Hoge bloeddruk (hypertensie): Oorzaken en behandeling
De bloeddruk is de kracht die door het bloed tegen de wanden van de bloedvaten wordt uitgeoefend. De druk is afhankelijk van het werk dat wordt gedaan door het hart en de weerstand van de bloedvaten. Van een hoge bloeddruk is sprake wanneer de bloeddruk hoger is dan 130 over 80 millimeter kwik (mmHg). Stress, voeding en een onderliggende aandoening, zoals een nierziekte, liggen mogelijk aan de basis van de bloeddrukverhoging. Leefstijlfactoren zijn de beste manier om hoge bloeddruk aan te pakken, maar indien dit niet of onvoldoende effectief is, zijn diverse medicijnen beschikbaar om de bloeddruk weer op peil te krijgen en de gezondheidsrisico’s voor de patiënt te verlagen. Een verhoogde bloeddruk is namelijk een belangrijke oorzaak van ernstige complicaties, en bovendien verhoogt dit symptoom sneller een beroerte, een hartaandoening en een vaatziekte.
Diagnostisch criterium van hoge bloeddruk
Een bloeddrukmeting is als volgt geschreven: 120/80. Het wordt gelezen als '120 over 80'. Het bovenste cijfer is het systolische getal (bovendruk: druk in de bloedvaten bij samentrekken van linkerhartkamer) en het onderste cijfer is het diastolische getal (onderdruk: druk in de slagaders tussen samentrekkingen van het hart, bij vulling van bloed in de linkerhartkamer).
- Normaal: minder dan 120 over 80 (120/80)
- Verhoogd: 120-129 / minder dan 80
- Fase 1 hoge bloeddruk: 130-139 / 80-89
- Fase 2 hoge bloeddruk: 140 en hoger / 90 en hoger
- Hypertensiecrisis: hoger dan 180 / hoger dan 120 – Dringende medische hulp is vereist
Epidemiologie
De waargenomen bloeddrukwaarden hangen af van de kenmerken van de bestudeerde populatie en dan met name de leeftijd en etnische achtergrond. De bloeddruk in geïndustrialiseerde landen stijgt met de leeftijd, zeker tot het zevende decennium. Deze stijging is meer uitgesproken voor een systolische druk en is meer uitgesproken bij mannen. Hypertensie is heel gebruikelijk in de ontwikkelde wereld. Afhankelijk van de diagnostische criteria is hypertensie aanwezig bij 20-30% van de volwassen bevolking. Het percentage van hypertensie is veel hoger bij zwarte Afrikanen (40-45% van de volwassenen). Het risico op mortaliteit of morbiditeit stijgt geleidelijk met een toenemende systolische en diastolische druk, waarbij elke maat een onafhankelijke prognostische waarde heeft. Systolische hypertensie is bijvoorbeeld geassocieerd met een twee- tot drievoudige toename in een overlijden door een hartaandoening.
Essentiële hypertensie
De meerderheid (80-90%) van de patiënten met hypertensie heeft een primaire verhoging van de bloeddruk. Zij kampen bijgevolg met essentiële hypertensie met onbekende oorzaak. Essentiële hypertensie heeft een multifactoriële etiologie.
Foetale factoren
Een
laag geboortegewicht is geassocieerd met een daaropvolgende hoge bloeddruk. Deze relatie is te wijten aan de aanpassing van de foetus aan intra-uteriene (in de
baarmoeder)
ondervoeding met langdurige veranderingen in de bloedvatstructuur.
Genetische factoren
De hoge bloeddruk is meestal in gezinnen aanwezig. Kinderen van hypertensieve ouders hebben doorgaans een hogere bloeddruk dan kinderen van ouders met een normale bloeddruk. Deze familiale concordantie van bloeddruk is gedeeltelijk te verklaren door gedeelde omgevingsinvloeden. Er is echter een grote, nog grotendeels onbekende genetische component (oktober 2020).
Omgevingsfactoren
Overmatig alcoholgebruik leidt mogelijk tot hypertensie /
Bron: Jarmoluk, Pixabay Alcoholinname
De consumptie van alcohol is sterk geassocieerd met het bloeddrukniveau.
Alcoholmisbruik en het regelmatig consumeren van grote hoeveelheden alcohol leiden sneller tot een hoge bloeddruk. Personen die kleine hoeveelheden alcohol consumeren, hebben echter een lagere bloeddruk dan mensen die geen alcohol gebruiken.
