Trichuriasis: Zweepworminfectie met buikpijn en diarree
De menselijke zweepworm (Trichuris trichiura) is een rondworm die bij mensen trichuriasis veroorzaakt. De zweepworminfectie komt tot stand doordat mensen geïnfecteerde eieren op de bodem innemen die daar gekomen zijn via de menselijke ontlasting. Deze parasitaire infectie tast de dikke darm aan, en veroorzaakt daardoor onder andere buikpijn en een pijnlijke doorgang van de ontlasting. Wormdodende medicijnen behandelen deze tropische infectie. Vaak blijven nog wel wormen aanwezig na de behandeling, maar veroorzaken ze geen symptomen meer. Het is tot slot belangrijk om een goede persoonlijke hygiëne te hanteren om een infectie met zweepwormen te voorkomen.
Epidemiologie van trichuriasis
Het ei van de zweepworm is het infectieuze stadium. De meest gunstige omstandigheden voor de rijping zijn een warm en vochtig klimaat. De meeste infecties met de zweepworm komen dan ook tot stand in tropische klimaten, met name in Azië en minder vaak, in Afrika en Zuid-Amerika. Verder is de zweepworminfectie ook aanwezig in landelijke delen van het zuidoosten van de Verenigde Staten. Naar schatting zijn wereldwijd tussen 450 miljoen tot 1 miljard actieve patiënten aanwezig (anno oktober 2020). Kinderen zijn het vaakst aangetast. Een gedeeltelijke beschermende immuniteit ontwikkelt zich vermoedelijk met de leeftijd.
Oorzaken van tropische infectie door zweepwormen
Overdacht
De meest voorkomende oorzaak van trichuriasis is de inname van geïnfecteerde eieren die in de bodem aanwezig zijn. Dit komt vaak door slechte hygiënische omstandigheden, waaronder ontlasting die open op de bodem ligt en het gebruik van menselijke ontlasting als meststof. Naast kinderen zijn mensen met bepaalde chromosoomkenmerken mogelijk meer vatbaar of hebben een verhoogde gevoeligheid voor het verwerven van trichuriasis.
Uiterlijk
De lichtgele tot witte zweepworm heeft een smalle voorste slokdarm en een dikke achterste anus. De wormen zijn meestal roze en hechten zich vast aan de gastheer via het slanke voorste uiteinde. De grootte van deze wormen varieert van drie tot vijf cm. Het vrouwtje is meestal groter dan het mannetje.
Voortplantingscyclus
De vrouwelijke worm legt tussen de tweeduizend en tienduizend eieren per dag. De eieren worden afgezet op de bodem waar menselijke ontlasting ligt. Na 14 tot 21 dagen rijpen de eieren en gaan ze een infectieus stadium in. Als mensen de geëmbryoneerde eieren binnenkrijgen, beginnen de larven uit te komen in de dunne darm van de mens en gebruiken ze de darmflora en voedingsstoffen om zich te vermenigvuldigen en te groeien. De meeste larven verplaatsen zich naar de dikke
darm, dringen het slijmvlies binnen en worden daar volwassen.
Risicofactoren
Risicofactoren voor trichuriasis omvatten blootstelling aan besmette bodem of waterbronnen, slechte sanitaire omstandigheden, en gebrek aan goede hygiëne. Kinderen die in gebieden met hoge infectiepercentages leven, hebben een verhoogd risico. Het is ook een risico voor mensen die onvoldoende gekookt voedsel consumeren dat besmet kan zijn met de wormen.
Symptomen: Buikpijn en diarree
De meeste patiënten klagen over
buikpijn, bloederige
diarree,
fecale incontinentie (ongewild verlies van stoelgang, vooral tijdens de slaap, een
pijnlijke doorgang van de ontlasting, ongemak in de buik en een
slijmafscheiding. Bij een zware besmetting komt een rectale
verzakking (rectumprolaps: de endeldarm komt uit de anus met verlies van stoelgang) mogelijk tot uiting. Kinderen ervaren
bloedarmoede, een groeiachterstand en een verminderde cognitieve ontwikkeling. Vermoedelijk zijn de laatste twee symptomen te wijten aan een
ijzertekort en een
slechte voeding als gevolg van de wormenbelasting en zijn ze dus geen directe oorzaak van de besmetting.
Alarmsymptomen
Alarmsymptomen van trichuriasis omvatten buikpijn, diarree, gewichtsverlies, en in ernstige gevallen bloedverlies in de ontlasting. Het kan ook leiden tot anemie en groeiachterstand bij kinderen. Als deze symptomen optreden, vooral na verblijf in een endemisch gebied, moet medische hulp worden gezocht.
Diagnose en onderzoeken
Diagnostisch onderzoek
Patiënten verblijven meestal in of hebben gebieden bezocht die endemisch zijn voor de zweepworm. De diagnose gebeurt door middel van een
ontlastingsonderzoek. Een belangrijke opmerking is wel dat vanaf het moment dat de eieren worden ingenomen tot de ontwikkeling van de volwassen worm, er een vertraging van ongeveer drie maanden is. Gedurende deze periode zijn er mogelijk geen tekenen aanwezig en vertoont de ontlasting mogelijk geen tekenen van eieren of
bloedverlies.
Differentiële diagnose
Aangezien een zweepworminfectie vaak buikpijn veroorzaakt, is er een groot aantal differentiële diagnoses zoals onder andere:
andere parasitaire worminfecties
Behandeling
De arts behandelt de
tropische aandoening met anthelmintica (
wormdodende medicijnen). Meestal schrijft hij het medicijn albendazol voor, al zijn enkele andere wormdodende
geneesmiddelen ook inzetbaar. Vaak zijn co-infecties met andere wormen aanwezig, dus behandelingen met meerdere medicijnen zijn soms nodig. Verder is een goede behandeling voor de bloedarmoede noodzakelijk. Ook is meer onderwijs nodig voor kinderen die behandeld zijn voor een zweepworminfectie, want anders volgt vaak een achterstand op school.
Prognose van zweepworminfectie
De zweepworm is meer resistent tegen de behandeling dan andere wormen. De genezingspercentages bedragen gemiddeld 28% tot 36%. Zweepwormen zijn namelijk vaak nog steeds aanwezig na de behandeling, maar mogelijk leidt een laag aantal wormen niet tot significante symptomen.
Complicaties van worminfectie
Bij een zeer hoge wormlast (vooral bij kinderen) komt het trichuris-
dysenterie-syndroom tot stand. Dit leidt vaak tot diarree,
tenesmen (aanhoudende, pijnlijke, valse stoelgangsdrang), bloedarmoede door ijzertekort en een groeiachterstand. De groeiachterstand is meestal secundair aan een slechte voeding en veroorzaakt bijgevolg de cognitieve vertraging.
Preventie van infectie met geïnfecteerde eieren zweepwormen
De beste manier om trichuriasis te voorkomen, is door het verbeteren van de persoonlijke hygiëne, het wassen van alle groenten en fruit en het wassen van de
handen voor het gebruik van voedsel. Verder zijn goede sanitaire voorzieningen nodig. Het is van primordiaal belang om een patiënt deze adviezen goed aan te leren om een herhaling van de ziekte te voorkomen.