Bof: Virale infectie met gezwollen oorspeekselklieren
Bof is een epidemisch optredende ontsteking van de oorspeekselklieren veroorzaakt door een virus. De speekselklieren produceren speeksel, een vloeistof die voedsel bevochtigt en nodig is voor het kauwen en slikken. Vooral kinderen zijn getroffen door de bof. Door de besmettelijke ziekte ontstaat een kenmerkende pijnlijke zwelling van de oorspeekselklieren. Ook algemene symptomen gaan hiermee gepaard, zoals onder andere hoofdpijn, gewichtsverlies en koorts. De ziekte is klinisch zeer eenvoudig te diagnosticeren. De behandeling van de virale infectie gebeurt aan de hand van enkele zelfzorgmaatregelen in combinatie met pijnstilling. De meeste patiënten herstellen binnen enkele weken en zonder complicaties van de ziekte. Af en toe treden echter enkele ernstige complicaties op. De bof is tot slot via een vaccinatie te voorkomen.
Synoniemen van de bof
Bof is eveneens gekend onder deze synoniemen:
- dikoor
- parotitis epidemica
Epidemiologie infectieziekte
Meestal zijn niet-gevaccineerde schoolgaande kinderen en jongvolwassenen getroffen door de ziekte, maar de ziekte is op vrijwel elke leeftijd mogelijk. Alleen
baby’s en peuters van jonger dan twee jaar, zijn haast nooit aangetast door bof. In Nederland is sinds 1987 het bofvaccin beschikbaar; de prevalentie van de ziekte is sindsdien sterk verminderd.
Oorzaken: Bofvirus
Bof is het gevolg van infectie met het bofvirus, dat behoort tot de familie van de paramyxovirussen. De
verspreiding hiervan gebeurt op dezelfde wijze als een
verkoudheid (milde infectie met symptomen aan neus en keel) of
griep, namelijk door druppels vocht uit de neus en mond zoals bij het
niezen (druppelinfectie) of door direct contact (delen of aanraken) met voorwerpen of oppervlakten die besmet zijn door het virus. Mensen zijn de enige bekende natuurlijke gastheren. Een patiënt is een paar dagen voordat alsook nadat de symptomen tot uiting komen het meest besmettelijk voor anderen. In deze periode is het belangrijk om besmetting bij niet-gevaccineerde personen te voorkomen.
Symptomen: Gezwollen en pijnlijke oorspeekselklieren
Bij ongeveer één op de drie geïnfecteerde patiënten ontstaan geen of slechts zeer milde symptomen van de bof. Zij weten vaak zelfs niet eens dat ze ziek zijn. Niettemin zijn ook deze patiënten in staat om de ziekte te verspreiden. De incubatietijd (tijd tussen de besmetting en het optreden van de zichtbare symptomen) bedraagt bij de bof gemiddeld achttien dagen (twaalf tot vijfentwintig dagen). Bij de bof hebben patiënten gezwollen en pijnlijke oorspeekselklieren. Soms komen
gezwollen oksels voor.
Algemene symptomen
Algemene symptomen die gepaard gaan met de bof zijn niet-specifiek en omvatten
gewrichtspijn,
ochtendhoofdpijn en
hoofdpijn,
keelpijn,
koorts van 38°C of hoger, malaise (een algemeen ziek gevoel), milde
buikpijn, spierpijn,
vermoeidheid, een
verlies van eetlust en
gewichtsverlies.
Specifieke symptomen
Meestal volgen enkele dagen later nog andere, meer specifieke symptomen. De bof leidt namelijk tot ernstige
pijn en zwelling van één (unilateraal) of beide (bilateraal) oorspeekselklieren (gelegen tussen het oor en de kaak), waardoor de wangen een wat pafferig uiterlijk krijgen. Ook ervaart de patiënt soms een
bultje in de nek (
huidknobbeltje). Andere symptomen die gerelateerd zijn met de bof omvatten een
huiduitslag op de
handpalmen,
aangezichtspijn, een
droge mond (xerostomie) en
kauwproblemen en
slikproblemen. Als gevolg van de pijn treedt mogelijk tevens een kaakkramp (
mondklem) op waardoor het openen van de mond onvoldoende lukt.
Diagnose en onderzoeken
Lichamelijk onderzoek
De diagnose van de bof gebeurt op basis van de klinische kenmerken. De arts bekijkt en betast de zwelling, bekijkt de positie van de amandelen in de mond en controleert de temperatuur van de patiënt om te kijken of deze hoger is dan normaal. Hij stelt aan de hand van dit lichamelijk onderzoek meestal reeds de diagnose van de bof.
