Ectropion en behandeling: Naar buiten gedraaid ooglid
Bij sommige patiënten is de rand van het onderooglid naar buiten gedraaid, waardoor de rode binnenzijde van het oog zichtbaar is. Deze oogafwijking wordt in medische termen "ectropion" genoemd. Voor patiënten is dit lastig, omdat de oogafwijking een scala aan vervelende symptomen met zich mee kan brengen. Vooral op cosmetisch gebied oogt de aandoening niet mooi. Voor de behandeling is meestal een chirurgische ingreep vereist, die doorgaans na enkele maanden een bevredigend resultaat geeft voor de patiënt.
Epidemiologie
Ectropion is een oogaandoening waarbij het onderste ooglid naar buiten draait, waardoor het binnenste slijmvlies bloot komt te liggen. De prevalentie en incidentie van deze aandoening verschillen wereldwijd en worden beïnvloed door leeftijd, geslacht en omgevingsfactoren.
Prevalentie naar leeftijd
Ectropion komt vooral voor bij ouderen, met een aanzienlijke toename na de leeftijd van 60 jaar. Naar schatting heeft meer dan 15% van de ouderen enige mate van ectropion, vooral door veroudering van de bindweefsels rondom het oog.
Geografische verschillen
In ontwikkelde landen waar een hogere levensverwachting bestaat, is de prevalentie van ectropion aanzienlijk hoger. In gebieden met slechte toegang tot oogzorg worden secundaire complicaties, zoals infecties, vaker gerapporteerd.
Geslachtsverschillen
Hoewel ectropion vaker voorkomt bij mannen door specifieke anatomische verschillen en blootstelling aan omgevingsrisico's, wordt de aandoening bij vrouwen ook vaak geassocieerd met hormonale veranderingen na de menopauze.
Mechanisme
Het mechanisme van ectropion is complex en omvat zowel anatomische als functionele factoren die bijdragen aan de ontwikkeling en progressie van de aandoening.
Anatomische veranderingen
Het verzwakken van de ooglidspieren en het verlies van elasticiteit in de huid en ligamenten rondom het ooglid zijn de belangrijkste factoren. Deze verzwakking leidt tot het onvermogen van het ooglid om in zijn normale positie te blijven.
Functionele verstoringen
Chronische irritatie en ontstekingen kunnen een vicieuze cirkel van schade en verminderde functie veroorzaken. Dit mechanisme wordt vaak gezien bij patiënten met allergieën of langdurige blootstelling aan irriterende stoffen.
Oorzaken ectropion
Ectropion komt vaker voor bij oudere volwassenen. Door
spierzwakte verslappen de weefsels van het ooglid namelijk. Soms is er te weinig huid door een
hondenbeet, een
huidziekte zoals
psoriasis (chronische huidziekte met
droge huid en
schilferende huid), een trauma, brandwonden,
snijwonden of andere littekens. Wanneer de zevende
hersenzenuw tijdelijk of permanent uitvalt, zoals bij
gezichtsverlamming, ontstaat er een paralytisch ectropion. Zelden treedt ectropion op bij de geboorte. Soms veroorzaakt een eerdere ooglidoperatie (blepharoplastie) de oogafwijking wanneer er bij de operatie teveel huid van het ooglid verwijderd is. Wanneer het ooglid bestraling krijgt na een
kankergezwel, kan dit resulteren in ectropion. Zelfs een cosmetische laseroperatie om de huid te verjongen kan het ooglid te veel doen krimpen, waardoor uiteindelijk ectropion optreedt. Ectropion kan ook ontstaan door bepaalde
medicijnen, zoals glaucoommedicatie. Tot slot kan ectropion zich ook presenteren door zwelling als gevolg van een
oogtumor of infectie.
Risicofactoren
Verschillende risicofactoren dragen bij aan het ontstaan van ectropion, zowel genetisch als verworven.
Leeftijdsgebonden factoren
Met het ouder worden neemt de tonus van de ooglidspieren af, wat een belangrijke predisponerende factor is.
Omgevingsfactoren
Blootstelling aan ultraviolette straling, roken en langdurige blootstelling aan wind en stof verhogen het risico op ectropion.
Risicogroepen
Ectropion treft specifieke groepen patiënten vaker vanwege hun unieke kenmerken of omstandigheden.
Ouderen
De meest getroffen groep zijn ouderen, waar natuurlijke veroudering een sleutelrol speelt.
Patiënten met trauma of chirurgie in het gezicht
Patiënten die een trauma, chirurgische ingreep of verlittekening in het gezicht hebben doorgemaakt, lopen een hoger risico.
Symptomen van de oogaandoening
Het oog is veelal
geïrriteerd en pijnlijk (
oogpijn), sluit minder goed (
lagoftalmie) en traant (
tranende ogen). Het afvoerkanaaltje van de traanwegen maakt namelijk geen contact met het oog. Zelden lijdt de patiënt aan een uitgedroogde cornea (hoornvlies), wat impliceert dat de patiënt een verminderd gezichtsvermogen heeft door de beschadigde cornea. Hiervoor moet de patiënt mogelijk
oogzalf en/of
oogdruppels nemen voordat een operatie plaatsvindt. Bij het oogdruppelen zorgt de patiënt voor correcte
oogdruppelrichtlijnen. Ectropion ziet er op cosmetisch vlak voor de patiënt bovendien niet zo mooi uit.
Alarmsymptomen
Hoewel ectropion geleidelijk kan ontstaan, zijn er alarmsymptomen die wijzen op complicaties of ernstige progressie.
Overmatige tranenvloed
Chronische tranenvloed zonder duidelijke oorzaak is een vroeg teken van ectropion.
Chronische irritatie en infectie
Terugkerende oogontstekingen en roodheid wijzen vaak op een onbehandelde of verergerde ectropion.
