Vermoeidheid bij Pfeiffer en complicaties aan lever en milt
De ziekte van Pfeiffer (kortweg: 'Pfeiffer') of klierkoorts is een virale infectieziekte. De veroorzaker is het Epstein-Barr-virus (EBV), dat zich in het speeksel ophoudt en zich waarschijnlijk verspreidt door bijvoorbeeld kussen en hoesten. Na besmetting met de boosdoener duurt het ongeveer vier tot zeven weken voordat je je ziek gaat voelen. Een week na besmetting ben je reeds besmettelijk. Je kunt andere mensen dus al besmetten voordat jezelf weet dat je Pfeiffer heeft. Het heeft daarom geen enkele zin om thuis te blijven. Kinderen kunnen gewoon naar crèche of peuterspeelzaal of school. De meeste mensen hebben reeds voor hun twintigste jaar de ziekte van Pfeiffer gehad. Jonge kinderen die de ziekte van Pfeiffer, merken er vaak niet eens wat van. Een (huis)arts kan de ziekte vaststellen door middel van bloedonderzoek. Er is geen behandeling beschikbaar of noodzakelijk. Pfeiffer verdwijnt vanzelf en het leidt in bijna alle gevallen tot volledige genezing.
Wat is de ziekte van Pfeiffer?
Infectieziekte
De medische benaming van de
ziekte van Pfeiffer is 'mononucleosis infectiosa'. Pfeiffer is een infectieziekte die wordt veroorzaakt door het
Epstein-Barr virus (EBV), een
herpesvirus. Pfeiffer wordt gekenmerkt door symptomen als
moeheid,
keelpijn en
vergrote lymfeklieren. Vandaar dat Pfeiffer ook wel klierkoorts wordt genoemd. Kinderen en jonge mensen tussen 10 en 25 jaar zijn het meest kwetsbaar voor deze infectie. De behandeling is gericht op het verlichten van de symptomen. De ziekte verloopt meestal zonder grote problemen. In zeldzame gevallen kunnen complicaties optreden.
Besmetting
Deze infectieziekte wordt veroorzaakt door het Epstein-Barr virus, dat van persoon tot persoon wordt overgedragen via speeksel. Het is niet zo besmettelijk als sommige andere infecties, zoals de gewone
verkoudheid. Door bijvoorbeeld te zoenen kan de ziekte worden overgedragen. Vandaar dat het ook wel 'the kissing disease' wordt genoemd. Maar de infectie kan ook worden overgebracht via de lucht met speekseldruppeltjes die vrijkomen door te
hoesten of te niezen.
Incubatieperiode
De incubatieperiode – dat is de tijd tussen besmetting en uitbreken van de ziekte – varieert. Bij kinderen in de basisschoolleeftijd varieert de incubatieperiode van 4 tot 10 dagen en bij jongvolwassenen vier tot zeven weken. De besmettingsbron hoeft zelf geen klinische infectie te hebben doorgemaakt.
Symptomen van Pfeiffer
Vaak verloopt de infectie bij kinderen zonder symptomen. Bij jongvolwassenen staan veelal de volgende klachten op de voorgrond:
Deze symptomen gaan vaak gepaard met
slechte eetlust, gewichtsverlies,
hoofdpijn en moeheid.
Volwassenen hebben vaak geen last van keelpijn en opgezette klieren in de hals, maar bij hen komt een vergrote lever en geelzucht weer vaker voor. Complicaties komen slechts zelden voor. Beschreven zijn een gescheurde milt, hersenontsteking of encefalitis en
meningitis of nekkramp.
Ligging van de lever /
Bron: Nerthuz/Shutterstock.comComplicaties aan o.a. lever en milt
Als je Pfeiffer krijgt tijdens of na de puberteit, dan heb je er vaak meer en langer last van. Het manifesteert zich vaak met keelpijn (door
keelontsteking), koorts en
rillerigheid, hoofdpijn (pijn in het hoofd), opgezette lymfeklieren en een algeheel gevoel van ziek zijn en moeheid. Er zijn echter ook mensen met Pfeiffer die in het geheel geen keelpijn hebben. Vaak zijn de keelpijnklachten na twee weken weer over en een week later de opgezette lymfeklieren.
