Longoedeem: Vocht in de longen door linkerhartfalen
Longoedeem is een aandoening waarbij vocht zich ophoopt in de longblaasjes (alveoli), wat de zuurstofopname verstoort en leidt tot kortademigheid. Deze ophoping van vocht wordt vaak veroorzaakt door een disfunctie van de linkerhelft van het hart, wat resulteert in een verhoogde druk in de longvaten en uiteindelijk in de longblaasjes. Hoewel hartaandoeningen de meest voorkomende oorzaak zijn, kan longoedeem ook door andere factoren worden veroorzaakt. Het kan plotseling ontstaan (acuut longoedeem) of zich langzaam ontwikkelen (chronisch longoedeem). Acute longoedeem is een medische noodsituatie en vereist onmiddellijke behandeling met zuurstof en medicatie. De vooruitzichten zijn afhankelijk van de oorzaak, de ernst en uitgebreidheid van de symptomen, en de snelheid en effectiviteit van de behandeling.
Synoniemen van longoedeem
Longoedeem staat ook bekend onder de volgende synoniemen:
- Hartfalen met longoedeem
- Longcongestie
- Pulmonale congestie
- Waterlong
Anatomie longen en relatie tot longoedeem
Longoedeem treedt op wanneer er vochtophoping in de longen plaatsvindt, wat niet alleen de ademhaling belemmert, maar ook een directe invloed heeft op de zuurstof- en kooldioxideniveaus in het bloed. Voor een goed begrip van de oorzaken, gevolgen en behandeling van longoedeem is inzicht in de longanatomie en het functioneren van de longen noodzakelijk.
Luchtwegen en verdeling van zuurstof
De longen zijn opgebouwd uit verschillende delen, elk met een specifieke functie in het proces van ademhaling. De lucht die we inademen, stroomt via de neusholte en keelholte naar de trachea (luchtpijp), die zich opsplitst in twee hoofdbronchiën: één voor de rechterlong en één voor de linkerlong. Deze bronchiën vertakken zich verder in steeds kleinere luchtwegen, de bronchiolen, die uitmonden in de alveoli. De alveoli zijn als het ware zakjes met dunne wanden, die gevuld worden met lucht bij elke ademhaling en het mogelijk maken dat zuurstof wordt opgenomen in het bloed terwijl kooldioxide uit het bloed wordt verwijderd. Dit hele systeem is ontworpen voor een maximale opname van zuurstof met minimale inspanning. Bij longoedeem raakt dit proces verstoord, doordat overtollig vocht de alveoli overspoelt, waardoor er minder ruimte is voor lucht en de zuurstofopname daalt.
Rol van de longvliezen en pleurale holte
De longen worden omgeven door twee vliezen: het viscerale en het pariëtale pleura. Tussen deze vliezen bevindt zich de pleurale holte, die een kleine hoeveelheid vocht bevat. Dit vocht maakt het mogelijk dat de longen soepel bewegen tijdens de ademhaling. De pleurale holte heeft normaal geen contact met het vocht in de alveoli; echter, wanneer longoedeem zich voordoet, kan overtollig vocht zich niet alleen in de alveoli ophopen, maar ook in de interstitiële ruimten van de longen en zelfs in de pleurale holte, wat tot aanvullende ademhalingsproblemen leidt. De druk in de pleuraholte en het functioneren van de longen zijn met elkaar verbonden; vochtophoping in deze holte kan de longuitzetting verder beperken, waardoor de ademhaling nog moeilijker wordt.
Fysiologische mechanismen ter preventie van vochtophoping
De longen bevatten natuurlijke barrières en afvoersystemen om vochtophoping te voorkomen. Onder normale omstandigheden wordt het overtollige vocht uit de alveoli afgevoerd via de lymfatische kanalen en de longcapillairen. Dit systeem werkt door het handhaven van een evenwicht tussen hydrostatische druk, die vocht uit de capillairen naar de interstitiële ruimten drukt, en oncotische druk, die vocht terug in de bloedvaten trekt. Bij longoedeem raakt dit evenwicht verstoord. Dit kan worden veroorzaakt door een verhoogde hydrostatische druk, zoals bij hartfalen, of door een verminderde oncotische druk, bijvoorbeeld bij een laag eiwitgehalte in het bloed. Wanneer deze mechanismen falen, hoopt vocht zich op in de longen, wat de basis vormt voor de symptomen van longoedeem.
