Bartonella quintana-infectie: Bacteriële infectie met koorts
Een Bartonella quintana-infectie is een klinisch syndroom veroorzaakt door een infectie met de bacterie Bartonella quintana. De lichaamsluis is de overbrenger van de bacteriële infectie. Plotse koorts, hoofdpijn, spierpijn en een huiduitslag zijn slechts enkele mogelijke symptomen van de bacteriële infectie. Meestal is een medische behandeling vereist omdat de patiënten spontaan herstellen, maar indien nodig is antibiotica voorhanden. De aandoening werd voor het eerst beschreven tijdens de Eerste Wereldoorlog.
Synoniemen Bartonella quintana-infectie
Andere gebruikte termen om een
Bartonella quintana-infectie aan te duiden zijn ‘loopgravenkoorts’, ‘febris quintana’ en ‘Wolhyniakoorts’. De Engelse benaming 'trench fever' wordt soms ook gebruikt in artikelen.
Epidemiologie van bacteriële infectie
De aandoening komt vooral tot stand bij vluchtelingen en daklozen. Slechte hygiënische leefomstandigheden en overbevolkte gebieden vormen dan ook een risicofactor voor de infectieziekte.
Oorzaken: Infectie door bacterie
Een
Bartonella quintana-infectie is het gevolg van een infectie met de bacterie ‘
Bartonella quintana’.
B. quintana is een langzaam groeiende
gramnegatieve bacterie met korte staafmorfologie (0,3 tot 0,5 mm breed en 1,0 tot 1,7 mm lang). De bacteriën worden overgedragen door luizen van het menselijk lichaam, gekend als ‘Pediculus humanus var corporis’. Lichaamsluizen worden voornamelijk overgedragen door direct contact met een geïnfecteerde patiënt. De overdracht van de lichaam luizen komt ook voor via bijvoorbeeld kleding of beddengoed. Luizen vermenigvuldigen zich snel en een populatie kan met 11% per dag toenemen.
Geassocieerde aandoeningen
De infectie is geassocieerd met een breed scala aan klinische aandoeningen, waaronder chronische bacteriëmie, endocarditis (een
ontsteking van de binnenkant van het hart), lymfadenopathie en bacillaire angiomatose.

Hoofdpijn komt vaak voor /
Bron: Geralt, PixabaySymptomen
De klinische incubatieperiode (tijd tussen het oplopen van de besmetting en het tot uiting komen van de klachten) bedraagt 3-48 dagen. Diverse symptomen zijn mogelijk bij de koortsziekte. De bacteriële infectie kenmerkt zich door acute en cyclische
koorts (meestal elke vijf dagen), kortademigheid, een rode, vlekkerige
huiduitslag, koude
rillingen, een
stijve nek en
hoofdpijn (
frontale hoofdpijn en hoofdpijn achter de oogkas), gepaard gaand met
spierpijn en
botpijn vlak voor het scheenbeen. Neuropsychiatrische symptomen komen ook tot uiting, zoals zwakte, neerslachtigheid,
rusteloosheid en slapeloosheid. Verder zijn de ogen getroffen:
fotofobie (lichtschuwheid) en
conjunctivitis (oogbindvliesontsteking). Tot slot komen maag- en darmklachten voor zoals ver verspreide
buikpijn, vaak geassocieerd met
gewichtsverlies,
misselijkheid,
braken,
een verlies van eetlust,
diarree en
obstipatie.
Diagnose en onderzoeken
Lichamelijk onderzoek
Een lichamelijk onderzoek van een
Bartonella quintana-infectie levert variabele symptomen op, maar meestal heeft de patiënt wel:
- conjunctivitis
- een huiduitslag
- gewichtsverlies
- koorts
- neuropsychiatrische verschijnselen
- pijnlijke of gevoelige botten
- splenomegalie (vergrote milt)
- zwakte
Diagnostisch onderzoek
B. Quintana-bacteriën zijn moeilijk te diagnosticeren in het laboratorium. Een uitgebreid
bloedonderzoek is nodig, en daarna voert de arts een
biopsie van de huid, de
lymfeklier of ander weefsel uit. De laboratoriumdiagnostiek bij uitstek is namelijk isolatie in kweek uit bloed of weefsels op specifieke media onder specifieke omstandigheden.
Differentiële diagnose
Bij volgende aandoeningen is het klinisch beeld gelijkaardig aan dit van een
Bartonella quintana-infectie:
Behandeling van loopgravenkoorts
Een eventuele behandeling gebeurt met
erytromycine of
doxycycline (beide antibiotica) als de symptomen ernstig zijn.
Prognose
De meeste patiënten herstellen spontaan van de infectie binnen de twee maanden. Sommige patiënten kennen echter een terugval. Bij ongeveer vijf procent van de patiënten ontstaat een chronische infectie.
Preventie
Een
B. quintana-infectie is te voorkomen door vermijding of een snelle behandeling van luizenplagen:
- insecticide (insect dodend middel) aanbrengen op of veelvuldig koken van beddengoed in schuilplaatsen
- ivermectinebehandeling voor luizenplaag
- voorzieningen nemen voor het baden / wassen van kledij