Fundusfotografie: Foto’s van de achterkant van het oog
Met een fundusfoto bekijkt de oogarts het glasachtige lichaam, de macula, de retina, de choroidea (vaatvliezen), de oogzenuw en de aan- en afvoerende bloedvaten. De term “fundus” staat namelijk voor de achterkant van het oog, iets wat een oogarts niet zomaar ziet met een gewone spleetlamp. In de binnenbekleding van het oog zitten alle zenuwen en bloedvaten, zodat de oogarts aan de hand van een fundusfoto de gezondheid van het oog beoordeelt. Hij stelt hiermee vroegtijdige afwijkingen van de bloedvaten op het netvlies vast.
Indicatie fundusfotografie
Een fundusfoto is mogelijk vereist bij een patiënt met
netvliesloslating of
glaucoom. Daarnaast moet een patiënt met
diabetes mellitus (suikerziekte) één à twee keer per jaar een fundusfoto laten maken. Dit gebeurt in het kader van de screening op
diabetische retinopathie, zodat de oogarts tijdig gezichtsverlies als gevolg van deze complicatie van diabetes kan voorkomen.
Bij een vroege diagnose van diabetische
retinopathie (
netvliesaandoening als gevolg van suikerziekte) helpt een retinale laserbehandeling als behandeling. Bij een patiënt met
arteriële hypertensie zijn er hypertensieve veranderingen van de retina (
medische term voor "netvlies") te zien die aansluiten op de veranderingen in de
hersenen. Een fundusfoto voorspelt bijgevolg mogelijk een
beroerte. Een
beroerte is een medische aandoening waarbij er onvoldoende bloedtoevoer naar de hersenen is, hetgeen resulteert in zowel mentale als lichamelijke symptomen.
Fundusfoto: Foto's van de achterkant van het oog
Een fundusfoto is gedetailleerder dan wat de oogarts ziet met een
oftalmoscoop (oogspiegel). De funduscamera bestaat uit een laag vermogen microscoop met een aangesloten camera. Het maken van een fundusfoto gebeurt met gekleurde filters of gespecialiseerde kleurstoffen zoals
fluoresceïne en indocyaninegroen. De resulterende foto’s zijn ofwel fotografisch of digitaal en maken deel uit van het (elektronisch) medisch patiëntendossier.
Voor het onderzoek
De patiënt regelt best vervoer naar huis omdat hij na het onderzoek wellicht niet aan het verkeer mag deelnemen.
De patiënt doet de zachte
contactlenzen drie uur voor het onderzoek uit. Wanneer een patiënt harde contactlenzen draagt, is het geen probleem om deze in te houden tijdens het onderzoek. De arts bekijkt de pupil van de patiënt. Indien deze te klein zijn, geeft hij
verdovende oogdruppels aan de patiënt om de pupillen te vergroten. Hierdoor krijgt de patiënt een
wazig gezichtsvermogen. Patiënten met grote pupillen hebben bijgevolg geen oogdruppels nodig, waardoor het onderzoek iets korter duurt.
Tijdens het onderzoek
Het maken van een foto kent een tijdsduur van circa vijftien à dertig minuten. Dit is niet
pijnlijk en evenmin belastend voor de patiënt. De ruimte waar de patiënt gaat zitten, is donker. De pupillen vergroten namelijk in het donker, wat de fotokwaliteit positief beïnvloedt. De patiënt zet zich achter een funduscamera en plaatst zijn voorhoofd tegen een hoofdsteun en zijn kin tegen een kinsteun. Een doktersassistente, technisch oogheelkundig assistent of een optometrist maakt de foto.
De patiënt dient hiervoor naar een groen lampje te kijken. Eerst schijnt de fotograaf dat in het oog van de patiënt om te kunnen scherpstellen. Als de fotograaf de ontspanknop indrukt, volgt er een felle lichtflits. De patiënt ziet hierbij soms een nabeeld verschijnen dat bij een aantal patiënten nog meerdere minuten blijft hangen. Meestal maakt de fotograaf enkele foto’s.
Na het onderzoek
De patiënt blijft nog ongeveer vijf tot acht uur wazig zien als hij
oogdruppels heeft gekregen; daarom moet hij na het onderzoek naar huis worden gebracht.
Eventueel draagt de patiënt een
zonnebril omdat hij mogelijk erg gevoelig is voor licht. De oogarts controleert de foto’s en bespreekt deze met de patiënt, of stuurt deze naar de huisarts die het onderzoek heeft aangevraagd. Eerdere fundusfoto’s vergelijkt de oogarts eveneens met elkaar en ook deze informatie komt de patiënt te weten. Zo is hij op de hoogte of hij een oogaandoening ontwikkelt of weet hij meer over de snelheid van de progressie van zijn oogafwijking.
Complicaties
Een mogelijke complicatie uit zich in een
allergische reactie op de
pupilverwijdende oogdruppels. De patiënt is daardoor erg
lichtgevoelig, en het slijmvlies van de binnenzijde van de oogleden ziet er rood uit. Voorts heeft hij
jeukende ogen en
geïrriteerde ogen. De patiënt dient tot slot steeds contact op te nemen indien hij pijn heeft of slechter gaat zien.
App hEyeWay
Dankzij de iPhone, een speciale houder op een spleetlamp en de speciale
app hEyeWay is een oogarts in staat om zelf een fundusfoto te maken.
Lees verder