Vergrote lever en/of milt
Een andere verschijnsel van de ziekte van Pfeiffer is dat de amandelen, de lever en de milt vergroot kunnen zijn. Door een
vergrote lever of
vergrote milt werken de
lever en de
milt minder goed. Gelukkig komt een
miltscheur (miltruptuur) zeer zelden voor als je de door de arts voorgeschreven rustperiode in acht neemt volgt en gedurende ongeveer 8 weken niet sport. De ziekte gaat gepaard gaat met een
leverontsteking (met afwijkende
leverwaarden), ofschoon daarbij geen symptomen hoeven op te treden. Als je de ziekte van Pfeiffer hebt, wordt aanbevolen de lever niet te belasten met bijvoorbeeld alcohol. Het is niet bewezen dat matige hoeveelheden
paracetamol schadelijk zijn. Wel zijn er incidentele meldingen van
hepatitis bij Pfeiffer na gebruik van paracetamol.¹ Als de lever minder goed werkt, is het mogelijk dat de
huid en het oogwit geel worden (
geelzucht). Geelzucht veroorzaakt door ontsteking van de lever kan worden behandeld met een speciaal dieet en verdwijnt meestal volledig.
Een gescheurde milt is een noodsituatie /
Bron: Decade3d/Shutterstock.comGescheurde milt
Als je Pfeiffer hebt, moet je zware en mechanisch belastende taken, contactsportactiviteiten (voetbal, vechtsport, enz.) en vibratiebelasting mijden vanwege het risico op een miltruptuur. Dit gedurende twee maanden na het begin van de ziekte, ook al bestaat er geen tastbare vergrote milt.
Een spontane miltruptuur treedt bij 0,1-0,2% van de klierkoortsgevallen en kan dodelijk aflopen.[2] Het is een zeldzame, maar potentieel levensbedreigende complicatie van de ziekte van Pfeiffer Meestal gaat er geen trauma aan de miltruptuur vooraf. Bij ene gescheurde milt zal je in het ziekenhuis worden opgenomen en goed in de gaten worden gehouden. Je
bloeddruk en hartslag worden regelmatig gecontroleerd en zo nodig zal worden overgegaan tot een spoedoperatie. De milt wordt dan verwijderd, een zogeheten splenectomie. Indien het kapsel van de milt intact is, kan de bloeding soms conservatief behandeld worden.
Andere complicaties
Heel zelden treden andere complicaties op bij de ziekte van Pfeiffer, zoals het syndroom van Guillain-Barré (een neuromusculaire aandoening, dat wil zeggen een aandoening die leidt tot het niet of onvoldoende functioneren van de spieren) en
pericarditis (een ontsteking van het hartzakje).
Vermoeidheidsklachten bij Pfeiffer
Uit een onderzoek naar 150 Pfeiffer-patiënten werd gedurende een half jaar het natuurlijke beloop gevolgd. Na een maand waren de aanvankelijke klachten bij de meerderheid verdwenen:
- keelpijn
- hoofdpijn
- misselijkheid
- vergrote lymfeklieren
- koorts
- vergrote tonsillen
In het begin rapporteerden 77% van de personen de klacht 'moeheid' en na een maand was deze nog aanwezig bij 28%, na twee maanden bij 21% en na een half jaar was 13% van de personen nog moe.[3]
Uit onderzoek blijkt verder dat kortdurende begeleiding - dat wil zeggen één consult en twee telefonische ondersteunende gesprekken - van een psycholoog, zoden aan de dijk zet. Een groep die deze interventie kreeg aangeboden, had na zes maanden minder last van moeheid dan de controlegroep.[4] Een korte interventie die volgt op de diagnose van de ziekte van Pfeiffer lijkt aanvaardbaar om de ontwikkeling van chronische vermoeidheid te voorkomen. Definitieve gerandomiseerde-gecontroleerde studies zijn anno 2024 echter nodig om deze resultaten te bevestigen.
Behandeling van Pfeiffer
De huisarts stelt de diagnose op basis van de gepresenteerde symptomen en een lichamelijk onderzoek. Soms wordt aanvullend laboratoriumonderzoek verricht.
