaties (wijzigingen) in het ANTXR2-gen (ook bekend als het CMG2-gen). Het ANTXR2-gen codeert voor de productie van een eiwit dat betrokken is bij de vorming van kleine bloedvaten (haarvaten). Daarnaast speelt het ANTXR2-eiwit een belangrijke rol voor het behoud van de structuur van basismembranen (dunne plaatachtige structuren die cellen in veel weefsels scheiden en ondersteunen). Door de genetische wijziging is de vorming van de basaalmembranen verstoord, waardoor de hyalische stof gaat lekken en zich op deze manier opbouwt in verschillende lichaamsweefsels.
Overervingspatroon
De aandoening kent een autosomaal recessief overervingspatroon, wat betekent dat beide kopieën van het ANTXR2-gen in elke cel mutaties hebben. In de meeste gevallen hebben de ouders van een patiënt met infantiele systemische hyalinose geen symptomen van de ziekte.
Symptomen
De symptomen van infantiele systemische hyalinose komen tot uiting door de ophoping van een hyalinesubstantie in verschillende lichaamsdelen. De patiënten krijgen al bij de geboorte te maken met symptomen, en in de eerste paar maanden van het leven verschijnen ook andere tekenen van infantiele systemische hyalinose.
Gewrichten
Patiënten met infantiele systemische hyalinose ervaren gewrichtsmisvormingen (contracturen) waardoor een beperkt bewegingsbereik staan. Botafwijkingen komen eveneens tot stand zoals
osteoporose (verlies van botmassa),
botbreuken en een
kort gestalte.
Huid
Op de huid (meestal van de handen, de nek, de hoofdhuid, de oren en/of de neus) ontstaan kleine tot grote pijnlijke huidbobbels die mogelijk toenemen in de loop van de tijd. De
huidbultjes komen ook voor op de gewrichtsplooien en de genitale regio. Daarnaast komen een verdonkerde huidskleur (
hyperpigmentatie) voor boven botuitsteeksels. Kenmerkende paarsachtige tot bruine vlekken ontstaan aan de enkels, de vingerkootjes, de knieën, de enkels, de ruggengraat en de ellebogen. De mate van hyperpigmentatie varieert.
Knobbeltjes
Ook ontwikkelen zich goedaardige knobbeltjes (
noduli) in de spieren en inwendige organen van kinderen met infantiele systemische hyalinose. De knobbeltjes bevinden zich in de huid, het maag- en darmkanaal, de hartspier, de skeletspieren, de
lymfeklieren, de milt, de schildklier en/of de
bijnieren. Dit veroorzaakt
pijn en ernstige complicaties. Doordat zich vaak knobbeltjes in de darmen ontwikkelen, krijgen de meeste patiënten te maken met ‘proteïne-verliezende enteropathie’. Hierbij ervaren patiënten ernstige
diarree, en krijgen ze een achterstand inzake het gewicht en de groei ten opzichte van gezonde personen. De meeste patiënten met proteïne-verliezende enteropathie zijn zelfs uitgemergeld (cachexie).
Tandvlees
Infantiele systemische hyalinose kenmerkt zich eveneens door een overgroei van het tandvlees (gingivale hypertrofie).
Andere symptomen
De aandoening beperkt zich niet enkel tot bovenstaande symptomen; ook andere klachten komen mogelijk voor zoals:
Diagnose en onderzoeken
Diagnostisch onderzoek
Naast het opmerken van de zichtbare tekenen, voert de arts een volledig
bloedonderzoek, een
echografie van de buik, een
röntgenfoto van het skelet en een
huidbiopsie uit. Een histopathologie of elektronenmicroscopie van het huidweefsel is nodig om de diagnose te stellen naast de typische klinische bevindingen. De bevestiging van de diagnose van infantiele systemische hyalinose gebeurt door middel van een genetisch onderzoek.
Differentiële diagnose
Enkele aandoeningen lijken sterk op het klinisch beeld van infantiele systemische hyalinose zoals:
- het Winchester syndroom (ziekte met afwijkingen aan bot en huid)
- juveniele hyaline fibromatose
- lipoïd-proteïnose (ziekte van Urbach-Wiethe)
- mucopolysaccharidose type II (Hunter-syndroom)
Behandeling van ziekte
Voor de multisystemische aandoening bestaat er geen remedie. De patiënt krijgt een ondersteunende behandeling. Pijn behandelt de arts met niet-steroïde anti-inflammatoire geneesmiddelen (
NSAID's),
opioïden (krachtige
pijnstillers) en soms gabapentine. Vaak krijgt de patiënt een behandeling in het ziekenhuis voor de diarree, een bacteriële
longontsteking enzovoort. Het gebruik van het medicijn d-penicillamine verbetert mogelijk de gewrichtsmobiliteit. Verder is voedselondersteuning nodig. Lastige knobbeltjes verwijdert de arts chirurgisch, maar de kans op een recidief is groot. De patiënt krijgt voorts fysiotherapie voor het behandelen van de gewrichtscontracturen.
Prognose
De mentale ontwikkeling is ondanks de vele ernstige fysieke beperkingen vaak normaal. De getroffen patiënten overleven vaak de vroege kindertijd niet door de
chronische diarree en terugkerende infecties. Meestal worden patiënten niet ouder dan drie jaar. De vaakst voorkomende doodsoorzaken zijn een longontsteking (pneumonie) en
sepsis (bloedvergiftiging).