Iritis: Ontsteking iris in oog met pijn en fotofobie
De iris is een cirkelvormig en gekleurd deel aan de voorzijde van het oog, met in het midden de donkere pupil. De iris regelt de hoeveelheid licht die de pupil binnengaat, wat essentieel is voor een helder zicht. De iris verkleint de pupil bij fel licht en vergroot deze bij weinig licht. Sommige personen lijden aan iritis, een vorm van uveïtis (uveïtis anterior), waarbij de iris ontstoken is. Het is belangrijk om deze ontsteking zo snel mogelijk te laten behandelen om complicaties te voorkomen.
Epidemiologie Iritis
De prevalentie van iritis bedraagt ongeveer 8-15 op 100.000. Er zijn geen significante raciale of geslachtsverschillen. Iritis kan op elke leeftijd optreden, maar komt vooral voor bij patiënten tussen de 40 en 60 jaar.
Oorzaken Ontsteking van de iris
Onbekend
In veel gevallen treedt iritis, een vorm van
uveïtis, spontaan op en is de oorzaak onbekend.
Trauma
Een
oogtrauma (traumatische iritis), zoals een stomp voorwerp in het oog of brandwonden, kan soms acute iritis veroorzaken.
Auto-immuunaandoening
Sommige patiënten met een
auto-immuunaandoening ontwikkelen vaak acute iritis. Voorbeelden hiervan zijn patiënten met:
Infectie
Infectieuze oorzaken die kunnen leiden tot acute of chronische iritis zijn onder meer:
Medicatie
Bepaalde
medicijnen kunnen soms iritis veroorzaken.
Symptomen: Gevoelig aan licht (fotofobie), Pijn, kleine pupil aan één oog
Iritis ontwikkelt zich meestal snel (acute iritis) en meestal is slechts één oog getroffen, hoewel bilaterale gevallen ook voorkomen. De patiënt kan één of meer van de volgende symptomen ervaren: drijvende vlekjes of vlekken in het gezichtsveld, gevoeligheid voor licht (
fotofobie),
hoofdpijn, een kleine pupil,
pijn in het oog (
oogpijn) of aan het voorhoofd,
oogpijn bij het knipperen van de ogen,
roodheid van het oog (vooral nabij de iris) en een
wazig gezichtsvermogen. Bij chronische iritis blijven de symptomen langer dan zes weken aanwezig.
Frontale hoofdpijn (pijn aan het voorhoofdsgebied) kan af en toe optreden bij patiënten met iritis.
Diagnose en onderzoeken
De diagnose van iritis wordt gesteld tijdens een
oftalmoscopie met behulp van een spleetlamp (een speciale microscoop). De oogarts ziet cellen (witte bloedcellen) en een gloed (eiwitdeeltjes) in de vloeistof die het oog produceert.
Topische anesthetica verlichten de pijn die gepaard gaat met iritis niet. Bovendien ervaart de patiënt veel pijn in het aangetaste oog wanneer de oogarts licht in het normale, niet-aangetaste oog schijnt. De pupillen vernauwen zich wanneer licht in de ogen schijnt. Het bewegen van de getroffen iris veroorzaakt pijn. De oogarts kan ook enkele onderzoeken uitvoeren om
glaucoom te detecteren, zoals een
tonometrie (
oogdrukmeting) en/of
gonioscopie tijdens een
uitgebreid oogonderzoek.
Behandeling iritis
Behandeling moet zo snel mogelijk plaatsvinden om ernstige complicaties te voorkomen. De patiënt moet medicatie nemen of regelmatig op controle komen bij de oogarts. Verder kan het dragen van een donkere bril nuttig zijn als de pijn verergert bij blootstelling aan licht.
Medicatie
Milde
pijnstillers zoals
paracetamol of
ibuprofen zijn toegestaan. Iritis vereist verder medicatie die precies zoals voorgeschreven door de oogarts moet worden gebruikt. De oogarts kan pijnstillende tabletten of
oogdruppels voorschrijven, die moeten worden gebruikt volgens
correcte oogdruppelrichtlijnen. Met
pupil verwijdende oogdruppels kan de patiënt
spasmen van de irisspieren voorkomen. Dit helpt om de ontstoken iris te laten rusten, waardoor het oog kan genezen en de pijn vermindert. De oogarts kan
steroïde oogdruppels voorschrijven, tenzij een virus of bacterie de oorzaak van de iritis is. Steroïde oogdruppels verminderen de ontsteking van de iris. Als het oog niet binnen een week geneest, kan de oogarts mogelijk steroïde pillen of een steroïde injectie rond de ogen voorschrijven. De duur van de behandeling hangt af van de ernst van de aandoening en hoe goed het oog herstelt met de behandeling.
Controlebezoek
De patiënt moet regelmatig op controlebezoek bij de oogarts. In geval van traumatische iritis beoordeelt de oogarts ook de aanwezigheid van mogelijk geassocieerde ziekten.
Prognose van oogontsteking
Onbehandelde iritis kan leiden tot glaucoom, cataract (staar), een onregelmatige pupil, kalkafzettingen op het hoornvlies, en
maculaoedeem, wat kan resulteren in gedeeltelijk of volledig verlies van het gezichtsvermogen. Traumatische iritis verdwijnt meestal binnen één tot twee weken. Niet-traumatische iritis kan enkele weken tot maanden duren. Infectieuze iritis verdwijnt vaak na het starten van de behandeling. Bij sommige patiënten met een systemische ziekte, zoals sarcoïdose en spondylitis ankylopoetica (
ziekte van Bechterew: blijvende gewrichtsontsteking met symptomen aan huid en ogen), kan de
oogontsteking chronisch of terugkerend zijn.
Preventie van iritis
Er zijn geen specifieke preventieve maatregelen voor iritis, behalve het vermijden van bekende risicofactoren zoals oogtrauma en infecties. Het tijdig behandelen van auto-immuunaandoeningen en het volgen van de richtlijnen voor het gebruik van medicijnen kunnen ook bijdragen aan het verminderen van het risico op iritis.
Nieuwe ontwikkelingen in behandeling en onderzoek
Onderzoek naar nieuwe behandelingen voor iritis richt zich op verbeterde medicatietherapieën en vroegtijdige detectiemethoden. Recentelijk zijn er ontwikkelingen in de richting van biologische therapieën die mogelijk effectiever kunnen zijn voor bepaalde vormen van iritis die moeilijk te behandelen zijn met traditionele steroïden. Ook zijn er inspanningen om meer inzicht te krijgen in de oorzaken van spontane iritis om gerichter preventieve maatregelen te kunnen ontwikkelen.
Lees verder