Vitamine D-deficiëntie (tekort) en overdosis van vitamine D
Vitamine D is een vetoplosbare vitamine die wordt opgeslagen in het vetweefsel van het lichaam en wordt aangemaakt door de blootstelling van de huid aan zonlicht. De ‘zonlichtvitamine’ is verantwoordelijk voor een goede bot- en skeletfunctie, maar daarnaast is vitamine D nodig voor heel wat andere belangrijke lichaamsfuncties. Door een tekort ontstaan dan ook problemen met deze organen. Het is belangrijk om via de voeding, via de huid of via supplementen voldoende vitamine D in te nemen om gezondheidscomplicaties te voorkomen. Een overdosis aan de vitamine bestaat ook, maar dit gebeurt dan via de inname van supplementen, en niet via zonlicht of de voeding. Dit resulteert eveneens in enkele klachten waarvoor een (medische) behandeling noodzakelijk is.
Voedingsbronnen
Goede voedingsbronnen voor vitamine D zijn vette vis (zoals makreel, tonijn,
zalm, sardine), garnalen, margarine, halvarine, runderlever, kaas,
champignons en een eidooier. Voorts is vitamine D toegevoegd aan diverse voedingsmiddelen zoals melk, ontbijtgranen,
sinaasappelsap, sojadranken en
yoghurt.
Functie
Vitamine D (calciferol) bevordert de opname van
calcium in het bloed. Daarnaast reguleert vitamine D de resorptie van fosfaat in het maagdarmkanaal. Dit is nodig voor een goede groei van het skelet en de ontwikkeling van de botten en tanden. Door voldoende vitamine D op te nemen, voorkomen mensen osteoporose en botfracturen. Het voorkomt ook andere
botziekten, zoals rachitis en
osteomalacie (verweking van de botten met
breuken als gevolg). Naast de botfunctie is vitamine D nodig voor de normale groei van de hersencellen. Dankzij voldoende vitamine D in het lichaam, blijft de mentale status bij ouderen zo lang mogelijk intact. Het stimuleren van de productie van insuline gebeurt eveneens dankzij vitamine D. Ook heeft vitamine D een beschermende functie tegen een hoge bloeddruk (
hypertensie). Vitamine D werkt bovendien preventief tegen
hartaandoeningen en
kanker. Bij een aantal
auto-immuunaandoeningen komen verder
ontstekingsreacties voor, maar dankzij voldoende vitamine D in het lichaam, komen deze symptomen minder vaak en minder ernstig tot stand. Vitamine D is bijgevolg nuttig bij het voorkomen van opstoten bij
multiple sclerose,
psoriasis (chronische huidziekte met
droge huid en
schilfers),
reumatoïde artritis (ontsteking van gewrichten en organen),
diabetes mellitus type 1 en diabetes mellitus type 2 (suikerziekte), en het
prikkelbare darmsyndroom (symptomen van diarree en
obstipatie). Tot slot meldt WebMD dat vitamine D-supplementen het aantal episodes van een astma-aanval vermindert.
Soorten
Vitamine D bestaat in twee vormen namelijk vitamine D2 en D3.
- Vitamine D2 (ergocalciferol) ontstaat uit ergostero (provitamine D2). Deze vitamine ontstaat door het UV-licht.
- Vitamine D3 (cholecalciferol) is van dierlijke oorsprong.
Aandoeningen en gebrek aan vitamine D
Een vitamine D-tekort ontstaat mogelijk door een aantal aandoeningen.
Omzetting naar de actieve vorm van vitamine D lukt niet
De nieren en lever moeten vitamine D omzetten zodat dit actief wordt, maar bij ouderen lukt dit minder goed, waardoor bij hen de kans op een tekort aan vitamine D groter is. Ook bij mensen
leveraandoeningen en
nierziekten lukt het niet goed om de actieve vorm van vitamine D te verkrijgen.
Opname van vitamine D lukt niet goed
Diverse darm- en
longaandoeningen leiden tot een ontoereikende absorptie (opname) van vitamine D. Dit vindt bijvoorbeeld plaats bij de
ziekte van Crohn (aandoening met
diarree en
buikpijn),
mucoviscidose (taaislijmziekte met verstopping van organen) en
coeliakie (maag- en darmproblemen door het eten van gluten).
