Bijschildklieradenoom: Goedaardige tumor van bijschildklier
De bijschildklieren produceren het bijschildklierhormoon, ook bekend als parathyroïdhormoon (PTH). PTH speelt een cruciale rol in de regulatie van calcium-, fosfor- en vitamine D-niveaus in het bloed en de botten. Een bijschildklieradenoom is een zeldzame goedaardige tumor die ontstaat in een van de bijschildklieren. Deze tumor kan de balans van calcium en fosfor in het bloed verstoren. Vaak vertonen patiënten geen symptomen, en wordt de aandoening vaak bij toeval ontdekt tijdens een bloedonderzoek. Wanneer symptomen optreden, kunnen deze onder andere gewrichtspijn, botpijn en vermoeidheid omvatten. Gelukkig kan deze aandoening doorgaans effectief worden behandeld met medicatie en/of een operatie, met over het algemeen goede vooruitzichten.
Anatomie van de bijschildklieren
De bijschildklieren zijn kleine, ovale klieren die zich in de nek bevinden, meestal aan de achterzijde van de schildklier. De meeste mensen hebben vier bijschildklieren, hoewel sommige mensen er drie of vijf kunnen hebben. Elke bijschildklier is ongeveer ter grootte van een erwt en weegt minder dan een gram. Ze zijn verantwoordelijk voor de productie van hormonen die cruciaal zijn voor het reguleren van de calcium- en fosfaathuishouding in het lichaam.
Locatie en structuur
De bijschildklieren zijn gelegen in de hals, aan de achterzijde van de schildklier. Ze zijn vaak ingekapseld in een dunne laag bindweefsel. De klieren zijn sterk doorbloed, wat essentieel is voor hun functie in de hormoonafgifte.
Celtypen in de bijschildklieren
De bijschildklieren bestaan uit verschillende celtypes, waaronder:
- Hoofdcellen: Deze cellen produceren het bijschildklierhormoon (PTH) en zijn verantwoordelijk voor de regulatie van calcium in het bloed.
- Oxyfiele cellen: Deze cellen zijn minder talrijk en hun exacte functie is nog niet volledig begrepen, maar ze kunnen betrokken zijn bij de regulatie van de bijschildklierfunctie.
- Adipocyten: Dit zijn vetcellen die in de bijschildklieren aanwezig zijn en kunnen bijdragen aan de energiehuishouding van de klier.
Werking van bijschildklieren
De bijschildklieren spelen een cruciale rol in de regulatie van de calcium- en fosfaathuishouding in het lichaam door de productie van het bijschildklierhormoon (PTH). Dit hormoon heeft verschillende effecten die bijdragen aan het handhaven van de calciumspiegels in het bloed.
Regulatie van calcium en fosfor
Het bijschildklierhormoon (PTH) helpt bij het reguleren van de hoeveelheid
calcium, fosfor en vitamine D in het bloed. Calcium is essentieel voor de normale werking van de
hersenen, het hart, de zenuwen, de botten en de spijsvertering.
Acties van het bijschildklierhormoon
PTH heeft verschillende acties in het lichaam:
- Mobilisatie van calcium: PTH mobiliseert calcium uit de botten, waar het is opgeslagen, en geeft het af aan de bloedstroom wanneer dat nodig is. Dit helpt de calciumspiegels in het bloed op peil te houden.
- Verhoogde opname van calcium: Het stimuleert de nieren om meer calcium uit de urine terug te resorberen, wat de hoeveelheid calcium die verloren gaat in de urine vermindert.
- Activatie van vitamine D: PTH stimuleert ook de omzetting van vitamine D in zijn actieve vorm (calcitriol) in de nieren. Actief vitamine D bevordert de opname van calcium en fosfor uit de voeding in de darmen.
Feedbackmechanismen
De werking van de bijschildklieren is onderhevig aan feedbackmechanismen. Wanneer de calciumspiegels in het bloed laag zijn, wordt er meer PTH geproduceerd. Wanneer de calciumspiegels stijgen, wordt de afgifte van PTH geremd. Dit zorgt voor een nauwkeurige regulatie van de calciumhuishouding in het lichaam.
Effecten van een tumor in de nek
Een bijschildklieradenoom is een goedaardige tumor die ontstaat wanneer één bijschildklier abnormaal groeit. Soms kan de tumor ontstaan uit meerdere bijschildklieren. Wanneer een bijschildklier tot een tumor uitgroeit, verliest deze de controle over de afgifte van PTH, waardoor er voortdurend meer PTH wordt geproduceerd dan het lichaam nodig heeft. Dit overmatige PTH verwijdert calcium uit de botten en verhoogt het calciumgehalte in het bloed, wat leidt tot verschillende symptomen. Deze goedaardige tumor kan invloed hebben op meerdere systemen in het lichaam, waaronder de botten, spieren, nieren en in sommige gevallen zelfs de darmfunctie.
Oorzaken van bijschildklieradenoom
De exacte oorzaak van de meeste bijschildklieradenomen is onbekend. Ongeveer 10% van de gevallen heeft een erfelijke component. Bijschildklieradenomen zijn de meest voorkomende oorzaak van
hyperparathyreoïdie (overmatige werking van de bijschildklieren), wat leidt tot een verhoogd calciumgehalte in het bloed (
hypercalciëmie). Dit verhoogde PTH-niveau verstoort de normale calciumbalans van het lichaam, wat resulteert in een verhoging van het calciumgehalte in het bloed.