Diagnose en onderzoeken van ooglidaandoening
Meestal doet de oogarts een
uitgebreid oogonderzoek waarbij hij ectropion diagnosticeert. Hij trekt dan aan de oogleden tijdens het onderzoek. De patiënt sluit hierbij de ogen met kracht zodat de oogarts in staat is om de spierspanning en
vermoeidheid van het ooglid te beoordelen. De arts onderzoekt het omliggende weefsel bij de patiënt indien de
ooglidaandoening veroorzaakt is door een
litteken, tumor of een eerdere operatie. De oogarts heeft een goed inzicht nodig over de oorzaak van ectropion en mogelijke andere (oog)ziektes. Dit is nodig voor het bepalen van een juiste behandeling of chirurgische techniek. Er zijn namelijk verschillende chirurgische technieken voor ectropion, afhankelijk van de oorzaak en de conditie van het weefsel rond het ooglid.
Praktische aspecten
De chirurg zorgt er tijdens de operatieve correctie voor dat het ooglid strakker komt te staan. Het is voor de patiënt het beste dat hij zo snel mogelijk onder het mes gaat wanneer de afwijking vastgesteld is door de oogarts. Bestaat de afwijking immers nog niet zo lang, dan zal het resultaat van de operatie tot een groter succes leiden. De patiënt krijgt meestal een
plaatselijke verdoving voor de chirurgische ingreep zonder
huidtransplantatie. Dit kent dan een duur van ongeveer dertig minuten. Soms is een algehele narcose aanbevolen als er een uitgebreide huidtransplantatie dient te gebeuren bij patiënten die te weinig huid hebben.
Voorbereiding op de operatie
De patiënt geeft voor de operatie reeds door welke medicatie hij gebruikt. Mogelijk moet hij enkele dagen voor de operatie stoppen met bepaalde medicijnen zoals
bloedverdunners omdat deze bloedingen kunnen veroorzaken tijdens de operatie. Deze medicatie geeft bijgevolg een hoger risico op complicaties. Bovendien regelt hij best vervoer naar huis aangezien hij na de operatie niet zelf naar huis mag rijden. Soms dient de patiënt vooraf oogzalf te smeren zodat de binnenkant van het ooglid beschermd is tegen uitdroging.
Werkwijze behandeling bij ectropion
De patiënt krijgt een plaatselijke verdoving via een injectie in de huid. Vervolgens plaatst de chirurg een steriel laken over de patiënt met een opening aan het te opereren oog. De chirurg start daarna de operatie met het maken van een horizontale snede onder de ooglidrand. Daarna kort hij het onderooglid in de buitenooghoek verticaal in. Hij hecht vervolgens het onderooglid weer vast en tot slot hecht hij de wonde via niet-oplosbare hechtingen. Wanneer er te weinig huid is bij de patiënt, krijgt hij een huidtransplantaat dat afkomstig is uit het (andere) bovenooglid of eventueel van achter het oor.
Herstel en nazorg
De patiënt draagt de eerste vierentwintig uur een ooglapje. Hij moet vervolgens gedurende één week meermaals per dag een antibioticum (
antibiotica) en
steroïde zalf op het oog smeren. De patiënt dient na ongeveer vijf à zeven dagen terug te keren naar het ziekenhuis. De arts haalt vervolgens de hechtingen uit het oog. Vervolgens onderzoekt de oogarts de wonde.
Bijwerkingen en complicaties
De patiënt verliest soms wat ingedroogd wondvocht uit de wonde in de buitenooghoek. Dit verdwijnt spontaan en de patiënt moet enkel zijn oog wat deppen met lauw water. Om
blauwe plekken en
pijn te minderen, kan hij ook gebruik maken van koude kompressen. Voorts is de buitenooghoek de eerste weken na de operatie nog gevoelig en voelt dit strak aan. De pijn verdwijnt geleidelijk aan. Voorts is er steeds kans op een bloeding uit de wonde. Dit valt eenvoudig op te lossen door een gestreken katoenen zakdoek of een steriel gaasje gedurende een kwartier op de wonde te drukken. Dit stelpt de bloeding. Zeer sporadisch treedt een bloeding in de oogkas op wat resulteert in een uitpuilend oog met een mogelijk risico op blindheid in het aangetaste oog.
Prognose na de operatie
Het definitieve resultaat van de ingreep is te zien na acht weken (twee maanden). Voordien lijkt er op cosmetisch vlak voor veel patiënten nog geen verbetering te zijn. Soms is een "perfect" resultaat niet mogelijk. Dit heeft eveneens te maken met de duur van de oogaandoening. Wanneer de patiënt een huidtransplantatie gekregen heeft, is dit meestal nog permanent een beetje zichtbaar door de kleurverschillen. Het is voor de patiënt en arts steeds afwegen wat het zwaarst weegt: een litteken door de operatie of een afstaand onderooglid. Wanneer een patiënt een gezichtsverlamming of significante littekens heeft, is het resultaat van de operatie minder voorspelbaar, en mogelijk is dan meer dan één ingreep vereist om ectropion te verhelpen.
Preventie van ectropion
Hoewel sommige oorzaken van ectropion niet volledig te voorkomen zijn, kunnen proactieve maatregelen het risico verkleinen.
Bescherming tegen omgevingsfactoren
Het dragen van een zonnebril en het vermijden van overmatige blootstelling aan wind en stof kunnen beschermen tegen irritatie en schade aan de oogleden.
Regelmatige oogzorg
Vooral bij ouderen en patiënten met bekende risicofactoren kan regelmatige controle door een oogarts helpen bij het vroegtijdig opsporen en behandelen van subtiele veranderingen die tot ectropion kunnen leiden.
Lees verder