Leverwaarden: symptomen normale en verhoogde leverwaarden
Wat zijn verhoogde leverwaarden en wat zijn normale leverwaarden en wat zeggen verhoogde leverwaarden over je lever? Een arts kan de leverfunctie laten onderzoeken aan de hand van bloedonderzoek, waarbij de gehaltes bepaald worden van bijvoorbeeld leverenzymen (zoals ASAT, ALAT, LDH), eiwitten en bilirubine. Hiermee kan iets gezegd worden over het functioneren van de lever. Derhalve wordt er ook wel naar verwezen als 'leverfuncties'. Afwijkende leverwaarden kunnen een (eerste) aanwijzing zijn van een leverziekte. Dit gaat vaak gepaard met bijkomende symptomen, zoals vermoeidheid, geelzucht en andere klachten. De (huis)arts zal bij verhoogde leverwaarden als gevolg van een leverziekte een behandeling opstarten.
Ligging van de lever /
Bron: Nerthuz/Shutterstock.comDe lever
De
lever is rood-bruin van kleur en is na de huid het grootste orgaan en weegt 1,4 tot 1,8 kilo. De lever bestaat uit een grotere rechterkwab en een kleinere linkerkwab en dit orgaan ligt direct onder het
middenrif boven in de buikholte. De lever wordt volledig door de borstkas bedekt, waardoor het goed beschermd is. De lever zit door een geplooid membraan aan het borstbeen vast. De lever is verantwoordelijk voor tal van functies in het lichaam; het is als het ware de scheikundige hoofdstad van het lichaam. De lever kan beschouwd worden als één groot chemisch laboratorium. Naar schatting zijn er zo'n 2.500 chemische reacties betrokken bij de synthese van bepaalde eiwitten (eiwitstofwisseling), koolhydraatstofwisseling, vetstofwisseling, de productie van gal (dat opgeslagen wordt in de
galblaas), en andere belangrijke stoffen. De lever is voorts betrokken bij de ontgifting van vele door de spijsvertering aangevoerde bestanddelen. Daarnaast zorgt de lever voor de aanmaak en opslag van
vitamine A en voor de opslag van
ijzer.
Leverfunctie
De leverfunctie kan onderzocht worden aan de hand van
bloedonderzoek. Door de waarden in je bloed kan de leverfunctie worden bepaald. Hiermee kunnen de gehaltes bepaald worden van bijvoorbeeld leverenzymen (zoals ASAT, ALAT, LDH), eiwitten (bijvoorbeeld albumine) en
bilirubine (galkleurstof) in het bloed. Deze waarden geven informatie over het functioneren van de lever. Daarom worden ze ook wel de '
leverfuncties' genoemd. Bij verhoogde leverwaarden (of te hoge leverwaarden), is verder onderzoek naar de oorzaak gewenst zodat daarna een adequate behandeling ingezet kan worden.
Overgewicht /
Bron: Istock.com/VladimirFLoydReferentiewaarden
Teneinde de uitslag van een laboratoriumtest te kunnen beoordelen, wordt deze meestal vergeleken met zogeheten 'referentiewaarden' of 'normaalwaarden'.
Afwijkende leverwaarden kunnen een (eerste) aanwijzing zijn van een
leverziekte. Een aandoening van de lever geeft in het beginstadium meestal nog geen lichamelijke klachten, terwijl de leverfuncties al wel afwijkingen vertonen. De lever heeft namelijk een grote reservecapaciteit, waardoor lichamelijke klachten pas optreden wanneer de lever al behoorlijke schade heeft opgelopen. Om een definitieve diagnose te stellen is vaak aanvullend (beeldvormend en ander) onderzoek nodig, bijvoorbeeld door een echo van de lever te maken. Een scan of een leverpunctie kan ook. Afwijkende of veranderde leverfuncties wijzen echter niet altijd op een leveraandoening. Afwijkingen kunnen ook veroorzaakt worden door (overmatig) alcoholgebruik, medicijngebruik,
ondervoeding, fors
overgewicht en erg vet eten.
Lichte verhoogde leverwaarden: leefstijladviezen
Bij licht verhoogde leverwaarden zonder bijkomende klachten die wijzen op een leveraandoening, zal de arts vaak adviezen geven over gezonde voeding, (over)gewicht en alcohol- en medicijngebruik. Soms is het nodig om over te stappen op een ander medicijn die minder schadelijk is voor de lever. Bij het in acht nemen van deze leefstijladviezen kunnen de leverfuncties weer normaal worden.
Buikpijn /
Bron: Andrey Popov/Shutterstock.comLeverfunctie onderzoek
Je arts kan een leverfunctieonderzoek laten uitvoeren indien:
- je een medicijn neemt dat de lever kan schaden;
- je een leverziekte hebt (ter controle, om het beloop in de gaten te houden);
- er leverziekten in de familie voorkomen;
- je symptomen hebt die wijzen op een leverziekte (zoals buikpijn, misselijkheid en braken, of geelzucht);
- je overmatig alcohol drinkt.