Er is geen specifieke behandeling voor Pfeiifer beschikbaar of beschikbaar of noodzakelijk. De ziekte is self-limiting, maar de symptomen kunnen desgewenst worden verlicht door veel
(water) te drinken en het gebruik van een gewone pijnstiller tegen de koorts en de
pijn. Maandenlang aanhoudende moeheid komt slechts bij een klein gedeelte van de patiënten voor. Meestal duurt de moeheid niet langer dan één tot twee maanden.
Bij een vergrote milt is het verstandig om contactsporten te vermijden. Bedrust en dieetmaatregelen zijn niet nodig. Ook is het niet nodig om thuis te blijven van werk of school. Wel is het belangrijk goed naar je lichaam te luisteren en voldoende rust te nemen als je je moe voelt. Vermijd alcohol, vooral als je last hebt van een opgezette, pijnlijke lever. Drink voldoende (ongeveer 2 liter per dag) en eet gezond en gevarieerd. Minder vet in de voeding is niet nodig, tenzij je zelf het gevoel hebt dat je vet niet goed kunt verdragen.
Voeding om te herstellen van Pfeiffer
Een gezond voedingspatroon kan je immuunsysteem versterken en daarmee het herstelproces ondersteunen. Hier volgen wat tips en richtlijnen die kunnen helpen bij het herstel van Pfeiffer en om de moeheid tegen te gaan:
Gezond en gevarieerd eten
Zorg ervoor dat je gezond en gevarieerd eet met voldoende calorieën, eiwitten, gezonde vetten en koolhydraten. Hiermee krijgt je lichaam de nodige voedingsstoffen binnen om te herstellen.
Voldoende drinken
Het is belangrijk om voldoende water te drinken omdat het helpt om het lichaam te hydrateren en afvalstoffen te verwijderen. Dit kan de vermoeidheid tegengaan als gevolg van Pfeiffer en bevordert je herstel.
Vitamine C-inname
Vitamine C is goed voor het herstel! Eet voedingsmiddelen die rijk zijn aan vitamine C. Voedsel met de meeste hoeveelheid vitamine C is groene
paprika, citrusfruit (zoals
grapefruit,
citroenen en
sinaasappels),
aardbeien,
tomaten,
broccoli, raapstelen en andere bladgroenten, koolsoorten, zoete en witte aardappelen, cantaloupe,
kiwi's en bessen (bosbessen, veenbessen). Vitamine C versterkt je immuunsysteem.
Zink innemen
Het sporenelement
zink is belangrijk voor een gezond immuunsysteem. Voedingsmiddelen zoals schaaldieren, rood vlees, gevogelte, bonen en
noten zijn goede bronnen van zink.
Antioxidantrijke voedingsmiddelen
Eet voedingsmiddelen met veel antioxidanten, zoals bessen, groene bladgroenten, noten en zaden. Antioxidanten geen ontstekingen tegen en ondersteunen het herstelproces.
Probiotica
Probiotica zijn levende micro-organismen die goed zijn voor je darmfunctie. Probiotische voedingsmiddelen, zoals yoghurt, kefir en gefermenteerde groenten, helpen bij het herstellen van de darmgezondheid en het versterken van het immuunsysteem.
Neem voldoende rust
Naast gezonde voeding is voldoende rust van kardinaal belang voor een snel herstel. Neem de tijd om te rusten en te slapen, omdat dit het lichaam helpt om zichzelf te genezen.
Noten:
- Rosenberg DM, Meyer AA, Manning IH Jr, Neelon FA. Acetaminophen and hepatic dysfunction in infectious mononucleosis. South Med J. 1977 Jun;70(6):660-1.
- Dineke Ypma, Constant Coolsma, Hasan Eker, Marc Vrooland, Ted W.F. Vink en Heleen Lameijer. Een jongen met een spontane miltruptuur. Ned Tijdschr Geneeskd. 2019;163:D2986
- Rea TD, Russo JE, Katon W, Ashley RL, Buchwald DS. Prospective study of the natural history of infectious mononucleosis caused by Epstein-Barr virus. J Am Board Fam Pract. 2001 Jul-Aug;14(4):234-42.
- Candy B, Chalder T, Cleare AJ, Wessely S, Hotopf M. A randomised controlled trial of a psycho-educational intervention to aid recovery in infectious mononucleosis. J Psychosom Res. 2004 Jul;57(1):89-94.
Lees verder