Gevolgen van longoedeem voor de zuurstofvoorziening van organen
Wanneer longoedeem zich ontwikkelt, wordt het lichaam geconfronteerd met een ernstige beperking in de zuurstoftoevoer. Omdat de alveoli niet optimaal gevuld kunnen worden met lucht, bereikt minder zuurstof het bloed. Het lichaam compenseert dit door de ademhalingsfrequentie te verhogen, maar deze reactie is vaak niet voldoende bij een ernstig longoedeem. Hierdoor kunnen essentiële organen zoals de hersenen, het hart en de lever een tekort aan zuurstof ervaren, wat kan leiden tot orgaanschade en het functioneren van het lichaam in gevaar kan brengen. Bij ernstig zuurstoftekort kan er zelfs sprake zijn van hypoxie, een toestand waarbij de weefsels onvoldoende zuurstof ontvangen, wat levensbedreigend kan zijn.
Pathologische veranderingen door longoedeem
Bij langdurige of ernstige gevallen van longoedeem kan schade aan de alveolaire wanden optreden, wat kan leiden tot ontstekingsreacties in de longen. Deze ontstekingen zorgen voor een nog grotere toename van de permeabiliteit van de bloedvaten, wat de vochtophoping verergert. Bovendien kan beschadiging van het longweefsel de vorming van littekenweefsel veroorzaken, wat de elasticiteit van de longen vermindert. Dit proces, bekend als fibrose, maakt het nog moeilijker voor de alveoli om zich uit te zetten en samen te trekken, wat leidt tot chronische ademhalingsproblemen, zelfs wanneer de oorzaak van het longoedeem is behandeld.
Invloed op de longcompliantie en ademhalingsinspanning
Longoedeem beïnvloedt de compliantie van de longen, oftewel hun vermogen om uit te zetten bij inademing. Het vocht in de alveoli verhoogt de oppervlaktespanning, wat de moeite om lucht in te ademen vergroot. Dit resulteert in een grotere ademhalingsinspanning, waarbij patiënten vaak snelle en oppervlakkige ademhalingen ontwikkelen. Deze ademhalingsstijl kan vermoeidheid veroorzaken en het lichaam verder uitputten, vooral omdat de spieren rond de borst harder moeten werken om de longen te laten uitzetten. Patiënten met longoedeem kunnen hierdoor sneller uitgeput raken en ervaren vaak kortademigheid, zelfs bij lichte inspanning.
Epidemiologie
Longoedeem is een aandoening die wereldwijd voorkomt en die verschillende oorzaken kent, waaronder hart- en vaatziekten, infecties en toxicologische invloeden. De prevalentie van longoedeem varieert sterk per regio en populatie, afhankelijk van de heersende gezondheidsomstandigheden en de beschikbaarheid van medische zorg.
Prevalentie en incidentie wereldwijd
In ontwikkelde landen is longoedeem vaak gerelateerd aan hartfalen, wat ongeveer 1-2% van de algemene bevolking treft. Deze cijfers stijgen tot wel 10% bij ouderen, die door de veroudering van hun hart- en vaatstelsel een hoger risico lopen op het ontwikkelen van longoedeem. In ontwikkelingslanden komen infectiegerelateerde oorzaken, zoals acute infecties en longziekten, vaker voor en kunnen ze leiden tot niet-cardiogene vormen van longoedeem.
Regionale en demografische verschillen
De incidentie van longoedeem kan variëren op basis van genetische aanleg, leefgewoonten, en sociaaleconomische factoren. In bepaalde gebieden waar luchtverontreiniging hoog is, is het risico op longoedeem hoger, vooral onder patiënten met bestaande ademhalingsproblemen. Demografische gegevens tonen aan dat ouderen, rokers, en mensen met een voorgeschiedenis van hartproblemen een verhoogd risico hebben op longoedeem.