Insulineresistentie
Een verband tussen
diabetes mellitus (suikerziekte) en hypertensie is al lang erkend. Het
metabool syndroom (risicofactoren voor diabetes mellitus en hart- en vaataandoeningen), een belangrijke risicofactor voor hart- en vaatziekten, bestaat uit:
- centrale obesitas
- glucose-intolerantie
- hyperinsulinemie / insulineresistentie (cellen zijn ongevoelig voor insuline)
- hypertriglyceridemie
- verlaagde LDL-cholesterolwaarden
Obesitas
Dikke mensen hebben een hogere bloeddruk dan dunne mensen. Slaapgerelateerde ademnood (
obstructief slaapapneusyndroom) dat vaak optreedt bij met obesitas, is een bijkomende risicofactor.
Roken vormt een risicofactor voor een hoge bloeddruk /
Bron: Geralt, Pixabay Roken
Roken verhoogt de bloeddruk en leidt ook tot andere gezondheidsproblemen.
Stress
Acute
pijn of
stress verhoogt de bloeddruk; bij
chronische pijn of stress is het verband onzeker (oktober 2020).
Zoutinname
Populaties met een hogere inname van zout (natrium) hebben een hogere gemiddelde bloeddruk dan mensen die weinig zout innemen. Mogelijk biedt een kaliumrijke voeding bescherming tegen de effecten van een hoge zoutinname.
Secundaire hypertensie
Secundaire hypertensie is een vorm van hypertensie waarbij de bloeddrukverhoging het resultaat is van een specifieke en mogelijk behandelbare oorzaak, zoals een ziekte of medicatiegebruik.
Congenitale hart- en vaataandoeningen
De belangrijkste oorzaak van een hoge bloeddruk door een congenitale hart- en vaataandoening is coarctatie van de aorta.
Endocriene oorzaken
Ook
endocriene stoornissen veroorzaken mogelijk een bloeddrukverhogen (endocriene hypertensie). Deze omvatten:
Medicatie
Veel geneesmiddelen veroorzaken mogelijk hypertensie of verergeren de hoge bloeddruk. Het is ook mogelijk dat ze werking van sommige antihypertensiva (medicijnen om de bloeddruk te verlagen) verstoren:
- carbenoxolon
- corticosteroïden (krachtige ontstekingsremmers die het immuunsysteem onderdrukken)
- NSAID's (niet-steroïdale anti-inflammatoire geneesmiddelen)
- orale (via de mond ingenomen) anticonceptiva
- sympathicomimetica
- vasopressine
- zoethout
Patiënten die monoamine-oxidaseremmers gebruiken die tyramine bevatten, ontwikkelen mogelijk hevige aanvallen van ernstige hypertensie.
Nierziekten
Meer dan 80% van de patiënten met secundaire hypertensie lijden aan een nierziekte (renale hypertensie). De veel voorkomende oorzaken zijn:
Hypertensie veroorzaakt zelf nieraandoeningen of verergert een nierziekte. Het mechanisme van deze bloeddrukverhoging is voornamelijk te wijten aan natrium- en waterretentie, hoewel er soms een ongepaste verhoging van de plasma-reninespiegels is.
Zwangerschapshypertensie is ook mogelijk /
Bron: PublicDomainPictures, PixabayZwangerschap
De hartwerking stijgt tijdens de zwangerschap, maar door een relatief grotere daling van de perifere weerstand, is de bloeddruk bij zwangere vrouwen meestal lager dan bij niet-zwangere vrouwen. Hypertensie komt voor bij 8-10% van de zwangerschappen. Wanneer de arts de bloeddrukverhoging ontdekt tijdens de eerste helft van de zwangerschap of wanneer de verhoogde bloeddruk aanhoudt na de bevalling, is het meestal te wijten aan reeds bestaande essentiële hypertensie. Hypertensie die optreedt tijdens de tweede helft van de zwangerschap - of 'door zwangerschap veroorzaakte hypertensie' - verdwijnt meestal na de bevalling. Wanneer de bloeddruk stijgt tot >160/110 mmHg is een behandeling noodzakelijk voor de bescherming van de moeder.
Pre-eclampsie is een ernstige
zwangerschapscomplicatie dat bestaat uit zwangerschapsgeïnduceerde hypertensie met
proteïnurie (verlies van eiwit via de urine).
