Virale hepatitis A-infectie: Ontsteking van lever door virus
Hepatitis A is een virale infectie die leidt tot ontsteking van de lever door het hepatitis A-virus (HAV). Het komt vooral voor in gebieden met een lagere sociaaleconomische status en treft vaak kinderen. Niet alle geïnfecteerde personen vertonen symptomen. De ziekte wordt gekenmerkt door algemene tekenen en geelzucht. Het virus kan zowel in de ontlasting als in het bloed worden aangetoond. De behandeling is ondersteunend, en de meerderheid van de patiënten herstelt volledig. Complicaties zijn zeldzaam. Het hepatitis A-virus werd voor het eerst geïdentificeerd in 1973.
Synoniemen
Hepatitis A is ook bekend als 'hepatitis infectiosa' of 'hepatitis epidemica'. De afkorting voor hepatitis A-infectie is 'HAV'.
Epidemiologie
Virale hepatitis A is een infectie die wordt veroorzaakt door het hepatitis A-virus (HAV) en voornamelijk de lever aantast. Deze ziekte komt wereldwijd voor, maar de prevalentie varieert sterk tussen verschillende regio’s. In sommige ontwikkelingslanden met slechte sanitaire voorzieningen is de prevalentie van hepatitis A hoog, terwijl in landen met goede hygiëne en vaccinatieprogramma’s de incidentie veel lager is.
Incidentie en prevalentie
Hepatitis A komt het vaakst voor in landen met lage tot gemiddelde inkomens, waar onvoldoende sanitaire voorzieningen en beperkte toegang tot schoon drinkwater bestaan. In deze regio's worden veel mensen vroeg in hun leven geïnfecteerd, vaak zonder ernstige symptomen, waardoor de prevalentie daar hoger is. In ontwikkelde landen, waar goede hygiëne en vaccinatie beschikbaar zijn, is de incidentie veel lager, maar uitbraken kunnen nog steeds optreden, vooral bij risicogroepen.
Geografische variatie
Hepatitis A komt het meest voor in Sub-Saharisch Afrika, Zuid-Azië en Latijns-Amerika, terwijl in Noord-Amerika, West-Europa en delen van Oost-Azië het aantal gevallen de afgelopen decennia aanzienlijk is gedaald dankzij verbeterde sanitaire voorzieningen en vaccinatieprogramma's. Echter, hepatitis A kan ook nog uitbraken vertonen in geïsoleerde gemeenschappen of tijdens reizen naar risicogebieden.
Mechanisme
De hepatitis A-infectie wordt veroorzaakt door het hepatitis A-virus (HAV), dat via de fecaal-oraal route wordt overgedragen, voornamelijk door verontreinigd voedsel of water. Het virus infecteert de lever en veroorzaakt daar ontsteking. De incubatietijd varieert meestal tussen de 15 en 50 dagen, waarna de symptomen optreden.
Infectie en verspreiding
Na besmetting met HAV wordt het virus opgenomen via het maag-darmkanaal en komt het in de bloedbaan terecht. Het virus migreert vervolgens naar de lever, waar het zich vermenigvuldigt en ontsteking veroorzaakt. HAV wordt voornamelijk overgedragen via besmet voedsel, water of via direct contact met geïnfecteerde personen, vooral in omgevingen met slechte hygiëne.
Pathofysiologie van de leverontsteking
Het hepatitis A-virus veroorzaakt acute ontsteking van de lever, wat leidt tot de karakteristieke symptomen zoals geelzucht, vermoeidheid en buikpijn. De levercellen kunnen worden beschadigd door de infectie, maar meestal herstellen ze volledig zonder blijvende leverbeschadiging, aangezien hepatitis A niet leidt tot chronische leverziekte.
Oorzaken van hepatitis A: Het virus
Het hepatitis A-virus (HAV) is een kubusvormig RNA-virus, een
enterovirus, met een diameter van 27-29 nm. De overdracht van de infectie gebeurt via de orale route. Het virus verspreidt zich via menselijke feces (ontlasting) en kan worden overgedragen door besmet voedsel (vooral schaaldieren en groenten) of voorwerpen. Overbevolking en slechte sanitaire voorzieningen bevorderen de verspreiding van het virus. HAV vermenigvuldigt zich in de lever en wordt uitgescheiden in gal. Het virus is ongeveer twee weken vóór het begin van de symptomen en tot zeven dagen daarna in de ontlasting van geïnfecteerde personen aanwezig. De ziekte is het besmettelijkst net vóór het begin van de geelzucht.