Mechanisme
Longoedeem ontstaat door de ophoping van vocht in de longen, voornamelijk in de alveoli en het interstitiële weefsel, wat de uitwisseling van zuurstof en kooldioxide belemmert.
Hydrostatische druk en vochtophoping
Bij longoedeem verhoogt een toename van de hydrostatische druk in de bloedvaten rondom de longen de kans op vochtophoping. Dit wordt vaak veroorzaakt door hartfalen, waarbij het hart niet in staat is om bloed effectief rond te pompen, wat resulteert in een verhoogde druk in de longvaten en een uittreden van vocht in de alveoli.
Permeabiliteit van de capillairen en ontstekingsfactoren
Bij niet-cardiogeen longoedeem is een toegenomen permeabiliteit van de longcapillairen de oorzaak. Dit kan ontstaan door toxines, infecties of trauma, waardoor de capillaire wanden lekken en vocht zich ophoopt in het longweefsel. Dit mechanisme speelt een belangrijke rol bij aandoeningen zoals ARDS (Acute Respiratory Distress Syndrome), waarbij inflammatoire reacties een cruciale factor zijn.
Impact op gasuitwisseling
Door de vochtophoping in de alveoli wordt de oppervlakte voor gasuitwisseling aanzienlijk verminderd, wat resulteert in hypoxemie (laag zuurstofgehalte in het bloed) en kortademigheid. Dit effect verergert naarmate het longoedeem toeneemt, wat kan leiden tot ernstige ademhalingsinsufficiëntie indien onbehandeld.
Oorzaken: Vochtophoping in de longen door linkerhartfalen
Hartaandoeningen
Wanneer de linkerzijde van het hart niet goed functioneert, leidt dit tot een ophoping van vocht in de longvaten. Dit gebeurt vaak na een
hartaandoening, bij hoge bloeddruk (
hypertensie), of bij aandoeningen van de hartkleppen. Het vocht lekt dan in de longblaasjes, wat de zuurstofopname bemoeilijkt en kan leiden tot een daling van de bloeddruk in de rest van het lichaam. Het lichaam reageert hierop door de bloedvaten te vernauwen (
vasoconstrictie), wat leidt tot een verhoogde vochtretentie door de nieren en verergert het probleem in de longen. Congestief
hartfalen, wat resulteert in longoedeem, kan veroorzaakt worden door:
- Een hartaanval of aandoeningen die de hartspier verzwakken of verstijven, zoals cardiomyopathie (hartspieraandoening)
- Plotselinge ernstige hoge bloeddruk (hypertensie)
- Lekkende of vernauwde hartkleppen, zoals de mitralisklep of aortaklep
Andere oorzaken
Naast hartproblemen kunnen andere oorzaken van longoedeem zijn:
Risicofactoren
Er zijn verschillende risicofactoren die het ontstaan van longoedeem bevorderen, variërend van hartziekten tot omgevingsfactoren en bepaalde leefgewoonten.
Cardiovasculaire aandoeningen
Hartfalen is een van de belangrijkste risicofactoren voor longoedeem, vooral wanneer de linkerventrikel niet in staat is om het bloed efficiënt te pompen. Hypertensie en hartklepaandoeningen vergroten ook het risico op longoedeem door de verhoogde druk in de longcapillairen.
Nierinsufficiëntie
Bij patiënten met nierfalen kan vochtretentie ontstaan doordat de nieren het overtollige vocht niet voldoende kunnen uitscheiden. Dit leidt tot een verhoogd volume en druk in de bloedvaten, wat het risico op longoedeem vergroot.
Medicatie en toxische stoffen
Bepaalde medicijnen, zoals opioïden, en toxische stoffen kunnen bijdragen aan de ontwikkeling van longoedeem door hun effecten op het hart en de ademhalingsspieren. Blootstelling aan giftige gassen kan bijvoorbeeld de longen beschadigen en longoedeem veroorzaken door verhoogde capillaire permeabiliteit.