Een dergelijk onderzoek wordt dus uitgevoerd om de werking van de lever te onderzoeken en ziekten op te sporen die gepaard gaan met leverafwijkingen. Er kan een afzonderlijke
leverfunctietest worden aangevraagd, maar vaak zal verzocht worden om een 'leverpanel': een verzameling van testen die tegelijkertijd wordt aangevraagd. Een afzonderlijke test is namelijk niet specifiek genoeg om een leverziekte op te sporen, aangezien
leverziekten veelal gepaard gaan met een
aantal afwijkende leverfuncties.
Leverenzymtest: ASAT en ALAT
De lever is verantwoordelijk voor de verwerking en afvoer van afvalstoffen, die uit het bloed worden gefilterd. Het metaboliseert voedingsstoffen, ontgift schadelijke stoffen, maakt eiwitten voor de bloedstolling en stuurt vele andere vitale functies aan. De cellen in de lever bevatten eiwitten die enzymen worden genoemd en deze chemische reacties aansturen. Wanneer levercellen beschadigd raken of vernietigd worden, zullen de enzymen in de cellen in het bloed lekken, waar ze kunnen worden gemeten middels bloedonderzoek. Een levertest controleert het bloed onder meer op de volgende twee belangrijke leverenzymen:
ASAT
ASAT staat voor 'aspartaataminotransferase' en dit is een enzym dat vooral voorkomt in het cytoplasma en mitochondriën van levercellen. Het komt ook voor in dwarsgestreept spierweefsel: in hart- en skeletspieren. Een enzym is een eiwit dat cellen ondersteunt om een bepaalde stof om te zetten in een andere stof. Normaal gesproken is de hoeveelheid ASAT in het bloed laag. Toename in het bloed duidt op
leverschade, aangezien bij beschadiging van de lever- of spiercellen ASAT vrijkomt in het bloed. Schade aan spierweefsel, bijvoorbeeld het hart, is evenwel ook mogelijk.
Afname van bloed voor onderzoek /
Bron: Istock.com/JovanmandicALAT
ALAT staat voor 'alanine aminotransferase' en dit is een enzym dat zich vooral in de cellen van de lever bevindt en in mindere mate in
nieren, hart en spieren. Stijging van het gehalte in het bloed kan duiden op leverschade. Bij schade aan deze cellen komt het enzym namelijk in het bloed terecht. Vooral de hepatocyten (levercellen) bevatten veel ALAT. Bij een virale ontsteking van de hepatocyten, bij
hepatitis B of
hepatitis C, komt er veel ALAT in het bloed terecht.
Indien zowel ALAT als ASAT tezamen in verhoogde mate in het bloed aanwezig is, is de kans op leverschade zeer waarschijnlijk. De referentiewaarde van ASAT is voor volwassenen < 45 U/l en de referentiewaarde ALAT is voor mannen < 50 U/l en voor vrouwen < 40 U/l.
Leverenzymtest: alkalische fosfatase, 5'-nucleotidase en GGT
Een van de belangrijkste functies van de lever is de productie van gal, wat onder meer nodig is om vetten te verteren. De lever produceert gal en de gal wordt vanuit de lever naar de galblaas gestuurd, waar het wordt opgeslagen en geconcentreerd, klaar om in de twaalfvingerige darm te worden gelaten. Wanneer de galstroom traag of geblokkeerd is, zal de bloedspiegel van bepaalde leverenzymen stijgen:
Alkalische fosfatase (AF)
AF is in grote hoeveelheden aanwezig in cellen die bot aanmaken en in de lever, vooral in de galgangetjes. Een verhoogde waarde kan wijzen op beschadiging van lever en/of botten en een blokkade van de galwegen (
galstenen/
tumor). De referentiewaarde van alkalische fosfatase is voor volwassenen < 125 U/l.
5'-nucleotidase
Stijgingen in de spiegels van dit enzym duiden bijna altijd op lever- en galwegpathologie.
Verhoogde GGT-waarde kan wijzen op alcoholgebruik en/of bijwerking van bepaalde medicijnen /
Bron: Istock.com/AndreyPopovGamma-glutamyltransferase (GGT)
Dit is een enzym dat in de lever wordt geproduceerd en helpt bij de omzetting en vertering van stoffen die via eten en drinken het lichaam binnenkomen. Een test om de hoeveelheid GGT te meten kan worden gebruikt om te beoordelen of de lever zelf en de galwegen in de lever naar behoren werken. De referentiewaarde voor GGT is voor mannen < 45 U/l en voor vrouwen: < 35 U/l. Een verhoogde waarde kan wijzen op:
- alcoholgebruik;
- bijwerking van bepaalde medicijnen;
- overmatig roken;
- hartproblemen;
- blokkade van de galwegen (galstenen/tumor)
- ernstig overgewicht (obesitas); en
- bijwerking orale anticonceptie*.
(*) Orale anticonceptiepillen veroorzaken veelal een daling van de GGT.
