Oculaire neovascularisatie: Nieuwvaatvorming in het oog
Oculaire neovascularisatie is de medische term voor onregelmatige of abnormale ontwikkeling van zeer kleine en lekkende bloedvaten in het oog. Een neovascularisatieaandoening veroorzaakt een abnormale groei van bloedvaten in het oog. De meest voorkomende oogaandoeningen met neovascularisatie zijn proliferatieve diabetische retinopathie (PDR), neovasculaire leeftijdsgebonden maculadegeneratie (LMD) en premature retinopathie (ROP). Meestal zijn één of meer behandelingsmethoden mogelijk, maar niet altijd blijken deze even succesvol te zijn waardoor permanent visusverlies mogelijk is.
Epidemiologie van abnormale bloedvaten in oog
Neovascularisatie is mogelijk bij alle leeftijdscategorieën: vanaf de geboorte tot de late volwassenheid. Exacte cijfers en andere informatie is niet beschikbaar.
Indeling van nieuwvaatvorming in het oog
Op basis van de locatie van hun groei valt neovascularisatie in te delen in hoornvlies-, iris- netvlies- of vaatvliesneovascularisatie.
Hoornvlies: Corneaneovascularisatie
Bij dit type neovascularisatie krijgt het hoornvlies te weinig zuurstof door teveel of abnormale groeiende bloedvaten aan het hoornvlies. Weinig zuurstof doorlatende
contactlenzen zijn meestal de oorzaak van dit type nieuwvaatvorming. De patiënt heeft meestal
droge ogen, die
geïrriteerd en rood doorlopen zijn door
conjunctivitis.
Iris: Irisneovascularisatie of Rubeose iridis
De abnormale vorming van bloedvaten op de iris is gekend als rubeose iridis of irisneovascularisatie. Doordat het netvlies te weinig zuurstoftoevoer heeft (
medische term hiervoor is retinale
ischemie), heeft de patiënt last van
glaucoom (een verhoogde oogdruk). Meestal is de oorzaak te wijten aan
diabetische retinopathie, centrale
retinale veneuze occlusie, een aandoening aan de halsslagader, langdurige
netvliesloslating enz. De patiënt heeft last van een wazig centraal zicht (
wazig gezichtsvermogen) en verliest langzaam maar zeker stukken uit het gezichtsveld, wat aanvankelijk onopgemerkt verloopt.
Netvlies: Retinale neovascularisatie
Irisneovascularisatie gaat meestal samen met retinale neovascularisatie. Retinale ader occlusie en diabetes zijn de meest voorkomende oorzaken. De patiënt verliest het centrale gezichtsvermogen als het
perifere gezichtsvermogen. Hij merkt dit doordat hij vager gaat zien, en zijn ogen zijn
geïrriteerd,
rood en
pijnlijk wat leidt tot neovasculair glaucoom.
Vaatvlies: Choroïdale neovascularisatie
De patiënt heeft geen
pijn, maar ziet meestal in het centrale gezichtsvermogen zwarte en/of flitsende vlekken. Daarnaast is het gezichtsvermogen vervormd of onregelmatig en ziet de patiënt de kleuren en vormen van een object meestal verschillend per oog. Deze symptomen resulteren in een verminderd gezichtsvermogen.
Oorzaken neovascularisatie
Neovascularisatie komt vooral bij diabetische
retinopathie,
leeftijdsgebonden maculadegeneratie en
premature retinopathie. Andere oogaandoeningen omvatten sikkelcelretinopathie, retinale ader occlusie en bepaalde
oogontstekingen. Deze zijn echter goed voor een veel kleiner deel van het visusverlies veroorzaakt door oculaire neovascularisatie.
Premature retinopathie (ROP)
Premature retinopathie treedt op bij premature pasgeborenen. Bij de premature
baby is het netvlies onvolledig gevasculariseerd op het moment van geboorte.
Proliferatieve diabetische retinopathie (PDR)
Diabetische retinopathie is de belangrijkste oorzaak van blindheid bij volwassenen. Patiënten met
diabetes mellitus ontwikkelen retinale capillaire occlusie, wat resulteert in ischemische netvliesgebieden. Retinale ischemie dient als een stimulans voor neovasculaire woekeringen afkomstig van reeds bestaande netvliesvaten op de oogzenuw of elders in het netvlies. Proliferatieve diabetische retinopathie (groeiende
netvliesaandoening veroorzaakt door suikerziekte) resulteert in een
glasvochtbloeding en netvliesloslating.
Leeftijdsgebonden maculadegeneratie (LMD)
Leeftijdsgebonden maculadegeneratie is de belangrijkste oorzaak van ernstig visusverlies bij patiënten ouder dan 65 jaar. Choroïdale neovascularisatie veroorzaakt een ernstig verlies van het gezichtsvermogen bij LMD-patiënten, omdat het zich presenteert in de macula. De macula bevindt zich in het netvlies en is verantwoordelijk voor het centrale gezichtsvermogen.
Diagnose en onderzoeken
Het diagnosticeren van neovascularisatie is moeilijk. De oogarts gebruikt een
oftalmoscoop tijdens een
uitgebreid oogonderzoek om de achterkant van het oog te bekijken. Daarnaast voert hij een
tonometrie uit om de oogboldruk (neovasculair glaucoom) vast te stellen. Bovendien voert de oogarts een
gonioscopie,
elektroretinografie en pupilreactieonderzoek uit. Tevens is een halsslagaderonderzoek noodzakelijk. Een vroege diagnose is belangrijk om mogelijke complicaties te voorkomen en bijgevolg het gezichtsvermogen zo goed en lang mogelijk intact te houden.
Behandeling
De oogarts zet anti-VEGF-medicijnen,
laserfotocoagulatie en/of
vitrectomie in als behandelingsvorm van neovascularisatie. Hiervoor kijkt hij individueel naar elke patiënt.
Premature retinopathie
Hierbij helpt bij sommige patiëntjes een laserbehandeling, maar soms valt een netvliesloslating niet te voorkomen. Vitreoretinale chirurgie bij pasgeborenen is veelal weinig succesvol omdat de ogen nog erg klein zijn.
Diabetische retinopathie
Ook hierbij helpt een behandeling met fotocoagulatie om de progressie van de neovascularisatie af te remmen, maar dit lukt vrijwel alleen als de behandeling tijdig start en voldoende intensief is. Sommige patiënten met diabetes hebben toch een aanzienlijk visusverlies ondanks een adequate laserbehandeling, of juist ook omdat ze onvoldoende oogheelkundige zorg ontvangen. Een chirurgische behandeling via vitrectomie vermindert de neovascularisatie maar het visusverlies valt bij deze ziekte haast niet te vermijden.
Leeftijdsgebonden maculadegeneratie
Een laserbehandeling stabiliseert het zicht van sommige patiënten. Slechts 10% tot 15% van de patiënten met neovasculaire LMD zijn geschikt voor een behandeling via laserfotocoagulatie.
Andere medicamenteuze behandelingen
Anti-VEGF-medicijnen (anti-groeifactoren) en
injecties zijn effectief bij iris- en hoornvliesneovascularisatie. Een
hoornvliestransplantatie is nuttig bij hoornvliesneovascularisatie. Speciale contactlenzen zijn voor dit type nieuwvaatvorming ook mogelijk.
Complicaties
Een netvliesloslating, glasvochtbloeding of neovasculair glaucoom zijn enkele welbekende complicaties van neovascularisatie.
Lees verder