Hoge bergomstandigheden
Bij mensen die zich op grote hoogtes bevinden, kan longoedeem zich ontwikkelen door de lage zuurstofdruk, wat een snelle vochtophoping in de longen veroorzaakt. Dit type longoedeem staat bekend als hoogtestuip of hooggelegen longoedeem en treft meestal mensen die niet geacclimatiseerd zijn aan grote hoogtes.
Risicogroepen
Bepaalde groepen lopen een verhoogd risico op longoedeem door specifieke medische of omgevingsfactoren.
Ouderen
Ouderen lopen een verhoogd risico op longoedeem vanwege de verminderde veerkracht van hun cardiovasculaire en respiratoire systemen. Bij hen is de kans op hartfalen, hypertensie, en chronische nierziekten groter, wat allemaal risicofactoren zijn voor longoedeem.
Chronisch hart- en longpatiënten
Patiënten met bestaande hartaandoeningen, zoals hartfalen en longziekten zoals COPD, hebben een verhoogd risico op het ontwikkelen van longoedeem. Hun reeds kwetsbare long- en hartfunctie kan door vochtophoping nog verder verslechteren, waardoor ze bijzonder vatbaar zijn voor deze aandoening.
Personen die blootgesteld zijn aan toxische omgevingen
Werknemers in de chemische industrie en mensen die worden blootgesteld aan toxische stoffen, zoals ammoniak of chloor, lopen een hoger risico op niet-cardiogeen longoedeem. Blootstelling aan deze stoffen kan de longcapillairen beschadigen en een lek veroorzaken, wat leidt tot vochtophoping.
Personen met een lage zuurstoftolerantie
Mensen die snel last hebben van zuurstoftekort, bijvoorbeeld door bloedarmoede, zijn kwetsbaar voor longoedeem in omstandigheden waar de zuurstofdruk lager is, zoals op grote hoogtes. Hun beperkte zuurstoftolerantie kan het risico op longoedeem vergroten bij blootstelling aan dergelijke omstandigheden.
Symptomen
De symptomen van longoedeem variëren afhankelijk van of het acuut of chronisch is. Niet alle symptomen hoeven aanwezig te zijn, en de ernst kan sterk variëren. Veelvoorkomende symptomen zijn:
Alarmsymptomen
Longoedeem kan levensbedreigend zijn, vooral wanneer alarmsymptomen zich voordoen. Het is essentieel om deze symptomen tijdig te herkennen om ernstige complicaties te voorkomen.
Ernstige kortademigheid en benauwdheid
Een van de meest voorkomende symptomen van longoedeem is kortademigheid, die snel kan verergeren, vooral bij inspanning. In ernstige gevallen ervaren patiënten een gevoel van verstikking, zelfs in rust. Dit is een alarmsymptoom dat onmiddellijke medische aandacht vereist.
Bloed ophoesten
Patiënten met longoedeem kunnen schuimend sputum ophoesten dat een roze kleur heeft door de aanwezigheid van bloed. Dit kan duiden op ernstige schade aan de longcapillairen en is een signaal dat medische interventie nodig is om verdere longschade te voorkomen.
Blauwverkleuring van de lippen en huid (cyanose)
Door een tekort aan zuurstof in het bloed kan cyanose optreden, zichtbaar als een blauwachtige verkleuring van de lippen en huid. Dit is een ernstig symptoom dat wijst op een ernstig zuurstoftekort en onmiddellijke interventie vereist.
Snelle hartslag en onregelmatige pols
Longoedeem kan de hartslag verhogen en leiden tot hartritmestoornissen, zoals een onregelmatige pols. Dit is een teken dat het hart moeite heeft om het bloed effectief rond te pompen, wat leidt tot een verergering van de ademhalingsproblemen.
Diagnose en onderzoeken
Lichamelijk onderzoek
Tijdens het lichamelijk onderzoek luistert de arts met een stethoscoop naar de ademgeluiden en hartgeluiden (
auscultatie). Mogelijke bevindingen zijn abnormale harttonen, een snelle ademhaling (
tachypneu), een versnelde hartslag (
tachycardie), en gekraak of reutelende geluiden (
reutels) in de longen (ronchi).