Zwangerschapshypertensie is samen met een
longembolie (afsluiting van een slagader in de longen) de meest voorkomende oorzaak van sterfte van de moeder, met een snelheid van 10 per miljoen zwangerschappen. Bovendien leidt een kritieke toestand van eclampsie, die gepaard gaat met ernstige hypertensie, uiteindelijk tot
convulsies (stuipen: oncontroleerbare fysieke bewegingen en veranderingen in het bewustzijn), cerebraal
oedeem (
zwelling van de hersenen),
pulmonaal oedeem (vochtophoping in de longen),
geelzucht,
bloedstollingsafwijkingen en foetale sterfte.
Complicaties
Een cerebrovasculaire ziekte en
coronaire hartziekte (kransslagaderaandoening) zijn de meest voorkomende doodsoorzaken van hypertensie, hoewel hypertensieve patiënten ook gevoelig zijn voor
nierfalen en een perifere vaatziekte. Verder krijgen patiënten met een hoge bloeddruk zes keer vaker te maken met een
beroerte (onvoldoende bloedtoevoer naar de
hersenen met lichamelijke en mentale symptomen). Er is een drievoudige toename van de dood door een
hartziekte, bijvoorbeeld
hartfalen. Bovendien komt een perifere arteriële aandoening twee keer zo vaak voor bij patiënten met een hoge bloeddruk.
Maligne hypertensie
Maligne of versnelde hypertensie treedt op als de bloeddruk snel stijgt.
Maligne hypertensie gaat gepaard met ernstige
hoofdpijn,
visusstoornissen,
toevallen,
kortademigheid, een
neusbloeding,
verwardheid, tijdelijk
bewustzijnsverlies of symptomen van hartfalen. Tenzij behandeld, leidt maligne hypertensie tot de dood door progressief
nierfalen, hartfalen,
aortadissectie (scheur in aortawand met
pijn op de borst) of een beroerte. De veranderingen in de renale circulatie resulteren in snel progressief nierfalen, proteïnurie en hematurie (
bloed in de urine). Er is ook een hoog risico op
hersenoedeem (zwelling van de hersenen) en een
hersenbloeding met als gevolg hypertensieve
encefalopathie (hersenziekte door hoge bloeddruk). In het netvlies ontstaan van het oog ontstaan ook wijzigingen door de hoge bloeddruk (
hypertensieve retinopathie). Zonder effectieve behandeling is er een éénjaarsoverleving van minder dan 20%. De behandeling verloopt in drie fasen: beoordeling, een niet-medicamenteuze behandeling en een medicamenteuze behandeling. Tijdens de beoordelingsperiode moet de arts secundaire oorzaken van hypertensie uitsluiten, de schade aan de organen evalueren en eventuele gelijktijdige factoren identificeren (bijvoorbeeld dyslipidemie of suikerziekte) omdat deze bijdragen aan hart- en vaatziekten.
Alarmsymptomen
Alarmsymptomen van hypertensie kunnen omvatten hoofdpijn, duizeligheid, kortademigheid, en pijn op de borst. Ernstige gevallen kunnen leiden tot symptomen zoals wazig zien, vermoeidheid, en angina pectoris. Hoge bloeddruk kan leiden tot acuut hartfalen of beroerte, wat onmiddellijke medische hulp vereist.
Diagnose en onderzoeken
Bij een ernstig hoge bloeddruk komt hoofdpijn voor /
Bron: Geralt, PixabayGeschiedenis
De patiënt met lichte hypertensie is meestal asymptomatisch wat deze aandoening een ‘stille moordenaar’ maakt omdat wel degelijk schade ontstaat aan de organen, zoals de nieren. Zeer hogere bloeddrukniveaus gaan af en toe gepaard met
angst,
slaapproblemen,
blozen, hoofdpijn, epistaxis (een bloedneus) of
nycturie (frequent ’s nachts plassen).
Meten van de bloeddruk
Bij alle volwassenen moet de bloeddruk minimaal om de twee jaar routinematig worden gemeten. Een zittende bloeddruk gemeten na vijf minuten rusten met de juiste manchetmaat en ondersteund door de arm is meestal voldoende, maar een staande bloeddruk moet worden gemeten bij diabetische en oudere patiënten om
orthostatische hypotensie (plotseling
duizelig na het opstaan) uit te sluiten. Er zijn twee consistente bloeddrukmetingen nodig om de bloeddruk te schatten. Meer metingen zijn aanbevolen als de druk varieert. Bij het beoordelen van het cardiovasculaire risico is de gemiddelde bloeddruk bij afzonderlijke bezoeken nauwkeuriger dan metingen bij een enkel bezoek.