Risicofactoren
Vrouwen ouder dan zestig jaar hebben een verhoogd risico op het ontwikkelen van een bijschildklieradenoom, hoewel de aandoening ook op jongere leeftijd en bij beide geslachten kan voorkomen. Een andere risicofactor is
radiotherapie aan het hoofd of de nek, wat het risico op het ontwikkelen van een bijschildklieradenoom kan verhogen.
Symptomen: Verhoogd calciumgehalte in het bloed
Veel patiënten vertonen geen symptomen. Wanneer symptomen optreden, kunnen de volgende klachten voorkomen, hoewel deze niet altijd en bij elke patiënt aanwezig zijn:
Diagnose en onderzoeken
Lichamelijk onderzoek
Bij het lichamelijk onderzoek kan de arts mogelijk de tumor in de nek voelen door deze te palperen. Daarnaast worden andere algemene symptomen van de patiënt beoordeeld. Verdere diagnostische onderzoeken zijn noodzakelijk om de diagnose te bevestigen.
Diagnostisch onderzoek
De diagnose van een bijschildklieradenoom wordt vaak gesteld tijdens een
bloedonderzoek dat om een andere reden wordt uitgevoerd. Dit onderzoek meet de niveaus van bijschildklierhormoon, calcium, fosfor en vitamine D. Een 24-uurs
urineonderzoek kan inzicht geven in het verhoogde calciumgehalte in de urine.
Andere relevante tests zijn onder andere:
- Een botdichtheidsmeting
- Een echografie van de nek
- Een MRI-scan van de nek
- Een röntgenfoto, echografie of CT-scan van de nieren om nierstenen te identificeren
- Een Sestamibi-scan van de nek, die helpt bij het onthullen van een zwelling van de bijschildklieren
Behandeling van bijschildklieradenoom
Chirurgische ingreep
Chirurgie is de meest gebruikelijke behandeling voor bijschildklieradenoom. Tijdens de operatie worden de vergrote bijschildklieren verwijderd. Bij een milde vorm van de aandoening kan de arts kiezen voor regelmatige opvolging en vermijden van calcium- en vitamine D-supplementen. In sommige gevallen kunnen calcimimetica worden voorgeschreven om de afgifte van PTH te verminderen.
Postmenopauzale vrouwen kunnen hormoonvervangende therapie krijgen als onderdeel van hun behandeling.
Prognose van goedaardige tumor
De prognose voor patiënten met een goedaardig bijschildklieradenoom is over het algemeen goed. Ongeveer 90% van de patiënten herstelt uitstekend na de operatie en vertoont een significante verbetering in hun toestand.
Complicaties
De meest voorkomende complicaties van een bijschildklieradenoom zijn
osteoporose (verlies van botmassa, wat het risico op
botbreuken verhoogt) en een verhoogd risico op botbreuken. Minder vaak voorkomende complicaties omvatten:
- Nefrocalcinose (kalkafzettingen in de nieren die de nierfunctie verminderen)
- Osteitis fibrosa cystica (de ontwikkeling van zachte, zwakke plekken in de botten)
Complicaties van chirurgie
De chirurgische ingreep kan de volgende complicaties met zich meebrengen:
- Schade aan de bijschildklieren, wat kan leiden tot hypoparathyreoïdie (te traag werkende bijschildklier(en)) en een laag calciumgehalte (hypocalciëmie)
- Schade aan zenuwen die de spraakfunctie (stem) reguleren
Preventie van bijschildklieradenoom
Hoewel er geen gegarandeerde manier is om een bijschildklieradenoom volledig te voorkomen, zijn er enkele maatregelen die je kunt nemen om je risico te verkleinen:
Gezonde levensstijl
Een gezonde levensstijl kan bijdragen aan het algemeen welzijn en mogelijk helpen bij het verminderen van het risico op verschillende aandoeningen, inclusief bijschildklieradenomen. Overweeg de volgende tips:
- Evenwichtige voeding: Zorg voor een voedingspatroon dat rijk is aan calcium en vitamine D, maar vermijd overmatige inname van deze voedingsstoffen door supplementen zonder medisch advies.
- Regelmatige lichaamsbeweging: Beweging helpt bij het behouden van sterke botten en een gezond metabolisme, wat kan bijdragen aan een evenwichtige calciumhuishouding.
- Voldoende hydratatie: Drink voldoende water om nierstenen te helpen voorkomen, die kunnen ontstaan door een te hoog calciumgehalte in het bloed.
Vermijden van risicofactoren
Hoewel sommige risicofactoren buiten je controle liggen, zoals leeftijd en genetica, kun je andere risicofactoren verminderen door:
- Beperk blootstelling aan radiotherapie: Als je in het verleden radiotherapie aan het hoofd of de nek hebt ondergaan, bespreek dan je risico met je arts en vraag naar eventuele controleonderzoeken.
- Controleer je gezondheid regelmatig: Bij een familiegeschiedenis van bijschildklierproblemen of andere endocriene aandoeningen, kan regelmatige controle door een arts helpen bij het vroegtijdig opsporen van eventuele afwijkingen.
Genetische raadpleging
Als er een familiegeschiedenis van bijschildklieradenoom of andere erfelijke aandoeningen is, kan genetische raadpleging nuttig zijn. Dit kan helpen bij het beoordelen van je risico en bij het plannen van preventieve maatregelen of vroege opsporingstests.
Regelmatige medische controles
Voor mensen met risicofactoren of symptomen van hyperparathyreoïdie, kan regelmatige controle door een endocrinoloog helpen bij het monitoren van hormonale niveaus en het vroegtijdig identificeren van afwijkingen.