De arts kan ook abnormale zwelling van de
benen opmerken en vochtophoping in de buik (
ascites), wat leidt tot buikzwelling. Afwijkingen in de nekaderen kunnen wijzen op een verhoogd vochtgehalte in het lichaam. De huid kan er bleek of blauw uitzien. Verdere diagnostische onderzoeken zijn nodig om de diagnose te bevestigen.
Elektrocardiografie (hartfilmpje) kan helpen bij het opsporen van hartritmestoornissen en andere hartproblemen. /
Bron: CardioNetworks, Wikimedia Commons (CC BY-SA-3.0) Diagnostisch onderzoek
De arts kan de volgende onderzoeken uitvoeren:
Behandeling
Bij acuut longoedeem is onmiddellijke behandeling cruciaal. De arts kan de patiënt reanimeren indien nodig en zuurstof toedienen via een gezichtsmasker of een kunststof buisje in de neus. In ernstige gevallen kan een beademingsmachine worden gebruikt. Intravenieuze
morfine wordt gegeven om de slagaderen te verwijden en de druk op het hart te verminderen. Ook worden intraveneuze
diuretica toegediend om het overtollige vocht via de urine af te voeren. De patiënt wordt nauwlettend bewaakt op de afdeling voor hartbewaking of op de intensive care.
Voor chronisch hartfalen kunnen
ACE-remmers (bloeddrukverlagende medicatie) en orale diuretica (plastabletten) nodig zijn. Andere
geneesmiddelen kunnen ook worden voorgeschreven om de hartspier te versterken, de hartslag te reguleren en de druk op het hart te verlagen.
Prognose
De prognose voor patiënten met longoedeem varieert sterk en is afhankelijk van de onderliggende oorzaak en de effectiviteit van de behandeling. Zonder behandeling kunnen de vooruitzichten slecht zijn, met een hoog sterftecijfer. Met tijdige en juiste behandeling kunnen veel patiënten echter significante verbeteringen ervaren, hoewel sommige patiënten mogelijk nog steeds ernstige gezondheidsproblemen ondervinden.
Complicaties van longoedeem
Longoedeem kan leiden tot verschillende ernstige complicaties, waaronder:
- Pulmonale hypertensie (verhoogde druk in de longslagader): Deze aandoening ontstaat doordat de druk in de longvaten stijgt, wat kan leiden tot verdere schade aan het hart en de longen.
- Pleura-effusie (vochtophoping in de pleuraholte): Dit kan leiden tot ademhalingsproblemen en pijn op de borst.
- Hepatomegalie (zwelling van de lever): De verhoogde druk in de bloedvaten kan ook leiden tot een vergrote lever, wat kan resulteren in pijn en disfunctie van de lever.
- Zwelling van de buik en onderste ledematen: Vochtophoping kan zich uitbreiden naar andere delen van het lichaam, wat leidt tot aanzienlijke zwelling en ongemak.
- Rechtszijdig hartfalen: De verhoogde druk in de longen kan de rechterhelft van het hart overbelasten, wat kan leiden tot verdere hartproblemen.
Preventie van longoedeem
Hoewel niet alle gevallen van longoedeem te voorkomen zijn, kunnen de volgende maatregelen helpen het risico te verminderen:
- Beheer van hoge bloeddruk: Regelmatige controles en het volgen van een voorgeschreven behandelingsplan kunnen helpen om hypertensie onder controle te houden.
- Gezonde levensstijl: Stoppen met roken, regelmatig lichaamsbeweging, en een evenwichtig voedingspatroon kunnen de gezondheid van het hart en de longen bevorderen.
- Behandeling van chronisch nierfalen: Effectieve controle van nierproblemen kan helpen om vochtretentie te minimaliseren.
- Regelmatige medische controles: Het opvolgen van medische aanbevelingen en het gebruik van voorgeschreven medicatie kan helpen om hart- en nierfunctie te ondersteunen en complicaties te voorkomen.
- Vermijden van blootstelling aan schadelijke stoffen: Het vermijden van rook en andere schadelijke gassen kan helpen om longschade te voorkomen.
Lees verder