Diagnostisch onderzoek
In twijfelgevallen bevestigt een
bloedonderzoek de diagnose. Het immuunsysteem maakt normaal gezien antistoffen aan die helpen bij het bestrijden van een infectie. Bij een patiënt met de bof is de aanwezigheid van de antilichamen in het bloed op te sporen. Deze strijden namelijk tegen het bofvirus.
Differentiële diagnose
Hoewel de bof meestal geen ernstige infectie is, heeft de aandoening een gelijkaardig klinisch beeld van meer ernstigere infecties, zoals de ziekte van Pfeiffer veroorzaakt door
het Epstein-Barr virus (klierkoorts: virale infectie met keelpijn,
gezwollen lymfeklieren, vermoeidheid en lichte koorts die vooral bij adolescenten en jongvolwassenen voorkomt) en
tonsillitis (amandelontsteking). Het is daarom belangrijk om toch steeds een arts te raadplegen bij de aanwezige symptomen.
Behandeling
De behandeling van de bof is ondersteunend gericht. Bedrust is belangrijk totdat de symptomen voorbij zijn. Bovendien heeft de patiënt aandacht voor een goede, zachte voeding (soep, aardappelpuree, roerei, …), en voldoende vochtinname om
uitdroging (dehydratie) te voorkomen. Ook de mondverzorging is belangrijk bij de bof. Gorgelen met warm, zout water vermindert bijvoorbeeld de symptomen. Voorts legt de patiënt ofwel warme of anders koude kompressen in de nek. Vrij verkrijgbare
pijnstillers zoals
paracetamol en
ibuprofen verlichten de symptomen van de bof.
Aspirine is geen goed medicijn voor kinderen jonger dan zestien jaar omdat deze medicatie mogelijk resulteert in de
ziekte van Reye, waarbij de
hersenen en lever gezwollen zijn.
Prognose van virale infectie is uitstekend
Patiënten met de bof herstellen meestal goed binnen enkele weken, zelfs wanneer organen aangetast zijn. Nadat ze hersteld zijn van de ziekte, zijn ze levenslang immuun voor de bof.
Complicaties aan hersenen
Ernstige complicaties zijn zeldzaam. Complicaties aan onder andere de hersenen komen echter voor.
Hersenen
Af en toe is het centraal zenuwstelsel (de hersenen) getroffen door de bof. Klinische meningitis treedt in 5% van de geïnfecteerde patiënten op. Hierbij beweegt het virus zich in de buitenste laag van de hersenen en treedt bijgevolg een
ontsteking van de weefsels op die de hersenen en het ruggenmerg bedekken. Een
hersenontsteking (encefalitis) is eveneens een mogelijke complicatie.
Andere complicaties
Een
pancreatitis (ontsteking van de alvleesklier met buikpijn en spijsverteringsproblemen), een eierstokontsteking (oöforitis), een ontsteking van de hartspier (
myocarditis), een ontsteking van het borstweefsel (
mastitis), een
leverontsteking (hepatitis), polyartritis en
onvruchtbaarheid als gevolg van testikelproblemen (
mannelijke onvruchtbaarheid) zijn eveneens mogelijk. Zeer sporadisch presenteert een patiënt zich met slechthorend- of doofheid als gevolg van de bof. Af en toe resulteert een zwangerschap in een miskraam wanneer de moeder lijdt aan de bof. De Rijksdienst voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) meldt op haar website reuma als mogelijke complicatie.
Lagoftalmie komt tot slot soms tot stand. Dit is een symptoom waarbij de patiënt de oogleden niet meer volledig kan sluiten.

Een goede handhygiëne is nodig /
Bron: Gentle07, PixabayPreventie via vaccin
De bof voorkomen
De bof is preventief goed te behandelen aan de hand van een vaccin, wat artsen in de meeste ontwikkelde landen toedienen bij kinderen van veertien maanden en negen jaar oud. Het BMR-vaccin beschermt mensen tegen bof,
mazelen (virale infectieziekte die gepaard gaat met symptomen aan de ogen (
oogbindvliesontsteking) en een huiduitslag) en
rodehond (rubella). Vaccinatie is niet aangewezen bij patiënten met een
verzwakt immuunsysteem, bij patiënten met zeer ernstige ziekten en bij zwangere vrouwen.
Verspreiding van de bof voorkomen
Een patiënt met de bof voorkomt de verspreiding van de infectie door:
- een tissue te gebruiken bij het niezen of hoesten, en dit meteen daarna weg te gooien in de vuilnisbak
- regelmatig de handen met zeep te wassen (goede handhygiëne)
- school of werk gedurende ten minste vijf dagen te vermijden nadat de symptomen tot uiting zijn gekomen