Ambulante bloeddrukmonitoring
Indirecte automatische bloeddrukmetingen kunnen over een periode van 24 uur worden uitgevoerd met behulp van een meetinstrument dat door de patiënt wordt gedragen. De klinische rol van dergelijke hulpmiddelen is nog steeds onzeker (oktober 2020), hoewel ze worden gebruikt om de diagnose te bevestigen bij patiënten met
wittejassenhypertensie. Hierbij is de bloeddruk volledig normaal in alle stadia behalve tijdens een klinisch consult bij de arts waarbij deze dan verhoogd is. Deze patiënten hebben geen enkel bewijs van doelorgaanschade en via een ambulante bloeddrukmeting valt een onnodige behandeling te vermijden. Deze toestellen zijn ook inzetbaar om de respons van patiënten op een medicamenteuze behandeling te controleren en zijn vooral bruikbaar om het effect van eenmaal daagse medicatie te bepalen over een periode van 24 uur.
Een bloedonderzoek is soms noodzakelijk /
Bron: Frolicsomepl, PixabayBijkomende onderzoeken
Een verhoogde bloeddruk is meestal het enige abnormale teken. De arts spoort mogelijk tekenen van een onderliggende oorzaak op. Hij voert hiervoor diverse onderzoeken uit zoals:
Behandeling via zelfzorgmaatregelen
Regelmatig gaan joggen is goed voor de bloeddruk /
Bron: Skeeze, PixabayRegelmatige lichaamsbeweging uitvoeren
Artsen adviseren dat patiënten met hypertensie minimaal vijf dagen per week gedurende dertig minuten matig bewegen, zoals
wandelen,
joggen,
fietsen of
zwemmen. Op deze manier is het ook mogelijk om gewicht te verliezen bij overgewicht.
Roken stopzetten
Stoppen met roken vermindert het risico op hypertensie, hartaandoeningen en andere gezondheidsproblemen.
Stress verminderen
Het vermijden van stress of het ontwikkelen van strategieën om onvermijdelijke stress te beheersen, helpt om de bloeddruk onder controle te houden. Factoren die bijdragen aan hypertensie omvatten het gebruik van alcohol, roken en ongezond eten. Deze risicofactoren moet de patiënt ook vermijden.
Voeding
Een
hartgezonde voeding met veel groenten, fruit en
omega 3-vetzuren en met weinig vet, suikers en zout is aanbevolen.
Behandeling via medicatie
Tenzij de patiënt ernstige of maligne hypertensie heeft, moet de arts herhaalde bloeddrukmetingen uitvoeren, gecombineerd met adviezen over de leefstijl. Verder behandelt hij de onderliggende ziekte of pakt hij de onderliggende risicofactoren aan die leiden tot de verhoging van de bloeddruk.
De beslissing om met een specifieke medicamenteuze behandeling te beginnen, neemt de arts na een zorgvuldige beoordelingsperiode van maximaal zes maanden waarbij hij herhaalde bloeddrukmetingen uitvoert. Het doel van een medicamenteuze behandeling is om het risico op complicaties van hypertensie te verminderen. De patiënt moet hiervan op de hoogte zijn en de arts moet het behandelplan dan ook uitgebreid met de patiënt bespreken. Patiënten met een bloeddruk hoger dan 130 boven de 80 gebruiken
medicijnen om hypertensie te behandelen. Meestal start de arts eerst met een lage dosis. Alle geneesmiddelen die de arts inzet om hypertensie te behandelen, hebben bijwerkingen en aangezien de voordelen van medicamenteuze behandeling niet onmiddellijk tot stand komen, is het niet altijd eenvoudig voor de patiënt om therapietrouw te zijn. De meeste hypertensiepatiënten hebben een combinatie van antihypertensiva nodig om de aanbevolen doelen te bereiken. Het merendeel van de patiënten met hypertensie neemt ook
statines (medicijnen om de
cholesterolwaarden te verlagen) en
aspirine om de algehele cardiovasculaire risicobelasting te verminderen. Verschillende klassen van geneesmiddelen zijn beschikbaar om hypertensie te behandelen.