Andere aandoeningen
Enkele andere aandoeningen en medische behandelingen staan er om bekend dat ze sneller leiden tot vitamine D-deficiëntie zoals:
- een allergie aan melk
- een lymfoom
- een maag-bypass operatie
- hyperparathyreoïdie (overactieve bijschildklier)
- osteoporose (verlies van botmassa met risico op botbreuken)
- sarcoïdose (aandoening met symptomen aan huid, ogen, longen en zenuwstelsel), tuberculose (bacteriële infectie met longproblemen), histoplasmose (schimmelinfectie met longproblemen) of andere granulomatische aandoening (ziekte met granulomen)
Omgevingsfactoren en vitamine D-tekort
Naast diverse aandoeningen veroorzaken diverse omgevingsfactoren sneller een gebrek aan vitamine D.
Borstvoeding
Een calciumtekort of
fosfaatgebrek zijn andere mogelijke oorzaken van de vitamine D-deficiëntie. In de
borstvoeding is te weinig vitamine D aanwezig, waardoor artsen adviseren om vitamine D-druppels in te nemen.
Donkere huidskleur
Het pigment melanine, dat aanwezig is bij mensen met een donkere huidskleur, vermindert het vermogen van de huid om vitamine D aan te maken als reactie op de blootstelling aan
zonlicht. Zij moeten zich bijgevolg langer blootstelen aan het zonlicht dan mensen met een blanke huidskleur, om voldoende vitamine D aan te kunnen maken. Vooral ouderen met een donkerdere huidskleur lopen een groot risico op een vitamine D-tekort.
Medicatie
Bepaalde
medicijnen verstoren het vermogen van het lichaam om vitamine D om te zetten of te absorberen, hetgeen resulteert in een vitamine D-gebrek. Dit geldt bijvoorbeeld voor cholestyramine (een
cholesterolverlagend medicijn), antiseptische geneesmiddelen, glucocorticoïden,
antimycotica (geneesmiddelen tegen schimmels) en
hiv / aids-medicijnen.
Omgevingstemperatuur
Een warme huid is beter om de zonnestralen te absorberen om vitamine D te produceren dan een koele of koude huid.
Onvoldoende blootstelling van de huid aan ultraviolet zonlicht
Dit gebeurt omwille van het dragen van lange kledij of een hoofdbedekking omwille van godsdienstige redenen, een beroep binnenshuis, bij psychiatrische klachten of bij aandoeningen waardoor mensen minder snel buiten kunnen komen.

Overmatig gebruik van zonnebrandcrème remt de opname van vitamine D /
Bron: Dimitrisvetsikas1969, Pixabay Overmatig gebruik van zonnebrandcrème
Het overmatig gebruik van
zonnebrandcrème om UV-stralen te blokkeren, remt de opname van vitamine D. Dit gebeurt echter zelden.
Strikt veganistisch dieet
De meeste natuurlijke bronnen van vitamine D zijn van dierlijke oorsprong.
Zwaarlijvigheid
Bij
zwaarlijvige mensen (BMI hoger dan 30) is vaak minder vitamine D in het bloed aanwezig.
Symptomen aan het bot
Veel mensen met een vitamine D-tekort hebben jarenlang geen symptomen, of anders zijn ze slechts vaag, en veranderen ze in de loop der tijd. Hierdoor wijzen ze de symptomen vaak toe aan een andere ziekte. Hoewel de symptomen van een gebrek aan vitamine D voor veel mensen subtiel zijn, veroorzaken ze mogelijk veel gezondheidsrisico’s.
Kinderen
Kinderen met een vitamine D-tekort leiden zo sneller aan
rachitis. Ze hebben hierdoor onder andere zachte botten, een vertraagde groei of
skeletafwijkingen zoals verbrede polsen (verbreding van de metafysen) en enkels en een verkromming van de onderste ledematen.