Andere virussen die hepatitisachtige symptomen kunnen veroorzaken, zijn onder meer:
Risicofactoren
Hoewel iedereen vatbaar is voor hepatitis A, zijn er verschillende risicofactoren die de kans op infectie verhogen. Risicofactoren omvatten zowel gedrags- als omgevingsomstandigheden die de blootstelling aan HAV bevorderen.
Slechte hygiëne en sanitatie
De belangrijkste risicofactor voor hepatitis A is slechte hygiëne en onvoldoende sanitaire voorzieningen. In gebieden waar toegang tot schoon drinkwater en goede sanitaire voorzieningen beperkt is, is de kans op besmetting met het virus aanzienlijk groter. Reizigers naar dergelijke gebieden lopen ook een verhoogd risico.
Personen die nauw contact hebben met iemand die hepatitis A heeft, vooral in huishoudens of instellingen waar mensen dicht bij elkaar wonen (zoals kinderdagverblijven of zorginstellingen), lopen een verhoogd risico. Dit geldt ook voor seksuele contacten, aangezien hepatitis A kan worden overgedragen via oraal-anale seks.
Risicogroepen
Bepaalde groepen hebben een verhoogd risico om hepatitis A te ontwikkelen, hetzij door een hogere blootstelling aan het virus, hetzij door zwakkere immuunresponsen. Het is essentieel om deze risicogroepen te identificeren om preventieve maatregelen te nemen.
Reizigers naar risicogebieden
Mensen die naar landen reizen waar hepatitis A veel voorkomt, lopen een verhoogd risico op infectie. Vaccinatie voorafgaand aan reizen naar deze gebieden wordt sterk aanbevolen, vooral voor langdurige verblijven of verblijf in landelijke gebieden.
Mensen met beperkte toegang tot zorg
Mensen die in instellingen wonen met beperkte toegang tot medische zorg of die in armoedige omstandigheden verkeren, lopen een verhoogd risico op hepatitis A. Ook zijn er verhoogde risico’s voor mensen die in grotere gemeenschappen wonen waar sanitaire voorzieningen onvoldoende zijn.
Symptomen van hepatitis A: Algemene tekenen en geelzucht
Veel kinderen vertonen geen symptomen door hepatitis A, terwijl ongeveer 75% van de volwassenen symptomen ervaart. De incubatietijd van HAV is twee tot zes weken. De symptomen treden vaak plotseling op en kunnen mild tot ernstig zijn. In de beginfase kunnen patiënten zich onwel voelen, met symptomen zoals
misselijkheid,
verlies van eetlust,
braken,
buikpijn,
diarree,
koorts,
vermoeidheid,
gewrichtspijn en/of
gewichtsverlies. Bij een deel van de patiënten (vooral volwassenen) verschijnt na één tot twee weken geelzucht, wat vaak gepaard gaat met een verbetering van de andere symptomen. Als de symptomen aanhouden en verwardheid optreedt, is een medische beoordeling noodzakelijk. Geelzucht gaat vaak gepaard met
donkere urine en
bleke ontlasting als gevolg van intrahepatische cholestase (galstuwing in de lever). De gele verkleuring van de huid, slijmvliezen en lichaamsvloeistoffen vermindert meestal na enkele dagen tot weken.
Alarmsymptomen
De symptomen van hepatitis A kunnen variëren van mild tot ernstig. Vaak beginnen ze als griepachtige symptomen, maar naarmate de infectie zich ontwikkelt, kunnen ernstigere symptomen optreden. Het is belangrijk om de alarmsymptomen tijdig te herkennen om verdere complicaties te voorkomen.
Geelzucht (icterus)
Geelzucht, of het geel worden van de huid en ogen, is een van de meest opvallende symptomen van hepatitis A. Dit komt voort uit de ophoping van bilirubine in het bloed, wat het gevolg is van leverontsteking en verminderde leverfunctie.