Diverse medicijnen behandelen de verhoogde bloeddruk /
Bron: Stevepb, Pixabay Aldosteron-antagonisten
Aldosteron-antagonisten blokkeren het effect van een natuurlijke chemische stof die leidt tot zout- en vochtretentie, wat bijdragende factoren zijn voor een hoge bloeddruk.
Alfablokkers
Alfablokkers veroorzaken vasodilatatie en een bloeddrukverlaging door zenuwimpulsen naar de bloedvaten te verminderen en eveneens de effecten te verminderen van natuurlijke chemicaliën die leiden tot
vernauwde bloedvaten (vasoconstrictie). Vroegere kortwerkende middelen veroorzaakten ernstige
hypotensie (te lage bloeddruk) bij de eerste dosis, maar de nieuwere langer werkende middelen worden veel beter verdragen.
Angiotensine II-receptorantagonisten (angiotensine receptor blokkers)
Deze groep middelen blokkeert selectief de receptoren voor angiotensine II. Ze werken in op de nieren. Ze delen veel van de acties van ACE-remmers, maar aangezien ze geen effect hebben op bradykinine (ontstekingsmediator die zorgt voor bloedvatverwijding), veroorzaken ze geen
hoest. Ze zijn daarom inzetbaar voor patiënten die geen ACE-remmers kunnen verdragen vanwege de aanhoudende hoest.
Angiotensine-converting enzyme (ACE)-remmers
Deze geneesmiddelen blokkeren de omzetting van angiotensine I in angiotensine 11, een krachtige vasoconstrictor (bloedvaten vernauwen).
ACE-remmers blokkeren ook de afbraak van bradykinine, een krachtige vasodilatator (bloedvaten verwijden). Ze zijn vooral nuttig bij diabetici met nefropathie, omdat ze de progressie van de ziekte vertragen, en bij patiënten met problemen met de werking van het linkerventrikel, omdat ze de overlevingskansen van deze patiënten verbeteren.
Bètablokkers
Bètablokkers zijn af en toe inzetbaar bij jongere patiënten, met name die met een intolerantie of contra-indicatie voor ACE-remmers en angiotensine-II-receptorantagonisten ofvrouwen in de vruchtbare leeftijd. Bètablokkers verzwakken de effecten van het sympathische zenuwstelsel en het renine-angiotensinesysteem. De belangrijkste bijwerkingen van deze klasse middelen zijn bradycardie (
trage hartslag),
bronchospasmen (
spierkrampen aan de luchtpijp met ademnood),
koude ledematen,
vermoeidheid, nachtmerries en
hallucinaties (waanvoorstellingen en onechte percepties). Deze middelen zijn met name nuttig bij de behandeling van patiënten met zowel hypertensie als
angina pectoris (pijn op de borst, teken van een
hartaanval).
Calciumantagonisten
Calciumantagonisten verminderen de bloeddruk door arteriolaire dilatatie (verwijding van de slagaders) te veroorzaken en sommige medicijnen verminderen ook de kracht van cardiale contractie (samentrekkingen van het hart). Net als de bètablokkers zijn ze vooral nuttig bij patiënten met gelijktijdige ischemische hartaandoeningen (aandoeningen waarbij het hart te weinig zuurstof krijgt). De belangrijkste bijwerkingen zijn vooral aanwezig bij de kortwerkende middelen en omvatten hoofdpijn,
zweten,
gezwollen enkels,
hartkloppingen en blozen. Veel van deze bijwerkingen zijn te verminderen door de gelijktijdige toediening van een bètablokker.
Centraal werkende medicijnen
Centraal werkende medicijnen voorkomen dat de hersenen het zenuwstelsel signaleert om de hartslag te verhogen en de bloedvaten te vernauwen.
Diuretica
Thiazidediuretica zijn middelen die het risico op een beroerte verminderen bij patiënten met hypertensie. De lagere doses lijken even effectief als hogere doses bij het verlagen van de bloeddruk. De belangrijkste zorg met deze middelen is hun ongunstige metabole effecten, met name:
Deze bijwerkingen treden meestal op bij hogere doses thiazidediuretica. Lusdiuretica hebben een hypotensief effect, maar de arts schrijft deze niet standaard voor bij de behandeling van essentiële hypertensie.
Renineremmers
Renineremmers vertragen de productie van renine, een enzym dat door de nieren wordt geproduceerd en dat een reeks chemische stappen start die de bloeddruk verhoogt.