Leverfunctietest: PT
Naast de functies in de stofwisseling, maakt de lever eiwitten aan die essentieel zijn voor de bloedstolling. Als de lever niet goed functioneert, kan het voorkomen dat er te weinig stollingseiwitten worden aangemaakt. Dit vergroot de kans op bloedingen. De protrombinetijd, afgekort PT, meet de effectiviteit van dat deel van de bloedstolling dat afhankelijk is van de stollingseiwitten die in de lever worden geproduceerd. De protrombinetijd is de tijd (normaliter ±12 seconden) die nodig is om het onderzochte bloedplasma te doen stollen na toevoeging van een tromboplastine-oplossing en calciumchloride. Het is een proef ter bepaling van het stollend vermogen van het bloed. De tijd die nodig is om te stollen na toevoeging van genoemde stoffen is omgekeerd evenredig aan de in het plasma aanwezige hoeveelheid protrombine (bloedstollingsfactor).
Leverfunctietest: albumine
Hoge of lage albuminewaarde
De lever maakt albumine aan, een essentieel eiwit dat circuleert in het bloed. Bij het niet goed functioneren van de lever maakt de lever te weinig albumine aan. Er wordt dan in het bloed een lagere concentratie albumine gemeten. Vaak is de concentratie albumine laag bij mensen met een ernstige chronische leverziekte, omdat de lever in dat geval niet in staat is de normale hoeveelheid albumine aan te maken. Een laag albumine-niveau kan echter ook duiden op andere medische aandoeningen, zoals ondervoeding of afwijkingen aan de
nieren of
schildklier. Een lage albuminewaarde komt tevens voor bij ontstekingen,
shock en het niet goed functioneren van de darmen als gevolg waarvan het lichaam eiwitten niet goed kan opnemen en verteren, wat bijvoorbeeld voorkomt bij de
ziekte van Crohn. Een laag albumine-niveau is vaak tijdelijk, dus het is geen betrouwbare manier om een leverziekte te diagnosticeren. Een hoge albuminewaarde komt in feite alleen voor bij
uitdroging.
Albumine referentiewaarden
De referentiewaarden zijn
- volwassenen: 35-55 g/l;
- liggend (na 30 min.): 29-49 g/l;
- zwangerschap, 2e, 3e trimester: verlaagd;
- > 70 jaar: ca. 20% verlaging.
Geelzucht door te hoge bilirubinewaarden als gevolg van alvleesklierkanker /
Bron: James Heilman, MD, Wikimedia Commons (CC BY-3.0)Leverfunctietest: bilirubine
Afvalproduct
Bilirubine is een afvalproduct van de afbraak van rode bloedcellen, eigenlijk van de rode kleurstof (
hemoglobine) in de rode bloedcellen (erythrocyten). De lever verwerkt bilirubine, zodat het in de ontlasting kan worden uitgescheiden. In de lever wordt bilirubine omgezet, waarna het met de gal, via de galblaas en de
darmen, met de ontlasting wordt afgevoerd uit het lichaam. De bruine kleur van de ontlasting ontstaat door de omzetting van bilirubine in de dunne darm. Bij een verhoogde afbraak van rode bloedcellen, of bij een slechte leverfunctie, neemt de hoeveelheid bilirubine in het bloed toe, wat zich uit in geelzucht.
Bilirubine waarden
Het totale bilirubine is normaal gesproken voor het grootste deel ongeconjungeerd met waarden van < 1.2 mg/dL (< 20 μmol/L). Je krijgt last van geelzucht als de waarde tussen 2 en 3 mg/dL ligt.
Verhoogde leverwaarden: verdere diagnostiek
Mocht uit onderzoek blijken dat je leverwaarden verhoogd zijn, dan geeft de mate van de verhoging en de verhouding tussen de verschillende leverfuncties een al dan niet sterke aanwijzing in de richting van de onderliggende oorzaak of de soort leveraandoening. Vaak is aanvullend onderzoek nodig om een definitieve diagnose te kunnen stellen, bijvoorbeeld door een echo of een scan van de lever te maken. Een leverpunctie is ook mogelijk. Hierbij neemt de arts met een lange holle naald een stukje weefsel van de lever weg onder plaatselijk verdoving. Dit stukje weefsel (biopt) wordt vervolgens onder de microscoop onderzocht.
Preventie
De behandeling van verhoogde leverwaarden hangt af van de onderliggende oorzaak. Hier zijn enkele algemene behandelingsrichtlijnen:
- Leefstijlaanpassingen: Vermijd alcohol, eet een gezond dieet en verminder de consumptie van vetrijke en suikerrijke voeding om de lever te ontlasten.
- Medicijnen aanpassen: Stoppen of aanpassen van medicijnen die de lever belasten, altijd in overleg met je arts.
- Behandeling van onderliggende ziekten: Indien verhoogde leverwaarden door een specifieke aandoening zoals hepatitis of leververvetting worden veroorzaakt, zal behandeling gericht zijn op die ziekte (bijv. antivirale middelen of gewichtsverlies).
- Verminderen van toxische stoffen: Vermijden van blootstelling aan schadelijke chemicaliën of toxines die de lever beschadigen.
- Leverondersteunende medicijnen: In sommige gevallen worden medicijnen voorgeschreven om de leverfunctie te ondersteunen en schade te beperken.
Lees verder