Vermoeidheid, verlies van eetlust en buikpijn
Vermoeidheid is een veelvoorkomend symptoom, vaak gepaard met verlies van eetlust, misselijkheid, en buikpijn, vooral aan de rechterzijde van de buik waar de lever zich bevindt. Deze symptomen kunnen weken duren, maar verdwijnen meestal zodra de infectie geneest.
Diagnose en onderzoeken
Lichamelijk onderzoek
Bij hepatitis A kan de lever vergroot zijn (
hepatomegalie) en in ongeveer 10% van de gevallen is ook de milt voelbaar. Soms zijn er
gezwollen lymfeklieren (lymfadenopathie). Een huiduitslag kan sporadisch voorkomen.
Diagnostisch onderzoek
HAV-deeltjes kunnen worden aangetoond door elektronenmicroscopie van de feces (ontlasting). Een bloedonderzoek is noodzakelijk om de aanwezigheid van antilichamen te detecteren. Dit onderzoek kan zowel bij een acute als een genezen infectie worden uitgevoerd. Wanneer IgM-antilichamen worden aangetroffen, is verdere diagnostiek meestal niet nodig, hoewel de leverfunctie moet worden gemonitord totdat deze weer normaal is.
Voldoende drinken is essentieel om uitdroging te voorkomen. /
Bron: Clker Free Vector Images, PixabayBehandeling
Er is geen specifieke antivirale behandeling voor hepatitis A. De meeste patiënten hoeven niet in het ziekenhuis te worden opgenomen en kunnen de ziekte 'uitzieken'. Het is belangrijk om voldoende te drinken om
uitdroging te voorkomen en alcohol te vermijden.
Corticosteroïden zijn niet effectief en
pijnstillers kunnen in sommige gevallen nuttig zijn om symptomen te verlichten. Verbeterde sanitaire voorzieningen en vaccinatie zijn de belangrijkste methoden om de ziekte te voorkomen.
Prognose
De prognose van hepatitis A is meestal goed, aangezien de meeste mensen volledig herstellen zonder blijvende leverbeschadiging. Chronische infecties komen niet voor bij hepatitis A, wat het onderscheidt van andere vormen van hepatitis.
Herstel zonder complicaties
De meeste mensen herstellen binnen enkele weken tot maanden na infectie. In de meeste gevallen verdwijnen de symptomen vanzelf, en de lever herstelt volledig zonder blijvende schade. Bij kinderen is het herstel vaak sneller dan bij volwassenen.
Complicaties en zeldzame gevallen
Hoewel hepatitis A meestal een milde tot gematigde ziekte is, kunnen er in zeldzame gevallen complicaties optreden, zoals acute leverfalen. Dit komt vooral voor bij ouderen of mensen met onderliggende leverziekten. In dergelijke gevallen kan ziekenhuisopname nodig zijn.
Complicaties
Hepatitis A veroorzaakt zelden chronische leverziekte of dodelijke complicaties, in tegenstelling tot
hepatitis B en
hepatitis C. Patiënten die eenmaal zijn geïnfecteerd, zijn levenslang immuun voor HAV. Complicaties buiten de lever zijn zeldzaam maar kunnen optreden, vooral bij mensen boven de vijftig. Deze complicaties omvatten:
Sommige patiënten kunnen uitdrogingsverschijnselen vertonen, waarvoor intraveneuze vochttoediening in het ziekenhuis nodig kan zijn. Soms kan de ziekte bifasisch verlopen, waarbij geelzucht terugkeert. Ernstige geelzucht kan zeven tot twintig weken aanhouden, een aandoening bekend als 'cholestatische virale hepatitis'. Zeer zeldzaam zijn ernstige complicaties zoals verwoestende hepatitis, levernecrose en overlijden.
Preventie van hepatitis A
Een goede voedsel- en persoonlijke hygiëne is cruciaal om hepatitis A te voorkomen. Het virus is bestand tegen chlorering, maar wordt inactief door kokend water gedurende tien minuten.
Sinds 1995 is een HAV-vaccin beschikbaar, dat wordt aanbevolen voor de volgende risicogroepen:
- Personen die (frequent) reizen naar endemische gebieden
- Patiënten met een chronische leverziekte
- Patiënten met hemofilie (bloedingsziekte door het ontbreken van stollingsfactoren)
- Werknemers die frequent contact hebben met hepatitispatiënten, zoals in residentiële instellingen
Lees verder