Andere vaatverwijders (vasodilatoren)
Andere vaatverwijders zijn ook inzetbaar, zoals hydralazine en minoxidil. Beiden zijn zeer krachtige vaatverwijders enkel worden voorgeschreven voor patiënten die resistent zijn tegen andere behandelingsvormen. Hydralazine gaat mogelijk gepaard met tachycardie (
een versnelde hartslag), vochtretentie en een syndroom waarvan de symptomen doen denken aan
systemisch lupus erythematosus. Minoxidil veroorzaakt mogelijk ernstig oedeem (vochtophoping), een overmatige haargroei en grove gelaatstrekken. Als de arts deze middelen voorschrijft, combineert hij deze meestal met een bètablokker.
Behandeling van ernstige of maligne hypertensie
Patiënten met ernstige hypertensie (diastolische druk > 140 mmHg), maligne hypertensie hypertensieve encefalopathie of met ernstige hypertensieve complicaties, zoals hartfalen, krijgen een ziekenhuisopname voor een onmiddellijke start van de behandeling. Het is echter onverstandig om de bloeddruk te snel te verlagen, omdat dit mogelijk leidt tot cerebrale (herseninfarct), renale (
nierinfarct), retinale (
ooginfarct) of myocardiale infarcten. Het is belangrijk dat de arts de bloeddrukrespons op de therapie zorgvuldig controleert. In de meeste gevallen is het doel om de diastolische bloeddruk te verlagen tot 100-110 mmHg gedurende 24-48 uur. Dit bereikt de arts meestal met orale (via de mond ingenomen) medicatie. De bloeddruk normaliseert vervolgens gedurende de volgende twee à drie dagen. Wanneer een snelle controle van de bloeddruk vereist is (bijvoorbeeld bij een aortadissectie), krijgt de patiënt intraveneus (via een ader) natriumnitroprusside toegediend. Alternatieven voor dit medicijn zijn beschikbaar.
Behandeling van hypertensie tijdens zwangerschap
Veel antihypertensiva zijn gecontra-indiceerd tijdens de zwangerschap. Milde hypertensie behandelt de arts met methyldopa, waarvan is vastgesteld dat het veilig is tijdens de zwangerschap, of anders met labetalol. Pre-eclamptische hypertensie is te behandelen met dezelfde middelen of anders met nifedipine, hoewel de enige methode voor het omkeren van pre-eclampsie de bevalling is. Meer ernstige hypertensie of eclampsie vereist een intraveneuze behandeling met hydralazine en kan vereist mogelijk zelfs de beëindiging van de zwangerschap.
Prognose
De prognose van hypertensie is afhankelijk van een aantal kenmerken:
- de aanwezigheid van veranderingen in het doelorgaan (netvlies, nier, hart of bloedvaten)
- de leeftijd bij de presentatie
- de naast elkaar bestaande risicofactoren voor hart- en vaatziekten, zoals hyperlipidemie, diabetes mellitus, roken, obesitas, het mannelijk geslacht
- het niveau van bloeddruk
Complicaties
Langdurige hypertensie veroorzaakt mogelijk complicaties door atherosclerose, waarbij de vorming van plaque (vette substantie) resulteert in de vernauwing van bloedvaten (vasoconstrictie). Dit verergert hypertensie, omdat het hart harder moet pompen om bloed aan het lichaam af te geven. Aan hypertensie gerelateerde
atherosclerose (slagaderverkalking) leidt mogelijk tot volgende complicaties:
- amputatie
- dementie (vasculaire dementie: problemen met denken, praten en plannen)
- een aneurysma, of een abnormale uitstulping in de wand van een slagader die kan barsten, ernstige bloedingen veroorzaakt en in sommige gevallen leidt tot de dood
- een beroerte
- erectiestoornissen
- hartfalen en hartaanvallen
- het metabool syndroom
- hypertensieve retinopathie in het oog, wat mogelijk leidt tot blindheid
- nierfalen
- problemen met het geheugen en het begrip
Een regelmatige bloeddrukmeting helpt mensen om de ernstigere complicaties te vermijden.
Preventie
Preventie van hypertensie omvat het handhaven van een gezonde levensstijl met een evenwichtig voedingspatroon, regelmatige lichaamsbeweging, en het vermijden van tabak en overmatig alcoholgebruik. Regelmatige bloeddrukcontroles zijn ook belangrijk, vooral bij mensen met een familiegeschiedenis van hypertensie of andere risicofactoren.
Lees verder