Volwassenen
Volwassenen krijgen ook te maken met vitamine D-deficiëntie en dan is dit gekend als ‘osteomalacie’. Dit resulteert in
spierzwakte en gevoelige botten,
spierpijn,
botpijn,
rugpijn en frequente botfracturen. Ook krijgen volwassenen sneller osteoporose. Bij volwassenen heeft een gebrek aan vitamine D meestal een secundaire oorzaak. Dit houdt in dat een andere aandoening al aanwezig is, zoals bijvoorbeeld een chronische
darmaandoening of een chronische
nierziekte, waar dan ook reeds klachten van aanwezig zijn.
Diagnose en onderzoeken

Zwangere vrouwen moeten meer vitamine D innemen /
Bron: PublicDomainPictures, Pixabay Dagelijkse aanbevolen inname
De hoeveelheid vitamine D die mensen dagelijks nodig hebben, is afhankelijk van de leeftijd. Een dagelijkse hoeveelheid van 10 microgram is aanbevolen. Zeventigplussers, zwangere vrouwen, jonge kinderen en andere risicogroepen krijgen het advies om nog meer vitamine D op te nemen.
Diagnostisch onderzoek
Een speciale bloedtest is nodig voor het identificeren van het vitaminetekort. Een niveau van 20 nanogram / milliliter tot 50 ng / ml is een normale vitamine D-waarde voor de meeste mensen. Wanneer de arts een waarde van minder dan 12 ng / mL identificeert, duidt dit op een vitamine D-tekort. Over het algemeen geldt echter dat bij een concentratie van 20 ng / mL of lager reeds een behandeling nodig is.
Behandeling vitamine D-deficiëntie
Op drie mogelijke manieren krijgen mensen meer vitamine D binnen: via de huid, via de voeding of via vitamine D-supplementen. Bij mensen die aan een aandoening lijden, zijn supplementen vaak nodig. Verder is een voldoende blootstelling aan zonlicht en een voldoende opname in de voeding nodig, maar indien dit niet kan of mogelijk is, zijn wel
vitaminen beschikbaar in de vorm van pillen en een vloeistof.
Complicaties bij vitamine D-gebrek
Lage vitamine D-waarden in het bloed zijn geassocieerd met volgende complicaties:
- cognitieve stoornissen bij ouderen
- diabetes mellitus type 1 en 2
- een verhoogde kans op overlijden door hart- en vaatziekten
- een verminderd uithoudingsvermogen
- ernstige astma bij kinderen
- glucose-intolerantie
- hypertensie (hoge bloeddruk)
- hypocalciëmie (verlaagd calciumgehalte in het bloed): Een tekort aan vitamine D leidt tot hypocalciëmie. Dit kenmerkt zich door spierkrampen, zenuw- of spierschade, gevoelloosheid en tintelingen van de vingers en tenen, hartritmestoornissen, angst, een depressie en prikkelbaarheid.
- kanker
- multiple sclerose
- onverklaarbare onvruchtbaarheid
- parodontale ziekten (tandaandoeningen): Dit geldt vooral voor volwassenen ouder dan vijftig jaar
- reumatoïde artritis (ontsteking van gewrichten en organen)
- uitputting (zelfs bij voldoende slaap)
Overdosis van vitamine D
Een
langdurige blootstelling aan de schadelijke UV-stralen van zonlicht veroorzaakt geen vitamine D-
vergiftiging, maar dit is wel mogelijk door een overmatige inname van de supplementen. Een overdosis van vitamine D (vitamine D-toxiciteit) is schadelijk. Tekens van toxiciteit omvatten
misselijkheid,
braken, een slechte eetlust, obstipatie, zwakte en
gewichtsverlies. Verder beschadigt een overmatige inname de nieren, waardoor bijvoorbeeld
nefrocalcinose (afzettingen van calcium in nieren) tot stand komt. Verder verhoogt hierdoor het calciumgehalte in het bloed (
hypercalciëmie). Dit resulteert in
verwardheid,
desoriëntatie, zwakte, frequent plassen (
pollakisurie), urinewegproblemen en hartritmestoornissen. De patiënt moet onmiddellijk stoppen met de overdreven vitamine D-inname. Indien nodig behandelt de arts de patiënt via intraveneuze vloeistoffen en medicijnen zoals
corticosteroïden (krachtige ontstekingsremmers) of
bisfosfonaten.
Lees verder